Radeloze moeder
haar kind terug
wil
„Cultuur en politiek
niet te scheiden"
zijn
Eindeloze strijd
Frank Martinus Arionredacteur van het enige
culturele tijdschrift op de Antillen
Sportsplinters
DONDERDAG 1 APRIL 1971
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 21
Anneke: „Ik was vijftien toen m'n ouders gingen schei
den. Ik was een van de acht kinderen, maar de enige die
met moeder meeging. De andere zeven gingen direct in een
tehuis. M'n moeder en ik gingen eigenlijk op de vlucht voor
m'n vader. Tot ze achter ons adres kwamen en ik ook naar
een tehuis moest. Een tehuis voor werkende meisjes, ik
werd verkoopster bij V. en D., ergens in Zeeland. Maar
ik hield het er niet uit. Ik liep weg en werd gepakt. Naar
een strenger tehuis, een observatietehuis.
Bij aankomst moest ik gelijk in bad
en vervolgens twee dagen in bed in
een heel klein kamertje. Je mocht
er niks. Ja, maandverband breien
met dunne pennen. En op zaterdag
mochten we één sigaret roken. Na
afloop werden de peuken geteld.
Toen er een boek uit de biblio
theek weg was, kregen we vijf we
ken lang die ene sigaret niet, daar
mee was de schade van het boek
weer goedgemaakt. Hoe dat huis
heette? Schijf dat maar gerust, dan
lezen de mensen het eens. Huize
Bothanië in Rotterdam, het bestaat
nu nog.
„Moeilijk meisje"
Natuurlijk hep ik ook daar weer
weg. Toen ik weer gepakt werd, slo
ten ze me op in een isolatie-cel, om
tot inkeer te komen. Besloten werd
dat ik een moeilijk meisje was. Ik
had strenge leiding nodig en moest
naar een ander tehuis, in Beekber
gen. Een mooi huis, daar niet van,
qua ligging dan. Een tuin met een
groot hek. Daar hield ik het ook
niet uit.
Door
Kees Haak
Met een aardappelmesje vijlde ik
een spijl van het hek door, een
karwei waar ik een week voor nodig
had. Ik wilde vrij zijn. Ik liftte
naar Duitsland en belandde 's
avonds harstikke laat in Essen. Ik
ben er anderhalve maand gebleven,
als kamermeisje In een hotel, het
hotel waar ik die eerste avond zon
der geld was binnengestapt.
Tenslotte kwamen ze er achter
waar ik zat. Met de politie erbij
werd ik opgehaald. Weer terug naar
Beekbergen. Hoe oud zal ik toen
geweest zijn? Zeventien nog. ja ze
ventien. Natuurlijk liep ik weer weg.
Ik liftte naar Amsterdam en daar
leerde ik de vader van Carolien
kennen. Een aardige man, 'n stuk
ouder dan ik, 31 was hij, maar hij
was lief voor me, dat had ik nodig
toen en het voornaamste was dat ik
me vrij bij hem voelde, eindelijk.
Er was maar één naar ding: hij
dronk.
In verwachting
Ik was gelijk in verwachting. Toen
ik vier maanden was ben ik bij
hem weggelopen, omdat hij me
sloeg. Inmiddels had ik een brief
van de voogdijvereniging gekregen,
dat ik niet meer naar een tehuis
hoefde. Ik kreeg toestemming om
bij m'n vader in Den Haag te gaan
wonen. Met hem kon ik het buiten
verwachting goed vinden. Op een
keer zou ik een weekend naar m'n
moeder gaan. Ik was er nog niet of
de politie, door m'n moeder gewaar
schuwd, stond voor de deur. Een
paar uur later zat ik in weer een
ander tehuis. Vijf maanden zwanger
was ik toen. Wie is de vader van Je
kind wilden ze in dat tehuis weten?
Ik vertelde het niet. Wil hij met Je
trouwen? Ik zei dat vinden Jullie
toch niet goed. Enkele weken later
zat ik in een tehuis voor ongehuw
de moeders in Hilversum. Vlakbij
Amsterdam, dat was het enige dat
ik leuk vond.
Maar ook in dat tehuis was het af
schuwelijk. Dus liep ik weer weg.
naar Amsterdam, ik wilde gewoon
niet in een tehuis al hadden ze een
gouden tehuis voor me neergezet, ik
wilde vrij zijn.
Carolientje
Omdat ik ergens naar toe moest,
ging ik weer naar de vader van het
kind dat ik droeg. Hij was aardig
voor me en na ongeveer een maand
werd Carolien geboren, met hulp
van een vroedvrouw. We woonden
op twee kamertjes in de Jordaan.
Omdat het kind te vroeg kwam
hadden we niks. Haar vader is toen
van alles gaan kopen, voor mij,
voor Carolien.
Intussen had ik steeds de politie
achter me aan, maar ik wist ze tel
kens af te schepen. Daar krijg Je
op een gegeven moment handigheid
in. Ik dacht als ik nou trouw dan
kunnen ze niets meer doen. Ik bel
de de voogdijvereniging op en vroeg
of ik mocht trouwen. Ga eerst
maar terug naar Hilversum was het
antwoord. Dat heb ik gedaan, met
Carolien die
maand was.
inmiddels anderhalve
verklaring was. En dat terwijl de i heb ik echt geprobeerd om m'n
maatschappelijk werker van de
voogdijvereniging toen zei dat het
papiertje geen enkele rechtsgeldig
heid had.
Dat ontkent hij nu natuurlijk. Bo
vendien kon ik dat papiertje mak
kelijk tekenen, ik wist toch niet
waar m'n kind zat. In feite was dat
hele gedoe met dat papiertje dus
chantage. Waarom ik toestemming
moest hebben om te trouwen? Om
dat ik nog steeds minderjarig was,
negentien jaar was ik toen.
Mijn man en ik hebben eerst een
jaar in België gewoond. In dat jaar
kind te vergeten. Maar dat lukte
natuurlijk niet. Ik besloot net zo
lang te vechten tot ik het terug zou
krijgen. Ik nam een advocaat en
die kwam er achter, gewoon door
de lijst van gemeentehuizen in Zee
land af te bellen, waar Carolien
was. Ik belde de voogdijvereniging
op en zei: ik weet waar m'n kind is
en ik ga er naar toe.
Ga maar zeiden ze. Maar pas op,
het is een erg moeilijk kind, zeiden
ze, het is bang.
Nou dat viel mee: het was gewoon
een heel leuk meisje. Na het eerste
Onlangs was ze bij Marcel van Dam,
VARA's Ombudsman, in de uitzending: de
radeloze moeder die haar kind terug wiL
Op de TV bleef ze anoniem. Marcel van
Dam noemde haar Anneke. Zo heet ze ook.
Ze woont in Den Haag en is 26 jaar, maar
voor de rest blijft ze ook in dit verhaal
anoniem.
Het kind, zesjarige Carolien, woont bij
pleegouders in een Zeeuws dorp. Een kin
derloos gebleven echtpaar dat al eerder
twee kinderen adopteerde en nu ook Caro
lientje dolgraag wil houden.
De voogdijvereniging vindt dat Carolien
ln Nieuwerkerk moet blijven. „Dat zou
voor het kind het beste zijn", zegt de heer
De Jager, directeur van „Kinderzorg" Mid
delburg. In die zin heeft ook de kanton
rechter beslist. Het ziet er naar uit dat de
pleegouders Carolien nu mogen adopteren.
Een van de stukken die de kantonrechter
in het dikke „dossier Carolien" aantrof was
de door de bewoners van het dorp waar
Carolien woont (150 handtekeningen) ge
deponeerde eis „Carolientje moet blijven".
Maar Anneke vecht door. Ze heeft tegen de
beslissing van de kantonrechter hoger be
roep aangetekend. Binnenkort zal de recht
bank in Middelburg zich over deze zaak
buigen.
Er zijn meer moeders als Anneke. Er
zijn meer Carolientjes, die de inzet zijn van
een dramatische partij touwtrekken. In
Anneke's geval zijn de betrokken partijen
het over één ding eens: de strijd mag niet
over Carolientjes hoofd worden uitgevoch
ten.
Intussen gaat het daar wel op lijken.
Wiens schuld dat is, valt moeilijk vast te
stellen. Wat hieronder volgt is het verhaal
van Anneke zoals een van onze verslagge
vers dat uit haar mond optekende, met de
aantekening dat Kinderzorg-directeur De
Jager haar „een leugenachtige vrouw"
vindt die geen enkel recht op haar kind
kan doen gelden „omdat ze een officiële
afstandsverklaring tekende".
bezoek zei ik tegen de voogdijver
eniging: ik wil haar terug. Nou dat
is goed zeiden ze, maar laat het
kind eerst wennen aan de eigen
moeder, ga er eerst een Jaar lang
eens in de drie maanden op bezoek
en dan zien we over een Jaar ver-
Belazerd"
Toen ik er een paar dagen was be
greep ik dat ze me belazerden. Ze
zeiden het eerlijk, dat wel: jij mag
gaan, maar Je kind blijft hier. Op
alle mogelijke manieren probeerden
ze het contact tussen mij en m'n
kind te verbreken. Ze had nog
borstvoeding maar dat mocht al ge
lijk niet meer. Ik moest goed vin
den dat ze het kind de fles gaven,
d.w.z. ze legden de fles in het bedje
op een kussentje. Als het niet
dronk kreeg het een tik op het
neusje. Ik mocht niet wandelen met
het kind.
Ik dacht als ik getrouwd ben is het
allemaal over, dan kunnen ze me
niks meer verbieden. Maar de voog
dijvereniging zei geen Ja en geen
nee, ze antwoordden gewoon niet.
De man die kon beslissen of ik
mocht trouwen bleek met vakantie,
op Mallorca.
Ik dacht dan ga ik met de vader
van Carolien naar Schotland, dan
trouwen we daar. En dan zouden
we, als we na tien dagen getrouwd
en wel weer terugkwamen, gewoon
ons kind gaan ophalen. Dan zouden
ze het moeten geven, dacht ik. Een
vriend zou ons aan een vals pas
poort helpen, maar daar kwam na
tuurlijk niks van, zodat m'n hele
plannetje de mist inging.
Kind blijft hier
der. Nou dat is natuurlijk Idioot,
hoe kan Je nou Je kind leren ken
nen in vier bezoekjes, verspreid over
een heel jaar.
M'n advocaat bereikte tenslotte dat
ik gedurende een half Jaar elke
maand een bezoekje zou afleggen
en dan zou daarna verder gepraat
worden. Ik kreeg weer een sprankje
hoop. vooral toen de voogd ij vereni
ging bij mij thuis kwam kijken en
met m'n man ging praten. Hij ver
klaarde dat hij m'n kind graag wil
de hebben. Maar u kunt beter wach
ten tot het zes Jaar is. dan is de
eerste fase in haar leventje afgeslo
ten, dat is beter voor het kind, zei
den ze.
Kwaad
Daar waren we zo kwaad over dat
mijn man en ik besloten bij het
volgende bezoek tegen de pleegou
ders te zeggen dat we het kind te
rug wilden hebben. Toen we er wa
ren en ik erover moest beginnen,
heb ik het misschien een beetje on
handig aangepakt. Ik zei: weet u
dat ik Carolien nooit kwijt heb ge
wild?
Het antwoord was: daar heb ik
niets mee te maken. Die bezoekjes
waren trouwens helemaal verschrik
kelijk. De pleegouders met Carolien
tussen hen in op de bank en wij
daar tegenover in stoelen. En zij
het kind maar knuffelen. Ik bracht
een keer een boek met plaatjes
mee, maar de pleegvader zei: wat
heeft het kind daar nou aan, er
staan lettertjes bij. Carolien kan
nog niet lezen.
Dit is Carolientje, het kind
waar het om gaat.
Toen ik op een avond bij het tehuis
in Hilversum aankwam, werd ik
niet meer binnengelaten. Jij bent
vrij, zeiden ze, maar Je kind blijft
hier.
Nou verbaast me dat achteraf niks
want nu weet ik dat die voogdijver
enigingen en tehuizen goed worden
gesubsidieerd. Om de dag mocht ik
opbellen en vragen hoe het met Ca
rolien was. Nou ja, 't ging altijd
goed. ik hoefde me geen zorgen te
maken, zeiden ze. Ik belde ook met
de voogdij vereniging: ik wil m'n
kind zien, zei ik. Dat mocht niet.
Maar ik bleef bellen en op een dag,
Carolien was toen vijf maanden,
hoorde ik dat ze in een pleeggezin
zat.
Inzinking
Toen heb ik een vreselijke inzinking
gekregen maar de wens om mijn
kind te zien bracht me er weer bo
venop. Ik ging weer bellen met de
voogdijvereniging en toen dat niet
hielp brieven schrijven. Vriendelijke
brieven, smeekbrieven, rotbrieven.
Geef me m'n kindToen ging ik
de vader van Carolien verantwoor
delijk stellen, ik dacht zolang ik
bij hem blijf krijg ik dat kind
nooit terug. Ik ging terug naar Den
Haag, naar m'n vader. Ik nam een
kantoorbaantje en schreef dat aan
de voogdijvereniging. Maar ze gaven
geen antwoord.
Inmiddels had ik een Jongen leren
kennen die erg rijk was. Z'n vader
was miljonair. Ik heb er zelfs wel
eens over gedacht om met hem te
trouwen, dan zou ik zeker goed zit
ten, dan zouden ze niks meer te
zeggen kunnen hebben. Zijn ouders
wilden zich wel voor de zaak in
spannen. Of ik van hem hield? Nee.
maar dat heb ik hem ook verteld.
Hij zei: dat komt wel.
Getrouwd
Maar ook dat ging niet door. Toen
kwam ik de man tegen met wie ik
nu getrouwd ben, al vijfeneenhalf
Jaar. Van hem hield ik en hou ik.
Maar nog steeds heb ik mijn kind
niet terug.
Eerst was er een beetje hoop. De
voogdijvereniging schreef dat ik
m'n aanstaande man mocht komen
voorstellen. Wij naar Middelburg.
Waar is m'n kind vroeg ik. Maar ze
vertelden het niet. Stop me dan
maar weer in een tehuis, met m'n
kind. Maar ook dat kon niet. Wel
mocht ik trouwen toen. Op één
voorwaarde...ik moest een papier
tje tekenen waarop stond dat ik
geen moeite zou doen om m'n kind
te bezoeken. Ik heb dat papiertje
getekend. Ik dacht: als ik maar
eenmaal getrouwd ben, dan sta ik
sterker.
„Afstandsverklaring"
Achteraf begrijp ik dat ik dat nooit
had moeten doen. Nu zeggen ze dat
dat papiertje de officiële afstands-
Sinds juni 1969 circuleert over de eilanden van de Neder
landse Antillen het eerste en voorlopig enige culturele maand
blad van eigen bodem: Ruku. Het is het enige woord Indiaans
in het Papiamento en in de oorspronkelijke taal een plant,
waarvan de pitjes bruikbaar zijn als kleurstof; nuttig als de
Indianen ten strijde trokken. Een cultureel tijdschrift is het nu,
maar een strijdbaar tijdschrift met meer politiek dan poëzie.
Ruku's enige redacteur Frank Martinus Arion (34) is terug in
Nederland om zijn studie Nederlands af te maken: „Na vijf
jaar studie ben ik destijds naar de Antillen gegaan, omdat ik
het niet meer zag. Ik kon m'n volk toch niet helpen zo. Maar
dat is nu anders. Ik kan pas goed het papiamento bestuderen,
mee helpen ontwikkelen, als ik afgestudeerd ben".
Met een beurs van het rijk is Frank
Martinus daarom teruggekomen. Een
dergelijk aanbod van de Antilliaanse
regering, vier Jaar achter elkaar her
haald, heeft hij steeds afgewezen:
„Ik had altijd het gevoel dat ze me
het land uit wilden bonjouren".
Dat duidt erop dat deze zoon van
een politicus voor de overheid een
lastige figuur is. En dat is hij. Het
woord cultuur heeft voor hem een
brede betekenis, pijnlijk breed voor
de, gezagsdragers. Ruku (oplaag tus
sen 1000 en 1500) staat vol kritiek
op „het barbarisme en materialisme
dat de koloniale macht ons heeft ge
bracht". Uit nummer 3 (september
"69)„Men kan ons niet ongestraft
ons Braziliehout ontnemen, onze
stranden, onze geschiedenis en zich
daarna omdraaien en om vergiffenis
vragen".
Frank Martinus: „De tactiek van
Ruku is om eerst het god-aspect van
het kolonialisme te breken; aantonen
dat de cultuur van de kolonisten bij
zonder laag was. omdat de kolonisten
de mensen waren die van hun eigen
land wegtrokken en dus toch niet de
beste mensen waren een groep
van feodalen".
Cultuurarm
Cultureel gezien heeft volgens
Frank Martinus drie eeuwen van Ne
derlandse overheersing slechts één
Antilliaanse dichter en één beeldhou
wer opgeleverd. Hij zegt: „De hele
cultuur is zo slecht ingericht dat die
niet bij de mensen komt. Wij zitten
nog altijd met een percentage anal
fabeten. Voor ons is nodig dat er een
leerplichtwet komt, maar de econo
mische omstandigheden zijn van
dien aard dat de kinderen na een
paar Jaar van school worden gehaald,
omdat ze mee moeten werken. Aan
vullende cursussen in het Engels
hebben geen zin, want ze kennen de
taal nog niet eens. Deze mensen zijn
maatschappelijk dood, omdat ze al
leen het Papiamento kennen".
Het Papiamento tot 'n meer leven
de taal maken, door veel Nederlands
en Engels studie - en leermateriaal in
deze taal over te zetten ziet Frank
Martinus als een van zijn taken.
Maar er is meer. De zelfbewustwor
ding van de Antilliaan bij voorbeeld.
Cultuur is voor hem daarom meer
don kunst, 't is leven. Hij zegt: „Het
leven op een hoger peil brengen is
een politieke zaak en in die politiek
is een bepaalde mentaliteit die de
culturele verhoging in de weg staat.
De politiek en de politicus kunnen
niet overtuigen, door een gebrek aan
creativiteit en onafhankelijkheids-
gevoel".
Culturele protesten
„De cultuur wordt nog altijd ge
zien als een luxe van een koloniale
mogendheid. Nu dat wegvalt denkt
men alleen aan economische ont
plooiing. Dat dit afhankelijk is van
een culturele basis beseft men niet.
Een waarheid die wij via culturele
protesten in de politiek proberen te
brengen. Wij kunnen ons de weelde
niet veroorloven cultuur en politiek
te scheiden. Cultuur betekent het in
groei brengen van het land. Doe Je
dat niet, dan maak Je Je schuldig
aan barbarisme. Zo is de situatie op
de Antillen nog steeds. Als er mor
gen oorlog komt, hebben we niet eens
een beetje mals in reserve, omdat
Frank Martinus Arion (34)
voor studie Nederlands terug naar
Leiden.
zelfs aan het land nog niets is ge
daan. Er heerst 'n afhankelijkheids
mentaliteit die de zo gewenste onaf
hankelijkheid in de weg staat. En
hoe meer geld Je erin pompt bij
deze mentaliteit hoe dieper het
zinkt. Je moet er geen geld in pom
pen, maar Je moet de Antillianen le
ren het allemaal zelf te doen".
Frank Martinus trekt met zijn
cultureel tijdschrift ten strijde, om
dat hij die door hem noodzakelijk
geachte mentaliteitsverandering zich
niet vanzelf niet voltrekken. Hij zegt
„Je kunt het simpelweg de gevolgen
noemen van het kolonialisme; het
geloof in Jezelf verliezen. We moeten
ons land weer leren zien zoals het is:
van zand en stenen, van zon en plan
ten. We zijn nu eindelijk zover dat
we zelfs iets aan de landbouw willen
gaan doen".
Solidariteit
De schrijver van vier gedichten
bundels en een eerste roman, die nu
drukklaar is, gaat proberen zijn tijd
schrift tijdens de voltooiing van zijn
studie vanuit Nederland voort te zet
ten. De toon en inhoud gaan lang
zaamaan iets veranderen: „Ik vond
het onheus mijn mensen aan te val
len zonder eerst op de oorzaak van
de ziekte te hebben gewezen. Nu kan
ik het accent meer leggen op meer
solidariteit en structurele samenwer
king. Ik geloof dat we een grote ma
te van samenwerken nodig hebben
en meer ijver.
Nu grijpen we nog te snel naar re
sultaten die politiek imponeren". Het
lijkt op een vlucht met een onder
gronds blad naar het buitenland.
Hoewel Frank Martinus nooit zo
als veel van zijn vrienden in de ge
vangenis heeft gezeten „Dat kon
den ze niet doen. zonder een direct
bewijs te leveren dat er geen vrije
meningsuiting zou bestaan" ziet
hij zijn vertrek zelf niet als een
vlucht. Hij zegt: „Ik vond het wel
naar om weg te gaan, maar ik kon
daar op dit moment niets doen. Het
leek me beter hier hulp te organise
ren om de oppositie daar te steunen.
En dat is dan vooral een financiële
hulp, want er is veel geld nodig voor
vertalingen in het Papiamento. En
dat is de basis van de zelfbewustma-
king, dat de mensen kunnen lezen
waarover het gaat".
Bewust politiek denken
Over teruggaan denkt Frank Marti
nus voorlopig niet: „Als er op de An
tillen zelf een groep mensen ontstaat
die aan de structuur wil werken, ga
ik terug. Anders kan ik overal aan
dezelfde zaak werken. Ze moeten
naar 't punt toe van bewust politiek
denken. En als ik terugga, is dat niet
om de politiek in te gaan. maar om
in het onderwijs te werken; 'n insti
tuut te stichten waarbinnen via de
stimulering van het Papiamento aan
politiek bewustzijn wordt gewerkt".
..Ik had nu geen dag langer moeten
blijven, of ik had een politieke
partij opgericht. Maar het is niet
mijn uitgangspunt, ik ben tenslotte
een schrijver. Nee, ik ga alleen maar
als ik echt iets kan doen.
RUDOLF BOOST.
Geen medewerking
Die pleegouders gingen steeds min
der medewerking verlenen. Wanneer
we op de afgesproken dag en tijd
op bezoek kwamen, bleek Carolien
niet thuis te zijn. Toen ik daarover
bij de voogdijvereniging klaagde,
zeiden ze: het is ook beter dat u
niet meer gaat, Carolien is bang
voor u. Nee, zei ik, ze is Juist erg
aardig tegen ons. Nou Ja, zeiden ze
toen, er is veel kans dat ze er de
volgende keer weer niet is als u
komt.
Toen heb ik de pleegmoeder opge
beld en gevraagd wat er nu precies
aan de hand was. Ze zei dat Caro
lien zich door ons bedreigd voelde.
Toen ik neerlegde had ik gelijk wel
in de auto willen springen om haar
daar weg te halen, maar Je denkt:
wees nou verstandig, speel het spel
mee en probeer het kind langs de
officiële weg terug te krijgen.
Ander kind
Inmiddels was er bij Kinderzorg, zo
heet die voogdij vereniging, een
nieuwe directeur. Ik dacht: mis
schien is dat een redelijke man,
laar ik eens met hem gaan praten.
Maar ook die hoop was gauw over:
hij zei dat hij de stukken bestu
deerd had en dat het beter was dat
het kind bij de pleegouders bleef.
Zeker tot ze zes was, daarna zou
verder gekeken kunnen worden.
Overigens wilde hij ons wel vertellen
dat er op ons niets aan te merken
was. Het psychiatrisch onderzoek
waaraan mijn man en ik ons had
den moeten laten onderwerpen was
gunstig uitgevallen.
Er stond in dat we goede ouders
zouden zijn. Daarom, zei de nieuwe
directeur, stel ik u voor dat u een
ander kind uitzoekt. Ik had natuur
lijk gelijk moeten zeggen: geef me
uw kind dan maar, maar zo adrem
was ik toen nog niet. Ook bood hij
ons een auto aan en geld voor een
leuke vakantie, want, zei hij, hij
had met ons te doen. Natuurlijk
ontkent hij dat nu, zoals ze nu ook
ontkennen dat ik ooit om het kind
gevraagd heb. Het is hun Ja tegen
mijn nee. Gelukkig heb ik getuigen.
Vorig Jaar mei is Carolien zes Jaar
geworden. De Raad voor Kinderbe
scherming en de rechter hebben
zich ermee bemoeid. Maar ik heb
Carolien er niet mee teruggekregen.
Sterker nog, ze houden me nu aan
het lijntje met de mededeling dat
het beter is te wachten tot het kind
twaalf Jaar is. Dan zou de zaak nog
eens bekeken kunnen worden.
Zovelen
Anneke tenslotte: „Dit is na mij
overkomen, maar er zijn zoveel van
dit soort gevallen. En wat ik nog
het ergste vind is dat er geen in
stantie is waar je naar toe kan
gaan. Er is één man die beslist, één
man die de macht heeft. Dat zou
den ze eens moeten veranderen".
Voetbal De Rotterdamse eredi
visieclub Sparta heeft gisteravond in
Wezep geoefend tegen WHC, een
amateurvereniging in de eerste klas
se van het zaterdagvoetbal. De Rot
terdammers wonnen met 61 (30).
Boksen Het gevecht om de we
reldtitel zwaarweltergewicht tussen
Carmelo Bossi (Ita) en José Harnan-
dez (Spa), dat gisteravond in Ma
drid zou worden gehouden, is uitge
steld aangezien Bossi niet in staat is
te boksen.
Tennis Trudy Walhof en Marijke
Schaar hebben zich gisteren geplaatst
voor de achtste finales van het in
ternationale tennistoernooi van Nice.
Trudy Walhof won met 1-6, 6-4, 6-0
van de Zweedse Ingrld Bentzer. Ma
rijke Schaar versloeg de Italiaanse
Lea Periooli met 6-3, 9-7. Jan Hor
dijk verloor in de tweede ronde van
het herenenkelspel voor spelers be
neden de 20 jaar met 3-6 1-6 van de
Australiër Mcdonald.
Tennis Tom Okker heeft ln
Miami een voor zichzelf sprekende
overwinning behaald op de jonge
Australiër Phil Dent 6-2 6-4. De grote
verrassing bij het toernooi van Mia
mi, het vierde uit de reeks van twin
tig waarvoor een prijzenbedrag van
een miljoen dollar beschikbaar is, was
de nederlaag van Arthur Ashe. De
Amerikaan moest de niet geplaatste
Egyptenaar Ismail el Shafei door
gang naar de laatste zestien verle
nen, met de setstanden 6-3 6-3.