Ïx-Rotterdammer Wim van Buuren, nu in Californië, net ruilhart van een zestienjarige Weer helemaal gelukkig! Enige iorg: z n gewicht SC iTERDAG 20 FEBRUARI 1971 LEIDSCH DAGBLAD LI*™ d. Pe 1 ïet is of hij Je gedachten raadt: wnmige mensen denken dat ik een ve invalide ben, maar da's gewoon wekul. Ik ben zo gezond als een Echt waarik heb me nog nooit zo !ond gevoeld als het afgelo- n Jaar". En dan schertsend: „Wat Je ook? Met een hart dat 24 Jaar iger is dan ik ben". )e artsen van dr. Norman Shum- y's beroemde hartteam (het enige Amerika dat nog harttransplan- ies verricht) beoordelen het geval n Buuren in koelwetenschappelij- termen: „Dat een patiënt met een llhart er zo goed aan toe is, is een buitensporigheid". Van zelf zegt: „Ik beschouw het mijn eigen hart, je raakt eraan je denkt er eigenlijk niet aan. Op mijn dieet en mijn pil- na 35 pillen van zes verschil - soorten per dag! leef ik als Ik ben weer helemaal ge snel (het zijn de woor- van zijn medici) is hij na de operatie op 3 Januari vorig opgeknapt. Toen hij na de uur durende ingreep weer bij kwam, was het eerste wat hij dr. Shumway vroeg: „Is het nu Ja, zei de chirurug, je hebt nieuw hart". „En toen merkte ik zelf ineens. Ik kon weer normaal Het was alsof er een met ruilhart weet einde- weer wat gezondheid bete- zwaar pak van mijn borstkas was weggenomen". Hij vertelt: „Door mijn snelle ge nezing ben ik een stukje reclame voor de Stanford-universiteit gewor den. Twee dagen na de opera tie mocht ik al lopen. Ik maakte met een maar een wandeling door de tuin. Toen ik terugkwam, vroegen ze angstig waar ik was geweest. Ik leg de het uit. Het was een heel eind weg Ze konden het bijna niet geloven Het verhaal ging als een lopend vuurtje door de ziekenzalen". Bij wijze van proef mocht hij na vijf weken een weekend naar huis. Door Wim de Regt Zijn vrouw kwam hem afhalen en, zou hem naar Mill Valley rijden Maar Wim vertrouwde haar rijvaar digheid niet helemaal: „Ze had net haar rijbewijs gehaald en we moes ten dwars door dat drukke San Fran cisco. Ik zei: „laat mij maar rijden, dan gaat het zéker zonder brokken. En ik reed alsof er niets met me was gebeurd". Verbazend snel Anderhalve week later mocht hij voorgoed naar huis gezond en wel. „Ik voel me beter dan ik in jaren geweest ben. Natuurlijk: ik moet me stipt aan de voorschrijf ten van de dok ters houden, maar daar wen je aan en in feite zijn het niet eens bijzondere dingen die ik moet doen Die pillen uitgezonderd dan. Mijn dochtertjes, sorteren ze voor me. Kijk maar, een klauwtje vol en dan nog een paar op gelost in een glas. De pillen moeten ervoor zorgen dat het nieuwe hart niet wordt afgestoten. Verleden jaar heb ik twee geringe afstoot-symptomen gehad, maar dat had dr. Shumway wel verwacht. Dat was normaal. Zelf heb ik er niets van gemerkt. Een cardiogram heeft, het zichtbaar gemaakt. Ik kreeg met een serum om het te onderdrukken en dat is tot nu toe gelukt". Niet te zwaar worden „Voor één ding moet ik goed zor gen. Ik mag niet zwaarder worden dan 65 kilo. Als dat wel gebeurt, moet ik terug naar Sanford voor een ver mageringskuur, en je voelt wel dat ik daar niets voor voel. Ik moet toch al elke week een hele dag naar het ziekenhuis voor onderzoek: bloedtest, röntgenfoto's, cardiogrammen. Als er iets mis is, moet ik dadelijk worden opgenomen. Maar dat is gelukkig nog niet het geval geweest". Lachend bekent hij met zijn zout arme dieet de meeste moeite te heb ben. „Ik was vroeger eeri goeie eter en altijd bezig in de keuken te kokke rellen. Dat doe ik nu nog wel. maar ik mag er alleen zelf bijna niets meer van proeven. Eerlijk gezegd: na het wekelijks onderzoek zondig ik wel eens, maar een paar dagen voor dat ik weer naar Stanford moet be- Foto boven: Willem van Buu- I ren met vrouw en drie kinderen. Foto rechts: Elke dag een tocht op de van de buren cadeau ge- kregen fiets. i slist niet! Dat gewicht, hè! Het schiet j omhoog". Kip, vis en veel verse groenten en j vrijwel geen vet. Wim van Buuren vindt dat hij het met dat dieet wel I kan uithouden. „Ik moet precies mijn dagelijkse calorieën tellen. Ik mag best een borreltje drinken. Helemaal niet erg. Maar een borreltje is zóveel calorieën. Met twee glaasjes zit Je dan al bijna aan je dagelijkse maxi mum. De moeilijkheid is alleen dat die pillen de eetlust bevorderen Kun je je voorstellen dat ik dikwijls zit te watertanden?" Vatbaar voor infecties De pillen hebben twee uitgesproken nadelen waarop hij voortdurend be dacht moet zijn. Ze maken hem in de eerste plaats uiterst vatbaar voor infecties. Een sneetje in zijn vinger opgelopen bij het knutselen in de garage naast zijn huis kan voor hem vervelende gevolgen hebben. Een lichte verkoudheid zelfs ook al „Man ik schrik me rot als ik een kuchje heb. Ik mag geen kou vatten Altijd warm gekleed de deur uit en zo". De andere bijwerking van de dage lijkse dosis pillen („die zal ik altijd wel moeten blijven slikken") is dat ze z'n spieren aantasten. „Daarom moet b ik elke dag oefeningen doen: mijn spieren moeten op die manier in con- j ditie blijven. Een soort compensatie, dus. Als het goed weer is: fietsen (de buren hebben me een prachtige fiets met versnellingen cadeau gedaan t Als het buiten te koud is: vijftien minuten op de hometrainer. En dan verder elke dag een uur wandelen en veel zwemmen. Er is een bad achter het huis. Alle mensen uit de buurt, hebben dat gezamenlijk gefinancierd. Verplichte lichaamsbewegingen zijn geen straf voor hem. „Ik heb vroeger altijd veel aan sport gedaan, vooral aan waterpolo. Door het drukke werk was daar de laatste ja ren niet veel van gekomen. Nu het móet, gaat het wél. Het is gewoon en kwestie dat je er tijd voor maakt. Vóór zijn operatie was Wim van 3uuren er heel erg aan toe Dat is eigenlijk veel te zwak uitgedrukt. .Ik kon nauwelijks op mijn benen 4aan. Lopen ging bijna helemaal niet meer. Ik kon net van de deur ïaar de auto sukkelen. Meer niet!" Ruim twee jaar geleden begon hij e sukkelen en in augustus '68 kreeg lij de eerste hartaanval. Vijf weken het ziekenhuis in en iaarna nog meer dan drie maanden thuis. Als een bom Nog geen Jaar later werd hij door ..e tweede hartaanval getroffen. .Veer het ziekenhuis in. weer maan- len thuis. Maar deze keer werd hij liet beter. Het ging integendeel teeds slechter. „In november '69 ;tuurde mijn dokter me naar Stan- ord, naar het hartteam van dr. 5humway. Als hij me niet kon gene- en, zou niemand het kunnen. Twaalf lagen hebben ze me daar onder- ocht. De uitslag kwam als een bom an: Je hart is zó slecht dat we er üets meer aan kunnen doen, het unctioneert nog maar voor slechts wintig procent. Alleen met een ruil- ïart ben je nog te redden. Anders leb Je nog maar drie maanden te le en. Als Je geluk hebt tenminste „Er gaat wel wat in je om als Je oiets te horen krijgt. Nog maar drie ïaanden voor1 de boeg! En dan k moest zelf beslissen, zelf uitma len of ik een harttransplantatie wil le. In Stanford heb ik gesproken met ndere patiënten die door dr. Shum- >ay aan een ruilhart waren gehol- >en. Ze waren optimistisch en voel den zich goed. De keus lag eigenlijk voor de hand: ik stemde toe." „Op 14 december werd ik naar huis gestuurd. Met de mededeling dat ik gebeld zou worden als er een j donor was Dat telefoontje kwam op i 3 januari. Vol goede moed ging ik de operatiekamer in. want ik was nuch ter genoeg om te begrijpen dat ik toch niets meer had te verliezen. I Een ruilhart was mijn laatste en eni- j ge kans. Toen ik bijkwam uit de ver doving, besefte ik weer wat het is om je goed te voelen Achteraf heb ik geluk gehad. Ont- i zettend veel geluk. In Stanford krijg je alleen een ander hart als je stervende bent en dat was ik. En daarbij komt dan ook nog dat het bloed en het hart van de donor eigenschappen hadden die met de mijne overeenkwamen" Hij zwijgt even Dan zegt hij: „Ze hebben me later ook nog verteld dat van de j twee andere patiënten die samen met mij op een transplantatie had den gewacht, er een was overleden, omdat er voor hem niet tijdig ge- noeg een ruilhart was. Als je dat al lemaal tot je laat doordringen, mag je toch wel van geluk spreken." Weg uit Maasstad Wim van Buuren is weer de gezon de, goedlachse man, die in 1963 met zijn vrouw Corrie en drie kinderen Robert (nu 14, Martine (11) en Caroline (9) naar Californië emi greerde. „In Rotterdam had ik ne gen jaar bij de Sleepvaartcentrale ge werkt, maar het zag er niet naar uit dat ik daar promotiekansen had Tóch wilde ik hogerop. Mijn vrouw en ik hebben er lang over gepraat en besloten naar Amerika te gaan I Dat had ik altijd al gewild." „Op een slof en een schoen kwa- I men we in Californië aan. Maar na de eerste week bracht ik een loon I thuis. Ik had een baan gekregen bij J een groothandel in ijzerwaren. Mijn i I Job was begrotingen maken van de i sloten, het hang- en sluitwerk en dat soort dingen voor nieuwbouwprojec- ten. Leuk werk dat goed betaalde De Van Buur ens boerden goed. konden zich van lieverlee meer per- I I mitteren. Wat ze in Californië ge- j dacht hadden te vinden, hadden ze gevonden. Tot Wim ziek werd. Hij I praat er liever niet over. maar laat I onwillekeurig tóch doorschemeren I dat zijn financiële situatie weinig rooskleurig is. Wekelijks ontvangt hij een klein bedrag krachtens een regeling die wij de arbeidsonge schiktheid zouden noemen. Die in-1 Dagelijks recept: Wandelen Fietsen Zwemmen Weinig eten 35 pillen komsten zijn te gering om het huis houden draaiende te houden Er zat niets anders op dan dat Corrie weer ging werken. Ze kreeg een baan in de dieetkeuken van een ziekenhuis in de buurt: elke dag vroeg op en hard pezen Maar wat moet ze anders? Hij zegt: „Financieel redden we het net, maar er moet niet opnieuw tegenslag komen. Ik leer nu op kosten van de staat Californië voor tandtechnicus, want mijn oude baan zou te inspannend voor me zijn. Als ik in augustus geslaagd ben. kan ik misschien voor mezelf beginnen, een eigen praktijk. Ja. als dat lukt komen we' er wel weer bovenop." Nog één keer? Eén ding heeft hij echter voorlopig afgeschreven: zijn hartewens Hij zou zo graag nog één keer naar Ne derland terugkomen, naar Rotterdam zijn geboortestad. Familie en vrien den opzoeken „Ik heb de zekerheid dat ik ongeveer twee weken kan weg blijven. als ik één routine-onderzoek in Stanford oversla. Wat dat betreft is er dus helemaal geen probleem. Maar waar haal ik het geld voor de overtocht vandaan? We hebben nu nauwelijks genoeg om rond te ko men. Laat staan dat er geld is voor de kosten van een vliegreis." „Natuurlijk, ik ben blij met mijn gezondheid, blij met mijn gezin. Ik ben weer heimaal gelukkig. Maar daarom mag ik toch nog wel zeggen dat ik graag nog één keer naar Hol land zou gaan?" dzakf. J. Hij stuurt zijn Plymouth langs een weg 01 bochten naar „Downtown" San Fran- sco. Heuvel op en heuvel af langs de uit strekte baai waarboven de mist een licht- ijs, bijna doorzichtig gordijn heeft ge- apeerd. Het is een dag die een voorbode van een nthou nte met veel zon lijkt, maar volgens Cali- •nische maatstaven is het „winters iud", als het kwik acht graden boven het iespunt staat. Willem van Buuren is een vlotte prater, ij kent de omgeving zoals hij zijn geboor- stad Rotterdam heeft gekend, ver- |t bijzonderheden over plaatsen en ge- luwen die we onderweg tegenkomen, imt rap jaartallen uit het hoofd op en hij vraagt begrip voor de „Amerikaanse toe standen die in Europese ogen op zijn minst aan de overdreven kant zijn. Het bloed kruipt tenslotte waar het niet gaan kan: hij is lang voordat hij het op pa pier werd helemaal Amerikaan gewor den Je hebt drie dagen met hem opgetrok ken en hem leren kennen als een harte lijke, vrolijke en vitale vent, blakend van gezondheid, breed in de schouders en ste vig in de spieren, en wellicht juist daarom vraag je je steeds opnieuw af: „Leeft deze man, ruim een jaar geleden nog ten dode opgeschreven, met een ruilhart? „Wie niet beter weet, gelooft het niet! coro:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 21