Jantjein de laars Geen vrouw voor kasteelheren Kruiswoordraadsel Kom er ACHT-er Meisjes Delft LD EXTRA f KATERDAG 1 FEBRUARI 1909 Kasteel Sigmaringen, uit de zestiende eeuw daterend, is het eigendom van de vorsten van Hohenzollern. De erf-prins bewoont echter nog slechts enkele vertrekken. In de ridderzaal van kasteel Weikersheim, een der mooiste Renaissance-zalen, met jachtscènes aan het plafond, vinden elk jaar internationale zomercursussen van de Musi- kalische Jug end Deutschland" plaats. „Studeren in Delft" betekent voor meisjes nog al tijd pionieren, concludeert het Vrouwelijke Be- drijfshoofd, het blad van de Nederlandse unie van vrouwelijke bedrijfshoofden. Op de tiendui zend studenten in Delft zijn slechts honderd vrouwelijke studenten: precies één procent. Ze ventig procent van de vrouwelijke studenten in Delft studeert bouwkunde. Drie meisjes kozen geo desie (landmeterkunde) als studierichting, er is één scheepsbouwkundige studente. Er is een groepje dat natuurwetenschappen studeert. Er is één elektrotechnische studente, en n meisje is als vliegtuigbouwkundige afgestudeerd. Ingewij den vertellen dat het eerste jaar moeilijk is voor de meisjesstudent in Delft, omdat meestal aan de ernst van haar studieplannen wordt getwijfeld. Na twee geslaagde studiejaren pleegt dat wan trouwen te verdwijnen en wordt de studente „ge accepteerd". Pom loopt door de gang, een beet-Je ae-nuw- ach-tig, een beet-je kwaad». Pom: ik snap er niks van. Net was-ie er nog en nou is-ie weg. Wat kan er toch ge-beurd zyn met die mal-le streep-kop? Ja, zeg nou zelf, met zó-veel streep-jes op je kop en met zó wei-nig her-sens er-in, kan er van al-les ge- beu-ren. (op-eens staat hij stil) Hè, hè, wat hoor ik daar? Er snort hier iets. Daar on-der de kap-stok snort iets als een wiel-letje! (met gro-te spron-gen schiet hij naar de kap-stok, waar de re-gen-laar-zen staan. Boemmm In de haast gooit hij er een om-ver. Het snor ren houdt e-ven op, maar gaat dan met-een weer door). Hal-lo hal-lo snort hier iets? (har-der) Is hier mis-schien ie-mand of iets dat snort? (het snor-ren wordt har-der, het lijkt nu een beet-je op kat-ten-ge-lach) Wie doet dat? Wie snort er of hij mij uit-lacht? (kwaad) Ik zal jou wel eens e-ven, me-neer, de snor-der. Kom eens voor de dag als je durft, (het snor-ren wordt nog har-der en Pom wordt nog kwaai-er) Dacht u soms dat u leuk was, me-neer? Ik zal u eens wat zeg-gen- Ik haal mijn vriend Pim er-bij, een heel ster-ke streep-jes-kat. En ik zelf sta ook mijn man-ne-tje. Dan zul-len wij u wel eens e-ven le-ren snor-ren in an-der-mans huis (op-eens hoort hij waar het snor-ren van-daan komt; het zit in de laars van de vrouw met het zach-te bont-je van bin-men). Nou heb ik u, me-neer de snor-der. U zit in de laars van on-ze vrouw. Daar zul-len mijn vriend en ik gauw een eind aan ma-ken. (hij kijkt ze-nuw-ach-tig Het is niet zo best gesteld met Duits- lands kastelen en burchten. De kosten om ze bewoonbaar te hou den zijn zó hoog opgelopen, dat ze voor de eigenaren uit oude geslachten niet meer te betalen zijn. Ze hebben er al eens over gediscussieerd om de Staat subsidie te vragen teneinde hun eeuwen oude bouwwerken voor de gemeenschap te kunnen bewaren. Vele jonge adellijken klagen erover, dat ze onmogelijk een vrouw kunnen vinden die het leven met hen delen wil. Gotiek, barok en renaissance zijn wel mooi, maar nog geen vervanging voor elektrisch licht, dat in tal van kastelen ontbreekt. Ei* zijn in West-Duitsland zo ongeveer 1200 fami lies, die een bouwkundig monument bewonen. Er zyn er onder die zich deze luxe haast niet kun nen permitteren: ze moeten schulden maken en tenslotte hun eigendom toch nog verkopen- Dik wijls echter is de prijs nauwelijks toereikend om er een modern eengezinshuis voor terug te ko pen. Enige dragers van oude namen hebben van hun kastelen hotels gemaak die zij voor een deel des kundig zelf leiden of aan gediplomeerde gastrono men verpachten. In ongeveer 50 burcht- en kas teelhotels tussen de Noordzee en de Alpen genieten binnen- en buitenlandse gasten van de historie- rijke sfeer tussen dikke muren bij goede wijn en kaarslicht en laten zich in het vorstelijke hemel bed door krakende gangen of scharrelende muizen in de holle wanden graag rillingen van angst voor het kasteelspook over hun rug jagen. Met rondleidingen door zalen, kamers, donkere kerkers, wapen- en schilderijenverzamelingen trachten andere aristocraten hun budget op be scheiden wijze te vergroten; ook wel met karper- forellenkweek en bebouwing van hun land. De uit gestrekte bossen werpen al lang niet meer genoeg af voor een levenswijze overeenkomstig de stand Om nog maar helemaal te zwijgen van de instal laties zoals ollestookinrichtingen en boiler. Om te sparen, bouwde een Beierse baron zijn eigen zwakstroominstallatie voor zyn 52 kamers bellende kasteel. De eigenaar van kasteel Ame- rong ontving zijn vrienden voor een protestbij eenkomst in de vroegere paardenstal, waar hij onder de beeltenissen van zijn voorvaderen ook betalende gasten ontvangt. Zijn vrouw en hij heb ben zich gespecialiseerd in het organiseren van bruiloftspartijen. Men kan moeilijk beweren, dat de weg van vele roemruchte geslachten over rozen gaat Pom: (schrikt ont-zet-tend) Wat zegt-ie daar? Zou-den er in de an-de-re laar-zen ook snor ders zit-ten? Daar kan ik in rn'n eentje nooit te-gen op. (hij gaat aan de an-de-re laar-zen luis-te-ren, maar hij hoort geen snor-ders) U hebt pech, me-neer Jan-tje. Uw bu-ren zijn niet thuis. Pim: (in de laars) O, he-ren, he-ren, als-tu- blieft. Ik ben maar een heel een-vou-di-ge snor der in een laars. Waar-om laat u mij hier niet rus-tig mijn snor-re-tje doen? Pom: Nee. me-neer. Wij hou-den niet van in- drin-gers- Wat zeg jij, Pim? (doet de stem van Pim na). Wat je zegt, Pom. We kie-pe-ren hem er-uit. Laat-ie maar er-gens an-den gaan snor-ren. Pim: (in de laars) Snuf, snuf snufhebt he-le-maal geen me-de-lij-den met een ar-me snor-der? Pom: Geef je o-ver, Jan-tje in de laan. Poot jes om-hoog. (er ste-ken op-eens twee poot jes uit de laars) Let op, Pim, daar komt-ie. (Pom valt ach-ter-o-ver) Die poot-jesdie oor-tjes streep-jes. Pim. Pim: (langs zijn neus) Hal-loWaar is die ster-ke vriend waar je het o-ver had? Jan-tje in de laars zou best eens een praat-je wil-len ma-ken met jouw vriend Pim. Pom: Het spijt me, Jan-tje. Mijn vriend Pim moest op-eens op reis. Heel ver en heel lang. Pim: Wat on-ge-zel-lig voor je. Mag ik mis schien je vriend-je zijn tot Pim weer te-rug is? Pom: (geeft hem een knip-oog) Heel graag, Jan-tje. MIES BOUHUYS ach-ter-om of Pim nou nog niet komt). Pim: (in de laars) Wie maakt daar zo'n ka-baal voor de deur van mijn mooi-e huis? Pom: (schrikt om-dat de snor-der ook pra-ten kan on-der-in zijn die-pe huis). Dat ben ik, me-neer. Ik mag toch ze-ker wel we-ten wie er hier in mijn huis zit te snor-ren? Pim: En wie bent u dan wel, me-neer? Pom: Ik ben Pom. en heel toe-val-lig heb ik nog een he-le ster-ke vriend ook. Ah wacht. Daar komt-ie net aan. (hij praat te gen een kat die er niet is) Hal-lo Pim. Ik had net een kar-wei-tje op te knap-pen. Er zit hier een heel bru-taal heer-schap Pim: dn de laars) Ik ben geen heer-schap. Ik ben Jan-tje in de laars. Pom: (praat te-gen de kat die er niet is) Je hoort het Pim. Hij heet Jan-tje in de laars. Zul-len we hem eens e-ven la-ten zien wie hier de baas is? (hij doet de stem van Pim na) Maar na-tuur-lijk, Pom. Wij zul-len dat var- ken-tje eens mooi was-sen. Wat denkt-ie wel die Jan-tje in de laars? Pim: (in de laars) Ik ge-loof dat er een paar heel kwaai-e a-pen voor het huis van Jan-tje in de laars staan. Oei oei oei wat moet ik be-gin-nen? Pom: Hij wordt al bang, Pim .Hoor je wel? Ik ben blij dat jij er bij bent. Ja, niet dat ik het niet al-leen af zou kun-nen, maar toch Pim: (in de laars) O, o. o. wat moet ik be-gin- nen? Daar staat een heel le-ger kat-ten met kop-pen als kwaai-e pan-ters voor mijn huis. Ik moet de bu-ren waar-schu-wen. i iifinnMc/ Kunt u de acht afwijkingen in de beide bovenstaande tekeningen vinden? De juiste oplossing vindt u elders in dit nummer. Horizontaal 2 godin der verblinding 4. wereldtaal 7. dakbedekking 10. familielid 12. overbrenging van mensen met behulp van motorvoertuigen 17. dierenverblijf 18. handgreep 20. lisbloem 21. moedwillige doodslag 23. tweehoevig dier 24. doorboorde stop OPLOSSING VORIGE PUZZEL De eerste prijs van f. 5, werd toe gekend aan mevr- G. van der Plas, Anjerstraat 13 te Katwijk ad. Rijn, de twee prijzen van f 2,50 aan mevr. J. Harting-Robbers, Alexanderstraat 18 te Leiden en aan mevr. W. M. v.d. Broek-Jansen Van der Waalslaan 15 te Voorscho ten. De prijzen worden de winnares sen toegezonden. 26 vragend voornaamwoord 27. slaapziekte 29 tegen 30. duizend volt 31benedenwindse zijde 32 bevestiging DE MO BEL PRIJS Bij zijn overlijden in 1896 liehhijeer vermogen na von ca. 32 miljoen Zweedse kronen.(ca. 9 miljoen dollar) Jaarlijks worden deze 5prijzen uiige reik! aan hen, die bijzonder verdienstelijk zijn geweest op het gebied van de na - tuurkunde scheikunde, letterkunde en de vreae. De prijzen kunnen verdeeld worden ovei 2 of meer personen .De prijsuitreiking ge schiedt gewoonlijk door de Zweedse koning 33. voorzetsel 35. vettige vloeistof 38. woonplaats 41. koudheid 42. ondergevel 44. stuiver 45. zuidvrucht 47. hoofddeksel 49. titel van vorst 50. arbeid 52. wijze waarop een regering haar program uitvoert 56. kort ogenblik 58 half vloeibaar kooksel 59. loofboom Verticaal 1 tienmaal zo talrijk maken 3. houten vat 5. aanwijzend voornaamwoord 6. elk der vier voornaamste kom passtreken 7. onderricht 8. zijrivier van de Donau 9. symbool voor Indium 10. voorzetsel 11. voorzetsel 13. smeren 14. plaats in Gelderland 15. geraffineerde vrouwelijke film figuur 16. plaats in Zuid-Holland 19. huisgrond 22. onbepaald voornaamwoord 25. voltooid 28 soort bier 29. lokspijs 34. zware bijl 36. onbepaald voornaamwoord 37. tegenwoordig 39- graansoort 40. vrijgevig 42. plattegrond 43. nijlreiger 46. god van de oorlog 48. hoornachtige verdikking der opperhuid 49. zware zoete wijn 51. vochtig koud 53. Europeaan 54. symbool voor gallium 55. geboomte Oplossingen onder het motto „Kruiswoordraadsel" dienen voor woensdag as. te 9 uur vm in het bezit te zijn van de redactie, Witte- singel 1 te Leiden. Onder de goede oplossingen worden een eerste prijs van f. 5, en twee prijzen van f.2,50 beschikbaar gesteld waarnaar al leen abonnees kunnen mededingen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1969 | | pagina 12