BETONVOETBAL SCHRIKT AF 'Een goede competitiestart dat betekent heel veel' „Ik wil er wel voor vechten, maar niet met alle middelen" fcj Sam den Os van Roodenburg: EUROPACUP speelt u uiii spelen WOLTERS LEGER PIET GUBLER: LEIDSCH DAGBLAD - SPORT LEIDSCH DAGBLAD - SPORT - LEIDSCH DAGBLAD SPORT LEIDSCH DAGBLAD - SPORT LEIDSCH DAGBLAD - SPORT - LEIDSCH DAGBLAD (ADVERTENTIE) LEIDEN De publieke belangstelling voor het amateur voetbal is ook in het afgelopen seizoen verontrustend sterk teruggelopen. Niet alleen in de Randstad Holland, waar zich deze teruggang het krachtigst deed gevoelen, maar ook elders in het land. Sprekend voorbeeld is de stad Leiden, jarenlang een plezierig florerend bolwerk van het amateurvoetbal. Eer steklasser UVS, lange tijd landelijk lijstaanvoerder wat de toeschouwers-aantallen betreft, zag daar in twee jaar tijds het aantal betalende kijkers van 3500 (gemiddelde per ge wone competitiewedstrijd, waarbij dan nog leden en donateurs komen) dalen tot een cijfer dat de 2000 niet meer haalt. Bij stadgenoot Roodenburg was het van hetzelfde laken een pak: bij deze eersteklasser kreeg in één seizoen de (verblekende) penningmeester op de kop af 50 procent minder aan entreegeld in kas. Een mixture van oorzaken kan worden aangevoerd voor dit uit gekeken raken" op de te brede top van het amateurvoetbal: het negatieve (verdedigende) voetbal, waarmee vele clubs het hoofd boven water pogen te hou den en waardoor het voetbal als kijkspel wordt vermoordeen sterke terugval van de (spel)kwa liteit; teveel (klasse)voetbal op de beeldbuis, waardoor de nog actieve kijkers gaan afknappen op het amateurvoetbal; de elk seizoen vrijwel gelijke indeling van de zes eerste klassen. Wat dat laatste betreft: Amster damse eersteklassers. die van mening zijn dat het publiek uitge keken raakt op ieder jaar weer de zelfde wedstrijden, hebben een tot nu toe vergeefse poging on dernomen om aan dat probleem wat te dokteren. Op 20 juni jJ. be legden zü een vergadering met de clubs uit West 1 en West 2 om de wenselijkheid te onderzoeken van een gecombineerde indeling van bei de districten. Het plan kon meteen de ijskast in. De Rotterdamse eerste klassers vreesden dat zij, door het wegvallen van de derby's die. zo hadden zü becüferd, „garant" ston den voor de helft van hun jaarre cette financieel nog verder ach terop zouden raken. Voor een twee de Amsterdams voorstel de vor ming van een hoofdklasse by de amateurs had men wel oren. Men wil dit plan in fasen van stapel la ten lopen. Eerst drie hoofdklassen (boven de zes eerste klassen), die regionaal tot stand moeten komen door samenvoeging van West 1 en West 2, Zuid 1 en 2, Noord en Oost. Vervolgens fase 2: het terugbrengen van deze drie hoofdklassen tot twee Noord- en Zuid Nederland en ten slotte de derde fase één lan- deiyke hoofdklasse. Er zal nu door de districtsbesturen een enquête wor den gehouden (dat gebeurt overigens niet voor de eerste keer) onder alle eerste klassers, waarna men met een afgerond plan hoopt te komen. Moet dus een hoofdklasse redding" brengen en de belangstel ling voor het amateurvoetbal een nieuwe impuls geven? Voor Rooden burg-voorzitter Henk Uiterdyk is dat het punt niet. „Hier in de Randstad spreekt het amateurvoetbal niet, Voor een derby hier UVS Roodenburg willen de kijkers nog wel eens komen, zij het niet meer in die aantallen van een paar jaar tffrug. (Foto's LD/Holvast) ADVERTENTIE LEIDEN Twee seizoenen achtereen heeft Roodenburg hard moeten ploeteren om zich in de eerste klasse te hand haven. Dat is tamelijk vreemd. Technisch is de ploeg van dus danig kaliber dat je haar eerder in de hoogste regionen ver wacht. Maar ja, als de voorste lijn het niet klaarspeelt om een dragelijk aantal doelpunten te scoren dan zak je snel. Daar helpt geen aardig spel en geen lieve moeder aan. Een van de blauwzwarten, die de produktie van doelpunten zeer ter harte gaat, is aanvalsspits Sam den Os (27). Een jaar of vier, vijf geleden was hij een speler die maar even vrij hoefde te worden gelaten om messcherp te kunnen inschieten. Die kracht lijkt hij niet meer te bezitten, Het aantal afzwaaiers is de laatste sei zoenen aanzienlijk gestegen. Den Os wil wel erkennen dat hü vergeleken by een Jaar of wat gele den aan pure sprintkracht wat heeft ingeboet, maar met de kwestie van de doelpuntenmakerij die natuur- lyk niet alleen Den Os in de schoenen kan worden geschoven ligt het in zün ogen iets anders. Hy gelooft niet dat dat te wyten is aan teruglopende capaciteiten. „Vroeger schoot ik er meer in. Er was een seizoen by, het laatste in de tweede klasse, waarin Heymans en ik samen driekwart van het aantal doelpunten voor onze rekening na men. Maar Heymans ging weg en bovendien de verdedigingen kre gen ons spelletje langzamerhand door. In die Jaren speelde ik erg rustig en die rust gaf Je zekerheid. Dat is nu niet meer zo. het gaat al lemaal wat zenuwachtiger toe als er een kans is. Want je weet: er wor den toch al zo weinig doelpunten ge maakt. Wie durft er nu nog stevig op doel te schieten? Niemand. De bal wordt net zo lang afgegeven tot de kans weg is." En met die zinnen heeft Den Os wel puntig de frustratie gekenschetst waarmee Roodenburg kampt: het gaat op zeker moment niet goed. dat brengt onrust en het gevolg is dat het dan nog slechter gaat. Ruimte maken Den Os leet de vinger by nog een zwakte van Roodenburgs aanvalsspel. „Als voorhoedespeler en zeker als spits krüg Je byna altyd een straffe dekking. Je moet dan door snel naar buiten te zwenken ruimte maken of een gat trekken. Daar moeten dan mensen induiken. Dat gebeurt by ons te weinig. Er wordt te statisch ge speeld, ze biyven te veel op hun plaats. Dat mag toch eigeniyk niet in het voetbal van vandaag. Meestal is die beweeglykheid er wel in het eers te kwartier, maar dan schynen ze het weer te vergeten". Den Os zegt nooit geïrriteerd te worden door een verdediger die geen meter van hem wykt, als de man maar blyft voetballen en zich niet overgeeft aan wilde benentrappery. Den Os hoopt overigens wel dat het zware accent dat ook de amateur- ploegen op de verdediging leggen nu eens wat minder gaat worden „Het is geen wonder dat het aantal toe schouwers terugloopt. Door al dat te ruggetrokken spelen krygen de men sen eigeniyk niets meer te zien Ervaring In dit verband vertelt Den Os een ervaring van enkele seizoenen gele den. „We speelden toen echt mooi en aanvallend voetbal Maar de tegen- partuen gingen dan meteen met acht man voor het eigen doel liggen Daar was geen doorkomen aan. En wü hoefden maar een foutje te ma ken en we gingen er op. Na een paar wedstryden stonden we erg slecht. Er moesten punten komen wilden we ons handhaven Toen kwam ook by ons het accent vaak op de ver dediging te liggen Daarom geloof ik dat aanvallender voetbal er alleen komt als alle verenigingen dat wil len. In Je eentje red Je dat niet". Ziet Den Os het komend seizoen voor Roodenburg met angst en beven tegemoet? „Nee, zo erg is het niet Want we hebben een ploeg die echt wel wat kan. Daar ben ik van overtuigd. Veel hangt af van het begin. Maak Je in de eerste wedstryd een paar doel punten en gaat het ook in de tweede goed, dan hoef Je Je verder niet zo veel zorgen meer te maken. Dan rolt het wel. Maar neem eens het vorig seizoen. We begonnen met twee doel punten ln vyf wedstryden. Kük, dan gaat er wat knagen". meer tot de mensen. Als Je naar wedstryden gaat kyken waar zo'n man of acht voor het doel samen- kruipen en dan denk je in de on schuld nog dat er 433 wordt ge speeld en alleen maar proberen de bal tegen te houden, komt het publiek niet meer. In West 2 gebeurt dat alleen RVC en. in wat mindere mate, Papendrecht maken daarop een uitzondering over de gehele lijn. In de eerste klas se is men zo bang om te degrade ren en ik geef toe dat het verve lend is dat er clubs zyn die al van de eerste wedstryd af op be houd gaan spelen En je moet je wel aan dit negatieve verdedigende spel gaan aanpassen, want anders ga je mooi de boot in. In het seizoen 1968- 1969 hebben wy. onder Pim van der Meent (nu trainer by PEC), gepro beerd „anders", aanvallender te spelen. Maar als de andere clubs het niet doen, voor hun doel blyven „liggen" en gokken op een goed geslaagde uitval, kom je er niet. Na een wedstryd of vyf had den we zegge en schryve één punt. Het pnige lichtpunt was, dat we aan zienlijk meer toeschouwers trokken, want er viel toen by ons iets te be leven UVS voorzitter Fokko Nienhuis is het in grote lynen met zyn collega van Roodenburg eens. Ook hy is van mening, dat er bij de amateur- wedstryden voor de kykers te weinig te beleven valt. „Na vier, vyf wed stryden sommigen houden, het nog wel uit tot de helft van de competitie zyn de mensen het moe en blyven ze of thuis of stappen in hun auto (of trein) om elders beter voetbal te gaan zoeken Van dat betonvoetbal. zoals het door vele amateurclubs wordt ge speeld, heeft het publiek de buik meer dan vol Is een deel van deze terug gang by de amateurs te „verhalen" op het tv-voetbal? Fokko Nienhuis „Het is een meespelende factor. De mensen zien wedstryden van Feyen- noord, Ajax en PSV en daar steekt de kwaliteit van het amateurvoetbal natuuriyk schril by af Een kwali teit. welke bovendien de laatste ja ren en niet alleen by myn eigen vereniging UVS, het is een landelyke tendens sterk is teruggelo pen. Maar de hoofdoorzaak is dat tv- voetbal niet, ook al ken ik wel voet balbestuurders die beschuldigend hun vinger blyven uitsteken naar de beeldbuis Roodenburg -voorzitter Uiterdyk „Voetbal op tv heeft met ons pro bleem niets uitstaande Na één sei zoen kyken in West 2 waren de wed stryden om het wereldkampioeschap waarby doelpunten werden ge maakt die zie ik by myn ei gen vereniging niet al te dikwyls voor my een verademing De men sen willen nu eenmaal doelpunten zien. Als de clubs denken dat ze het met een puntje hier en een puntje daar wel weer een jaar tje zullen rooien, denken ze fout. Als een elftal, als het toevallig met zeg Voor de a.s. inde lengte in de breedte1 REISBUREAU Vismarkt 1 - Telef. 24862 ie 2—0 voorkomt, gaat freewheelen, dat een misvatting. Want daarvo( w en dat geldt zowel voor het betaa K de als het amateurvoetbv schuiven de mensen hun dui centjes niet over de kassa-luikjes. 2 willen tweemaal drie kwartier voetP bal zien Bijvoorbeld zoals dat nu i Engeland, waar men indertyd óc|1 het roer heeft moeten omgooien on>f dat de belangstelling zienderogej slonk, wordt gespeeld een inzt een knokken tot de laatste secoin de. Dan krijg je goed bezette trttE ne's. Ook by de amateurs". RENÊ VQti! mm#* Tot slot nog één vraag Den Os heeft door de Jaren heen heel wat doelpunten gemaakt Aan welke be waart hy de prettigste herinnerin gen? „Aan het doelpunt dat ik Yen Jaar of vier geleden maakte in de eerste wedstryd van de competitie uit tegen Papendrecht. Dat was ons eerste doelpunt in de eerste klasse". RUUD PAAUW SAM DEN OS (Foto LD/Holvast' ADVERTENTIE LEIDEN Hoe verdienste- lyk Piet Gubler (26) vaak ook speelt voor LFC (als centrum- en soms als voorhoedespeler), men ontkomt niet aan de in druk dat er wat capaciteiten betreft meer in hem zit dan er op het veld uitkomt. Wie zo hier en daar gaat graven naar mogelyke oorzaken, stuit nogal eens op opmerkingen als: „Gub zou een beste voetballer zyn geweest als hij vroeger wat se rieuzer had geleefdAls de LFC-er deze vraag krygt toege worpen in het gesprek met hem. neemt hy een lange pau ze om het antwoord te formu leren. Dat geeft zyn echtgenote gelegenheid om kort en bondig te zeggen: „Nou, dat is gewoon waér Piet kijkt haar aan met langzame. speurende blik. Daarna zegt hy heel rustig: „Ik kan het niet tegenspreken." Over de aard van zyn vroegere levenswyze wordt verder niet diep ingegaan. Gubler geeft met enkele woorden en hand gebaren te kennen dat de bloe metjes wel eens al te krachtig -werden buitengezet Maar dat is allemaal voorby. De .ide haren zyn er nu wel af by Gubler. die op zyn vyf- tiende jaar al in het -eerste van LDWS speelde en op zyn zes tiende overstapte naar een der seniorenteams van LFC. Voor die wilde haren in de plaats is nu een zwierige snor gekomen. Piet Gubler ziet het komend seizoen voor LFC met enig op timisme tegemoet. Dat lykt wat gewaagd, want de kanaries hebben heel wat veren moeten laten: Peter van Laarhoven, Dick Siera en Koos Hannaart gingen over naar een andere vereniging. „Dat kan zyn," zegt Gubler, „maar daar staat tegenover dat 'Leo de Jong er van het begin af aan by is en dat Wim Blom en Hans Dreef ook wel weer van de party zul len zyn. Het is jammer dat de overschrüving van Keereweer niet is doorgegaan, maar ik had al zo'n idee dat Wim Visser bü ons terug zou komen en zyn overschryving r%ar UVS zou in trekken. Dus we hebben in elk geval een goede keeper. Nee, als ik het zo eens bekyk dan zie ik het helemaal niet zo donker in voor LFC dit seizoen" Iets anders. De samenstel ling van het eerste elftal is een delicate zaak. by elke vereni ging. Meestal stellen trainer en technische commissie het team, samen maar heel wat trainers trekken dit werk geheel naar zich toe en dulden geen inmen ging Kraak deed het, zo zegt Gubler. in zyn tweede jaar by LFC alleen. Over de opstelling bestond tijdens zyn bewind wel eens irritatie by de geelzwar ten. Wie daarover met de spe lers sprak, merkte dat al gauw k^nt je afvragen of het niet beter zou zyn als een trainer dit soort wrevel, die alleen maar negatieve gevolgen kan hebben, probeert te ver mijden door de argumenten vqor zyn keuze goed door te praten met de spelers of met de aanvoerder. Gubler: „Dat was iets wat onder Kraaks voorganger, Van der Moer, ge beurde. Leo de Jong overlegde daarover zo nu en dan met hem. Van der Moer had ook meer contact met de spelers. Dat was iets wat hy zocht. Kraak niet." Hy voegt er overigens aan toe het vertrek van Kraak te betreuren. „Het was geen ge- makkeiyk man, hoor, maar wy zyn geen gemakkeiyke jongens. Dat moet je nooit uit het oog verliezen. En als het om trai- ningsstof ging dan was Kraak beslist beter dan V. d. Moer." Gubler vindt ook dat een perio de van twee jaar by een ver eniging tekort is voor een trai ner. „Net als hy er goed achter is wat voor vlees hy in de kuip heeft dan gaat hy weg. Dat is niet plezierig voor de club en voor de spelers. Kyk maar eens naar Roodenburg. Daar was V. d. Meent op de goede weg. Maar dan vertrekt hy en komt er een ander met een nieuwe aanpak. Daar moeten de spelers zich maar weer by aanpassen." By het aansnyden van zyn persoonlyke spelopvatting zegt Gubler: „Ik speel vrij stevig, maar ik ga nooit tot het uiter ste. Als ik in het centrum een erg goede voetballer tegenover me heb dan zal ik natuuriyk wel proberen hem af te stop pen. Daar zal ik echt wel veel voor doen. Maar red ik het on danks alle inspanning niet. dan zal ik hem laten gaan. Zo'n man expres laten vallen of iets dergelyks, nee. dat doe ik niet. Want ik weet hoe nydig ik zelf word als het mezelf overkomt. Ik wil er wel voor vechten, maar niet met alle middelen. Ik heb dan ook nog nooit een waarschuwing van een scheids rechter gehad." Waar heeft Gubler nu als voet baller de meeste hekel aan? „Om als linksbuiten te spelen tegen een verdediger die de ge woonte heeft met de aanval mee te gaan. Je moet dan steeds met hem optrekken, ^at vind ik een ellendig kar wei." RUUD PAAUW Piet Gubler Ik speel vrij stevig (Foto LD/Holvast) elc on re >v ltg< feni ak sel ho ÏS R g ni En f ter div ind. fcli opt ter en: at gei eek ami dt h U. 1 0 I r e het 8 v is, I na: t't tmi )UWl dal fuld< gele n g< teg lood eder »U L Tr wj een et E fde tr ri >ond

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1970 | | pagina 26