Proces in Chicago in wezen
een politiek proces
f
Doodsteek voor idealisme
van onze correspondent,
Mr. H. L LEFFELAAR
ZATERDAG 28 FEBRUARI 1970 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 11
CHICAGO (GPD) Met de uit
spraak in de rechtszaak tegen de zeven
gedaagden in Chicago voor hun aandeel
in de rellen, welke tijdens het Democra
tisch Congres in augustus 1968 in deze
stad leidden tot een bloedige confronta
tie met de politie, is een eind gekomen
aan een even bizar als historisch proces,
waarin niet alleen deze jongeren terecht
stonden, maar ook Amerika zelf. Na
een beraad van vijf dagen kwam de jury
van twee mannen en tien vrouwen tot
de conclusie dat er van samenzwering
geen sprake kon zijn, maar wel dat vijf
van de zeven zich aan het veroorzaken
van geweld hadden schuldig gemaakt.
Twee werden vrijgesproken.
De strafmaat wordt bepaald door
rechter Hoffman (74). Nog voordat de
jury een oordeel had geveld, werden
twee advocaten door deze rechter „we
gens belediging van de rechtbank" ver
gedaagden, want zij vertegenwoor
digden allen één of meer stromingen
in de Amerikaanse samenleving, die
de regering niet aanstaan: de Zwarte
Panters, de studenten voor een de
mocratische samenleving, de hippies,
de pacifisten, het nieuwe mobilisatie
comité voor de beëindiging van de
oorlog in Vietnam en de „free speech
beweging" die in Berkeley Universi
ty en Californië ontstond. Met hun
veroordeling zouden de heersende
machten in Amerika in één klap een
naar hun mening fatale slag kunnen
toebrengen aan alles wat zij on-Ame-
rikaans achten.
Het proces tegen „samenzweerders"
deed vanaf het begin af aan twij
fel rijzen aan de objectiviteit waar
mee het door rechter Julius Hoff-
Het proces, dat ruim vijf maan
den heeft geduurd en waarin bijna
200 getuigen werden gehoord, onder
wie de burgemeester van Chicago,
werd gevoerd op de 23ste verdieping
van een door architect Mies van der
Rohe ontworpen gebouw met veel
glazen wanden en leisteen, in het
hart van Chicago, in de ruime met
hout betimmerde zaal van de fede
rale districtsrechtbank voor het noor
delijke district van de staat Illinois.
Bijna iedere dag, ook in de bittere
winterkou van het winderige Chica
go, stond een lange rij studenten en
hippies beneden in de hal te wach
ten op een kans om een zitplaats
op de publieke tribune te bemachti
gen. Ze waren uitgerust met dekens
(die ze vaak op het trottoir achter
lieten om daar dan opgeraapt te
worden door dakloze zwervers),
slaapzakken, veldflessen, studieboe
ken en brood. Onder hen heerste iets
van de sfeer van die paar augustus
dagen in 1968, toen duizenden jonge
gelijkgezinden naar de stad kwamen
in de hoop het tij in Amerika te
keren. Dat was het tij van de oor
log, van Lyndon Johnson, van Nixon,
de armoede, de onderdrukking, en
dat van de partijbonzen die senator
McCarthy als een melaatse uitstoot
ten en in zee gingen met Hubert
Humphrey.
De rechtszaal bood al deze maan
den een beeld van het verdeelde
Amerika. Op de publieke tribune za
ten voor het merendeel de aanhan
gers van de gedaagden, uitgedost in
zwarte hoeden, kleurige sjaars, spij
kerbroeken, lange haren, rinkelende
kettingen, soms blote voeten en slob
bertruien, Aan het andere eind van
de zaal, recht tegenover hen, be
vond zich de rechtbank. Daar zat,
met zijn hoofd nauwelijks zichtbaar
boven de schouderhoge tafel, rech
ter Julius Hoffman, 74 jaar,' gebrild
en bijna kaal. Hoffman zat er onder
een rij van negen portretten van
grote Amerikanen: George Washing
ton. Abraham Lincoln, Benjamin
Franklin. En rechts in de hoek. zo
als in iedere rechtzaal van Ameri
ka, stond de Amerikaanse vlag in
een standaard
Rechter Hoffman had het voorko
men van de bekende filmtekenstrip-
figuur mr. Magoo: een klein, bij
ziend hoofd, dat bijna alleen maar
schedel was. Zijn krakerige stem
scheen via gekartelde stembanden
naar buiten te komen en als hij iets
zei dan was het meestal om de
jonge officier van justitie, Richard
van de dagbladen in Chicago,
maakten het proces iedere dag mee.
ook toen de rechter besloot de zit
tingen ook zondags te houden (met
aftrek van kerktijd). De televisie
maatschappijen, die er niet moch
ten filmen, werden vertegenwoor
digd door een zestal tekenaars
(meest vrouwen), wier gekleurde
schetsen 's avonds op de televisie
buis werden getoond met een ge
sproken commentaar.
In de jurybank zaten twee man
nen en twaalf vrouwen, waaronder,
twee plaatsvervangers. Onder hen
bevonden zich drie zwarte vrouwen;
een meisje van omstreeks 27 jaar,
een blanke vrouw met een perma
nente zonnebril, allen dagelijks voor
de chic uitgedost met soms nieuwe en
in ieder geval vers gesteven jurken of
mantelpakken. Sommigen droegen
blijkbaar ter gelegenheid van de
feestelijkheid ook nog een corsage
de gemiddelde leeftijd van de jury
lag omstreeks de 45. Hun gemiddel
de gewicht moet in de buurt van de
110 kg zijn geweest. Wie het tableau
van deze gezworenen zag, begreep
met angst dat zij in wezen het wer
kelijke en eigenlijke Amerika ver
tegenwoordigden en niet de hippies
en studenten die er terecht stonden.
De keuze van de jury was ongetwij
feld een overwinning voor de rege
ring.
De gedaagden
De gedaagden en hun advocaten
bezetten een grote vierkante houten
tafel in het midden van de zaal. Het
blad was dagelijks bezaaid met hip
pe kettingen, kleurige haarbanden,
boeken (o.m. één over het nazisme),
kranten (w. o. een nummer dat
„Strike" —staak heette), aante
keningen en de gele blocnotes van
de advocaten. Abbie Hoffman on
gelukkigerwijs naamgenoot van zijn
rechter), de leider van de Yippies
(internationale jeugdparty», kleedde
zich vaak in trui en een stropdas
om de blote nek. De oudere David
Dellinger, pacifist, droeg min of
meer conventionele kostuums. Dan
waren er de yippie Jerry Rubin, Ren-
nie Davis de zoon van n' voormlaige
Witte Huis-adviseur), Thom Hayden
een van de leiders van de studen
ten voor een democratische samen
leving), John Froines professor in
de chemie Lee Weiner lector in
de sociologie
Bobby Seale mede-oprichter van
de Zwarte Panterpartij werd reeds
oordeeld. Een van hen, William Kunst-
Ier, kreeg de ongehoorde straf van vier
jaar en 13 dagen, de andere Leonard
Weinglass werd gevonnist tot 8 maan
den en drie dagen.
Gedurende de vijf dagen welke de ju
ry beraadslaagde, kwam het in verschil
lende steden van de V.S. tot hevige pro
testen.
De Amerikaanse Unie voor Burger
rechten heeft rechter Hoffman beschul
digd van „buitengewoon en ongrond
wettelijk machtsmisbruik".
De Unie wees er in een verklaring op, man werd geleid. Door deze twijfel
dat de rechter in gebreke is gebleven om Roemde een essentiele vraag op: was
'het de Amerikaanse regering, in sa-
de betrokkenen op het ogenblik van hun menspel met burgemeester Dalea en
„belediging te waarschuwen, hen geen met rechtel' Hoffman, misschien ai-
i .r i leen te doen om de invloed van de
schriftelijke dagvaarding ter hand hadoppo6ltie der radicalen in het land
gesteld, en de uitspraak aan een andere te doen breken? Er heeft zich tij-
L.iiii 1 n i den deze rechtzaak niets voorgedaan
rechter had behoren over te laten. De j waard00r deze
vraag ontkennend be-
Unie heeft dan ook aangekondigd van j antwoord kan worden.
Met andere woorden, het Chica- j
go-proces was een middel van de
regering om de door haar meest j
gevreesde oppositie de mond te
snoeren en in diskrediet te bren- j
gen.
Afgeluisterd
Daarvoor is een aantal concrete
bewijzen aan te voeren. In februari j
1969 verklaarde het Hooggerechtshof j
dat wanneer het gebruik van
elektronische afluisterapparatuur
verkregen bewijsmateriaal gerechte
lijk ontoelaatbaar werd geacht, een
afschrift van dit materiaal ter hand
gesteld diende te worden van de
deze straffen in hoger beroep te gaan.
Schultz, gelijk te geven wanneer de- bij het begin van het proces tot vier
ze bezwaar uitte tegen vragen die jaar gevangenis veroordeeld wegens
door de advocaten van de gedaagden „belediging van de rechtbank",
werden gesteld. De meesten van de gedaagden ken-
In de breedte van de zaal zaten den elkaar niet of nauwelijks, totdat
de pers en de Jury tegenover elkaar, i het proces hen bijna 150 dagen dage-
Sommige verslaggevers, vooral die lijks samenbracht.
De basis voor de dagvaarding was
een recente wet, die op 10 april 1968
door het Congres werd aangenomen,
en een dag later door president
Johnson werd getekend. Dat was een
week na de dood van ds. Martin
Luther King, toen er in talloze gro
te steden ernstige onlusten waren
uitgebroken. Het was de aartsconser
vatieve segregationist, senator Strom
Thurmond, die in een soort koehan
del, waarbij hij bepaalde concessies
zou doen t. a. v. een andere wet op
de burgerrechten, gedaan kreeg dat
er een clausule werd opgenomen
waarin het strafbaar werd gesteld om
van staat tot staat te reizen met de
bedoeling om deel te nemen aan rel
len of opstanden, of ze te organise
ren De regering, met andere woor
den, werd het recht gegeven om op
te treden tegen Amerikanen die bij
een rel betrokken zijn wanneer zij
niet in de staat wonen waar die rel
plaatsvindt.
Uit de verklaringen van Congresle
den bleek duidelijk waar het de wet
gevers om ging. Zo lichtte het con
greslid Roudebush van Indiana de
wet aldus toe: „De mensen die on
der deze wet vallen, zijn anti-Ameri
kanen. Ze zijn tegen onze jongens in
Vietnam. Ze verbranden de Ameri
kaanse vlag. Ze willen onze vijanden
helpen. Ze leren hoe men de dienst
plicht kan ontduiken. Wij kunnen ze
alleen maar anti-Amerikanen noe
men.
Een stem voor deze wet is een stem
tegen deze rellenmakers".
Congresman Sakes uit Florida zei:
„Zij die tot geweld aanzetten moeten
gestraft worden, ook al kan dat lei
den tot de beperking van de vrije
meningsuiting".
Een rel of opstand („riot") wordt
hierbij dan nog omschreven als een
samenkomst of samenscholing van
drie of meer personen, waarbij op
z'n minst één persoon iemand anders
of diens bezit, bedreigt of aanvalt.
Twee van de gedaagden (de chemi
cus Froines en Weiner) stonden bo
vendien terecht wegens het gebruik
en vervaardigen van instrumenten,
die vuur veroorzaken (brandbommen
Deze uitlatingen illustreren dat de
opzet van de wet vooral is om de
regering een wapen te verschaffen
tegen een naar de mening van de
wetgevers ongewenste mentaliteit.
Dit bleek ook uit de keuze van de
verdedigers van de gedaagden. In
juni daarop werd in een hangende
rechtzaak tegen Mafia onderwereld
figuren gebruik gemaakt van deze
uitspraak van het Hof. De Mafia-
advocaten kregen de beschikking
over de afschriften (12 delen) van
afgeluisterde telefoongesprekekn en
het resultaat was dat de rechtzaak
werd geseponeerd.
Twee dagen- later, op 13 juni, be
kende de regering dat zy inderdaad
de telefoon van vijf van de acht „sa
menzweerders" had afgeluisterd zon
der daarvoor vooraf gerechtelijke
toestemming te hebben gehad en
beriep zich daarbij op het feit dat
het hier de nationale „binnenlandse
veiligheid" betrof, in welk geval geen
toestemming vereist was. Rechter
Hoffman weigerde een uitspraak te
doen over de wettigheid van deze
aldus verkregen bewijsstukken en zei
dat hü daarover na afloop van het
proces zou beslissen Dus nadat de
bewijzen zouden zijn gebruikt en
zonder de advocaten van de gedaag
den in de gelegenheid te stellen zich
tegen deze bewijzen te wapenen.
Advocaten in arrest
Het proces was nog geen tien da
gen oud, toen rechter Hoffman de
arrestatie gelastte van vier van de
advocaten van de gedaagden om
dat zij niet ter zitting waren versche
nen. Deze advocaten hadden echter
al vóórdat de rechtzaak begon, de
rechter laten weten dat hun aandeel
in de verdediging beperkt zou zijn
en dat zij niet persoonlijk aan
wezig zouden zijn. Drie hunner
waren uitsluitend by het proces be
trokken adviseurs om documenten
te helpen opstellen. De vierde ad
vocaat werd door de gedaagden vrij
gemaakt om de verdediging te voe
ren in het proces tegen een Zwarte
Panter. Twee van de gearresteerde
verdedigers maakten Hoffmans be
slissing onderwerp van een kort ge
ding bij een plaatselijk rechter aan
de westkust, waarbij Hoffman in het
ongelijk werd gesteld. De twee an
dere verschenen voor Hoffman en
deze nam hen znoder borgtocht in
hechtenis. Twee hogere rechters be
slisten toen binnen enkele minuten
daarna dat Hoffman daartoe geen
recht had en zij werden vrijgelaten.
Belastender nog voor de manier
waarop het proces tegen de „samen
zweerders" werd gevoerd, was de
manier waarop de jury werd samen
gesteld. De advocaten van de ge
daagden werd het recht ontzegd om
kandidaten voor de Jury te onder
vragen. Dit werd gedaan door de
rechter zelf. Van de veertig schrif
telijk ingediende vragen waarmee de
advocaten hoopten nog een mate
van zeggenschap te winnen bij de
selectie van de Jury, werden er dooi
de rechter 39 ontoegangkelijk ver
klaard. Eén van de adspirant-jury-
leden trok zich terug en zei dat het
haar onmogelijk was om objectief
te zijn, gezien de zeer subjectieve
voorlezing door Hoffman van de
dagvaarding.
Een groep acteurs en demon
stranten gaf in Chicago een her
opvoering van de rellen in 1968.
De ..politieman" rechts zwaait
met zijn knuppel en schreeuwt
Arnie Rubin met uitgestrekte
armen) een bevel toe.
Tenslotte was er het geval van
Charles Garrv. de links liberale ad
vocaat van Zwarte Panter Bobby
Seale, die met zeven „samenzweer
ders" terechtstond. Garry had een
operatie achter de rug en voelde
zioh lichamelijk niet in staat om de
verdediging te voeren. Niettemin wei
gerde de rechter het proces enige
tyd uit te stellen. Toen Garry later
verscheen, werd het hem wegens
langdurige afwezigheid bij de behan
deling van de rechtzaak, door Hoff
man niet toegestaan om het woord
te voeren. Hij diende als hij iets te
zeggen had zich te richten tot twee
andere advocaten William Kunstier
en Leonart Weinglass.
Na deze reeks van subjectieve,
partijdige manoeuvres werd tenslot
te in september verleden jaar een
begin gemaakt met een proces dat
een middeleeuwse tragie-komedie
werd waarin een van de gedaagden
(Bobby Seal) werd gekneveld en
vastgebonden aan zyn stoel, waarin
folk-zangers liederen zongen, schrfi
vers en politici hun solidariteit met
de gedaagden betuigden en v.aarin
bezoekers op de publieke tribune bij
teveel bijval of afkeuring om de ha
verklap uit de rechtzaal werden ver
wijderd.
Op de laatste dag van de vierde
maand van het proces zat Rennie
Davis in de getuigenbank. Hij werd
ondervraagd door de regeringsadvo
caat Richard Schultz: „Bent u van
mening dat er hier in Amerika zo
iets zou moeten zijn als het nationa
le bevrijdingsfront van Noord-Viet-
nam?"
Davis: „Nee."
Schultz: „Gelooft u dan dat de
Amerikaanse regering te vergelijken
ls met de Britse regering in 1772 'de
Amerikaanse revolutie)?"
Davis: „Ja. Dit land doet in Viet
nam wat de Engelsen hier deden in
1772."
Schultz: „Heeft u in een toespraak
in Chicago gezegd dat de jongeren
geen genoegen moeten nemen met
de toestand zoals die op het ogen
blik in Amerika is?"
Davis: „Ik heb gezegd dat ik wil
de proberen om voor deze generatie
een manier te vinden om dit land
beter te maken dan dat het was. En
ik heb dat gezegd, staande naast
Fred Hampton, die in deze stad
door de politie werd vermoord."
(Hampton was een van de Zwarte
Panters die in december gedurende
een nachtelijke overval werd dood
geschoten)
Rechter Hoffman: „Schrap dat
laatste uit de transscriptie van deze
zitting. Ik instrueer de jury het
als niet gezegd te beschouwen."
Deze dialogen illustreerden waar
het voor de gedaagden in het
proces uiteindelijk om ginghet
aan de orde stellen van alles wat
in die fatale augustusdagen van
1968 naar Chicago bracht in de
hoop de keuze van een kandidaat
voor het presidentschap te bei
vloden, die gehoor zou geven aan
de dringende problemen van de
oorlog in Vietnam, de onderdruk
king van de negers, de armoede,
en het gebrek aan sociale zorg
voor de minder bedeelden.
Later op deze dag trad de schrij
ver Norman Mailer op als getuige.
Hij vertelde hoe Jerry Rubin hem
had ingelicht over de plannen voor
de demonstraties in Chicago, hoe
Rubin er van uitging dat Lyndon
Johnson alleen herkozen zou kunnen
worden als hij onder gewapend ge
leide naar het partijcongres kwam
en hoe de aanwezigheid van de dui
zenden jongeren de regering ertoe
zou brengen om hun eigen congres
in geweld te doen derailleren. „Ik
t
zei toen tegen Rubin: Wow. het is
prachtig, maar het maakt me
bang."
Revanche
Na afloop van zyn optreden gaf
Mailer op de tweede verdieping van
het gerechtsgebouw een persconfe
rentie. Hij zei: „Dit is een fel pro-
ces. Wat er eigenlijk aan de orde is,
is een revanche. Want burgemeester j
Dalea (een democraat) wil niet toe-
geven dat Nixon in het Witte Huis
zit, dat zijn beleid tijdens het partij- j
congres faalde. Als 't niet tot geweld
was gekomen, zou Humphrey's ver
kiezingscampagne twee weken eer-
der het essentiële hoogtepunt hebben
bereikt, dat nu door de nasleep van
de rellen in Chicago te laat kwam
om hem 'n meerderheid van stemmen
te geven. En Dalea zal daarover in
zyn graf nog ziek over zyn." (Overi
gens vond Mailer dat het beter was
om een „nul" (Nixon) ln het Witte
Huis te hebben, dan een „morele in
competente politicus" (Humphrey
Op de tweede dag van de vijfde
maand verscheen de Zwarte Pan-
ter-leider Bobby Seal als getuige.
Hij werd zoals boven reeds ge
zegd vier maanden eerder we
gens „belediging van de rechtbank"
tot vier jaar gevangenisstraf veroor
deeld en afgevoerd naar de gevange
nis in Californië. De publieke tribune
gaf hem een staande ovatie toen hij
door twee zware bewakers werd
binnengeleid. Rechter Hoffman ge
lastte de parketwachters een aantal
bezoekers de zaal uit te zetten.
Seals getuigenis was ondrama
tisch. De regeringsadvocaat Schultz
probeerde hem vast te pinnen op en
kele uit het verband gerukte zinnen
uit een rede die Seal in Chicago ge
houden had. Seal weigerde erop in
te gaan. Tussen de twee gorilla's
verliet hij onder applaus weer de
Als protest tegen het proces
in Chicago blinddoekten jonge
lui het standbeeld van Lincoln,
Amerika's vrijheidssymbool, met
een bhterwijl de Amerikaanse
vlag met een zwarte vlag werd
omfloerst.
zaal. Om hem eer te bewijzen stond
het grootste deel van de publieke
tribune op. het gebaar dat vereist is
bij binnenkomst en vertrek van de
rechter.
Vergelijking
Een van de gedaagden, de 53-jarl-
i ge David Dellinger. heeft het proces
I tegen de „samenzweerders" van
j Chicago vergeleken met het proces
I tegen Van der Lubbe na de Ryks-
j dagbrand in 1933, dat hij ziet als een
poging van de nazi's om het volk op
te zwepen tegen de linkse politieke
groeperingen, waarnaar de repres
sieve maatregelen mogelijk lijken.
Dellinger zei dan: „Ik hoop dat het
Amerikaanse volk meer succes zal
hebben in het weerstaan van de
langzame uitbreiding van de „geor
dende samenleving" dan de Duitsers
in die jaren."
Het is een wat te scherp getrokken
vergelijking, maar Dellinger heeft in
zoverre gelijk dat het proces tegen de
acht van Chicago niets meer en
niets minder was dan een poging tot
intimidatie van alle groepen, die
zich opstellen tegen de regering en
de geijkte Amerikaanse waarden.
Dit feit gecombineerd met de re
cente door vice-president Agnew ge
uite dreigementen aan het adres
van de pers en de televisie, de poli-
tie-razzia op de Zwarte Panters en
het zich beroepen door de regering
op de „zwijgende meerderheid,"
doen een zorgwekkend, zo niet alar
merend beeld ontstaan van het hui
dige Amerika.
DE PROTESTEN tegen de pro
cesvoering in Chicago in ver-
shillende steden van de Ver.
Staten waren meer dan gebaren.
Het waren uitingen van wat er
leeft onder intelligente Ameri
kaanse jongeren. Jongeren, die
niet geloven in de missie van
de V.S. in Zuid-Vietnam, jonge
ren die begaan zijn met het lot
van de zwarten en de armen en
misdeelden in hun eigen samen
leving. jongeren die in de hui
dige regering geen heil zien. om
dat zij hun eigen leiders verlo
ren. 'Senator Eugene McCar
thy en Robert Kennedy
Amerika is voor hen niet lan
ger het land van de onverwe-
zenlykte droom van de Euro
peaan: het land van efficiency,
mededogen, snelle beslissingen,
rechtvaardigheid, doortastend
heid, initiatief en ongekende
persoonlijke vrijheid. Dat Ame
rika hield op te bestaan met de
tweede wereldoorlog en het is de
vraag in hoeverre het ooit be
staan heeft. Maar deze jongeren
die hun vertrouwen gaven aan
McCarthy, die hun vlag hesen
in de Kennedy-mast. vertegen
woordigen nu het allerbeste van
Amerika te bieden heeft.
Met het proces in Chicago
werden ook zy en hun idealen
„veroordeeld. En in dat opzicht
was het proces een verlengstuk
van die dagen in augustus, toen
een op macht beluste politie met
de sanctie van het stadsbestuur
van Chicago insloeg op hen, die
het idealisme opbrachten wat
aan de kant van de partijbon
zen ontbrak.
Het is zonder twijfel juist dat
de gedaagden en hun advocaten
zich tijdens het proces bediend
hebben van methoden die vol
gens de bestaande procedu
res van de Amerikaanse recht
spraak ontoelaatbaar moes
ten worden geacht. En zij, die
deze procedure kenden, moesten
in hun hart de rechter vaak ge
lijk geven wanneer hij vragen
en antwoorden van de pleitbe
zorgers van de gedaagden niet
in overeenstemming achtte met
de dagvaarding en met de wet.
Maar daartegenover stond de
houding van dezelfde rechter,
die systematisch de naam van
één van de gedaagde advoca
ten (Weinglass) als Weintraub
uitsprak, die zijn rug liet zien
aan de jury wanneer de advo
caten van de gedaagden een pl
dooi voerden, die sarcastisch en
synisch en vol minachting was
zodra het argumenten en uit
spraken van de gedaagden, hun
getuigen en pleitbezorgers betrof.
Het proces is voor rechter
Julius Hoffman misschien één
van zijn laatste geweest. Dat
neemt niet weg dat de regering
door middel van hem gebruik
heeft gemaakt van een systeem
dat niet meer in overeenstem
ming is met de ontwikkelingen
in het land. Een systeem dat
erop gericht schynt te zijn om
de vernieuwing, die de jongeren
voorstaan, in de kiem te smo
ren en de gevestigde politieke or
de in het zadel te houden.
Amerika bevindt zich op een
dramatische tweesprong. Het
heeft de keus om zich steeds
meer te verwyderen van de toe
komst, waarin de jongeren die
in Chicago terecht stonden per
definitie een belangryke rol
moeten gaan spelen, en te doen
alsof de „American dream" nog
steeds bestaat. Het andere alter
natief is een plaats in te rui
men voor deze jongeren en hen
de bewegingsruimte te geven die
zy nodig hebben om hun ideeën
te uiten en te formuleren.
Het Chicago-proces toont ech
ter aan dat de voorkeur wordt
gegeven aan de droom (die nooit
meer is geweest dan een droom)
en niet aan de toekomst van de
idealistische jongeren.
De regering van presi
dent Nixon weerspiegelt dat sen
timent. De fictie van de door
vice-president Agnew in het le
ven geroepen „zwygende meer
derheid" berust op de veronder
stelling dat Amerika sinds de
wereldoorlog is veranderd; dat
iedereen nog zyn hoop heeft ge
vestigd op een tweede auto, een
extra yskast, een derde televi
sietoestel en een eigen huis.
Maar de jongeren die in Chi
cago terecht stonden vertegen
woordigen een ander en inte
ressanter Amerika. Het Amerika
waarin medeleven met minder
bedeelden meer getuigt van de
„Amerikaanse geest" dan de mo
tivering van de dollar-jagers.
Het Amerika waarin het streven
en de persooniyke inzet voor
rassengelykheid, betere sociale
voorzieningen en rechtvaardig
heid, één van de belangrykste
vervullingen wordt geacht van
de eisen die aan dc samenleving
kunnen worden gesteld.
De Nixon-jaren tot 1972 zyn
weinig hoopgevend voor deze
jongeren. Al na één jaar is in
deze kringen een sfeer van gela
tenheid en verbittering te be
speuren over de tegenstelling
tussen woorden en daden van de
regering.