,HAL MET EEN TOEKOMST „HAL MET EEN VERLEDEN i Leiclse Groen oordhal van twee kanten bekeken ethouder naiicien arinsen V oorzitter Sport stichting v. d. Reij den FOTO'S D/HOLYAST TO-BIJLAGB LEIDSCH DAGBLAD W AUGUSTUS 1969 Èjethouder P. S. Harmsen bij n chtig" bekeken Groenoord- len heeft met de Oroenoord- bezit, waarmee het op vee- gebied de toekomst tegemoet J)e rijksoverheid wil het aantal n drastisch terugbrengen en de Randstad Holland, wiar- Leiden zo graag het hart zal een concentrate ko- iWat gebeurt er met de totter- veemarkt? Ik vind let niet pedant om te zeggen, dat Lei iet de Groenoordhal .goed be- lar uit de hele provncie) niet ekke plaats is." het woor',Groe^houder P. S. hjj /ïnoordhal vaak )ler^^£®rj^. knopen door te Mat zelf noemt, eefdaö' jÊaat.-e antwoorden op n> zich op ringen eigenlijk, n hPrs zal sie en die van het jntel.stand onder woorden t 0>n ^eJt verleden van de egt htweeinig, omdat hij „tij de rit?p opgestapt." Dat wil n. dat de portefeuille, waar- Groen' ndhal zit. heeft overge- n, toerde tijd van voorberei- al ac'-er de rug was en de op h't punt stond te beginnen. ik vas wel wethouder, maar :en .ndere portefeuille. Ik wist s vïl iets van. maar lang niet el Is nu. Ik ben nu in het col- d< man. die volledig op de eis. Het hele college kan niet wn alle zaken weten. Daarvoor er te veel problemen en is er te erk te verzetten." klinkt als een verontschuldi- n die toon klinkt meer uit zijn en. Bijvoorbeeld: hij uit kri- p de regering, maar zegt er n achteraan: „Maar ja. ik d van de CHU en dus gouver- iteel." Zijn vaak langs de ge- partner in de ruimte dwalen- t geeft geen blijk of het humo- h bedoeld is. Betekent dat, dat de hal op meer i dagen per week als marktplaats I moet worden gebruikt en daardoor I minder als sport- en evenementenhal j kan worden gebruikt? Wethouder Harmsen ziet dat anders. „Een veel grotere markt dan de Leidse van nu kan op één dag worden gehouden. De hal met omgeving is groot ge noeg." In hetzelfde verband wijst hij er op, dat de Groenoordhal in de eerste i plaats veemarkthal is („Vandaar ook de EEG-bijdrage') en dat de ruimte op andere dagen wordt benut voor andere doeleinden, zoals ook met sommige kerken gebeurt. Zou de hal in de toekomst als markt plaats kunnen draaien, dan moeten voor sport en evenementen andere mogelijkheden worden gevonden Het is geen zaak van vandaag of morgen. Voorlopig is er alleen de vrijdagse markt en er is een gooi ge daan naar het houden van een im- portmarkt op donderdagmiddag. De rest van de week is de hal leeg. tijd moet aandringen op zuinigheid, was het voor mij moeilijk zo vroeg En bjj de eerste oproep zijn geen ge schikte kandidaten gekomen. Nu met een fikse uitgavenpost te komen, j zjjn er wel sollicitanten, waarmee j het college een stukje zee in kan. I Met de waarnemend directeur loopt de zaak uitstekend." Rest deze uitspraak van de man, die bij wijze van spreken met de Groenoordhal naar bed gaat en er mee opstaat: „Ze zeggen vaak, dat Leiden niks heeft. Nu is de hal er en dat is iets, waarmee we de aandacht I kunnen vestigen op onze belangrijke positie als agrarisch centrum m de Randstad." Parkeren blik gaat over het immense xterrein rondom de hal. En egt de wethouder: „Een plus voor de Groenoordhal. Waar je parkeerruimte voor 1500 tot luto's? In de hele Leidse bin- id zjjn net zo veel parkeer en." pluspunt vindt de heer Harm- e gehele outillage. Een over- hal voor de markt, die er rus- n worden gehouden en nog be- jk kan groeien wat de ruimte t, is i'deaal. „De Leidse vee- is de laatste jaren onder e omstandigheden gehouden, icommodatie ging achteruit en rd zo weinig mogelijk aan be- maar als markt op zich is er teruggang geconstateerd. Dan iet toch bijna niet anders, dat rkt nu gaat groeien?" wethouder zegt het wel in vra- zin, want de marktontwikke- n ons land en in de Randstad een zaak met vele vraagte- Om er even op terug te ko- wat doet Rotterdam met zijn t? „Hoewel Rotterdam weinig weg te geven, wil de stad wel de veemarkt af. Waar gaat die toe. Je kunt je voorstellen, dat a in aanmerking komt." Marktvelden C De wethouder noemt de hal voor de gemeente „een schip van bijleg". „Een goede veemarkt levert aan marktgelden een dag huur op. M.i. zouden de tarieven best omhoog kun nen, maar in andere plaatsen denkt men daar anders over. Samen zijn de gemeenten sterk, maar als ze niet samengaan, gebeurt er weinig." Die t ar ie venkwestie zit de wethou der hoog. „Alleen de veehandel 6teunt op de overheid. Voor bloemen en groenten worden veilingen ge houden, die zichzelf moeten bedrui pen. De klant betaalt dat. Ik zou me een systeem kunnen indenken, waar bij dit ook gebeurt met het vee. Maar het is er niet en dus moeten de gemeenten voor voorzieningen zorgen, waar aan marktgelden een fractie binnenkomt van veilinggel- den bij andere produkten." In de hal komt dus een drie-in-de- pan, waarbij de veemarkt het zwaarst weegt. Z\]n de belangen van de sport voldoende gewaarborgd? Wethouder Harmsen zegt volmondig i „ja" en wijst op de pas ingestelde werkgroep, waarin de sport is verte genwoordigd door de directeur van de Sportstichting naast de directeur van de markt- en havendienst. Wet houder Harmsen en bjj zjjn afwe zigheid wethouder San nes is voor zitter van dit kleine comité, waarin voorts de directeur van de als zelf standige gemeentelijke tak van dienst opererende Groenoordhal zit ting krijgt. LEIDEN Praat met tivee mensen over de Groenoord hal als aanwinst voor Lei den en je krijgt doorgaans tivee verschillende meningen te horen. Dat blijkt ook so in de kring van ingewijden. Wethouder P. S. Harmsen, tn wiens portefeuille de Groenoordhal is gestoken, denkt heel anders over het nieuwe Leidse bezit dan drs. J. P. v. d. Reyden, de voorr- zitter van de Sportstichting, die in en buiten commissies een groot aandeel heeft ge had in de voorbereiding. In de interviews met bei den op deze pagina lijkt het er soms op, dat de heren Harmsen en Van der Reyden met elkaar discussiëren. Dat is niet het geval. Wij spra ken afzonderlijk met beiden. Drs. J. P. v. d. Reyden, spe lend met een ander diersoort dan waarin hij in bijgaand interview zijn gedachten laat gaan. „Rotterdam zit met de vestigings plaats van zjjn veemarkt in de stad in zijn maag en wil de markt eigen lijk wel kwijt. Het is een publiek ge heim, dat Leiden lonkt naar de Rot terdamse markt. Ik acht de kans niet uitgesloten op lange termijn, maar deze zaak is niet los te zien van een grotere concentratie, waar bij ook de markten van Delft en Gouda een rol spelen. Het overne men van deze functies is een groot project en naar mijn mening zijn burgemeester en wethouders, de raad en het ambtelijk apparaat hier voor niet rijp en onvoldoende des kundig. Er zal veel studie en er zal veel inzicht nodig zijn. Hoe liggen de handelslijnen? Hoe kweken we het juiste sfeertje?" Drs. J. P v. d. Reyden. de voor- i zitter van de Leidse Sportstichting praat veel over de hal en zet tal van vraagtekens. „Ik ben geladen over dit onderwerp," zegt de man, die de hele voorbereidingsperiode van na bij heeft meegemaakt. „Onlangs schetste het LD het als „dit ls de man en dit is zijn hal." Erg vleiend, maar één man verdient die eer meer. Dat is de directeur van de markt- en havendienst, de heer Wei- ma. door wiens hameren op het aam beeld in vele jaren, waarin het er I met de markt in Leiden volstrekt hopeloos voorstond de stad de Groenoordhal heeft gekregen. Daar aan wordt nu achteloos voorbijge gaan en dat mag niet". Voor de kritiek op het beleid in het juist aangestipte interview zegt drs V. Reyden .straf" te heb ben gehad. „De commissies, waarin ik zitting heb, zijn niet formeel op geheven, maar gewoon niet meer bij eengeroepen. Het stadhuis heeft mij buitenspel gezet. Zo vergaat het de brutale burger, die kritiek heeft.' Gewaarborgd LEIDEN Daar staat-ie dan. als een juskom op een dienblad: de Groenoordhal op het parkeer terrein met ruimte voor 1500 tot 1800 auto'sEen opvallend ge- bouiv aan de Willem de Zwijger laan met een vrije overspanning die op twee na de grootste ter wereld is. De hal meet 100 bij 80 meter. Het vrije vloeroppervlak is 7650 m2 groot, omdat aan beide lange zijden stroken worden in genomen door bijruimten, waar boven balustraden voor publiek. De kap wordt gedragen door vijf tien boogvoi-mige spanten. Het hoogste punt is 19 meter boven de vloer. In de onderbouw behalve die immense vloer: twee café-restau rants, kleedruimten, toiletten, douches en dienstruimten. Op één van de galerijen een sport- bar en ook kleedruimten e.d. Voor de onderbouw en de vloer is een „bak" beton van 4200 m3 gebruikt. De kopgevels zijn opge trokken uit aluminium en 1000 m2 glas, de zijgevels uit baksteen, aluminium en 1100 m2 glas. Op het bijna 10 ha grote terrej'm staan voorts drie dienstivoningen en een bijgebouw. Ruim tien jaar geleden werd de eerste schets voor de hal ge maakt. In 1958 stelde de Leidse raad f 6.6 miljoeji beschikbaar voor de bouiv, nadat de raad in 1954 een principebesluit had ge nomen over de verplaatsing van de veemarkt uit het centrum van de stad. Op 2 december 1965 ging de eerste paal de grond in. In totaal werden 706 palen geslagen met een gezamenlijke lengte van ruim tien kilometer. In februari 1966 werd het krediet verhoogd tot bijna f 12 miljoen en dit jaar tot ruim f 13 miljoen. Uit een EEG-fonds werd een subsidie ver leend van f 864.000. Bijna twee jaar heeft de wer kelijke bouw geduurd. Eind 1967 startte het IBB (Rotterdam/Lei den) met de ruwbouw van de hal. Op de foto's een kaal exterieur en een feestelijk kijkje in de hal. Directeur Tenslotte de functie als evenemen tenhal. Hoe is de belangstelling? Wethouder Harmsen zegt blij te zijn over de verhuur aan de Leidato en aan de Wiener Eisrevue. En verder: „Alle betrokkenen zijn ingelicht,^ maar zoiets moet groeien. De hal j moet zich eerst gepresenteerd heb- ben voordat je hierover iets kunt j zeggen. We zijn actief op dit ge- bied." Tot die „we" behoort de waarne mend directeur. Waarom is er nog geen directeur benoemd en waarom is dat niet een jaar van tevoren ge beurd? Wethouder Harmsen: „Je kunt het niet eens een fout noemen, maar we hadden dat kunnen doen. Als wethouder van financiën, die al- Nadat raadsleden vragen hadden gesteld, is er nu een werkgroep inge steld. waarvan het college zegt, dat de belangen van veemarkt en sport gewaarborgd zijn. „Daar ben ik niet van overtuigd. Was eerst de bedoe ling, dat ik zitting zou hebben als j voorzitter Sportstichting, nu komt onze directeur, een gemeenteambte- naar. erin. Dat heeft hij overigens j uit de krant moeten lezen. En de j vraag is of het bestuur van de Sport- stichting hiermee akkoord gaat. Het zal willen weten welke bevoegdhe den de directeur van de hal krijgt. i De instructie, die ik my herinner, i waarborgde absoluut niet de belan- I gen van He sport en het lykt mij j voor de directeur Sportstichting heel l weinig aantrekkelijk alleen als pis paal te mogen dienen." Drs. V. d Reyden is het met het beheersbeleid van de hal niet eens. .De werkcommissie heeft voorge steld voor het beheer een aparte NV te maken, zoals de Amsterdamse RAI. In gemeentelijke kring is dat geen ongewone constructie, die in de hoofdstad voortreffelijk werkt. Daar naast werd voorgesteld een com missie te maken, waarin belangheb benden vertegenwoordigd zouden zijn. Gekozen is evenwel voor de fi guur. dat de directeur onder B. en W staat, wat in de praktyk bete kent onder de secretarie. Daar wordt dan de dienst uitgemaakt, j waarop maar weinig invloed zal kun nen worden uitgeoefend door markt en havendienst en Sportstichting, die I directe belangen in de hal hebben." V. d. Reyden verwüt het college en dus de wethouder geen visie te hebben en geen juist beleid te voe ren. „Wat weet men op de secreta rie van marktzaken? De wethouder en zelfs de actieve en mij sympa thieke burgemeester zijn nooit zo maar eens op de Leidse markt of in de café's geweest. De raad heeft zich onvoldoende in de zaak ver diept. In Den Bosch met de grootste veemarkt van Nederland ligt dat an ders. Daar zijn vakmensen aan het werk, zowel in het college, bij gede puteerde staten als in de raad." aanvraag voor een uitkering ten ba te van de bouw van een veemarkt hal. Er waren vele moeiiykheden. Subsidie werd alleen gegeven aan markten, waar diersoorten werden verhandeld, waarvoor een Europese verordening geldt, dus koeien en varkens. Maar Leiden ontleent zijn belang aan een niet aan een veror dening onderworpen diersoort: het schaap. We hebben dus veel moeten knutselen om Leiden kandidaat te laten zyn. Het lukte. Brussel zegde ruim acht ton toe Ik kreeg zitting de voortreffeiyke wethouder Van Hoek had toen de marktportefeuille in diverse commissies, waarin het heel plezierig werken was tot de genoemde kwestie over het beheer ontstond. Overigens, een bedankje voor het vele werk verbonden aan het verkrijgen van de subsidie heb ik nooit gehad." V. d. Reyden herinnert zich d« strijd om de functie van de hal als sporthal erdoor te slepen, toen de inspecteur voor de volksgezondheid tegenstander bleek en in zijn me ning werd gestaafd door een op ver zoek van de NSF geschreven rap port van een Utrechts hoogleraar, dat de vloer nooit bacteriologisch voldoende schoon zou zjjn te krygen. „Ja, mün klompen. De hal hoeft be slist de steriliteit van een kraamka mer niet te hebben. Er kan veel worden bereikt en op een zorgvuldig met de beste middelen gereinigde vloer val ik liever dan op zondag avond in de Haagse Houtrust, waar de vloer vuil is van zakken patat en andere welvaartssmeerpijperü, die de mensen voor hun sportbroeders achterlaten. Als ik daar val, ren Ik meteen naar de dokter voor een »n- ti-tetanus-prik." Hiaat Betrokken Hoe is Leidenaar V. d. Reyden by de hal betrokken? Werkzaam by het Verbond van de Ned. groothandel zit hy in een commissie marktstruc tuur van het ministerie van Land bouw, waarmee hy ook reeds te ma ken had, toen hy werkzaam was by het bedrijfschap voor de veehandel, dat zich een vaste plaats in de vee handel heeft verworven. Het bedrijf- schap ontdekte de mogeiykheid voor marktplaatsen uitkering te krygen uit het Europese oriëntatie- en ga rantiefonds voor de landbouw. „Leiden sliep onwetend door en ik maakte een stuk, dat op de secre tarie verbeterd ging dienen als Nog een hiaat. „By de begrotings behandeling voor 1967 moest een aanvullend krediet worden verleend van pak-weg f 5 miljoen. Er viel in eerste instantie in de raad geen be slissing. In de kerstvakantie ben ik gaan lobbyen bij de partyen. Ik kreeg wethouder Sannes mee en dus de PvdA minder tegen door meer sport in het ontwerp van de hal in te bouwen. In de tweede rit haalde het krediet het." Nu zijn we aan het eind van de rit. En op dit moment vraagt drs. V. d. Reyden zich af wat de beteke nis is van een importmarkt. „Deze eventueel in de toekomst te houden markt is er met de haren byge- sleept. De opzet heeft op dit moment geen betekenis. De benodigde veteri naire z.g. derde landen richtiynen zijn zelfs aan de horizon nog niet ts j zien. Op onverstandigheid wyst het feit, dat gedacht wordt aan donder dagmiddag, terwyl het bedrijfschap op goede gronden dinsdagmiddag heeft genoemd. Donderdag komt waarschijniyk b«- i ter uit, want dan kan de zaak wor den gecombineerd met de vrydag- markt. Dat zou echter betekenen, dat de hal op de avond na een im portmarkt niet beschikbaar zou zyn voor de sport. Hoe doen we dat met de contracten met sportverenigingen, die in competitieverband voor een heel seizoen op bepaalde avonden spelen? Overigens, de donderdagmiddag past niet in het marktenschema: maandag en dinsdag Rotterdam, woensdag Den Bosch, donderdag Utrecht, vrydag Leeuwarden, Zwolle en Leiden. Ik ben ervan overtuigd, dat Utrecht t.z.t. tegen de donder dagmiddag in beroep gaat." Tenslotte gaat de heer V. d. Rey den nog even in op de prioriteit, die de veemarkt in de hal van node heeft. „Soms echter zal de markt voor een evenement moeten wyken. Ik heb me laten vertellen, dat ande re keren de veehandel met een deel van de hal genoegen moet nemen. I Gaat de veehandel daarmee werke- lyk akkoord? En wat vindt Brussel iervan, dat zo'n grote subsidie ver leende voor een hele hal?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1969 | | pagina 31