„Waarom reageren we niet
slagvaardiger en moderner?"
Metamorfose
„Mijn plaats is
naast mijn
en blij Ttf
volk"
Televisie vervangt Om -
Span jes rode hertogin
FREULE WTTEWAAL VAN STOETWEGEN OVER GEDRAG EN
WANGEDRAG, VROEGER, NU EN LATER
,.Heel streng
Moederlijke
PAGINA 8
LEIDSCH DAGBLAD
DEN HAAG (GPD) In haar boudoir
achtige flat aan de zeer Haagse Laan van
Meerdervoort zegt freule mr. C. W. J. Wtte-
waal Van Stoetwegen: „We zijn in onze ge
dragingen sinds de tweede wereldoorlog veel
losser geworden. In die ontwikkeling zie ik
niet zo gauw verandering komen. Door de
welvaart van nu zijn wij zo veeleisend gewor
den. We willen zo veel, dat we er zelf haast
niet meer tegenop kunnen. Natuurlijk, wel
vaart is prachtig en ik ben blij, dat vooral
oudere mensen daar nu wat meer de vruchten
van plukken. Maar ik vraag me af, of we met
die welvaart wel voldoende raad weten. We
Ze vertelt van vroeger, toen zij
met nog vijf broers en zusters in
Oostburg woonde, waar haar vader
inspecteur van de belasting was. „Ik
ben streng christelijk opgevoed, heel
streng geloof ik wel. Dat was in die
tijd in de meeste gezinnen zo. De
goede manieren werden er inge-
fitan en gehoorzaamheid stond
bovenaan."
hebben een vijfdaagse werkweek en hoe vaak
zie je niet, dat de langere vrije tijd wordt ge
bruikt voor herrieschoppen en dat zondags
het weekloon van vrijdag al weer op is. Er
zijn veel mensen, die zich op de rug van de
welvaart dingen veroorloven die eigenlijk niet
kunnen".
„Wèl heb ik zo'n idee, dat we nu door een
bepaalde periode heengaan en dat we in 1980
zullen zeggen: het is toch heel anders uitge
pakt, dan we toen dachten. Het kan heel goed
zijn dat we dan denken: ,,'t was toch een ben
de in 1970".
Wie in Nederland over .de
freule'' spreekt, kan daarmee
alleen maar bedoelen jkvr. mr.
C W I. Wttewaall van Stoetwe
gen. op 1 januari 1901 geboren
in Amsterdam en sinds 20 no
vember 1945 lid van de Tweede
Kamer.
Toen zü hoorde dat het thema
van het interview zou zijn „ge
drag en wangedrag, vroeger, nu
en in de jaren zeventig," rea
geerde zij wat teleurgesteld.
„Als het nou over politiek zou
?aan maar gedrag en wan-
redrag. wat moet ik daar nou
mee? Dan zeggen ze: heb je
weer zo'n ouwe tante, die het
zo goed weet."
niet vragen. Albert mag niet vra
gen." Zo bereikte hij zijn doel natuur
lijk toch."
Ze lacht bii de herinnering en
zegt dan: „Als je daar tegenover de
hoge eisen ziet die de kinderen nu
stollen, ik bedoel met sinterklaasca
deaus en dergelijke
Spijt over haar jeugd heeft zij niet.
„Later ben je zelfs dankbaar voor
zo'n opvoeding, ook al heb je er als
kind onder gezucht. Dacht je, dat
wij in onze tijd je en jij tegen onze
ouders konden zeggen? Toch vind ik
dat van nu wel aardig hoor. het is
vertrouwelijker."
„Zo sta ik er ook 150 procent ach
ter, dat kinderen tijdig worden voor
gelicht. In mijn tijd was het zo. ook
al wist je het een en ander, bijvoor
beeld van een schoolvriendin, dat je
het nodig vond onwetendheid te spe
len. Je durfde er gewoon niet voor
uit te komen dat je het wist."
„Ik herinner me nog goed. dat een
goede vriendin op school eens aan
me vroeg: Kom je straks bij ons
koffie drinken, want Je moeder
heeft hoofdpijn. Nou, mijn moeder
had nooit hoofdpijn, dus wist ik dat
er een broertje of zusje zou komen.
Maar ik paste er wel voor op dit te
zeggen, zoiets deed Je gewoonweg
niet."
Komt wel in orde
..Dat de kinderen van nu zo an
ders zijn betekent meestal alleen
in de Kamer wordt steeds meer ge-
maar dan hoef je nog niet alles te
zeggen Dat is gewoon niet nodig."
On veiligheid
De onveiligheid op straat?
„Ik ben heel blij met ra"n flatje
in het centrum van Den Haag, vlak
bij het Ka mei-gebouw. Ik zou toch
's avonds om 12 uur niet meer al
leen naar huis durven als ik in een
van de buitenwijken zou wonen.
Straatroverijen komen nogal eens
voor. net zoals bankovervallen.
Daar heb je misschien ook een goed
voorbeeld van wangedr;.g als gevolg
van onze toenemende welvaart; on-
Daarvoor is het dagelijks leven te
enerverend geworden en raken we
steeds heviger en sneller geïrriteerd.
Wèl verwacht ze Jat de verkeers
veiligheid desondanks groter zal wor
den. „Nu zijn onze steden en wegen
niet aan het verkeer aangepast,
maar daar zal steeds meer verbete
ring in komen. Dat moet wel. Be
langrijker is, dat naar mijn mening
op het ogenblik de meeste men
sen te laat in hun leven met
autorijden zijn begonnen. Die
groep zal steeds meer worden vervan
gen door de mensen die al op 18-
jarige leeftijd aan het verkeer zijn
gaan deelnemen. De jongens en meis-
ze moderne mobiliteit is er nl. voor jes. die op het ogenblik leren auto
een groot deel de schuld van. Ik i rilden zoals wii vroeger leerden fiet-
„Die gehoorzaamheid, onvoor
waardelijke gehoorzaamheid, dat
was voor de kinderen in mijn jeugd
punt één. Dat is nu wel een beetje maar winst. Zij krijgen nu ook veel
anders geworden. Zaterdags moch- meer kans zich te ontplooien en dat
ten wij met het meisje mee bood- is goed. Soms slaat dat dan wel een
schappen doen. Het leuke daarvan beetje te ver door, maar dat komt
was natuurlijk, dat Je overal iets te wel weer in orde",
snoepen kreeg. Maar j e mocht al- i Ze noemt een voorbeeld, waaruit
leen mee als je het versje van de blijkt dat ons gedrag zoveel
zondagschool voor de volgende dag 1 is geworden,
kende, anders kon Je thuisblijven." „Dacht je, dat toen ik 24 jaar
interrumpeerd. Volgens mij is dat me eens laten vertellen dat het sen. Zij zullen zich veel aangepaster
soms ook wel een beetje agentje
pesten, casu quo miraistertje pes
ten".
„Als voorzitter van de Kamer
valt het soms niet mee. Je moet op
het scherp van het mes balanceren
en er voor zorgen dat je eerlijk
blijft, dat iedereen dezelfde kans
krijgt om te zeggen wat hij of zij op
toenemen van de misdadigheid voor het verkeer gedragen"
een flink deel op rekening van de
bromfiets moet worden geschreven.
Uit de steden komt men zo makke- UVP1 (It SV(?11
lijker op het platteland om er iets
van zijn gading te vinden en is in
een oogwenk weer verdwenen. Met
zo'n ding ben je immers zo uit de
vopten. Bovendien kan iedereen
het hart heeft. Dat kost wel eens die 18 jaar is tegenwoordig in een
moeite. Je hebt in alle fracties aar- autorijden en velen doen het ook. Je
dige mensen en mispunten". koopt voor zeven tientjes een Fordje.
„Ik vind. dat in de Tweede Ka- hoe gammel het ook mag zijn. en
mer de goede manieren gehand- dan kan je alle kanten uit. Het aan-
haafd moeten worden. Wat ik zo tal bankovervallen zal niet minder
merkwaardig vind: normaal spre- worden. Wü z«n zo'n klein landje, de
ken de „geachte afgevaardigden" in grenzen zijn vlak bü -na een overval
de Kamer tegen de voorzitter. Tot ben je zo weg".
ze gaan interrumperen. Dan richten In het verkeer van vandaag sig
naleert freule Van Stoetwegen een
„En je mocht n atuurlijk vooral
niets vragen. Ik herinner me uit die
tijd dat mijn broer Albert die nu
zelf ook al in de zestig is en veertig
jaar in Amerika woont eens in
een winkel om een snoepje had ge
vraagd. Mijn moeder, die misschien
nog wel strenger was dan mün va
der, gaf hem toen duidelijk te ver
staan dat hy niet meer mee zou mo
gen als hij weer zou vragen. De vol
gende keer bleef Albert in een win
kel net zo lang dralen tot wij vroe
gen. wat er was. En hü: ..Ik mag
geleden in de Kamer kwam het
werd toegestaan dat een van de le
den op de rand van een bank ging
zitten? Moet je nu komen, dat ge
beurt nu om de haverklap".
De freule is voor de CHU lid van
de Tweede Kamer sinds 20 novem
ber 1945. De laatste jaren is zü ook
lid van het presidium van de Ka
mer en fungeert af en toe als voor
zitter.
„Het is een kwestie van normale
beleefdheid dat je iemand die aan
het woord is, laat uitspreken. Maar
zij zich plotseling rechtstreeks tot
de betrokken minister en is het „ex
cellentie" voor en „excellentie" na.
Het lijkt dan wel alsof er ineens
geen voorzitter meer bestaat. Dat is
eigenlijk onjuist en dat heb ik wel
eens gezegd ook. „Hier spreekt men
tot de voorzitter", zei ik. En toen was
het natuurlijk „O, pardon".
We praten over uitingen van ge- I
drag of wangedrag in het dagelijkse
leven, bijvoorbeeld zoals dat blijkt
uit het woordgebruik. Ook hierin
ziet de freule een voorbeeld van een
losser gedrag.
„Ik merk het aan mezelf. Een
woord als .mieters" kwam vroe
ger eenvoudig niet te pas. nu zullen
er nog maar weinig mensen over
vallen. En dacht je. dat ik een uit
drukking als „dat is toch bezopen",
die me nu wel eens wil ontvallen,
vroeger ooit zou hebben durven ge
bruiken?"
Ze zegt te vinden dat zij eigenlijk
een dergelijke uitdrukking ook nu
nog niet in de mond zou moeten ne
men.
„Zo praat iedereen tegenwoordig
ook net zo gemakkelijk over „naar
bed gaan met elkaar", dat blijkt wel
een normaal spraakgebruik gewor
den. Ik hoorde het laatst nog via de
radio.
Vijftien jaar geleden zou die uit
drukking nog 'n schok hebben veroor
zaakt en als ik haar zelf zou heb
ben gebruikt zou m'n familie hebben
gevraagd of ik nop, wel goed bij
mijn hoofd was. Dit soort vindt ik
op het ogenblik wel een beetje te
ver gaan. Je kunt wel alles weten,
grote mate van ongedisciplineerd
heid, die volgens haar als mentall-
Van de jeugd naar het protest is
maar een kleine stap. De freule is
met de huidige vormen van protest
niet zonder meer gelukkig.
„Het gedrag van de studenten bij
voorbeeld vind ik vaak over
dreven. Meer inspraak willen ze. ja.
maar heeft een hoogleraar niet ge
woon het goede recht om college te
geven, mag ook hü inspraak heb
ben? Die andere kant wordt zo vaak
vergeten, vind ik".
„Er moet inderdaad veel veran
derd worden. De grote toevloed van
studenten heeft in ons onderwijsbe
stel grote problemen veroorzaakt.
Maar je hoeft toch niet onhebbelük
te worden om te protesteren? De stu-
ter stonden, op zyn tafel gingen zit
ten. uit zyn glas dronken die
vind ik veel te ver gaan. Zoiets is
onhebbelyk en daarmee bereik je
ook niets".
De schuld ligt overigens niet al
leen bij de jongeren, zegt ze. „Weet
je wat de pest is? Het hele democra-
I tische systeem vermoorden we op
het ogenblik zelf. Dat is mün grote
zorg. Wjj houden bijvoorbeeld
-- ook in de Kamer veel te lan
ge verhalen, alles moet tot op de
bodem en tot in het kleinste detail
worden uitgediept. Voor jonge men
sen is dat toch een farce. En dan
teitsverschünsel niet zal verdwünen. denten, die in Utrecht voor de rech- I zie je vervolgens gebeuren, dat bü-
Kerstmis 1967: Freule
Stoetwegen laat zich charm
kussen door kamervoorzitter f
Thiel.
voorbeeld dooi- demonstrajties en
testen bepaalde dingen in
daad ineens beter worden
gepakt. Kük maar naar wat de
kende jongeren zo hebben ber
Dan zeg ik maar: waarom voo
men wü die demonstraties niet c
zonder dat er eerst protesten
ten komen, maatregelen te ne
die de zaken verbeteren. Waa
reageren we niet* slagvaardigei
moderner?".
Wanhopig geworden door de
pubergrillen van het dochtertje
had ik tegen beter weten in u eer
eens gegrepen naar de handboe
ken die in de kast stonden te ver
gelen. De ernstige titels beloofden
uitkomst: „De psychologie van
de puber." ..Wat opgroeiende
meisjes moeten weten." „De len
te van het leven." Wie weet zou
ik er toch een recept in vinden
om de herfststormen van het
dochterlijke humeur te bezweren.
Binnen vijf minuten echter
stuitte ik op de volgende zin:
„Geleidelijk aan echter zal de
ontwikkeling van het kind
en toen hoefde ik niet meer. Deze
ernstige psychologen hadden
vast nooit kinderen gehad en ze
zeker niet zien opgroeien. Gelei
delijk aan hoe kómen ze op
het idee
Bij kinderen gaat niets geleide
lijk. Ze vallen omhoog, springen
van de ene ontwikkeling strap op
de volgende, storten een paar
treden naar beneden, slaan dan
weer een stukje overDat is
geen „ontwikkeling" dat is com
plete chaos die plotseling uit
mondt in iets dat volwassene
heet en het soms ook is, maar
meestal niet.
Ik smijt de boeken neer. Daar
komt 't dochtertje reeds binnen
vallen, op hoge stelten, rank als
een wilgentak, donzig van huid,
stekelig van temperament, stra
lend jong. arrogant als een vor
stin.
„O, zat je weer te lezen?"
roept ze als ze me de deurtjes
van de boekenkast ziet sluiten.
„Dan zal je mijn bikini nog wel
niet gewassen hebben!" ..Hangt
aan het lijntje," antwoord ik ver
tederd, want het dochtertje in bi-
MADRID (GPD) „Goede morgen Dona Luisa. hoe voelt u
zich?" IJzersterk en goed gezond natuurlijk. Hoe was ik anders de
afgelopen acht maanden doorgekomen?"
Zoals gewoonlijke neemt Dona Luisa geen blad voor de mond. Ik
sprak met haar op de eerste dag die zij weer in volle vrijheid in
haar Madrileense flat doorbracht, na acht maanden in de vrouwen-
gevangenis van Alcala de Henares te hebben doorgebracht. Deze
Dona Luisa, een 33-jarige, donkerharige, tengere vrouw, gescheiden,
moeder van drie kinderen, beter bekend onder de naam „Spanjes
rode hertogin".
e o a 1
kini, in haar bronzen najadehuid
is een aanblik waarvan ik nooit
genoeg kan krijgen. De jongens-
op-het-strand trouwens ook net
heb ik gemerkt. Zou ze dat zelf
beseffen? Ik weet het niet. Juist
aan de waterkant wordt ze op
eens weer kind, verrukt over
haar gewichtloosheid, druk in de
weer met schelpen en wrakhout
of een luchtbed beslist geen
vrouw. Ofschoon ze juist dan,
uiterlijk, méér vrouw is dan ooit.
Ze verspilt verder geen woor
den of tijd en grist de bikini van
de lijn.
„Ga je zwemmenWant in de
lente van het leven is het altijd
zomer, ook al onweert het dage
lijks.
„We eten om zes uur," roep ik
haar na, waarop ze niet reageert
want of ze op etenstijd thuis zal
zijn kan geen mens voorspellen,
zij ook niet. Misschien eet ze bij
een vriendin, of helemaal niet, of
trakteren de jongens haar op zo
veel frieten dat het er niet toe
doet of moeder wel of niet
kooktPubers zijn precies als
vlinders, ze leven van minuut tot
minuut in het zalige heden en
„zes uur" ligt om half drie even
ver in de toekomst als het jaar
6.000.
De overgang van naïef school
kind naar langbenige tiener is zó
snel gegaan dat ik er volkomen
door werd overdonderd. Op een
dag stond ze op en ze was een j
nieuw wezen, met vrouwelijke j besloot de leiding op zich te nemen
Voluit heet Dona Luisa. Luisa Isa
bel Alvarez de Toledo y Maura, 21ste
hertogin van Medina Sidonia, mar
kiezin van Villafranca los Velez, Pa-
lomares etc. en gravin van een hele
rü plaatsjes in Andalausië. drievou
dig „grande" van Spanje in de eer
ste klasse (hetgeen haar het recht
geeft om de hoed op te houden wan
neer de koning van Spanje het ver
trek betreedt».
Zü is de erfgename van een van
de oudste titels van Spanje, waarvan
de geschiedenis teruggaat tot het
;aar1256. Zeit verklaart. H) de ni«l- I Men Q,na Lulsa in de e_
we ttte die daaraan toevoegde, vangenis om haai af ,eren om als
namelijk die van „rode hertoa.n ala spreekbuls voor de Andalusische
volgt: „Ik leerde van m«n ™rou- op tretjen Maa). K kwam
de gevangenis uit met nog een nieu-
ton betaalde niet alleen schadever
goedingen, maar liet zelfs een aoet-
waterfabriek nabij Palomares bou
wen Maar Dona Luisa betaalde haar
actie met acht maanden verblüf
achter kille tralies. Toch vond de
„rode hertogin" dat het nog niet he
lemaal goed zat. „Want de boeren
krijgen slechts 16 pet. van het water
dat die fabriek produceert. Op de af
gegraven bouwgrond kon nog niets
worden verbouwd. We zullen weer op
nieuw moeten beginnen".
nis kwütgescholden Als geïmprovi-1 zetten en blüven schrijven,
seerde gevangenisschooljuffrouw ver- dan wel naar mün eigen zin",
richtte zij echter officieel geen ar- schien schrijf ik iets over mün
beid. Niettemin werden haai-toch na blüf in de gevangenis, het was
acht maanden de resterende vier j slist een ervaring
maanden van haar veroordelingHaar secretaresse en hartsvriei !J"'
kwütgescholden. 1 raadt haar echter om daar voorz
tig mee te zün, Per slot van r<
„Ik kreeg op een goed moment j ning heeft zü nog steeds een reel"
te horen dat ik een boek over j zaak lopen vanwege 'n vroegere p
„Spanje in de 18de eeuw" aan het nevrucht, haai- roman „De stak
schrijven was en daarmee net zo als die in Parüs werd gepubliceerd, m
de werkende gevangenen mün straf haar in Spanje meteen een pnie
aan het aflossen was. Inderdaad i „wegens belediging van de rech!01
schreef ik voordat ik achter de tra
lies ging voor mün plezier dit boek.
Ik ben toen ijverig aan het schrü-
ven gegaan in de gevangenis om
mün achterstand goed te maken en
tijdig mün velletjes in de leveren.
Daarbü moest ik wel oppassen met
wat ik schreef. Ik heb 500 vellet les
volgepend over de 18de eeuw, zon
der een enkel woord over de „ver
lichtingsbeweging".
Nu zij weer op vrüe voeten is. zal
ze toch het „gevangeniswerk" voort-
ders dat ik de plicht heb iets
het Spaanse volk te doen".
Dit aristocratische plichtsgevoel
we roeping erbij, namelük verdedig
ster van de gevangenen „Daar moet
toch werkelük iets aan gedaan wor-
rondingen, een wijze blik, gepro
nonceerde meningen, een zeer
kritisch, ongeduldiglastig, won
dermooi wezentje met een hu
meur als een jonge tijger en de
gratie van een elf. Een tiener
dochter. Opeens zagen de vrien
den van de broers haar ook en
accepteerden haar als iemand
die deel uitmaakte van hun we
reld. Van een geleidelijke over
gang geen sprake: zó was ze een
kind, een dag later: een bloem
van een protestmars van Andalusi
sche boeren. De reden van dit pro
test was niet gering: In januari 1966
had een Amerikaanse bommenwer
per per ongeluk vier atoombommen
laten vallen bü het plaatsje Palo
mares aan de zuidelüke Spaanse
kust. Negenenzeventig dagen. 22
uren. 23 minuten en vele miljoen dol
lars later hadden de Amerikanen
hun verloren bommen weer terug en
hadden de boeren van Palomares het
merendeel van hun bestaansmidde-
die op uitkomen staat, iets heela
prils en zachts en scherps, rijk 'en verloren doordat hun bouwgrond
aan beloften van schoonheid,
zorg, bloei, verdrietheel,
heel plotseling.
De scherven van die explosie
tot vrouwelijkheid mag ik opra
pen, me er wond aan stoten, pro
berend er iets van te begrijpen.
Maar waarom zou ik trachten het
te begrijpen? Wonderen kun je
alleen in ootmoed accepteren,
ook al is het een wonder dat
in honderdduizend huisgezinnen
jaarlijks voorkomt.
met socialistische inslag kostte haar den. Nee. geen kwaad woord over
een veroordeling tot een jaar gevan- 1 de bewakers, zü doen hun best en
genisstraf. toen zij drie jaar ge'eden j worden bovendien nog onderbetaald
Maar het gevangenisreglement is al
lang achterhaald en een nieuw op
gesteld reglement wordt niet toege
past. Het gevolg is dat alles af
hangt van de bevelen die van bo
venaf komen. De gevangenen wor
den slecht verzorgd. Er is geen
douche. Er is geen verwarming, zelfs
niet in de afdeling en ik kan verze
keren dat de kou geen pretje is. Ten
slotte: het eten is beroerd. De mees
te gevangenen hebben al het eeld.
dat zü door werken kunnen verdie
nen nodig om eten te kopen Tk had
net als alle andere vrouwen in de
gevangenis willen werken in het ate
lier. Daar verdien je 18 peseta's voor
iedere duizend spopsjes die je in een
l'Üke macht" kostte. Zü werd ev
wel door een lagen- gerechtshof v01
gesproken en hoopt dat het oppe er
gerecht van Spanje dit vonnis zal 1
vestigen.
„Eerlijk gezegd voel ik er n
voor om weer achter de tralies
gaan".
Ik herinnerde de „rode hertog
eraan, dat ik de laatste maal. vc a
dat zü de gevangenis inging, )p
haar nog over prins Juan Carlos 'u
de Spaanse adel had gesproken b:
dat deze Intussen tot toekomstig ia
ning van Spanje is benoemd, zo ir
de adeldom in Spanje weer geliie
„in" zal zijn. Voorspelde dat v;it
haar, als drievoudig „grande" 1 0
Spanje niet een rooskleurige t e
komst? Dona Luisa schoot in
lach. „Ik legde u indertijd al
dat ik een verschil zie tus
de Spaanse titeldragers
waarlük edele personen in het la£,
Ik zal van een koning en hofhoiu
weinig voordeel trekken. Mün. pla
is en blüft naast het volk".
radio-actief geworden was en dus
I door de Amerikanen afgegraven
werd. Toen de schadevergoedingen
j tot een weinig verheffende juridische
I touwtrekkerü woerden, besloten de
boeren te protesteren en „hun" her-
togin. Dona Luisa, die hun dialect
j verstaat en spreekt, stelde zich aan
het hoofd van de betoging, die ver-
i boden werd.
De „rode hertogin" wist heel goed
..Nee, ik heb geen televisie, ik
heb kinderen." Deze opmerking
wordt, volgens Elle, steeds minder
gehoord en is trouwens weinig zin
nig. In de praktük is gebleken dat
bijna alle kinderen volgens en-
plastic zakje stopt! De meeste meis- I quétes in Frankrük 92 procent) van
jes halen van 250 tot 300 peseta's in I televisie houden. „De televisie ver-
de maand. Maar ze lieten mü niet vangt oma." aldus Elle. want de al-
werken en zetten mij in plaats daar- lerkleLnsten in het gezin vinden in de
van voor de gevangenisklas om de
andere gevangenen lezen en schrij
ven te leren"
Deze taak zou eigenlijk een str
speciale kleuteruitzendingen een
equivalent voor de verhaaltjes die
vroeger bü de haard werden verteld.
dat zij een proces riskeerde, maar tijdverkorting voor de „rode herto-
het leek haar de beste wijze om de gin" hebben moeten betekenen, want
noden van de boeren onder de alge
mene aandacht te brengen. Dit is
THEA BECKMAN haai- ongetwüfeld gelukt; Washing-
De oma, vroeger vaak de spil van
het familieleven, ontbreekt immers
voor iedere dag die men namelijk j in de meeste moderne gezinnen. Te-
in een Spaanse gevangenis werkt, levisie heeft de Franse mannen hui-
wordt een halve dag van het von- I selüker gemaakt: in 1956 ging vüfen-
tachtig procent van hen nog ni
het café om een glaasje te drink
in 1964 was dit cüfer gedaald
zeventig procent. Sinds de intre
van de televisie wordt er in de FIW
huiskamers minder geconvl 'e
seerd, maar des te meer gegette
büna zeventig procent van de Fra n
se televisie-kükers kauwt tüdens 1 1
ltijken op bonbons, biscuitjes
amandelen en drinkt bier of co
Volgens Elle heeft het dagelüks
schünen van goedgekapte en opj
maakte omroepsters op het telet 0
siescherm bovendien tot gevolg I
had dat de Franse vrouwen tege
woordig vaker naar de kapper gal11
meer schoonheidsprodukten la^
pen.
J M