oorwaarden voor hulp aan Pakistan
90h
l,
lassale
achting
Oost-
.'akistan
5TITUUT VOOR VREDESVRAAGSTUKKEN ADVISEERT:
95
9Jp
(AO 17 JUNI 1971
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 11
a een onzer redacteuren
ig van de militaire ope-
het Westpakistaanse le-
thans.af van de Wes-
lïikkelingshulp aan Paki-
deze conclusie komt het
Instituut voor Vredes-
ïen (NIW) in zijn rap-
vorige week onder de titel
Pakistan zonder politieke
den wenselijk"? verscheen.
Voortduren
meent het Instituut dat
aanwezig is, „dat de
humanitaire hulp voor de
i Bengaalse vluchtelingen
I), die overigens dringend
|k is, het voortduren van
Set in de hand werkt, in-
niet gekoppeld kan worden
politiek vergelijk inzake de
van Oost-Pakistan".
tan financiële, militaire en
ire hulp verlenen. Want
ontwikkeling van de eco-
voortgang van de militai-
en de oplossing van de
laties is de Pakistaanse
grotendeels afhankelijk
van de zogenaamde Westerse donor
landen, waaronder Nederland". .Al
leen internationaal toezicht kan ga
randeren dat de hulp niet wordt
aangewend als ondersteuning van
het optreden van het leger in
Oost-Pakistan".
„Aan de voortzetting van de finan
ciële hulp kan", aldus het NIW,
„de politieke voorwaarde worden
verbonden, dat deze niet wordt ge
bruikt om het voortduren van de
operaties van het Pakistaanse leger
in Oost-Pakistan mogelijk te maken
of te rechtvaardigen. Voorts zou
het noodzakelijk zijn waarborgen te
ontvangen dat deze hulp (althans
mede) aan Oost-Pakistan ten goede
zal komen. In wezen is dit geen po
litieke maar een humanitaire voor
waarde".
Minder mogelijk
„Als gevolg van de noodsituatie is
het minder goed mogelijk om aan
de humanitairehulp stringendte po
litieke voorwaarden te verbinden.
Wel zou het wenselijk zijn dat in
ternationale organen er op toezien:
a) dat het aanwezige transportma
teriaal niet voor militaire doelein
den maar voor voedseldistributie
benut wordt; 2e dat voedselhulp
niet gebruikt wordt voor het plegen
van politieke chantage op de nood
lijdende bevolking".
„Voor wapenhulp is Pakistan aan
gewezen op de VS, Groot-Brittan-
nië, Frankrijk, Rusland en China.
Het staken van de wapenhulp door
de eerstgenoemde vier landen en
dus de mogelijkheid dat West-Pa
kistan zich meer dan tot dusver tot
China zal gaan richten draagt
minder risico's in zich dan voortzet
ting van de militaire bezetting (van
Oost-Pakistan) zonder politieke op
lossing".
Tijdens een bijeenkomst van het
zogenaamde Pakistan Consortium,
die binnenkort onder leiding van de
Wereldbank in Parijs begint, komt,
zo neemt het NIW aan, aan de
orde „in hoeverre de internationale
hulpverlening kan worden gekop
peld aan een politieke oplossing van
de kwestie Oost-Pakistan, zodat:
1. een vorm wordt gevonden, waarin
de internationale humanitaire hulp
kan worden georganiseerd;
2. geen oorlog uitbreekt tussen In
dia en Pakistan;
3. zekerheid wordt verkregen over
de politieke toekomst van Oost-Pa-
'kistan, zodat voortzetting van de fi
nanciële en technische hulp zin
heeft".
„In het kader van dit Consortium
ontvangt Pakistan jaarlijks ca. 500
miljoen dollar, waarmee ongeveer
eenderde van zijn invoerbehoefte
gedekt wordt. In het algemeen be
staat in de Westerse landen grote
terughoudendheid met betrekking
tot het verbinden van politieke
voorwaarden aan de hulpverlening.
De huidige omstandigheden hebben
de landen die lid zijn van het Con
sortium, ongewild in het conflict
betrokken. Zowel aan de voortzet
ting van de economische hulp als
aan de opschorting ervan zijn grote
politieke gevolgen verbonden".
De belangrijkste donorlanden zijn
de Verenigde Staten, Canada,
Groot-Brittannië, de Bondsrepubliek
Duitsland en Japan. Maar ook de
Wereldbank en het Internationaal
Monetaire Fonds leveren belangrijke
bijdragen. In Engeland en de Ver
enigde Staten zijn inmiddels stem
men opgegaan om de hulpverlening
aan Pakistan aan voorwaarden te
verbinden. „De hulp die Pakistan
van de Volksrepubliek China ver
krijgt is bij lange na niet voldoende
om aan de huidige crisis het hoofd
te bieden", aldus het instituut.
Het NIW wijst op het gevaar van
een Indiaas-Pakistaans conflict.
Mevrouw Gandhi heeft voor het
parlement verklaard dat India een
zijdig zal optreden om zijn veilig
heid te verzekeren als de interna
tionale gemeenschap er niet snel
voor zorgdraagt dat repatriëring
van de vluchtelingen mogelijk
wordt „De achtergrond van deze
dreigende taal is, dat India grote
politieke en economische repercus
sies vreest, die zich over geheel In
dia zullen doen uitstrekken.De
ontwikkelingsplannen dreigen.in
het slop te geraken als het vluchte
lingenprobleem een permanent ka
rakter krijgt en de defensie-inspan
ning vergroot moet worden.Men
vreest voorts het ontstaan van radi
cale guerrillagroeperingen, die hun
eigen wetten gaan stellen, zoals de
Al Fatha beweging in Jordanië.
In India wordt de roep om een ge
wapend ingrijpen in Oost-Pakistan
steeds sterker gehoord en wordt de
politieke druk om de voorlopige re
gering van „Bangla DesJ" te erken
nen steeds sterker.
„Er bestaat in India grote verbit
tering over het schoorvoetende
karakter of zelfs uitblijven van
Westerse reacties op het ingrijpen
van het Pakistaanse leger in Oost-
Pakistan. Het is de Indiërs niet
ontgaan, dat de Sowjet-Unie snel
en openlijk haar afkeuring heeft
uitgesproken over het ingrijpen van
het Westpakistaanse leger.Men
moet niet uitsluiten, dat India op
grond van ervaringen als deze over
gaat tot een meer radicale, minder
neutrale politiek".
Het wachten is op een politieke op
lossing voor de kwestie-Oost-Paki-
stan zodat de vluchtelingen kunnen
terugkeren. Dit „impliceert de
beëindiging van de campagne van
het Westpakistaanse leger; ze kan
pas definitief zijn, wanneer het le
ger naar zijn kazernes terugkeert
en plaatsmaakt voor de in decem
ber gekozen volksvertegenwoordi
ging.Het is onwaarschijnlijk dat
zonder vrijlating en erkenning van
de politieke leiders van Oost-Paki
stan als gesprekspartners, binnen
afzienbare tijd in Oost-Pakistan een
klimaat van vertrouwen en veilig
heid ka nterugkeren", aldus het
NIW.
rmaal zouden we hem hebben doodgeschoten zodra
gliep", vertelde majoor Rathore me. „Maar omdat
bent controleren we hem alleen maar. U bent hier
en ik zie dat uw maag in opstand komt".
tei i
zou u hem doden", vroeg
hij een hindoe zou bunnen
misschien een rebel, een
)f een lid van de Awami
weten dat we hen eruit
ze verraden zichzelf door
tnnen".
raarom doodt u hen? En
pikt u de hindoes eruit?"
u eraan herinneren", zei
„hoe ze geprobeerd hebben
te vernietigen? Nu hebben
=r het mom van gevechten
ichige gelegenheid om met
rekenen'.
ik de eerste blik op het
Oost-Bengalen is
!ht. Eerst was er de slach-
de niet-Bengalezen in een
ig van haat onder de Ben-
Nu was er de massaslach-
seloverwogen ondernomen
Westpakistaanse leger,
htoffers van de pogrom zijn
de hindoes in Oost-Ben-
«geveer 10% van de 75 mil-
«oners), maar ook duizenden
moslims. Onder hen zijn
en, studenten, leraren, lei-
Awami Liga en linkse
ingen en Bengaalse militai-
agenten die op 26 maart een
begonnen om op een spec-
maar slecht voorbereide
de onafhankelijke republiek
te stichten,
lijk waren de Westpakistaan-
bten niet de enigen die in
cngalen hebben gemoord, in
lit van 25 maart en daar
Ik van de Pakistaanse censor
hrijven kwamen Bengaal-
?en en militiemensen in op
en zij begingen vreselijke
eden tegen niet-Bengalezen.
den ongelukkige moslim-ge
werden zonder pardon ver-
Vrouwen werden verkracht
borsten werden met speciale
afgesneden. Ook de kinde-
afschuwelijk lot: als ze
ladden, werden ze samen met
"uders gedood, maar velen
voortaan door het leven
itgestoken ogen of afgerukte
ten. Waarschijnlijk zijn er zo
niet-Bengalezen vermoord;
'an hen zijn spoorloos ver-
li
gering van Pakistan heeft de
van de eerste verschrikking
weten, maar zij heeft het
achtergehouden over de
en ergere verschrikking die
vond toen haar eigen leger
in overnam. Naar schatting
stpakistaanse zijde zijn nu
de kant n 250.000 mensen
nog afgezien van de men-
16 door ziekte of honger zijn
omen.
"Jn vast van plan in Oost-Pa-
voorgoed af te rekenen met
liging van afscheiding, zelfs
de dood van 2 miljoen men-
fooudt en een koloniaal be
over de provincie voor dertig
te» is me herhaaldelijk gezegd
door hoge functionarissen in Dacca
en Comilla. En met angstaanjagen
de nauwgezetheid doet het Westpa
kistaanse leger dat in Oost-Benga
len.
Ongewapend
Na een bezoek aan Chandpoer re
den we tegen zonsondergang in een
Jeep toen een soldaat plotseling
riep: „Daar rent een man "Sahib".
Majoor Rathore stopte abrupt en
greep naar het machinegeweer van
Chinese makelij. Op minder dan
200 meter rende een man door de
rijstvelden.
„Niet schieten, in Gods naam",
schreeuwde ik. „Hij is ongewapend.
Hij is alleen maar iemand uit het
dorp". Rathore keek me vuil aan en
vuurde een waarschuwingsschot af.
Terwijl de man ineen dook, waren
twee jawans (soldaten) al naar
hem op weg om hem naderbij te
slepen. Een slag met een geweerkolf
op zijn rug ging aan de onder
vraging vooraf.
„Wie ben Jij?"
„Genade, Sahib f Mijn naam is Ab-
doel Bari. Ik ben kleermaker van
de Nieuwe Markt in Dacca".
„Lieg niet, je bent een hindoe.
Waarom liep Je weg?"
„Het was bijna spertijd, Sahib en
ik was op weg naar mijn dorp".
„Vertel me de waarheid, waarom
liep je weg?"
Voor de man kon antwoorden werd
hij snel op wapens onderzocht door
een jawan terwijl een ander snel
zijn lendedoek wegtrok. Het magere
lichaam droeg de sporen van be-
nijding die verplicht is voor mo
hammedanen. In elk geval was
het duidelijk dat Bari een moslim
was en geen hindoe. Het verhoor
ging verder. „Zeg me, waarom ging
je er vandoor?"
Bari die nu verwilderd keek en he
vig beefde kon niet antwoorden. Hij
zonk op de knieen. „Hij ziet er uit
als een fauji, sir" kwam een van
de jawans te hulp terwijl Bari over
eind werd getrokken (een fauji is
het Oerdoe voor de soldaat: het
Pakistaanse leger gebruikte het
woord voor de Bengaalse rebellen
waar het op jaagt)
„Kan zijn", hoorde ik Rathoe grom
men. Abdoel Bari werd verscheidene
malen met een geweerkolf gesla
gen en dan tegen de muur gesme
ten. Gelukkig kwam een Jonge man
op zijn geschreeuw af. Hij gluurde
vanuit de schaduw van zijn hut.
Bari riep iets in het Bengaals. Het
hoofd van de jongeman verdween
weer. Enige ogenblikken later kwam
een gebaarde oude man uit de hut.
Rathore greep hem
„Ken je deze man?"
,Ja, Sahib het is Abdoel Bari".
„Is hij een fauji?"
„Nee. Sahib, hij is een kleermaker
uit Dacca".
„Zeg me de waarheid"
„Bij God, Sahib, hij is een kleer
maker".
Er viel een plotselinge stilte .Ratho
re leek beschaamd toen ik hem zei:
„Laat hem in vredesnaam gaan
Welke bewijzen wil je nog meer
voor zijn onschuld?"
Pas toen ik nog eens tussenbeide
kwam gaf Rathore opdracht Bari
los te laten. Tegen die tijd was hij
een kreupel, sprakeloos hoopje el
lende. Maar zijn leven was gered.
Anderen waren niet zo gelukkig.
Zes dagen lang reisde ik met de of
ficieren van de 9de divisie uit Comil
la mee en was van nabij getuige
van de slachtpartij. Ik zag dat hin
does van dorp naar dorp werden
gejaagd en van deur naar deur om
ten slotte afgemaakt te worden na
dat een haastig „onderzoek naar
wapens" had uitgewezen dat zij niet
besneden waren.
Ik heb het geschreeuw gehoord van
de mannen die in de nabijheid van
het regeringscentrum in Comill
werden doodgeslagen. Ik heb wa
gonladingen van andere menselijke
schietschijven gezien en hen die de
goedheid hadden te proberen de on-
gelukkigen te helpen en dan onder
de dekking van de duisternis en het
uitgaansverbod „ter beschikking"
werden gehouden.
Ik was getuige van de zgn. „moord
en brandmissies" wanneer de leger
eenheden nadat ze de omgeving
van rebellen hadden gezuiverd, hun
pogroms in de steden en dorpen
voortzetten. Ik heb hele dorpen ver
woest gezien door „strafexpedities",
ik heb 's avonds in de officiersmess
met verbazing staan luisteren naar
de verhalen van de anders dappere
en eerzame mensen, wanneer ze
trots vertelden over de slachtpartij
en die ze die dag hadden aange
richt. „Hoeveel heb jij er gepakt.
De antwoorden staan in mijn ge
heugen gegrift.
Elke Westpakistaanse officier zal u
vertellen dat dit allemaal gedaan
wordt voor het „behoud van de
eenheid, de ondeelbaarheid en de
gedachtenwereld van Pakistan".
Daar is het natuurlijk in werkelijk
heid te laat voor. Oost-Bengalen
kan alleen bij Pakistan gehouden
worden met de loodzware hand van
het leger. En in het leger overheer
sen de Pendsjaab-bewoners, die
vanouds op de Bengalezen neerkij
ken en een afschuw van hen heb
ben.
De breuk is nu zo volledig dat er in
Bengalen vrijwel niemand te vinden
is die zelfs maar gezien wil worden
in gezelschap van een Westpaki-
staan. Dat is me bij mijn bezoek aan
Dacca pijnlijk duidelijk geworden
toen ik een oude vriend ging opzoe
ken. „Het spijt me wel", zei hij ter-
wijP hij zich van mij afwendde,
.rnaar de zaken zijn veranderd. Het
termen. „De hindoes hadden met i
hun geld de mohammedaanse massa I slachting van de Westpakistanen
volledig ondermijnd", vertelde kolo- een stad met gapende wonden en
nel Nairn mij in de officiersmess in I mensen die nog maar aan een
Comilla. Zij zogen de provincie uit. ding konden denken: vluchten.
Geld en voedsel en produkten
stroomden over de grens naar In- j geren van politieke richtlijnen, ge-
dia. Op sommige scholen bestond geven door de centrale regering,
meer dan de helft van de leer- (Overigens, de Chan's zijn op geen
krachten uit hindoes, die zelf hun enkele manier familie van elkaar,
kinderen naar scholen in Calcutta i Chan is een veel voorkomende ach-
stuurden. ternaam in Pakistan.
Je zult het niet geloven, maar de I Op het moment dat leger-onderde-
mohammedaanse priester van de len in de avond van de 25ste maart
moskee hier heeft tijdens de vrij- uitrukken om de muiterij te voor-
dagse gebeden een geloofsuitspraak I komen, die in de vroege uren van
gedaan dat de mensen en het para- de volgende morgen zou beginnen,
dijs zouden komen als zij West-Pa- [droegen vele militairen lijs;en bij
kistaners om het leven brachten. I zich met namen van mensen, die
We hebben die schoft opgepikt en i moeten worden geliquideerd. Op de
we pikken ook de anderen op. Wat lijst stonden hindoes en grote aan-
er over zal blijven, zijn de echte tallen moslims; studenten, hooglera-
mohammedanen. We zullen hun ren, leden van de Awami Liga,
zelfs de Oerdoe-taal leren". Journalisten en belangrije personen
uit de beweging van Sjeik Moedjib.
Draden IDe beschuldiging, die nu wordt
aangevoerd, dat het leger onder
Overal ben ik officieren en soldaten mortiervuur werd genomen vanuit
tegengekomen die uit de draden I Jaganath Hall, waar de hindoe-stu-
van hun eigen vooroordelen een ge- denten woonden, rechtvaardigt nau-
waad van rechtvaardiging probeer- welijks de totale vernietiging van
den te weven. Er moesten zonde-1 twee hindoecentra, rondom de tem-
bokken gevonden worden, om alpels op de Ramna-racebaan en een
was het maar voor hun eigen gewe- derde in Sjakrepati, in het hart
ten, een rechtvaardiging te hebben van de oude stad.
voor de verschrikkelijke „oplossing" Het verklaart evenmin, waarom
voor wat in wezen een politiek pro- aamzienlijke hindoe-bevolkingsgroe-
hutten van bamboe en matten had
verwoest. Honderden dorpelingen
waren ontsnapt voor het leger er
was. Anderen, zoals de man die
tussen de palmen lag, waren te
traag geweest.
Toen we verder reden, zei majoor
Rathore: „Ze hebben het zelf uitge
lokt". Ik zei dat het toch zeker een
te erge wraakoefening was op on
schuldige mensen voor de daden
van een paar rebellen. Hij gaf geen
antwoord.
Een paar uur later, toen we op de
terugweg van Chandpoer weer door
HaJiganJ kwamen, ben ik voor het
eerst met de barbaarsheid van een
„moord- en brandactie" geconfron
teerd. We bevonden ons nog in een
uitloper van de tropische storm die
de streek die middag had getroffen.
Op de moskee die boven de stad uit
torende, vielen spookachtige scha
duwen. De uniformen van kapitein
Azhar en de vier soldaten die in de
open escorte-Jeep achter ons reden,
begonnen nat te worden van de
motregen. We gingen een hoek om
en troffen een kolonne vrachtwa
gens aan die bij de moskee was ge
parkeerd.
Ik telde er zeven, alle vol met sol
daten in veld tenue. Aan het hoofd
van de kolonne stond een Jeep. Aan
de overkant van de straat probeer
den twee mannen, onder toezicht
van een derde, de deur in te beu
ken van een winkel, een van de
honderd die er waren en waarvan
de luiken waren gesloten. De deur
begon onder de slagen van twee
bijlen juist te bezwijken toen ma
joor Rathore de Toyota liet stop
pen. „Wat doen Jullie daar verdom-
Dacca na de verschrikkelijkeme?"
Over 't treurige lot van de vijf
miljoen naar India gevluchte
Oostpakistaners worden wij
dagelijks geïnformeerd, maar
over het bloedbad in het naar
onafhankelijkheid strevende
Oost-Pakistan de reden
achter de massale vlucht is
dankzij een scherpe censuur
nauwelijks iets tot ons door
gedrongen.
Een van de getuigen was de
Westpakistaan Anthony Mas-
carenhas, Journalist van de
..Karachi Times" en corres
pondent van het Britse Zon
dagsblad „Sunday Times".
Hij besloot zijn leven in West-
Pakistan op te geven om als
eerste de totale waarheid over
het optreden van zijn land
genoten in Oost-Pakistan te
kunnen vertellen.
Eén voorwaarde had hij voor
publikatie: eerst moesten z'n
vrouw en zijn kinderen Pa
kistan hebben verlaten om
geen gevaar te lopen voor re
presailles. Maandag J.L pu
bliceerden wij al een kort uit
treksel uit zijn schokkend re
laas. Vandaag volgt de volle
dige tekst.
bleem was: de Bengalezen hadden
de verkiezingen gewonnen en wilden
het landsbestuur voeren. Maar de
Pendsjabi's, wier ambities en belan
gen sinds de stichting van Pakistan
in 1947 de regeringspolitiek over
heerst hebben, duldden geen uithol
ling van hun macht. Het leger
steunde hen.
Onder vier ogen rechtvaardigen
overheidspersonen wat er gedaan is
als een vergelding voor het bloed
bad onder de niet-Bengalezen vóór
het leger binnentrok. Maar de ge
beurtenissen wijzen erop dat de
pogrom geen gevolg is geweest van
een spontane of ongedisciplineerde
reactie. Het was zorgvuldig be-
pen uit Dacca en de naburige indu
striestad Narajanganj kompleet zijn
verdwenen tijdens het 12-uurs uit
gaansverbod op de 26ste en 27ste
maart. En evenmin is er een spoor
van moslims, die in diezelfde uren
werden samengedreven. Deze men
sen werden uit de weg geruimd in
een terdege voorbereide actie; een
spontaan „antwoord" op de hin
doe-agressie zou tot geheel andere
resultaten hebben geleid.
„Strafexpeditie" is iets wat de Ben
galezen zijn gaan vrezen.
Wat dit inhoudt, hebben we bij Ha
JiganJ op weg naar Chandpoer ge
zien, 's morgens op de 17e april. Een
paar kilometer voor HaJiganJ was
de vorige avond een brug van 4,5
meter beschadigd door rebellen die
nog in het gebied bezig waren.
Volgens majoor Rathore was er on
middellijk een eenheid op strafex
peditie gestuurd. Tot op vierhon
derd meter van de brug kon Je ove
ral slierten rook zien. En toen we
Het lijkt duidelijk, dat met het
„uitsorteren" werd begonnen op het
moment, dat luitenant-generaal
Tikka Khan het gouverneurschap
overnam van de zachtaardige admi
raal Ahsan en het militaire com
mando van luitenant-generaal Sa-
hibzada Khan. Dat was begin j voorzichtig over de met planken in-
maart, toen sjeik Moedjiboer Rach- iderhaast opgelapte brug reden, kon-
mans Burgerlijke Ongehoorzaam- den we rechts in het dorp huizen
heidsbeweging de krachten bundelde zien die net vlam vatten,
na het uitstellen van de parle- Achter in het dorp breidden solda-
mentsvergadering, waarvan de Ben- ten het vuur uit met behulp van
galezen zo veel verwachten. kokosbladen, die uitermate geschikt
President Jahja Chan zou het eens zijn om vuur mee aan te maken,
zijn geweest met de groep hoge of- |ook zagen we tussen de kokospal-
Pakistan dat jij en ik gekend heb- fivieren, die zeer waren gebelgd men bij het begin van het dorp een
ben. bestaat niet meer. Laten we j over de toenemende vernedering i lijk liggen.
het maar vergeten". Van Westpakistaanse troepen in Aan de andere kant van de weg
Sommigen rechtvaardigden de uit- Oos-Bengalen. Het opperbevel in toonde nog een ander dorp de spo-
roeiing van de hindoes in simpele Oos-Pakistan ging door met het ne-1 ren van het vuur dat een tiental
De grootste van het trio, die de su
pervisie had bij de inbraak, draaide
zich om en keek ons aan. „Mota"
(Dikzak), schreeuwde hij, „wat
denk Je verdomme dat we doen?"
Toen hij de stem herkende grijnsde
Rathore breed. Het was, zo vertelde
hij mij, zijn oude vriend „Ifti", ma
joor Iftikhar van de grenstroepen.
Rathore: „Ik dacht dat er iemand
aan het plunderen was".
Iftikhar: „Plunderen? nee. Dit is
een moord- en brandactie'.
Met zijn hand naar de winkels wij
zend, zei hij dat hij ze allemaal zou
verwoesten.
Rathore: „Hoeveel heb Je er te
pakken gekregen?"
Iftikhar lachte bedeesd.
Rathore: „Vooruit. Hoeveel heb Je
er gedood?'
Iftikhar: „Maar twaalf. En dan heb
ben we nog geluk gehad. Ook die
I zien dat het haastwerk was geweest,
net zoals het haastwerk was ge
weest toen enkele weken daarvoor
de blauwe vlag van Bangla Des]
werd uitgestoken.
Zoals het in Chandpoer ging, ging
het ook in HaJiganJ, MoedarfarganJ,
Kasba en Brahmanbaria, allemaal
spooksteden met wapperende vlag
gen.
Laksham is een voorbeeld van de
andere reactie: kruiperigheid. Toen
ik er binnenreed, de morgen nadat
de stad van rebellen was „gezui
verd", waren het leger en duizenden
vlaggen alles wat ik zag. De majoor
die het bevel voerde, had zich in
het politiebureau gevestigd en daar
nam hij ons apart. Mijn collega,
een cameraman van de Pakistaanse
TV, moest een propagandafilm ma
ken van de „terugkeer naar de nor
male toestand" in Laksham een
van de eindeloze reeks films die da
gelijks worden uitgezonden over
„ontvangstoptochten en vredesbij
eenkomsten". Ik vroeg me af hoe
hij dat wou klaarspelen, maar vol
gens de majoor zou dat helemaal
geen moeite kosten. „Er zijn genoeg
van die schooiers overgebleven om
ceen show op te voeren. Geef me 20
minuten".
Luitenant Javed van het 39ste regi
ment kreeg de opdracht een menig
te op de been te brengen. Hij stap
te naar een oudere man die blijk
baar was binnengebracht voor een
o c verhoor. De man vertelde heftig dat
zouden we niet heb^n gekr^en als een trouw ud waj yan de"Mo.
?h2l iï32! w,on" i hammedaanse Liga en niet van de
terkant had laten komen Awami-liga <De Mohammedaanse
Kruipen LiSa leidde de onafhankelijkheids-
beweging in 1947). Hij was maar al
De Bengalezen reageren verschillend te graag bereid te helpen „Ik zal
op de terreurdaden van het leger. I twintig minuten voor 60 mensen
Wie kunnen vluchten, doen dat in zorgen", zei hij tegen Javed, „maar
groten getale. Hele steden zijn vol- als u me twee uur de tiJ(1 geeftj
op de terreurdaden van het leger.
Wie kunnen vluchten, doen dat in
groten getale. Hele steden zijn vol
komen verlaten als het leger na
dert. Er zijn echter ook mensen die
baarheid, wat hun positie nog min
derwaardiger maakt.
Een voorbeeld van een verlaten
stad is Chandpoer. In het verleden
stond deze belangrijke havenstad
aan de rivier de Meghna bekend
om zijn bedrijvigheid en vrolijkheid.
zorg ik voor 200 mensen".
En de man hield zich aan zijn
woord. Nauwelijks hadden we de
kokosnootmelk die de majoor had
laten aanrukken, opgedronken, of
ve hoorden in de verte geschreeuw.
„Pakistan Zindabad!" „Pakistan
Army Zindabad" (Leve het Pakis
taanse leger). Even later kwam een
50-tal oude mannen en kleine kin-
decren in zicht, schreeuwend zo hard
ze konden en zwaaiend met vlag
gen. Luitenant Javed knipoogde
naar me.
's Nachts zorgden de kleine binnen- jjven later was de „optocht" uitge-
vaartuigen die er voor anker lagen groejd een „massa-bijeenkomst",
voor een sprookjesachtig licht over compleeet met een geïmproviseerde
de rivier. Op 18 april was Chand- petitie-aanbieding en zogenaamde
poer verlaten. Geen mensen meer, sprekers.
geen boten meer. Slechts één pro- I Mahboeb-Oer-Rachmann werd naar
cent van de bevolking was gebleven. voren geduwd om het leger welkom
De rest, vooral de hindoes van de heten. Hij stelde zich voor als
stad, was gevlucht.s hoogleraar in het Engels en Ara-
Het vreemde was, dat er duizenden hisch en zej da^ hij al zijn hele le-
vlaggen waren achtergelaten, wap- yen was van d<J Mohammedaan-
perend van de hulzen en de win- Kg Liga. Hij begon een vuïlge toe-
kels. Het leek op een nationale Spraa^. pensen uit de Poendsjab
feestdag zonder de gebruikelijke eQ Bengalen waren één gewor-
massa's mensen. Het maakte de ge- den Pakistan en we hadden onze
heimzinnigheid nog beklemmender. ejgen tradities en onze eigen cul-
Het uithangen van de vlaggen zag tuur. Maar we werden geterrori-
men als een „verzekering". Het ge- gggjd door de hindoes en de Awa-
rucht had zich verspreid dat het le- j mj_hga, en op een dwaalspoor ge-
ger ieder gebouw zonder vlag als bracht> Nu danken we God dat de
een vijandige vesting beschouwt en g^daten van de Pendsjab ons gered
heet daarom vernietigt. Het deed er i hebben. Het zijn de beste soldaten
niet toe hoe de vlag gemaakt was, van de Wereld en helden va*l de
als halve maan en ster er maar op menSheid".
stonden. En zo ghig het door.
Het resultaat is een bonte menge- j^a de toespraak vroeg ik de majoor
ling van vlaggen, in allerlei kleuren wat hlJ ervan vond Het steunt het
en vormen. Sommigen met een doe^ maar ik vertrouw die schooier
blauw veld in plaats van het voor- zaj hem op mijn lijst zet-
geschreven groen. Het was goed te