ZOALS WE ER UIT ZIEN Heijmans Holthaus Molenaar Vos Beeuwkes/Govers Sophie Feijen Anderen VRIJDAG 23 OKTOBER 1970 LEroSCH DAGBLAD PAGINA 27 De Nederlandse couturiers en boetiekontwerpers hebben de afgelopen weken hun visie gegeven op de mode van deze winter. Eendrachtig hebben zij de rokzoom laten zakken, variërend van net over de knie tot iets onder de kuit. Midi is voor overdag, maxi de favoriete lengte voor cocktail- en avondkleding. Pantalon en rok ontmoeten elkaar bij de kuit, want zoals de rok omlaag ging, zo steeg de broekzoom. We zien veel kuitlange wijde gaucho- en kozak broeken, die boven de laars uitpoffen. De cape is terug in al haar glorie: lang klokkend en vaak voorzien van vorstelijke bontranden. De mantels reiken tot vaak net onder de kuit en soms tot de enkels. Dat is alleen maar praktisch want dan loopt u niet de kans dat uw midi-rok er onderuit „vlagt". De mode van dit seizoen is een mengelmoes van oude en nieuwe stijlen En het laatste woord is nu aan de Nederlandse vrouw, die al aardig bezig is te capituleren voor de nieuwe lengte. Om het haar wat gemakkelijker te maken is hier een overzicht van wat de Nederlandse couturiers en boetiekontwerpers dit moeilijke seizoen hebben gebracht. Max Heijmans koos consequent voor kuitlang. Het meest in zijn element is hij bij de midi-tailleurs met gerende rok ken en korte jakjes en de combinatie van midi-japon met mantel of cape. Zoals ge bruikelijk voert hij de jassen, jakjes en capes met dezelfde stof als jurken en blouses die eronder worden gedragen. Toch heeft dat vaak weer verrassende effecten. Jeugdig onderdeel van de collec tie: suède rokken en leren tailleurs met grote opgestikte zakken. Kleuren: wit. beige, lichtbruin, diep turquoise (bleu de Provence) en helder koremblauw. Lengte onveranderlijk kuitlang voor overdag, 's avonds tot op de enkels. Tekening: midi-tailleur van leer met een krokodillenopdruk en bontgarnering. De wintercollectie van couterier Dick Holthaus ademt een Parijse sfeer uit. De broek is bij hem favoriet: kuitlange, wijd uitlopende pantalons, poffende kozakbroe ken, gedragen onder openvallende robe manteaus, jakken en tunieken en knicker- suits. Van jurken en tailleurs is het sil houet recht en smal of wijd klokkend vanuit de taille. Dit laatste vooral bij de mantels, die door de kleurloze stoffen en fantasieloze dessins een verdrietige indruk maken. Van suède: kuitbroeken met of zonder franje aan de zoom en knoppen garnering a la Yves Laurent. Vondsten: grote geborduurde vlinders van kralen of palletten op cocktail- en avondkleding en lange smalle ceintuurs van leer, suède of jersey die een paar maal om de taille worden gebonden. Kleuren: zwart, bruin, paars, donkergroen, grijs. Lengte: net onder de knie (zelden), kuitlang (zeer vaak) of vlak onder de kuit (vooral bij de mantels). Op de tekening een suède cowboy broek met noppenbeslag a la Saint Lau rent en een jersey knickers uit met gebor duurde vlinder- en pin-ceintuu*. Frans Molenaar ging zoals altijd zijn eigen weg. Nieuw bij hem is de combi natie van verscheidene materialen in een tint waardoor slechts de structuurver schillen de geometrische vlakverdeling benadrukken. Jurken, mantels en capes zijn vaak opgebouwd uit delen of blokken jersey, vistram en bont. Vondsten: jump suits en maxi-vesten van jersey die met tientallen koperen ringetjes zijn beslagen, spiraalvormige bontgameringen en mon- Mkkappen van bont. Hoofdkleur is zwart. Daarnaast donker bruin, paars en wit. Lengte: kuit- of enkellang. Op de tekening: mantel met bontranden en bontmonnikkap en paars-wit gestreep te cape. Edgar Vos maakt het de vrouwen, die het moeilijk vinden om naar de nieuwe lengte over te stappen, gemakkelijk met kniebedekte pakjes a la Chanel met plooi rokken en uiterst klassieke jasjes. Vos, die het afgelopen seizoen met zijn kuit broeken al midden in de moderoos schoot, koos nu voor oriëntaalse pantalons met klokkende pijpen, gecombineerd met bo lero's en midi-mantels. Voor 's avonds ontwierp hij comfortabele lange gast vrouw j aponnen van mysterieus gedessi neerde stoffen en madame Butterfly-ge waden in goud- en zilverlurex. De kleu ren van dagkleding zijn paars, aubergine, terra cotta en vaalgroen. Op de tekening: een oosterse creatie van touddoorweven sarongstof. Terug naar de jaren '30 met de Haagse touturier Ernst Jan Beeuwkes. Hij ont wierp voor de komende winter japonnen met plisserende rokken van zijde en mous seline. Statige mantels met passementen aan zoom en mouwen. Zwart, paars en bruin voeren de boventoon in zijn collec tie. De avondjaponnen maakt hij meestal van mousseline met een fluweelopdruk. Vondst: wollen crêpe jurkjes waarvan de mouwen van schouder tot manchet uit losse baantjes satijnlint bestaan. Lengte: veel midi's afgewisseld met een enkele maxi. Frank Govers ontwierp voor zijn eigen Amsterdamse boetiek Mod' Elle een win tercollectie waarin vooral de mantels op vallen. Hij liet ze op zijn eigen atelier vrijwel alelmaal in maxilengte uitvoeren met garneringen van zwart vos langs zoom, mouwen en kraag. Soms zijn ze voorzien van voorname Russische bor duursels. Govers' jurken zijn stuk voor stuk uiterst sierlijk door pof-, vlinder- of capemouwen en valletjes. Klokkend van uit de heupen, recht met splitten of ge rend met plooien. Knickersuits ontbreken niet in de collectie. Govers maakte ze van geruite stof met korte jakjes of midi-hessen met losse panden. Over ge ruite kuitbroeken liet hij even lange capes dragen. Ook bij Frank Govers zien wij geborduurde vlinders: Ze zijn geapiteerd op midi-jassen of japonnen. Kleuren: zwart, aubergine en paars. Daarnaast gobeline en fleurige mousselines met byzantijnse motieven. Op de tekening: maxi-mantel met pel- lerine en geruite kuitbroek met cape. Sophie van Kleef ziet veel in zwart voor de komende winter. De beste vondst uit haar collectie, die in haar eigen Am sterdamse boetiek Sophie en Johnny en via het confectieatelier in tientallen an dere Nederlandse boetieks komt te hangen zijn de „weduwenjurken"lange zwarte jersey-japonnen met een sluik lijfje en pofmouwen, klokkend vanuit de ver hoogde taille met geborduurde strips langs zoom taille en mouwen. Dezelfde garnering komt voor bij kuitbroeken ge combineerd met rechte tunieken. Voor verkoop alleen in eigen boetiek ontwierp oud-fotomodel Sophie van Kleef een serie suède kleertjes: knickerbockers, wijde kuitbroeken, bermudashorts, kuitrokken, bolero's en doorknoopjakken. Ter aanvul ling: grondlange sjaals, brede siercentuin en ouderwetse omslagdoeken. Op de tekening: een weduwenjurk en kuitbroek met tuniek. Fred Feijen, eigenaar van boetieks in Amsterdam, Bergen aan Zee en Arnhem en sinds kort ook inkoper voor boetieks in Utrecht, Eindhoven en Hoorn heeft het klaargespeeld in Frankrijk een voortreffe lijke serie kleren in te kopen, die stuk voor stuk met elkaar gecombineerd kun nen worden: kuitbroeken, doorknooprok- ken, tricot-pakjes met ouderwetse ajour- motiefjes, wollen vesten, Jersey blazers, coltruien en jersey blouses. Stijl: vrij spor tief en een serie zwierige zijden midi- tailleurs en Japonnen van het Franse merk Cacharel. De stoffen zijn meestal effen met daartussendoor een enkele Schotse ruit, golf- of zigzagdessin. De lengte is midi. De geruite loden Jassen en schapenvachtmantels zijn maxi. Kleuren: roestbruin, aubergine, grijs, blauw, paars en oud-rose. Op de tekening: gebloemde zijden midi- jurk met plooitjes in de taille. Bont is niet meer het stiefkind van de mode en de nieuwigheden van dit winter seizoen zijn dan ook niet aan bont voor bijgegaan. Er zijn midi- en maxi jassen van bont, capes, pofbroeken met korte battledressjes, bontvesten en overgooiers, midi-roken en poncho's. Twee namen in de bontmode: de Hagenaar Fred van Wordragen en het Amsterdamse ex-foto model Barbara de Groot die een Jaar ge leden een eigen bontboetiek begon. Op de tekening een door haar ontwor pen chasuble bestaande uit blokken veu lenbont. In deze rij mogen de modehuizen Leeser (Amsterdam, Den Haag en Venlo) en maison Kuiper (Zeist) niet ontbreken. Beide huizen weten ieder seizoen weer een collectie samen te stellen die van interna tionale allure is. Maison Kuiper brengt creaties van groten als Yvee Saint Lau rent, Dior, Balmain. Patou, Lanvin en Valentino. Rolf Leeser kocht voor zijn drie modehuizen exclusieve Parijse confec tie in. De Leeser midi's hebben niets saais doordat de vele uitgekiende garne ringen de lijvige lijnen breken: pltoncein- tuurs, grot© zakken, glimmende gespen. forse kragen, gordijnkwasten, nikkelen knopen, koperbeslag en strikken. Op de tekening twee Leesermodellen: een zwart-wit midi-pak en een flinter dunne gouddoorweven avondjurk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1970 | | pagina 27