Schrikbarend tekort aan vormingsruimte in dag in de ^ek naar het irmingscentrum DNM-machinefabriek sterk voor vorming -krijgen om je mening fe uiten Wachtlijst in Leiden "In 210 werkende bngeren. En dit antal groeit nog... bC OR MIDDEL VAN DISCUSSIE Zelf bezig' „Fijn praten „Liever sport Nietschools LEID3CH DAGBLAD PAGINA 19 i- i. LEIDEN Er bestaat In Leiden een schrikbarend tekort aan ruimte voor vormingswerk voor de werken de Jeugd. Dat blijkt uit enkele re cente cijfers. Op het ogenblik staan er 337 Jongeren tussen de 14 en 18 Jaar ingeschreven bij de twee eni ge vormingscentra voor Leiden en wijde omgeving (Haverstr. en Ho- gewoerd). Maar 210 leeftijdsgeno ten blijven nog van dit vormings werk verstoken. ZIJ staan op een nog immer groeiende wachtlijst. Een sterk verontrustende situatie, om dat het er niet naar uitziet, dat op kore termijn een oplossing voor dit probleem word gevonden. De wachtlijst ls ontstaan na 1 augustus vorig Jaar. Toen besloot de minister <na aandrang van alle kanten) om ook de 15-Jarigen te verplichten tot één dag vorming in de week Voor de 14-Jarigen gold dit al. Met het optrekken van deze leef tijdsgrens is een vloedgolf van 15- Jarige werkende Jongeren op de Ha- verstraat en de Hoge woerd afgerold Daar kan men deze stroom niet aan. ES* zijn te weinig geschikte cur susleiders op dit moment, maar bo venal: de ruimte ontbreekt ervoor. Naar verluidt hebben B. en W. v. Leiden nu een stuk grond in de Merenwijk aangeboden. Volgend Jaar zomer zou daar een noodge bouw voor het vormingswerk kun nen worden neergezet. Maar de Merenwijk is wel bezwaarlijk ver weg voor de Jongeren van buiten de stad. Het bestuur van de Leidse vor mingsinstituten kijkt daarom on derwijl ook lonkend naar een oude school in de binnenstad (De Camp), die binnenkort leeg komt. Dit ge bouw is echter weer moeilijk op te knappen en in te richten. Met een definitieve oplossing wordt ook zo lang getreuzeld, omdat er nog altijd plannen bestaan voor een streekschool in Lelden. Het ech te vakonderwijs en de algemene vorming zouden daar hand in hand kunnen gaan. Het begrip streekschool ls echter al verouderd. Men denkt nu meer aan een streekcentrum. waarmee dit Jaar in een achttal plaatsen een proef wordt begonnen. Maar ook over deze vorm van beroepsbegelei dend onderwijs verschillen de me ningen al weer. En Intussen groeit de wachtlijst Voor 337 Jongeren is er momenteel wel plaats, voor 210 niet. En dit zullen er nog wel meer worden. Het is te hopen dat er snel uitkomst wordt geboden. Het vormingswerk is bitter hard nodig. ven *1 In Nederland mag je al op je veertiende jaar gaan ke fen. Niemand die je tegen houdt. Maar wél geldt voor deze Dirige „werkende jongeren'' (en sinds vorig jaar zomer ook 15-jarigen) dat één dag per week het werk in de steek worden gelaten. Dat is om er wat bij te leren. In de prak- Webeurt dat: óf door een vakopleiding van het bedrijf te -n (het zogenaamde leerlingenstelsel, dat er vorige week ■^i landelijk rapport niet al te best afkwam) óf door die ene ^joor te brengen in een vormingsinstituut. We vroegen ons -gt dit laatste inhoudt, en zijn daarom eens polshoogte gaan n op de Hogewoerd en in de Haverstraat, in welke ge- -^en het Leidse vormingscentrum voor werkende jonge- gehuisvest. van dit vormingswerk ls vorig Jaar doorgedrongen tten, radio en tv. Een vor- „Twee Jaar geleden was het denbaar, dat een Journalist ■^0|poek kwam". j plotseling gerezen belangstel en wel verklaringen. De wer- tögeren zorgden er ten dele zelf november '69 trokken ze met naar Den Haag om meer vor- t Isen. Met succes. De minister m*t ook 15-Jarigen recht zouden één dag vorming in de week letaling van het loon). Deze iddels gestand gedaan. Afkeer igstelling voor het vormings- men voorts zien in het licht i vJegenomen interesse voor alle |n onderwijs. De lagere school I kritiek: te grote klassen, te iJwijs. f^ere school ontstaat vaak de het leren. Niet voor het leren jenlijk, maar voor het onder- Een 15-Jarig meisje, dat in een kledingfabriek te Al- elt heel enthousiast: „In de urt waar we zijn gaan wonen, leuke school! Ze werken pjes, en mijn broertje mag it te vragen naar zijn buur man toestappen, als hij een som so gauw niet weet op te lossen". Een hoop Jonge werknemers hebben het niet zo goed getroffen met hun la gere school als dat broertje. (Hun hekel aan school is hartgrondig). Ze zijn blij als ze 14 jaar zijn. en een baas kunnen gaan zoeken. Maar ongeschoold als ze zijn krijgen zij de baantjes die dikwijls erg afstom pende werkzaamheden inhouden. Aan de ene kant zien ze het nut van het vormingswerk niet in (ze ervaren het eerder als een plicht dan als een recht), maar aan de andere kant zijn ze toch ook blij dat ze op die manier hun werk een dag kunnen ontvluchten. Niet schools Steven, één van de vormingsleiders van de Hogewoerd. kan zich die houding best voorstellen. „Ze verwachten als ze hier komen een schoolse instelling. Dat is het niet. We laten ze in het begin hun eigen situatie ontdekken: hoe was het toen Je nog op school zat (langere va kanties, eerder thuis), hoe is het nu meer geld en mogelijkheden, ook meer gebonden) Aanvankelijk wordt het programma in hoofdzaak door de leiding opgesteld, maar gaandeweg werken we er naar toe dat ze zelf iets gaan organiseren Een sportontmoeting met de Levens school uit Pijnacker? Best, zet het zelf maar op". Aldus kan een groep van een stuk of 16 cursisten zelf inhoud geven aan de verplichte programma-onderdelen, te weten twee uur sport, twee uur hand vaardigheid, twee uur maatschappelijke vorming. Neem de sport. Wat wil de groep; Jazz- ballet. volleybal, ringen? De stemmen worden geteld en eerst komen de wensen van de meerderheid aan bod, vervolgens die van de minderheid. Op dezelfde wijze wordt beslist over de twee uur handvaardigheid. Een groep 14-Jarige meisjes heeft bijvoor beeld voor koken gekozen. De helft staat dan achter het fornuis, de rest dekt al vast de tafel Je krijgt dan toch een groepswerkstuk. Handvaardigheid kan ook zijn: tim meren, met klei werken, tekenen of schilderen. Het materiaal en de ruimte is er voor. De al wat oudere Jongens die met hun handen hun geld verdienen, hebben hier doorgaans geen moeite mee. Maar anderen weten niet wat z& moe ten maken en bltfven vaak met één (aangegeven) idee modderen. Dan het vak „maatschappelijke vor ming" Het invullen hiervan hangt af van de verlangens van de werkende Jon geren zelf, maar de inbreng van de vor- mingslelder telt ook sterk mee. In dit verband kan worden gewezen op het geval van Siemens in Den Haag. die haar werkende jonge arbeiders niet meer naar een bepaald vormingscentrum wilde stu ren. omdat ze daar „opgestookt" zouden worden. Rode kant Franclen, een andere vormingsleidster van de Hogewoerd. zegt hierover: „Je Als er koffiepauze is op de Ho gewoerd, wordt meteen Nothing rhymed" van Gilbert O'Sullivan op gezet. Dan is er ook even tijd om een potje te biljarten, wat na te kaarten of een stripboek in te kijken. zit aan de rode kant. Je hebt nu een maal voor de werkende jeugd gekozen. Maar dat Je indoctrineert is natuur lijk een kwalijke zaak. We hebben bij voorbeeld pas een project over dienst weigeren gehad. Dan nodig Je zowel een spreker van de ene, als van de andere kant uit. In loonkwesties zou Je bijvoorbeeld best kunnen stimuleren, maar dan vind ik het veel belangrijker dat Je er op wijst dat daarvoor een vakbond ls. Je moet er nu eenmaal rekening mee houden, dat ze op deze leeftijd sterk te beïnvloe den zijn. Als ze mij ergens m'n mening over vragen, antwoord ik: „Ik vind dit of dat, maar Je moet zelf kiezen". Tijdens het vak „maatschappelijke vor ming" wordt veel gediscussieerd, over onderwerpen die de werkende Jongeren zelf vast stellen. Bij de 14- en 15-Jarigen gaat dit discussiëren in de vorm van een „rollenspel", omdat Je de aandacht van deze leeftijdsgroep niet makkelijk ge vangen houdt. Bij een spreker vervelen ze zich snel. of gaan diepgaand in op niet ter zake doende details Rollenspel Steven: „We nodigen wel eens een spreker van het gewestelijk arbeidsbu reau uit. Eerst stak die braaf een ver haal af. over wat ze daar allemaal de den. maar dat pakte niet. De man merk te het zelf ook. We zijn toen overge stapt naar het rollenspel. Eén jongen is dan zogenaamd werkloos, een volgende NOORDWIJKERHOUT BIJ de DNM-machinefabriek in NoordwiJker- hout werken veel Jongeren. De bedrijfs leiding van de DNM ls er sterk vóór, dat die werkende Jongeren een dag per week op een vormingsinstituut doorbren gen. Zeven Jaar geleden gebeurde dat voor de eerste keer. Het kost de fabriek wel veel geld. maar de directie ziet het nut van zo'n vormingscentrum toch sterk in. Daar wel Een gesprek met de heer Van der Zwet, het hoofd van de DNM-bedrlJfs- school en met Paul van Dam en Her man Gielen (beiden werkend bij de DNM en ex-cursisten van het vormings instituut) maakt duidelijk waarom men er zo voor is. De heer V. d. Zwet (links op de foto) „Het is goed om de jongeren één dag in de week iets anders te laten doen dan hun dagelijks werk. Problemen die ze hier niet op tafel kunnen brengen, kunnen ze daar wel behandelen". Paul en Herman vullen aan: „Jon gens die niet op het vormingsinstituut zijn geweest, durven niet te praten. Dat praten leer Je daar wel. Een ander voornaam punt ls, dat Je het Je chef durft te zeggen, wanneer hij naar Jouw mening ongelijk heeft. Verder is het op de het vormingsinsti tuut erg fijn, de sport en zo. Je kunt Je er uit leven". Van der Zwet er tussendoor: „In al die Jaren zijn er maar twee Jongens geweest die niet wilden!" De Jonge arbeiders bij de DNM be vinden zich in een bijzondere positie, ver geleken bij werkende Jongeren ln ande re bedrijven. De DNM kent namelijk een eigen Jeugdraad. Paul en Herman ma ken deel uit van die raad. Zij vertellen waar die Jeugdraad voor dient. „Door middel van de Jeugdraad wor den de belangen van de bedrljfsjeugd vertegenwoordigd De ondernemingsraad heeft te weinig tijd voor de problemen van de werkende Jongeren en is er ook niet voldoende mee op de hoogte". Jeugdraad De heer V. d. Zwet, zelf lid van de ondernemingsraad: „We vroegen ons af of de belangen van de Jonge werkne mers wel goed werden behartigd. Een half Jaar geleden hebben we de Jeugd raad ingesteld. En dank zij het vor mingsinstituut kunnen ze nu ook in derdaad zeggen wat ze op hun hart heb ben". weet niet wat hij wil worden, een derde wil een andere betrekking. Allemaal za ken waarvoor ze bij het arbeidsbureau terecht kunnen. Tot slot brengen we dan ook nog een bezoek aan het arbeids bureau. zodat ze tenminste een keer over de drempel zijn geweest". Er komen ook werkende Jongeren van 16. 17 en 18 Jaar naar het vormings centrum, en dat is meteen een heel an dere categorie. Ten eerste komen zij uit vrije wil. Verder kun Je merken dat ze wat ouder zijn, beter kunnen discussië ren (In een groep 14- 15 Jarigen heb ben we het meegemaakt dat woorden als „consequenties" en „tipgever" niet be grepen werden». Over het algemeen kan deze oudere werkende Jeugd wel op de medewerking van de bedrijven rekenen bij het ver krijgen van een halve vrije (vormlngs)- dag. Bij de meeste zaken wordt het loon doorbetaald. Op buitensporig enthousias me moet men overigens ook weer niet hopen. De arbeidsinspectie komt nog ge regeld 15-Jarigen op 't spoor, die niet aangemoedigd door ouders of het be drijf hun ene vormingsdag ontduiken. Blijft de vraag: wat is het effect van een vormingscentrum? Steek Je er wat van op? Een groep 14-Jarigen, daarnaar ge vraagd, schreef onder meer; „We gaan omdat het moet"; „tenminste een dag vrij" en „voor de sport". Maar ook: „Je durft wat te zeggen". Ook de ouderen stippen vooral dit laatste punt aan (zie onderaan de pagina). Vormingsleider Steven zegt er van „Voor Je zelf merk Je natuurlijk wel dat er rendement in zit, maar 't is moei lijk te meten. Beslist waar is. geloof ik. dat ze leren voor hun mening uit te komen. Ook heb ik een groep gehad waarmee we een project over de krant hebben gedaan, met veel dagbladen le zen die na afloop zei: we hebben de krant beter leren lezen. Dat is ook al heel wat waard. Je moet zo rekenen: de meesten kun nen als ze hier komen niet luisteren en zich niet verwoorden. We hebben die 1 november demonstratie gehad hè, in '69. Nou, toen vroeg een radioverslagge ver aan een jongen op een brommer waarom hij meedemonstreerde. Waarop die Jongen geen antwoord had. De ver slaggever wendde zich daarop tot één van de actieleiders met: „Zie je nou. hij weet niet eens waarvoor hij demon streert". Dat is het 'm Maar die actieleider was een goeie, want die sprong er prompt op in met: „Man. dat is het 'm nou Juist. Hij kan zich niet uiten. DA&rvoor demon streren we". :1 werkende jongeren kunnen hun gedachten slecht onder en brengen. Dat is een triest feit. Thuis worden nooit lande gesprekken gevoerd en dé lagere school ziet ook elijks kans om hun beperkte woordenschat en schamele ekstechniek wat bij te spijkeren. de vormingscentra wordt daarom veel aan discussie ge ld Op die manier leren de cursisten een standpunt te bepa- 1515e krijgen zo ook het lef om voor hun mening uit te ko- ie i groep cursisten bepaalt zelf de discussie-onderwerpen. s'' orbeeld over seksualiteit, de krant of het leger. nk de Kat en Jelle Los van het Leidsch Dagblad woonden 41 discussie bij. Dat was, toen het PSP-raadslid Herman tmeijer sprak over de nadelen van het leger. De week 'oor was er een ambtenaar van het ministerie van defen- p bezoek geweest, die uiteraard voor de instandhouding iet leger had gepleit. Aldus kon het „voor" en het „tegen" en afgewogen. afloop van de discussie schoten Jelle en Henk een paar en aan, om te vragen naar hun ervaringen met het vor- iwerk. Dat gebeurde in de kantine van het gebouw aan de oerd, onder het thee drinken door. Piet van Beek (17) woont op de Hee- reweg in Lisse en werkt bij de lakfa brieken van Sikkens in Sassenheim. HIJ zegt: „Ik discussieer liever, dan dat ik sport. Het is hier fijn. Je interesse wordt overal voor opgewekt. En als een groep iets wil, dan gebeurt dat ook". Piet, over zijn bedrijf: „Bij Sikkens zijn we bezig om zelf iets te organise ren. We hebben al een gespreksavond ge had over de mens. die grote kans maakt om een machine te worden. Dat was erg goed. Iedereen was er. de chefs ook. Dat organiseren gaat weliswaar lang zaam. maar ze werken wel mee bij Sik kens". Rlnus Blok uit de Leemansstraat 34 in Leiden is 17 Jaar en heftruckchauf feur. Hij komt al vanaf z'n veertiende op het vormingscentrum, macr de al lereerste dag moesten ze hem er bijna h^en sleuren. Nu gaat Rinus uit zich zelf. En graag „Als ik mag, ga ik nog een jaartje door Maar het moet dan wel worden door betaald". „Je kunt hier fijn praten en Je leert nog eens wat", aldus Rinus als Je vraagt waarom hij steeds weer komt. In zijn groep hebben ze het al eens ge had over verdovende middelen, dienst plicht, politiek en leeftijdsgrenzen. Als laatste spraken we met Clemens van Winden, even oud als de anderen. Clemens werkt bij de Plantsoenendienst in Voorburg, maar woont in Lelden, op de Rijndijk. Over de discussie van die middag denkt hij anders dan Piet van Beek. HIJ zegt „Zo'n discussie als over oorlog en vrede met Amptmeijer interesseert me hele maal niet. Ik doe veel liever aan han denarbeid en sport. Toch vind ik het hier niet vervelend. Trouwens, ik kan weg gaan wanneer ik wil. Maar voor Je algemene ontwik keling moet zo'n vormingsinstituut er toch wel zijn". Joke Valk heeft het erg naar haar zin in het vormingscentrum op de Hoge woerd. Ook zij is 17 Jaar. Ze werkt bij de Leidse firma Ar bouw als kantoorbe diende. Ze vindt alles wat er op het vor mingsinstituut gebeurt leuk, en er vaart het helemaal niet als „schools". Waarom ze steeds hierheen komt? „Misschien was het wel nieuwsgierig heid", bedenkt ze hardop. De belang stelling voor allerhande onderwerpen hoeft bij haar niet opgeroepen te wor den. Ze is overal levendig in geïnteres seerd. zo valt uit haar woorden te be luisteren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 19