,UW TIJDGENOOT"
jaap Wieringa gaat weg
bij „De Haagse Comedie"
ilm die vertelt over nieuwe
erhoudingen in de Sowjet-Unie
baardeloos
óff&Uiecke
FALLAUXIN
JEUGDTEAM
Avery Brunclage
Niet taak van IOC de
wereld te hervormen
HET KOSTTE MOEITE JATE ZEGGEN
Gaat spelen in Annie
Schmidts „En ik dan" j
INDAG 25 MAART 1968
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 17
ids enkele weken draait in de grote steden van de Sowjet-
een film waarover iedereen praat en die een bijzonder
lindruk geeft van de veranderingen die er de laatste tijd in
nvjetrussische samenleving hebben plaats gevonden. Niet
door de inhoud van de film zelf, maar ook door de bijna
idevolle belangstelling die hij overal geniet: „dit kan nu
verhaal gaat over een be-
ilder van een groot project in
wiens onmiddellijke mede-
ontdekt dat op den duur het
oitbare werk beter op olie kan
gestookt dan op steenkool,
het bouwplan is gebaseerd,
besluiten ze daarover in
te gaan praten, want dit
Ijde nzicht komt niet overeen
jt „staatsplan," volgens het-
het complex zal worden ge-
En overgang op olie bete-
dat het deel dat reeds ge
ls waardeloos wordt. Daar-
bben ze, voor ze naar Moskou
het werk stil gelegd,
loskou kost het ze aanzienlek
oeite om een hotel te krijgen:
bben geen officiële reispas.
jlgt een lange tocht langs
instanties. Eerst komt
linisterie waaronder het fa-
jomplex ressorteert, dan vol-
[esprekken met medewerkers
vice-minister-president en
e studies tenslotte met de
lüüster-president zelf.
de lagere functionarissen moe
twee vooral het verzet over-
tegen veranderingen in een
at uiteindelijk door de minis-
was goedgekeurd. En de
:r zelf verwijt de bedryfslei-
hij twee jaar geleden niet
nntdekt dat olie goedkoper en
iter werkt. Een van de mede-
van de minister probeert
it probleem, dat de twee in-
!8 opwerpen, op snelle wijze
weg te ruimen door te zeg-
it hun eigenmachtig besluit
i werk stil te leggen „sabota-
en dus strafbaar. Maar de
lebben hun zaak voortreffelijk
reid en zij argumenteren niet
ichzelf, maar voor het alge-
g. Daarom wordt deze
lelijke uitweg niet door de
er aanvaard.
en hun zakelijke besognes
het nevenverhaal van de
iui de bedrijfsleider. De hoofd-
is gescheiden, zijn vrouw en
tonen in Moskou. Bij zijn ont
ken met de jongeman komt
ter erachter dat die niet meer
looi is, maar in een fabriek
at hij wil trouwen met
ts oudere ongehuwde moeder,
telt tot een diepgaand gesprek
vader en zoon, waarbij de
de zoon voorhoudt dat der ge-
huwelijken in het algemeen
niet goed gaan, dat de meeste men
sen het wel met hem eens zullen
zijn en dat het beter voor de jon
gen is eerst zijn studie af te maken.
De zoon zegt dan: „wat doet het
ertoe wat de meeste mensen den
ken, wat miljoenen ervan vinden?
Ik kan alleen maar oordelen over
mijzelf. Ik houd van haar, ik wM
met haar trouwen." En alhoewel
dat gesprek ermee eindigt dat de
zoon weggaat, neemt de hoofdper
soon het later in een gesprek
met zijn gescheiden vrouw toch
voor deze individuele beslissing van
de zoon op. De moeder heeft tegen
de zoon al eens gezegd dat zij vroe
ger dat soort problemen in de com
munistische jeugdorganisatie de
Komsomol besprak, waarop de
zoon: „Ik heb nog nooit iemand ont
moet wiens liefdesproblemen door
de Komsomol zyn opgelost."
Am
In het gesprek met de vader zegt
de vrouw: „Vroeger zouden wij het
soort dingen die de jongen doet niet
hebben gedurfd. Vroeger kenden wij
nog de angst." En dan is het ant
woord van de vader: „Die angst is
nu precies waarover we gelukkig
zouden moeten zijn dat hij is ver
dwenen. En jij wilt dat terug?"
Het zyn zulke momenten waarop
een rimpeling van instemming dooi
de zaal gaat en die deze film zo ge
weldig doet aanspreken bij de Rus
sen van vandaag: hier wordt de
nieuwe tijd bevestigd. Dat geldt ook
voor de grote slotscène van het
hoofdmotief: de vergadering met de
vice-premier van de hele Sowjet-
Unie is werkelijk opgenomen in het
Kremlin. Het is voor het eerst in de
filmgeschiedenis van de Sowjet-Unie
dat een zo hoge functionaris in een
filmrol wordt uitgebeeld. En des te
opmerkelijker is het, dat de twee
ingenieurs ook deze man keihard
hun waarheid zeggen. De tweede,
die opmerkelijk veel op Chroesjt-
sjow lijkt, voegt de vice-premier op
een bepaald heftig moment zelfs
toe, dat wat die zegt pure onzin is.
De eerste geeft toe, dat men twee
jaar geleden beter had moeten na
denken voordat men aan het pro
ject begon.
„Maar," zegt hij, „dat is nu juist
ons probleem geweest. Wij geven op
het ogenblik, als we praten over de
fouten van het verleden, te gemak
kelijk de persoonsverheerlijking van
vóór het twintigste partij-congres de
schuld (die toen, in februari 1956,
door Chroesjtsjow is beëindigd,
Red.) Maar dat was maar de helft
van onze fout. De andere helft is
dat we allemaal veel te graag de
besluiten hebben aanvaard die er
eenmaal waren genomen, dat we de
strenge discipline aanvaardden en
geen eigen initiat.'if hadden".
De bedryfsleider beroept zich
daarbij op zijn lidmaatschap van de
partij, hetgeen niet alleen zijn per
soonlijke positie, maar ook Zijn ver
zet tegen voortzetting van het oude
plan ongetwijfeld sterker maakt.
Maar zijn felle medewerker is uit
drukkelijk geen partijlid.
Dan stelt de leider van de com
munistische partij van het gebied,
waarin het project wordt uitgevoerd
zich tegenover hen op, nadat hij
typerend detail de discussie van
af een bankje terzijde heeft gevolgd.
Hij wijst op de beloften van werk
die aan duizenden mensen zijn ge
daan en op de morele waarde, die
daaraan door de inwoners van het
gebied wordt gehecht. Want het is
duidelijk dat de overgang op olie
ook betekent dat de fabriek beter
naar elders kan worden geplaatst.
Niet zwart-wit
De waarde van de film ligt hier
in, dat deze argumentatie en tegen-
argumentatie geen zwart-wit beeld
oproept. Beide partijen hebben zeer
goede argumenten tot hun beschik
king, al gaat de sympathie van de
toeschouwer als vanzelf naar de be
dryfsleider en zijn medestander, die
helemaal centraal zyn geplaatst.
Het einde van de film is open: de
vice-minister-president die de plei
dooien van iedereen ook van een
wat karikaturale professor met veel
omhaal van woorden, die vóór steen
kool en tegen olie is met grote
openheid heeft aangehoord, zegt dat
hij de zaak van zoveel gewicht acht
dat hij haar in de ministerraad zal
brengen. Het gaat om tientallen
miljoenen en om werk van twee
jaar. En met die vraag: wat is de
beste beslissing, worden de Rus
sische bioscoopbezoekers weer de
straat op gestuurd.
Waarschynlyk is „Uw Tijdgenoot"
geen film om in Nederland te im
porteren. Er wordt heel goed in ge
speeld, maar ook oneindig veel in
gepraat. Wat de film belangwek
kend maakt, is vooral dat hij ge
maakt kon worden en ten tweede
dat hij voor de Sowjetrussische bur
ger een bevestiging is dat er nu
dingen kunnen, die vroeger niet
mogelijk waren: het individu kan
zich nu losmaken van de druk van
een officiële richtlijn en hij heeft
een kans die om te buigen, mits hij
het doet in het algemeen belang en
mits hij stevig in zijn schoenen
staat. Anderzijds: de overheid is
tegenwoordig bereid naar dit „op
standige" individu te luisteren.
Daarnaast het nevenmotiefde
jonge mens moet in de gelegenheid
zijn, zijn eigen leven te vormen,
ook als het zo is dat zijn ouders
zich daartegen verzetten: een door
braak van het individualisme. Mis
schien voor ons een wat banaal en
zeker niet opzienbarend thema,
maar in Moskou trekt de film nu al
vijf weken volle zalen, in Leningrad
eveneens en iedereen heeft hem ge-
En toen ik een röntgenoloog In
Jerewan, de hoofdstad van de repu
bliek Armenië vroeg wat er veran
derd was in de levenssfeer sinds het
twintigste partij-congres, zei hy:
„Heeft u „Uw Tijdgenoot" gezien?
Dat is er veranderd."
llllllillilllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllillllllllllilL
IH
Overal in de Sowjet-Unie op EE
winkelruiten, op aanplakborden
H in fabrieken en kantoren en op
erepoorten aan de ingang van
rE kolchozen, staan nog de getallen
19171967, ter herinnering aan
het feest van de vijftigjarige
j= revolutie, dat in november in s
't hele reusachtige land uitbun-
dig is gevierd. Bij die gelegen-
held is veel aandacht besteed
aan de historische gebeurtenis-
jE sen rondom de oktober-revolu-
EE tie. Maar hoe leven de Russen
nu na het feest? Hoe is het
EE met name gesteld met hun mo-
S gelijkheden zich uit te spreken
S over de manier waarop zij wor-
den bestuurd? Als bij ons al de
burger in de laatste jaren het
gevoel krijgt niet voldoende
meer in te brengen te hebben,
EE hoe staat het daarmee dan in de
bakermat van het communis-
me EE
Dat was de leidende gedachte
die de Utrechtse journalist drs.
S M. L. Snijders bezig hield op een
reis van veertien dagen door de
H Sowjet-Unie waarvan hij zojuist EE
EE is teruggekeerd. In Sow jet-Rus-
EE land was hij de gast van het EE
persbureau Novosti.
=n
ïllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
Stationsweg 22
Breestraat 126
Haarlemmerstraat 158
(Van een onzer verslaggevers)
AMSTERDAM De 17-jarige Ed
Fallaux is door de sportcommissie
van de NTTB gekozen in het Ne
derlandse jeugdteam, dat 6 en 7 april
deelneemt aan het Beneluxkampioen-
schap. In verband hiermede is de
beslisingswedstrijd om het club
kampioenschap van Nederland tus
sen titelhouder Scylla en het Amster
damse NelLloyd van zaterdag 6 april
naar (Goede) vrijdag 12 april ver
schoven. Het beslissingsduel vindt
plaats in de sportzaal van het zwem
bad Den Hommel in Utrecht en be
gint om 20.00 uur.
Biljarten De Hagenaar Hans
Sundquest ls in Cadier en Keer Ne
derlands kampioen eerste klasse li-
bre groot biljart geworden. Met
Sundquest, die een gemiddelde van
61.76 haalde, promoveren ook Jean
Bessems (51.94) en Cor Lucas
(51.92) naar de ere-klasse.
Wielrennen Gerard Vianen heeft
in Neerbeek de eerste Nederlandse
profronde van dit seizoen gewonnen.
Vianen versloeg in de eind
sprint o.a. Harry Steevens, die vier
ronden eerder was achterhaald na
een solo van 60 km.
1. Gerard Vianen (Kokkengen) 100
km 2.28.58, 2. Harry Steevens (Els-
loo) z.t., 3. Rini Wagtmans (St.-
Willebrord) z.t., 4. Cees Zoontjes
(Tilburg) op 7 sec., 5. Cor Sohuuring
(Amsterdam) z.t., 6. Wim Schepers
(Stein) z.t., 7. Jan Janssen (Ossen-
drecht) z.t.
Lausanne Avery Brundage, de tachtigjarige president van
het Internationale Olympische Comité, heeft zaterdag in een brief
aan alle leden van het IOC, de nationale Olympische Comités en de
grote sportbonden gevraagd om begrip voor het besluit van het IOC
om Zuid-Afrika opnieuw tot de Olympische Spelen toe te laten.
Brundage heeft een groot aantal artikelen uit dagbladen en tijd
schriften uit alle delen van de wereld verzameld. De bejaarde Ame
rikaan gelooft dat er enkele misverstanden bestaan: „Het IOC erkent
de regering van Zuid-Afrika niet terwijl het ook haar politiek niet
voorstaat. Het Internationale Olympische Comité bemoeit zich hele
maal niet met regeringen of politiek". In zijn brief wijst Brundage er
verder op dat door de toelating van een gemengde Zuidafrikaanse
ploeg, de 16 miljoen kleurlingen in Zuid-Afrika voor het eerst in de
geschiedenis de kans krijgen hun beste sportmensen naar de Olym
pische Spelen af te vaardigen.
„Het is niet de taak van het IOC de ipereld te hervormen. Met de
Olympische Spelen kunnen wij de politici alleen een goed voorbeeld
geven", aldus de president van het IOC, die op 20 en 21 april in
Lausanne de buitengewone vergadering van het uitvoerend comité
zal leiden.
tv--
„Twee weken heb ik ermee rondgelopen. Heb er met Paul
Steenbergen over gesproken, die zei: „Je moet zelf beslissen.
Heel verstandig, want wat hij ook zou hebben aangeraden, ik
had het hem later waarschijnlijk kwalijk genomen."
Jaap Wieringa, (22), sinds twee seizoenen verbonden aan „De Haag
se Comedie" praat over zijn „hopelijk tijdelijke" vertrek bij het
Haagse toneelgezelschap en over ,J£n ik dan?", een trhillerachtig
blijspel van Annie M. G. Schmidt, waarin hij een van de hoofdrollen
gaat vervullenDit naast Mary Dresselhuys, Joan Remmelts, Els
Bouwman en Etha Costerdie eveneens van 15 augustus af dagelijks
met deze vrije produktie, waarvan de première 1 november in het
Nieuwe De La Mar Theater in Amsterdam wordt gegeven, bezig zul
len zijn.
,Toen Annie M. G. Schmidt me in anderhalf jaar tijd fyn werk ge-
opbelde, heb ik echt niet direct toe
gehapt. Het heeft me erg veel moeite
gekost om „ja" te zeggen. Ik zit by
Comedie heel goed, heb
had. Deed mee aan een Brechtpro-
grarmma, „Voorjaarsontwaken" en
„De Meteoor" en speel in .Helder
zien in het donker" en „Rosencranta
en Gutidenstern zyn dood".
„Waarom Annie M. G. Schmidt
my koos? Aoh, kiezen was het eigen-
ïyk niet. Ze was al een half jaar
bezig iemand te zoeken voor die rol.
Toevallig was ik een van de acteurs,
die ze opbelde en de suggestie voor
legde. Myn rol is nog niet helemaal
klaar. Annie M. G. Schmidt schreef
hem namelyk eerst voor een andere
acteur, die het uiteindeiyk toch maar
niet deed.
Bewondering voor
Annie M. G. Schmidt
„In de toekomst staat er waar»
schynlijk meer T.V.-werk op stapel.
Tegen T.V.-produkties of blijspelen
heb ik niets. Ik geloof namelijk niet
zo erg in de zeggingskracht van
Brecht of een ander geëngageerd
kunstenaar. Van toneel verwacht ik.
dat wat er ook wordt gespeeld, het
gewoon „goed" is, „goed vakman-
Voor Annie M. G. Schmidt, die ik
tot voor kort alleen maar van haar
versjes, musical en T.V.-produkties
kende, heb ik een waanzinnige be
wondering. Toen ik haar ontmoette,
had ik het gevoel dat ik haar al ja
ren kende. Het is een enorm leuk
mens, die zeer theater„minded" is en
de raakste stellingen over het Ne
derlandse theater poneert. In „En
ik dan?" speel ik de zoon van Mary
Dresselhuys. Gelukkig geen gefrus
treerde jongen. Die heb ik al genoeg
by De Haagse Comedie gespeeld. En
zo'n moeilijke jongen ben ik nu ook
weer niet".
Het feit. dat „En Ut dan?" een
vrije produktie is, vind ik een sterke
l stimulans. Ik geloof, dat sub-
sidie vaak een remmende factor is.
i Gesubsidieerde gezelschappen nemen
dikwijls produkties op het program
ma, waarvan ze weten dat het toch
I geen succes wordt. Maar als pro-
y I gramma vulling. By vrije produkties
is de inset veel groter".
- Toch niet voorgoed
Het verlaten van De Haagse Co
medie het volgend seizoen, betekent
voor de in Utrecht geboren Jaap
Wieringa, die de Amsterdamse to
neelschool doorliep en op 20-jarige
leeftyd de jongste geëngageerde ac
teur in Nederland was, geen „voor
goed" afscheid.
„Ik zou na „En ik dan?" dolgraag
weer terugwillen naar De Haagse Co
medie. Op het moment zou ik echt
geen gezelschap op kunnen noemen,
dat Ik zou prefereren boven De
Haagse Comedie. Ik leer er ontzet-
De grote scène in het bureau
van de vice-minister-president.
Staande de bedrijfsleider, zittend
met de hand onder het hoofd zijn
temperamentvolle medewerker.
tend veel. Alleen al door te kijken
naar een Paul Steenbergen, Myra
Ward, Ko van Dijk en Ida Wasser
man en me af t e vargen waarom
„doen ze het zó en niet anders".
Voor Paul Steenbergen en Ida
Wasserman had ik van myn twaalf
de jaar af bewondering. Toen zag
ik namelyk „De humorist" van John
Osborne, waarin ze de hoofdrollen
speelden. Geboeid door het fenomeen
„theater", was ik al op 8-jarige leef
tijd, toen ik de Snip en Snap Revue
zag. Ik begreep er niets van, maar
vond het een machtig schouwspel.
De realiteit van het theater leerde
ik pas kennen op de toneelschool.
Toneel zie ik nu echt niet meer als
een levensbehoefte. Ik kan altyd nog
iets anders gaan doen, denk ik vaak
by my zelf. Thans ben ik erg geïn
teresseerd in T.V. om een vervelend
woord te gebruiken: als communica
tiemiddel. Onder regie van Walter
van der Kamp wordt donderdag
avond 28 maart een eenakter van
Pinter uitgezonden, waar ik de
hoofdrol in speel. Voorts heeft de
VPRO nog een stuk in de kast, waar
in ik als muis te zien ben. Overigens
een vréseiyk stuk, dat naar ik hoop,
nooit aal worden uitgezonden..^,"