Naar erkend praktizeren
voor onze natuurgenezers
MAAR OPPONENTEN
VECHTEN BITTER
Ernstige bedreiging
medisch onderwijs
Reltrappers bijeen
in Valkenburg
Enquete van liet
T.N.O. te Leiden
Mr. M. de Niet
voorzitter van
Eerste Kamer
G
Prof. dr. Wieberdink:
Kerkelijk Leven
PAGINA 8
LEIDSCH DAGBLAD
DONDERDAG 31 JULI 1969 ON".
ITele honderdduizenden Nederlanders zijn
wel eens door een kruidendokter of mag
netiseur behandeld.
Dat blijkt uit een recent onderzoek van het
Nederlands Instituut voor Preventieve Ge
neeskunde TNO te Leiden. Een onder de huis
artsen ingestelde enquête had een verrassend
resultaat: 50 procent is voor een wettelijke
regeling van de natuurgeneeskunst. De resul
taten van de enquête werden gepubliceerd in
„Huisarts en wetenschap", het maandblad van
het in Utrecht zetelende Nederlandse huisart
sen genootschap.
De heer K. T. van der Plaats,
directeur van de Nederlandse
werkgroep van praktizerende ge
nezers, poogt met zijn NWP door
opleidingen, examens en prak
tij kvorschriften het kaf van het
koren te scheiden, probeert het
vakmanschap van de natuurge
nezer op te vijzelen en het ver
trouwen van arts en volk te win
nen. Ondanks dit en de uitslag
van de enquête gelooft hij echter
niet in een erkenning van de on
bevoegden. „omdat het prestige
van de Maatschappij tot bevor
dering van de geneeskunst nog
altijd wat anders is dan de huis
arts in de dagelijkse praktijk.
Omdat de mensen aan de top het
artsen-monopolie uit prestige
overwegingen willen handhaven".
En dat verdriet hem.
Fel bestrijder
De Hilversumse arts A. P. N. de
Groot, voorzitter van de vereni
ging tegen de kwakzalverij, fel
bestrijder van alles wat naar on
bevoegd riekt, vreest daarentegen
dat erkenning op den duur niet
zal zijn tegen te houden. En dat
verdriet hem even zeer.
De tegenstanders wonen in een
statige wijk van het statige Hil
versum op een steenworp van el
kaar. Dat er nog nooit stenen zijn
gegooid, komt omdat beiden or
dentelijke staatsburgers zijn.
In 1965 werd voor de zoveel
ste keer een staatscommissie
benoemd, die tot taak kreeg na te
gaan in hoeverre de Wet op de
uitoefening op de geneeskunst
veranderd kon worden, zodanig
dat volksgenezers hun praktijk
onder bepaalde voorwaarden zou
den mogen uitoefenen. Voorzitter
is mr. J. Peters, lid van de Hoge
Raad. Hij zette vier man van de
Maatschappij Geneeskunst en één
vertegenwoordiger van N.W.P. bij
elkaar. Op zeer korte termijn
wordt een voorstel aan de rege
ring verwacht. Erkenning voor de
natuurgenezers (praktizijnen) zit
er niet in. Wel is het waarschijn
lijk dat geadviseerd zal worden
de strafbaarheid als zodanig we
gens overtreding van de uit 1865
stammende wet op de uitoefening
van de geneeskunst op te heffen.
Iets dat overigens in de praktijk
al gebeurt.
De bejaarde arts De Groot (73)
die in de veertien jaar dat hij ge
neeskundig inspecteur was in
Noord-Holland en Utrecht een
DEN HAAG (GPD) De huidige
fractievoorzitter van de PvdA in de
Eerste Kamer, mr. M. de Niet (65),
is met ingang van het nieuwe par
lementaire jaar benoemd tot voorzit
ter van deze Kamer. De heer De
Niet, die 19 jaar lang burgemeester
van Wageningen is geweest, volgt
prof. dr. ir. J. P. Mazure op, die bij
de jongste tussentijdse verkiezingen
voor de senaat niet meer herkies
baar was.
Voordat hij in 1950 burgemeester
van Wageningen werd, was de heer
De Niet tien jaar lang zendingscon
sul in Indonesië, een functie waar
in hij de gezamenlijke zendingsge
nootschappen vertegenwoordigde by
het gouvernement. Eerder was de
héér De Niet. die rechten studeerde
in Leiden, inspecteur van politie in
Amsterdam en rijksinspecteur van
het verkeer in het district Friesland.
In 1956 werd mr. De Niet lid van
de Eerste Kamer. Hij trad vooral op
als woordvoerder van zijn partij voor
buitenlandse zaken en kwam in die
functie nogal eens in het nieuws
door zijn conflicten met minister
Luns. die vaak in de persoonlijke
sfeer lagen. Twee jaar geleden volg
de de heer de Niet oud-minister ir
H. Vos op als fractieleider van de
PvdA in de Eerste Kamer.
De naam van mr. De Niet werd
pas de laatste tijd genoemd in ver
band met de opvolging van prof. Ma-
zure. Daarvoor gold de voormalige
burgemeester van Amsterdam, mr.
G. van Hall, nog als kandidaat.(Het
is gebruikelijk dat de voorzitter van
de Tweede Kamer lid is van de KVP
en die van de Eerste Kamer lid van
de PvdA).
waar schrikbewind onder kwak
zalvers en artsen, die er met hun
pet naar gooiden, voerde, ziet dat
alles met lede ogen aan. Als hij
trots heeft gemeld „dat er in zijn
district even veel voor de bijl
gingen als in de andere negen
districten tezamen" fulmineert
hij tegen de overheid, zegt dat er
allang een apparaat had moeten
komen, dat de strijd tegen de
„paranormalen, strijkers en an
dere zwervers" had kunnen aan
pakken. Zo'n apparaat zou onder
leiding van de hoofdinspectie
moeten staan en juristen en rijk -
rechercheurs moeten bevatten.
„Als er eens een kwakzalver
wordt gepakt, dan komt dat door
dat één van zijn ontevreden pa
tiënten nijdig is geworden en hem
bij de geneeskundige inspectie
heeft aangegeven. De geneeskun
dige inspecties zelf doen er maar
weinig aan".
„Die zogenaamde natuurgene
zers waren maar wat blij toen ik
de inspectie vaarwel zei. Nu moet
ik de strijd vanuit de Vereniging
tegen de kwakzalverij voeren. We
hebben duizend leden: artsen,
tandartsen, apothekers, dieren
artsen en enkele juristen. Ieder
een kan lid worden. Dat zou ik
zeer op prijs stellen. Met die mo
rele steun kan ik met meer klem
een grote mond opzetten".
Overigens kan dr. De Groot,
ondanks zijn hoge leeftijd en on
danks het feit dat hij niet in de
commissie-Peters zit, nog heel
goed zijn mondje roeren, getuige
het laatste nummer van zijn
maandblad. Daarin trekt hij on
der het hoofd „Levensgevaarlijk"
fel van leer tegen (nee, niet de
NWP) de huisartsenenquête.
Eén van die conclusies van die
enquête: „Een groot aantal huis
artsen heeft geen bezwaar om een
opgegeven, resp. psychosomati
sche, patiënt naar een onbevoeg
de genezer te laten gaan, mits zij
hun patiënten kunnen begelei
den".
Dr. De Groot meent dat hierbij
een groot manco van de enquête
schril aan het licht treedt. Ver
zuimd is volgens hem na te gaan
welke motieven de ondervraagde
huisartsen tot deze uitspraak
hebben gebracht.
En dan komt zijn verhaal: „Een
arts verklaarde zich bij de behan
deling van een patiënt met long
kanker in het laatste stadium
niet bij machte te hebben gevoeld
tot voldoende geestelijke begelei
ding. Hij was nog graag ingegaan
op het verzoek van de familie om
een magnetiseur te raadplegen.
Dank zij de tussenkomst van deze
onbevoegde zou de patiënt de
laatste maanden van zijn leven
zeer rustig zijn doorgekomen. De
arts faalde op een belangrijk
onderdeel van de behandeling (de
psychologische begeleiding). Hij
had nooit de hulp van een onbe
voegde mogen inroepen, maar de
patiënt moeten verwijzen naar
een wèl-bevoegde, die wel geacht
mocht worden dit onderdeel van
de behandeling voldoende te be
heersen".
Een groot gevaar volgens dr.
De Groot is „dat deze onbevoeg
de kan rondbazuinen dat er een
samenwerking bestaat tussen
hem en de arts. Patiënten zouden
dan rechtstreeks naar die onbe
voegde stappen".
Eerst bij arts
Van der Plaats van de NWP:
„Onze leden mogen pas tot be
handeling overgaan als de patiënt
eerst bij een arts is geweest".
Nóg een verhaald van dr. De
Groot: „Een internist verzuchtte
eens: man, schei toch eens uit
met die kwakzalvers achter hun
vodden te zitten. We hebben zo
veel gemak van die kerels. De
werkelijk zieken blijven heus wel
onder onze behandeling. Maar
die kwakzalvers verlossen ons van
al die ouwe zeuren. En als ze la
ter eens echt ziek worden komen
ze wel weer bij ons terug. Het ar
gument van onze kant dat het
dan wel eens te laat zou kunnen
zijn, werd met een handgebaar
van de tafel geveegd. En de op
merking dat ouwe zeuren toch
ook sociaal-medisch-psychologi-
sche steun nodig hebben, bleef
onbegrepen".
Duidelijk is dat dr. De Groot
groot voorstander is van psycho
logie als intrigerend onderdeel
van de medische opleiding.
Volgens de NWP zijn er in ons
land tussen de 700 en 800 natuur
genezers, van wie ongeveer de
helft lid is van deze organisatie.
Daarnaast is er een groot aantal
amateurs.
In het memorandum inzake de
positie, de organisatie, de oplei
ding en de praktijken van volks
genezers in Nederland voor de
commissie van de Europese Eco
nomische Gemeenschap, stelt de
NWP dat de genezer van haar
organisatie geen patiënt onder
behandeling mag nemen, die niet
eerst een bevoegd arts heeft ge
raadpleegd. De patiënt moet een
formulier invullen en onderteke
nen. Zonder dat papiertje dat
in tegenstelling tot bijvoorbeeld
Engeland en Duitsland in Neder
land een papiertje blijft mag
de genezer niet tot behandeling
overgaan. Bovendien moet de ge
nezer van elke patiënt een sys-
teemkaart aanleggen, die na
beëindiging van de behandeling
naar het Centraal Bureau van de
NWP in Hilversum moet worden
gezonden. Er is verder een ver
bod van reclame, van occulte
praktijken en van buitensporige
honoraria, alsmede een reeks van
andere ethische en praktische
voorschriften, die een waarborg
moeten zijn voor correcte, vak
kundige en verantwoorde behan
deling van de patiënt.
Gelijkenis
De NWP lijkt in haar organi
satievorm opvallend veel op een
artsen-organisatie. Ethische nor
men, die zij haar leden stelt, ver
tonen veel overeenkomst met die
van de artsen.
Sedert 1963 is de NWP aange
sloten bij de International Fede
ration of Practioners of,Natural
Therapeutics Ltd. Zij streeft er
naar de Nederlandse volksgene
zers op het niveau te brengen van
de Duitse „Heilpraktiker" en de
Britse „naturoppaths". In 1967
werd begonnen met een basisop
leiding voor natuurgenezers in
Utrecht en Rotterdam. Het accent
valt op de vakken anatomie, phy-
siologie en pathologie, terwijl
daarnaast de diverse facetten van
de geneeskunst worden onderwe
zen. In april van dit jaar worden
de eerste eindexamens afgelegd.
Voor de opleiding bestond zoveel
belangstelling dat de inschrijving
bij het bereiken van 100 cursisten
moest worden afgesloten.
Van der Plaats: „Van de Ne
derlandse natuurgenezers heeft
75 procent te weinig kennis van
de basiswetenschappen".
Waarom zo laat begonnen
met de opleiding
Van der Plaats: „Het is in we
zen een verboden beroep. Je kunt
nog zo goed zijn, wat je doet mag
eigenlijk niet".
Toch prijkt op vele huizen in
vele plaatsen in ons land het
bordje „Natuurgenezer", lid van
de NWP". Geen zedenkwetsend
of de openbare orde verstorend
opschrift, dus dat mag.
Vraag groeit
De vraag naar natuurgenezers
neemt in ons land. ondanks de
verwoede aanvallen van dr. De
Groot, nog steeds toe. Volgens
Van der Plaats niet door „behoef
ten aan magie" maar „door het
simpele feit dat tienduizenden
veelal chronische zieken door de
natuurlijke geneeskunst en de
natuurgenezers hun gezondheid
hebben hervonden, waar in vele
gevallen de medische wetenschap
faalde. Dit feit, deze waarheid,
dringt de laatste twintig jaar
meer en meer tot de Nederlanders
door".
Opmerkelijk is volgens Van der
Plaats dat een groot deel van de
cursisten van de NWP uit de me
dische hulpberoepen komt, zoals j
masseurs, verpleegsters, logope-
disten, pedicures. Slechts 32 pro
cent van de onbevoegde genezers
is volgens hem magnetiseur, het
merendeel volgt de kruiden- en j
diëet-theorie.
Werken veel artsen met na-
tuurgenezers samen?
Van der Plaats: „Incidenteel,
maar nog altijd meer dan de
Maatschappij voor Geneeskunst
mag en wil weten. De NWP zou
een nauwere samenwerking toe
juichen omdat dat in het belang
van de patiënt is. Maar die sa
menwerking is nu nog en ik
vrees voorlopig nog in strijd
met het medisch tuchtrecht".
Het is voor de goedwillende na
tuurgenezer moeilijk werken zon
der medewerking van de arts.
De NWP heeft een groot
aantal regels opgesteld voor haar
leden. Strenge regels, waarbij de
praktizijn onder andere verplicht
wordt gesteld een patiënt, van
wie hij vermoedt dat deze lijdt
aan acute inwendige infecties, of
aan kwaadaardige gezwellen, aan
besmettelijke ziekten en aan ge
slachtsziekten onmiddellijk naar
een bevoegd medicus te verwijzen.
Maar houden de natuurgenezers
zich wel voldoende aan de voor
schriften? Zonder een wettelijke
regeling moet het voor NWP toch
vrijwel ondoenlijk zijn afdoende
controle uit te oefenen?
Van der Plaats: „Natuurlijk
ondervinden wij in eigen kring
net zoveel tegenstand als daar
buiten. Selecterende voorwaarden
van de overheid waaraan de er
kende natuurgenezer zou moeten
voldoen, kunnen volgens ons niet
streng genoeg zijn. Maar aange
zien erkenning er niet in zit
V oorinaarde
De minimum eis om als lid van
de NWP te worden toegelaten is
dat 35 procent van de behandelde
patiënten genezen of aanzienlijk
verbeterd moet zijn.
Dr. De Groot: „In Amerika heb
ben ze eens een onderzoek ver
richt, waar uit bleek dat hetzelf
de percentage door een placebo,
dus door suggestie is genezen".
Van der Plaats: „Dr. De Groot
vergeet, dat de mensen die bij de
natuurgenezer komen al uitge
dokterd zijn, een placebo-effect
al hebben ondergaan. Bovendien
liggen de positieve resultaten van
onze leden veel hoger".
En dan komt NWP óók met een
verhaal. Volgens een folder van
deze organisatie, opgetekend uit
de mond van wijlen dr. E. C. C.
van Lennep, arts-specialist en lid
van de commissie van onderzoek
naar paranormale begaafdheid:
„In de loop der jaren heeft een
magnetiseur mij verzocht een me
disch onderzoek te verrichten van
een naar schatting 30 Mongolen.
Men kent dit type zwakzinnige
kinderen, dat op de laagste trap
van verstandelyke ontwikkeling,
grenzend aan idiotie, staat. Dit
mongolisme geldt als erfelijk ver
worven en is medisch gezien
ongeneeslijk. De door de magne
tiseur behandelde en door mij ge
observeerde Mongooltjes raakten
allen hun imbeciliteit kwijt. Ze
werden weliswaar niet geheel nor
maal, maar ze genazen in zoverre
dat zij wel konden praten en met
t
Te zijner tijd zal het Nederlands instituut voor preventieve
geneeskunde TNO te Leiden een enquête houden onder de
patiënten van natuurgenezers om er achter te komen wat
l die mensen beiveegt, wat hun ervaringen met onbevoegden
zijn.
Drs. E. Th. Cassee, wetenschappelijk medewerker van het
Instituut hoopt met deze en voorgaande enquêtes zoveel fei-
ten aan te dragen dat de discussie over de positie van de
natuurgenezers uit de emotionele sfeer kan worden gehaald.
Dat zou een pluspunt zijn, vindt hij.
Over een reeds gehouden enquête wordt verschillend ge
oordeeld. Dr. A. P. N. de Groot, voorzitter van de Vereniging
tegen de kwakzalverij, spreekt van „onwetenschappelijk".
Het in artsenkringen gezaghebbende blad „Medisch Contact"
is er daarentegen wel degelijk over te spreken.
de
ofct
gi
lcli
rd
sec
i v
ati
normale kinderen konden spelen.
Men kon de door de magnetiseur
behandelde Mongooltjes duidelijk
in hun uiting en gedragingen
onderscheiden van de niet-be-
handelde. Dit feit frappeerde mij
zeer".
Tot beider verdriet
Wie heeft er gelijk? Dr. De
Groot, die een afgestudeerd arts,
die de homoeopatische genees
wijze toepast, in medisch-ethisch
opzicht ook een kwakzalver vindt,
„omdat homoeopatische genezing-
van een suikerzieke, een hersen
tumor of een blinde darm onmo
gelijk is?" of de heer Van der
Plaats, die poogt voldoende waar
borgen te verschaffen voor een
kwalitatief hoge natuurgenees
kunst. maar charlatans, die het
leven van mensen in gevaar bren
gen, niet hardhandig genoeg kan
aanpakken?
En die charlatans zijn er. Tot
groot verdriet van de natuurge
nezers, die het beste met de pa
tiënt voor hebben, en resultaten
bereiken. Tot verdriet ook van de
artsen, die op redelijke basis met
deze categorie „praktizijnen"
samenwerken, of zouden willen
samenwerken.
UTRECHT (ANP) Het
medisch onderwijs wordt ern
stig bedreigd door de vanzelf
sprekendheid waarmee wordt
gestreefd naar uitbreiding van
opleidingsmogelijkheden bij
niet-academische ziekenhuizen
door samenwerking (de zoge
naamde „affiliatie"). Scholing
en keuze van onderwijskrach
ten, betrekkingen tot bèta
wetenschappen, contacten tus
sen basisvakken en klinieken,
faculteiten voor onderzoek en
organisatie van „postgraduate"
onderwijs zijn voorbeelden van
eisen voor de opleiding van
artsen waaraan alleen acade
mische ziekenhuizen kunnen
voldoen.
Dit zegt de hoogleraar in hart
en vaatchirurgie aan de Rijksuni
versiteit in Utrecht, prof. dr. J.
Wieberdink in het jongste nummer
van het tweemaandelijkse tijdschrift
„Universiteit en hogeschool".
Het feit dat de universiteit zioh
meer dan enige andere onderwijsin
stelling bedient van dilettant-docen
ten ontzenuwt volgens prof. Wieber
dink niet de wenselijkheid van con
centratie van de medische opleiding
in de academische ziekenhuizen. In
tegendeel, alleen in de gespeciali
seerde ziekenhuizen is in dit op
zicht verbetering denkbaar.
Volgens de Utrechtse hoogleraar
zijn de huidige faculteiten geworden
tot zeer grote bedrijven waarin het
hoogleraarschap is beladen met een
wanverhouding tussen vakman
schap en macht. Op medisch gebied
hebben de hoogleraren in de facul
teit feodale maoht gehad en behou
den.
Junji Hamaoka middenis
door de politie gearresteerd na
zijn aanslag op de Amerikaanse
ambassadeur in Japan. Armin H.
Meyerop de vlieghaven van To
kio. De Amerikaanse ambassa
deur bleef ongedeerd. Meyer was
op het vliegveld om William Ro
gers. Amerika's minister van
Buitenlandse Zaken, uitgeleide te
doen.
Dit lijkt aldus prof. Wieberdink
zinvol, vanuit het gezichtspunt dat
vakkennis hier bepalend moet zijn.
Het is echter juist voor veel me
dici onaanvaardbaar gebleken dat
de ontwikkeling van hun vakgebied
onherroepelijk tot opsplitsing leidt.
Vooral hoogleraren in de grote kli
nische vakken hebben zich hierte
gen verzet als betrof het ongewenst
en onrechtmatig mandaatverlies.
Door deze gang van zaken zijn
niet-medici volgens prof. Wieber
dink verkeerd voorgelicht en bij de
planning van enige nieuwe acade
mische ziekenhuizen wreekt zich
thans wellicht de omstandigheid
dat curatoren noch „Den Haag" een
goede voorstelling hebben gekregen
van de werkelijke achterstand. Vol
gens de Utrechtse hoogleraar is de
gegroeide situatie er ook debet aan
dat opleidingsbevoegdheden in er
kende specialismen verloren zijn ge
gaan.
De medezeggenschap vair hoogle
raren in niet-medisohe aangelegen
heden is volgens prof. Wieberdink
rampzalig geweest voor de ontwik
keling der academische ziekenhuizen.
De hoogleraar ziet als gevolg dat
verschillende hedendaagse specialis
men in academische ziekenhuizen
een noodlijdend bestaan voeren door
de haastige supervisie van weten
schappelijke medewerkers „wier
ambtenaarschap alleen ten aanzien
van het salaris full time is". Prof.
Wieberdink schrijft verder dat het
ook „treurig" is gesteld met de ad
ministratieve bemoeienissen van de
hoogleraren.
Even rigoureus als enige decennia
geleden het universitair volontair-
schap werd afgeschaft, moet vo'l-
j gens prof. Wieberdink nu een einde
worden gemaakt aan parttime-werk-
NED. HERV. KERK
Beroepen te Egmond aan Zee, B.
Martel te Neede.
foi
id
tec
oki
qu
r'nr
pdi
d
id<
Doe
jrd
G1
in
irt
tg.
Amerikanen redden vissers Vijf
Noordvletnamese vissers, wier schip
aan het zinken was, zyn gisteren
door een Amerikaanse torpedoboot-
jager gered. Zy zijn naar de basis
De Nang gebracht en zullen door be
middeling van het Internationale Ro
de Kruis naar hun communistische
vaderland gerepatrieerd worden.
zaamheden van wetenschappelijke I
medewerkers, zeker als deze gepaard
gaan met fulltaime-honorering.
Prof. Wieberdink meent dat dit in
de praktijk neerkomt op het vast
houden aan volle dagtaken in de 1
academische ziekenhuizen tegen in- 1
komens die voor wetenschappelijk
geïnteresseerden en bekwamen de
vergelijking met de mogelijkheden
elders kunnen doorstaan. „In plaats
van een vicieuze cirkel ontstaat dan
een kringloop over meer bevredi
gend werk en herstel van de se
lectiemogelijkheden. aldus de
Utrechtse hoogleraar.
VALKENBURG (GPD)
Het blijft rumoerig in Valken
burg. Honderden jongelui, die
niet meer weten wat ze met
zoveel vrije tijd moeten begin
nen, zitten op stoepen, banken
en trappen en in vensterban
ken, luidkeels zingend, joelend
en fluitend. Een weinig
j spraakzame adjudant Kolle
van de rijkspolitie in Valken
burg is niet erg optimistisch:
„Ik verwacht weer dat ongere
geldheden. De tactiek die we
zullen volgen, houden we ech
ter binnenskamers."
De politie is gisteravond in Val
kenburg opnieuw opgetreden tegen
straatschenners en ordeverstoorders
in het centrum van de toeristenstad.
Herhaaldelijk werden de straten
schoongeveegd door een politie
macht van ongeveer 50 man. De po
litie voerde charges uit met auto's
en ook te paard. Omstreeks midder
nacht luwde de onrust en bedroeg
het aantal arrestaties dertig.
Volgens hem valt de schade die
aan verschillende personenauto's
zou zyn toegebracht, nogal mee.
De hotelhouders in Valkenburg
zijn weinig tevreden met de huidige
situatie. Zij zyn van mening dat de
oplossing van het jongerenprobleem
in het hoogseizoen in Valkenburg
reeds lang van tevoren had moeten
komen. „We hadden al maanden
van tevoren aan de tafel moeten
gaan zitten," zei de heer Pappers,
eigenaar van het hotel Bellevue en
het jeugdcafé Het Witte Paard, twee
gelegenheden waar het Valkenburg-
se rumoer zich voor het grootste
deel concentreert.
„Er was zelfs een soort rondeta
fel-conferentie beraamd tussen ho
telhouders, eigenaars van jongeren-
cafés, het gemeentebestuur en de
politie. Maar dat plan Is op de een
of andere manier in het slop ge
raakt."
De heer Pappers vindt dat de oor
zaak van de ongeregeldheden in
Valkenburg te wijten zijn aan de
eenzijdigheid van het geboden amu
sement: „Die jongelui vervelen
zich. Het Valkenburgse amusement
is afgestemd op de oudere generatie
die met hun kinderen wat vertier
willen zoeken en toch in een stad
wensen te blijven.
Ze vervelen zich, drommen bij el
kaar, er wordt gein getrapt, voor
bijgangers worden geprovoceerd en
dan kan het niet anders of er komt
een uitbarsting. Niet in de laatste
plaats gestimuleerd door de vele
kijklustigen en op 't op rellen beluste
publiek dat zich op een afstand ver
dringt om toch maar niets te mis
sen.
Toch zijn er maar weinig toeris
ten in Valkenburg, die hun boeltje
pakken wegens de rumoerige sfeer.
De meesten weten dat het tijdens de
bouwvakvakantie in Valkenburg niet
al te rustig is en hebben zich daarop
voorbereid. Bovendien zijn het gro
tendeels bouwvakkers die nu een
maal alleen deze twee weken vakan
tie hebben en dus geen andere perio
de kunnen uitkiezen om in Valken
burg hun vrije dagen door te bren
gen.