Muriel Humphrey: onopvallend
„Het spel en
de knikkers"
Don 7 look back
Films
Leiden
„Un homilie de trop"
goede verzetsfilm
De vrouw achter de presidentskandidaat (2)
Mr. Bey en schreef mild verslag
over halve eeuw
Een prachtige film vol met
vraagtekens over Bob Dylan
VRIJDAG 1 NOVEMBER 1968
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 31
(Door mr. H. L. Leffelaar)
WASHINGTON (GPD) Als er een boek geschreven zou
worden over de rol van de echtgenote van de Amerikaanse
kandidaat voor het presidentschap in de verkiezingen, dan zou
O deze geschiedschrijving vermoedelijk beginnen bij Eleanor
Ft- Roosevelt. Misschien zou dan ook blijken, dat geen der presi-
ee dentsvrouwen, die haar opvolgden in het Witte Huis, haar ooit
hebben evenaard.
Want mevrouw Roosevelt was be-
lalve de toeverlaat voor haar deels
•erlamde echtgenoot. ook zelf
emand met een politiek instinct dat
laar er bijvoorbeeld toe dreef een
letangrijke rol te spelen in de eerste
aren van het bestaan van de Ver-
nigde Naties. Toch was Eleanor
toosevelt in de ogen van het Amc-
ikaanse volk niet unaniem bemind,
iet zo min als ook president Franklin
toosevelt ondanks zijn twaalf jaren
n het Witte huis ieders lievelings-
iresident was.
Mevrouw Roosevelt was voor de
aeeste Amerikanen te intellectueel,
e liberaal, en te veel betrokken bü
Ie nationale politiek. Deze Amerika-
ien, en dat zijn er meer dan alleen
n de grote steden wonen, hebben an-
iere opvattingen over wat een presi-
lent-vrouw behoort te zijn.
Wat zij in een vrouw waarderen is
envoud, gebrek aan opsmuk, door-
astende afhankelijkheid, aandacht
•oor man en gezin en vooral geen
ulturele of internationale pretenties,
lat neemt niet weg dat deze zelfde
imerikanen toch stiekem met be
wondering keken naar Jacquell-
,e Kennedy, toen zij in het Witte
luis de scepter zwaaide van de eer-
te vrouwe des lands. Want Jacque-
(ne vertegenwoordigde een combi -
latie van ongeveer alles waar zelfs
,e meest verstokte Amerikaanse ver-
Ie van Pieter Stastok voor door de
mieën gaat.
Prinses
Mevrouw Kennedy was het Ameri-
;aanse idee van een sprookjes-prin-
es. En als haar huwelijk met Aristo-
eles Onassis in de woonkamers van
luizen in de prairie, of onder
le magnolia-bomen van het zuiden,
>f in de luxueuse villa's in de bui-
enwijken van Chicago werd bekriti-
eerd, dan was het omdat het een
inde maakte aan een Amerikaans
prookje.
Nooh mevrouw Humphrey, noch
nevrouw Nixon, de echtgenotes van
le twee belangrijkste kandidaten
oor het presidentschap, lopen het
levaar als sprookjes-prinsessen door
ie mand te vallen. Zij voldoen
allebei aan de eenvouds-eisen die de
Amerikaan stelt. De 56-jarige Muriel
Buck Humphrey is zelfs zo onopval
lend, dat toen zy in augustus voor
het Democratische partij-congres
bij de hoofd-ingang van het Con
rad Hilton Hotel aankwam, zy *niet
herkend werd door de honderden die
er samendromden om een blik van de
nationaal bekende figuren op te van
gen.
Zy heeft iets aareelends en bedacht
zaams over zich dat men niet zou
verwachten van iemand die met haai
man nu al ruim twintig jaar in het
voetlicht staat van de Washingtonse
politiek. Zoals byna alle vrouwen
van Amerikaanse politici was zy nau
welijks voorbreid op het soort leven
dat haar te wachten stond. Zij is de
dochter van een groente-hande
laar die in de malaise van de dertiger
jaren falliet ging. Niettemin zag zy
kans om met allerlei bybaantjes een
klein college af te lopen in Huron
in de staat South Dakota. Zy legde
zich toen toe op de praktische vakken
die een secretaresse van dienst zou
den kunnen zyn.
Nadat zy Hubert Horatio Hum
phrey, de zoon van een drogist, had
ontmoet en met hem trouwde, hielp
zij hem om zyn studies te voltooien.
In die tyd maakte zy sandwiches,
die hy met een kleine winst ver
kocht. Van Minneapolis, waar Hum
phrey een voortuitstrevende burge
meester was, ging het naar Washing
ton en het leven van het echtpaar
Humphrey verloor steeds meer van
de kleinsteedse landelykheid, die het
in deze eerste jaren had gekenmerkt.
Dag.
elijks
Hoeweü zaj zelden nieuws .maakt"
in deze afmattende verkiezingscam
pagne, volgt mevrouw Humphrey
een volgeboekt dagelijks schema van
vliegtochten, toespraken, zogenaamde
„thee-uurtjes", en recepties.
In tegenstelling tot haar man. die
een emotionele spieker is, doet Mu
riel Humphrey ontspannen aan. Haar
altijd korte praatjes zyn zelden voor
bereid of op schrift gesteld, maar in
iedere toespraak vertelt zij hoezeer
haar man betrokken is bij het lot
van anderen. De vrouw van de vice-
president verschynt byna nooit tege-
lykertijd met haar man. zy reist in
kele minuten vertrok het toestel van
mevrouw Humphrey, op weg naar
Dallas.
ADVERTENTIE
Het echtpaar Humphrey met de vijfjarige gehandicapte Lori
Wagner. Humphrey en zijn vrouw organiseerden in 1966 een inzame- j
ling voor gehandicapte kinderen.
haar eigen vliegtuig, dat van binnen
ingericht is in haar favoriete kleu
ren: blauw en groen. Groene en
en blauwe linten van satyn zyn door
haar compartiment gespannen, beves
tigd aan de muren met rozettes in
dezelfde kleuren. De stoelen zijn ver
sierd met tuiltjes papieren bloemen,
ook in blauw en grom. Boven ieder
raam prykt een soort reclamebord,
zoals die in een Hollandse, tram te
vinden zyn. Daar staat op '„Iedereen
wordt verzocht op te staan en te jui
chen, terwijl Hubert Humphrey voor
op gaat".
Eén van de onderwerpen die haar
speciale belangstelling hebben, Is de
zorg voor geestelyk gehandicapte kin
deren. Eén van liaar kleindochters is
geestelijk gehandicapt en mevrouw
Humphrey laat weinig gelegenheden
voorby gaan om speciale inrichtingen
te bezoeken waar deze kinderen wor
den verpleegd.
Enkele dagen geleden ontmoetten
de beide Humphreys elkaar bij toe
val, toen zy beiden op het vliegveld
van Austin in de staat Texas waren.
Het was tegen half één in de morgen.
Vice-president Humphrey sloeg zyn
arm om haar heen. „Zij is geweldig",
zei hij, „zy doet iets heel speciaals
voor mijn campagne. Er is alleen een
moeïlykheid: ik mis haar". Even la
ter steeg Humphreys toestel op in de
nacht op weg naar Californië. Na en-
ADVERTENTIE)
DEN HAAG (GPD) De 71-jari-
[e oud-minister van Buitenlandse
Zaken mr. J. W. Beyen heeft onder
Ie titel „Het spel en de knikkers" op
nerkelijke memoires geschreven. Het
k s een kroniek, die begint met het als
.tijdelijk" adjunct-commies" toetrc-
t Icn tot het ministerie van Financiën
j !,.tot schrik en verbazing van de se-
j .'retaris voerden wij de schrijfmachi-
ic. de telefoon, de brief met door-
itog, het gedrukte formulier etc. etc.
n") en eindigt met een terugblik op
Ie twee boeiende werkterreinen,
vaarop het spel met de knikkers
verd gespeeld: het financiële en het
nternationaal-politieke.
Beyen ls een mild schryver, die de
[rote mannen met wie hy heeft sa
mengewerkt in een zo gunstig moge
lijk licht stelt. Dat geldt voor De
Speer en Colijn, die hy als ministers
Iran Financiën leerde kennen, maar
■tientallen jaren later evenzeer voor
juns. met wie hy in 1952 het minis-
erschap van Buitenlnadse Zaken
noest delen, al was dan Luns de be
windsman zonder portefeuille. De le-
«er mag zelf bepalen of het volgende
sen steekje onder water is in de rich-
ing van de heer Luns: „De minister
s, als regel, een voorbijgaande ver-
ichijning Langblijvers zijn er ook
i'oeger geweest, maai- gewoonlyk
jaan zy na een aantal jaren weer
veg".
In aansluiting daarop schrijft Bey-
>n in een styl die wanneer het niet
jaat over de grote financiële en Euro
pees-politieke gebeurtenissen waarby
hy betrokken is geweest (op die pun-
ten is de kroniek een brokje ge-
jfchiedschryving) karakteristiek is
voor zyn boek: „In vele landen be
houdt de afgetreden minister titel en
sociale rang. In Nederland zyn we zo
niet. Gelyk een acteur, die de koning
"ïgespeeld heeft, gaat hy na zyn af-
ltreden in zyn gewone jasje met de
Jtram naar huis. Voor velen is dit een
bard gelag".
Geen waarde
Al in 1956 eindigde Beyens loop
baan als minister. In de politieke
constellatie van dit land had, naar
hy schryft, een minister zonder par
tij (alle partyen hebben hem wel
eens geïnviteerd om lid te worden.
schertsend zelfs de communistische)
j geen waarde op het politieke
j schaakbord. Bovendien zou hy zelf
I de functie niet voor een volgende pe-
I riode hebben willen aanvaarden,
omdat hij de Nieuw-Guinea-politiek
van de regering niet kon accepteren.
De bankdirecteur en zakenman had
toen echter vier jaar doorgebracht
aan het Plein in Den Haag.
By de overheid, zegt hij. ontbreekt
vaak de behoefte om iets af te doen,
iets uit de wereld te helpen. Vooral
op buitenlandse zaken is vaak de
hoofdzaak dat er aan een kwestie
„Iets gedaan wordt." niet dat ze
wordt opgelost. Als de Kamer maar
antwoord krygt, is dat al voldoende
en als dat antwoord spoedig komt,
is het heel mooi.
Inmiddels laat de schrijver niet na
ook de ambtenaren lof toe te zwaai
en zoals hij het praktisch alle perso
nen die hij ontmoet doet. „Het land
moet geadministreerd worden. Ik
heb me by de vele kabinetscrisissen,
die ons land kent, altyd verbaasd
over de gebruikelyke verzuchting in
de pers dat deze zo veel geld kost en
er zo veel blijft liggen. Voor negen
tig procent draait de zaak rustig
door en zo moet het ook." Hy ci
teert een bekend secretaris-gene-
J raai. die over ministers zei: „Je
1 kunt die mensen geen ogenblik al-
I leen laten anders begaan ze onge-
I lukken." „Voor menig ambtenaar.
aldus Beyen. is „mijn minister" ver-
gelykbaar met het afgodsbeeld van
i de Afrikaanse medicynman. Hy
I moet er wel zyn om mee te dreigen,
maar hy moet vooral zelf niets zeg-
Eerst de knikkers
In topfuncties bij Philips, by de
door hem gesaneerde Middenstands-
bank, als directeur van de Rotter-
damsche Bank en van de Bank van i
Internationale Betalingen en na de
oorlog onder andere by Unilever, als
financieel expert voor de Nederland- i
se regering en als ambassadeur in
Parijs kreeg Beyen volop gelegen
heid ook zijn eigen land van buitenaf
te observeren. Hy schryft byvoor-
beeld
„Wy Nederlanders denken te veel
aan de knikkers en te weinig aan het
spel. We houden te lang vast aan po
sities, die we toch prijs moeten geven
(wat de tegenparij ook wel weet),
hebben te weinig gevoel voor de „ges
te". geven pas iets op als de ander
er niets meer voor geeft, beseffen te
weinig dat als je je tegenpartij
dwingt iets te accepteren wat hy on
redelijk vindt, dit zich wreekt als je
later met hem moet samenwerken."
Op 71-jarige leeftijd kan hy,
ondanks de waardering voor simul-
taanvertalingen op grote internatio
nale conferenties, met enig heimwee
terugdenken aan het oude vertaalsy
steem met tolken die „zulke byzonde-
re mensen waren, die vaak, in verta
ling een veel betere rede hielden dan
door de hoge ambtenaar of door de
staatsman was gehouden."
Beyen gelooft in een terugblik op
zyn periode als minister niet dat een
competentiestrijd te vermijden zou
zijn geweest, wanneer Luns en hy sa
men Buitenlandse Zaken waren blij
ven beheren. Maar inmiddels schryft
hy met sympathie over zyn collega
Luns. In de oorlogsjaren toen hy
in een gehuurd flatje in Londen als
functionaris van Unilever het mini
sterie van Financiën op poten zette
Chrysanten!
Zeeën van kleur.
Te zien en voordelig
te koop bij iedere
bloemenwinkel,
kar en kraam.
Neem ze mee.
Want we hebben
ze nodig in dit
wat kale seizoen.
Zeg het met bloemen.
waren het Koningin Wilhelmina
en minister Gerbrandy, die zyn grote
bewondering hadden, terwyl het ty-
rend is voor zyn kroniek dat ook de
genen die hij bekritiseert allerminst
j worden „gekraakt". Over De Geer
schryft hy bijvoorbeeld:
„Hy was ongewoon knap, gespeend
I van humor en, althans wat zyn amb-
tenaren betreft, zonder menselyke j
belangstelling. Hy droeg geen gekle- 1
de Jas, want hy kwam, weer of geen
weer, op de fiets. Hy schreef met een
kroontjespen en had een handschrift
dat maakte dat wy zyn tirades in de
miljoenennota, in herinnnering aan
Charlvarius. het „kladschrift van
Jantje" noemden. Hy had grote in
vloed op de Kamers. Ik heb eens aan
Treub gevraagd hoe hy verklaarde
dat deze knappe, maar pietepeuteri
ge man zo'n groot, prestige by de Ka
mers had. Zyn antwoord was: hij is
net zo klein als de kamerleden, maar
dan in het groot. Ik zou later nog
tweemaal in nauw contact met hem
komen. Eerst in 1940 in Londen, toen
hij was gestrand op problemen, die
I buiten zijn beperkte gezichtskrin-
I gen vielen. Hy heeft zijn veroorde
ling in 1947 even weinig begrepen als
I zyn veroordelaars zyn beweegre-
i denen konden vatten
STUDIO Het vervelende
met films als „Don't look
back" over en met Bob Dylan
is dat ze eigenlijk geen film
zijn geen verhaal, geen the
ma, geen duidelyke climaxen.
Waarschynlyk is er filmtech
nisch alles mee gezegd dat
Don't look back een abstract
werkstuk is. Abstract zoals de
non-figuratieve schilderkunst in
tegenstelling tot de figuratieve.
Een andere maar weinig dui
delijke naam zou documentaire
zyn of socio-documentaire «een
begrip dat Roeland Kerbosch
met zyn Walletjes-film uit
vond): de wereld van Don't
look back begint en eindigt by
Bob Dylan en kan uit de wyze
waarop Bob Dylan leeft en hoe
dat leven verfilmd is worden
verklaard. Hoe het ook zy:
Don't look back is een stuk
filmwerk dat. omdat het er is.
al genoeg zegt over zyn be
staansrecht.
Wie is Dylan en waarom is
het belangryk om hem met de
camera tot in het absurde te
volgen. Enkele bibliografische
gegevens over het leven van de
ze -zanger/componist/dichter
(gelieve weg te schrappen wat
niet geldt) zeggen weinig Don't
look back. Op 24 mei 1941 in
Hibbing in de Amerikaanse
ataat Minnesota geboren trok
de jonge en door folk-muziek
gefascineerde Dylan al snel de
wyde wereld, die buiten het
„dode" Hibbing begon in. In die
wereld maakte hy spoedig car
rière als vertolker van gevoe
lens die onder de huidige gene
ratie leven. Dylan is sterk ver
anderd de laatste tien jaar. ge
tuige een opname van een jon
ge Dylan voor een Ameri
kaans plattelandspubliek hoofd
zakelijk bestaande uit negers.
Wie hy echter is laat zich ook
uit deze (heerlyk prille) opna
me niet raden. Dylans pro
bleem is dat hy zelf niet weet
wie hy is. wat hem beweegt en
Don't look back weet dat zo
suggestief over te brengen, dat
de gebiologeerde toeschouwer
ook naar zijn eigen bestaan
gaat gissen. De enige bood
schap die Dylan kan geven is
die van het heden. Misschien
op de enig juiste manier gefor
muleerd in het cliché: wees
eerlyk tegenover jezelf en an
deren.
Het leven van Dylan en van
andere bekende popsterren <in
de film komen ook Joan Baez.
Donovan, Alan Price geheel
van zyn luister ontdaan aan
bod) bestaat niet uit een reeks
van heerlijke hoogtepunten, is
nergens duidelijk door bepaald.
Door ons een blik te gunnen in
de gaai-keuken van de popmu
ziek heeft Don't look back een
belangrijke documentaire waar
de.
Voor het camerawerk van D.
A. Pennebaker en Jones en Ho
ward Alk zyn moeiiyk kwalifi
caties te vinden: het onder
streept. in al zyn voortreffelijke
eenvoud de levensproblematiek
van de als filosoof van de pop
muziek gedoodverfde Dylan en
zyn kameraden, waardoor
Don't look back niet alleen voor
Dylan-fans maar ook voor cine
fielen een werkstuk van belang
wordt.
LI DO Door een blind toe
val komt in de Tweede Wereld
oorlog een eenvoudige en ver
eenzaamde Franse boer bij een
verzetsgroep terecht, die over
de begrippen bezetting en vry-
heid er een geheel andere me
ning op na houdt dan hy. De
tot een zwerver geworden boer
voelt er weinig voor uit natio
nalisme of patriottisme te vech
ten tegen de Duitsers. Het blijft
voor hem geweld tegen geweld,
hetgeen de wereld vernietigt
Het liefst bemoeit hy zich ner
gens mee en wil de oorlog op
zyn eigen manier overleven.
Hy kan daarom ook niet zeggen
aan welke kant hy staat en dat
ln een tijd, waarin een duidely
ke keuze wordt gevraagd: voor
of tegen de Duitsers.
Op spannende en drama
tische w(jze worden de door de
ze situatie opgeroepen conflic
ten weergegeven in de Franse
film „Un homme de trop" („De
dertiende man"), geregisseerd
door Cost a Gavras. geboren in
Griekenland en op jeugdige
leeftijd geëmigreerd naar
Frankryk. „Un homme de
trop" is vervaardigd naar de
gelijknamige roman van Jean
Pierre Chabrol. die op een
waar gebeurd verhaal berust.
Op knappe wijze laat deze
film het harde en vaak meedo
genloze leven van de „maqui-
sards" zien. Goed in beeld ge-
Peyton Place"
TRIANON „Peyton Pla
ce," het wel en wee van een
kleine Amerikaanse gemeen
schap, gaat in het theater aan
de Breestraat zyn tweede week
in. De film. die het boek van
Grace Metalious iets strikter
volgt dan de tv-serie dat doet.
stamt niet uit 1967, zoals vorige
week werd vermeld, maar uit
1957. Aan het oordeel over deze
film doet dat overigens niets af.
bracht zyn ook de verschillen
de soms fel botsende me
ningen van de verzetsleiders,
ln angst levend voor deze zon
derlinge boer, die wel eens een
Duitse spion zou kunnen zyn.
De film begint met. een spec
taculaire aanval van een ver
zetsgroep op een zwaar be
waakte gevangenis, waaruit 12
ter dood veroordeelde verzets
strijders moeten worden ge
haald. Dit gelukt na een furieu
ze stryd, maar later blykt dat
niet twaalf, maar dertien per
sonen in veiligheid zyn ge
bracht. De viaag rijst: wie is
deze man en wat moeten we
ermee? Besloten wordt hem
vast te houden in de schuil
plaats in het bergland. Het feit,
dat hy geen keuze wil maken
tussen pro of contra i Duits)
maakt hem verdacht. Een
niet gepleegd vergrijp uit
zyn vroegere leven dreigt deze
zonderling noodlottig te wor
den. Op bevel van hogerhand
moet hy. aangezien hij ook van
geen nut is. maar uit de weg
geruimd worden. De terecht
stelling mislukt verscheidene
keren en tenslotte maakt een
Duitse aanval op de verzets
groep het hem mogeiyk te
vluchten, waarmee hy verlost
is van een groep mensen, die
hem niet begreep.
liet wonder
van de liefde
LUXOR De les in liefdes
kunst van de Duitse weekblad-
schryver en deskundige in de
seksualiteit Oswalt Kolle is weer
geprolongeerd. Kolle roert in
zUn documentaire-achtige film
enkele huwelyksproblemen op
seksueel gebied aan en hij geeft
de huwelijkspartners heel wat
raadgevingen mee Een uiterst
Iperzame film die een groot pu
bliek (jong en oud) verdient.
Mijn vriend
de duivel
CAMERA ,Myn vriend de
duivel" heeft in Leiden veel suc
ces. Deze knappe kleurenfilm
van Engelse makely draait
daarom nog een week in het Ho-
gewoerd-theater Men kan dit be
langrijke cinemato-grafische pro
dukt wellicht karakteriseren als
een bizarre komedie, waarin op
ondubbelzinnige wyze de draak
wordt gestoken met de schyn-
heiligheid en de taboes van deze
tyd. Hoofdpersoon in het dolzin
nige verhaal is een schuchtere
cafétariakok, die duidelyk moei
te heeft om in amoureus contact
te komen met het hippe dien
stertje uit dezelfde zaak. Hy ver
koopt uiteindelyk zyn ziel aan de
duivel en mag in ruil daarvoor
een soort zeven-wensen-toer
door liefdesland maken. Maar
dan blykt dat fantasieën
wel werkelyk kunnen worden
maar niet altyd bevrediging
schenken. Raquel Welch speelt
in deze uitermate onderhouden
de film een kleine, verleideiyke
rol. „Myn vriend, de duivel" is
deze grote belangstelling meer
dan waard.
Hammerhead
REX „Hammerhead1, de
meedogenloze" is een betere
film dan de wat pompeuze titel
zou doen vermoeden. Het ver
haal is tamelyk spannend en by
vlagen zélfs amusant. Op een
soort love-in krygt Charles
Hood (Vince Edwards, beter be
kend als dr. Ben Casey) het
spoor te pakken dat leidt naar
Hammerhead, een zonderling
van het gevaarlijkste soort, zo
als weldra blijkt. Hood heeft
hem alleen een party pornogra
fie te overhandigen, maar lang
zaamaan wordt duidelyk dat hy
op meer uit is, dat deze trans
actie slechts een voorwendsel is
om een complot op te rollen.
Hood wordt in zyn werkzaam
heden op charmante wyze
dwarsgezeten door een Londens
hippie dat voortdurend met hem
meereist en met wie hy op ze
ker moment zelfs in een dood
kist belandt. Hammerhead
dreigt via enkele slinkse streken
de Britse ambassadeur belang-
ryke papieren te ontfutse
len. maar de op een motor rond-
rossende Hood —met het hippie
achterop weet dat allemaal
nog net te verhinderen.