DELA Thalassa" ERICHTEN SCHEEPSRIB OOSTEHRIJKS TOERISTENVERKEERSBUREAU UTIRDAO IS JANUARI 1968 LEIDSCH DAGBLAD ONS DAGELIJKS VERVOLG- VERHAAL Oorspronkelijk# romen door Jan d« Hartog V7at wil die ouwe heer hier eigen- 1 vroeg de bootsman. „Kiekjes ien of zoiets". dacht dat het geen i de waarheid te verte lee, h« is op zoek eiten", zei ik. e bootsman lachte. vroeg hij. De elten die daar nog c i te nemen zijn die benieuwd wie hem d bt heeft. Die Griek? et niet wist. ben ik de stuurman 1 het wisselen van de e ik hem wat de bo 1 had en bij ng was zijn i it ook Iveel te e lagen pen gedi nd jaar. „Enfin", zei hij, „weet et, weet ik het. Of de oude is beetgenomen door kapitein mdiculous of hij is op zoek naar I* anders, waar hij ons nog niet verteld heeft. We zullen het (te horen kregen het tegen zon t teruggekeerd l na mijn vier an stond o\ te gaan toen !2 geruisloos I Romeinse van zijn l JTjjiel: „Ooei lllftlet eruit J prachtige dag". En toen, met glimlach naar de oude bootsman fis toch zeker geen reden om de y lannlng uit de slaap te houden? I drijven alleen maai* zo'n beetje, 'Ik begreep dat dit een It was en zei tegen de bootsman (hij naar kooi kon gaan. Hij was jukt. wij alleen waren presenteer- onsieur Astanasia ons ieder een fret en nadat hij die zelfs voor aangestoken met zijn smal- ,-Jmd, zei hij: „Ik geloof dat het Iblik gekomen is, heren, dat wij i gesprek onder vier ogen heb- Je stuurman zei grof„Ja, dat de ook zo zeggen. Wij hebben :ur Astanasia hief een hand aristocratisch gebaar, hoeft mij niet te zeggen wat >rd heeft", zei hij, „mijn pa- worten stonden open", oed zo", zei de stuurman. „Nou zijn we dan naar op zoek?" aar iets dat een plateau lager antwoordde monsieur Astana- „En als we het daar niet vin- zullen we nog een plateau la- moeten gaan". loe diep zou dat zijn?" vroeg ik. inderdveertig meter", iten we dat tweede plateau dan vergeten", zei de stuurman, isieur Astanasia glimlachte en de schouders op. „Zoals u zei hij. De stuurman stond iet punt iets hartigs te zeggen; Ie mijn hand op zijn arm voor zijn mond voorbijpraatte. Ik wil- veten waar de oude heer op uit 'eiIVat zoeken we eigenlijk?" vroeg m monsieur Astanasia antwoord- „Dat zult u wel zien als u het g, 't". p| Wat wilt u dat we doen wanneer het vinden?" .Daten we daarover praten zodra ADVERTENTIE Regelt; verzorgt en betaalt uilvaarten overal in Nederland ophiasis van verzekering. TKAMSTR.W) IINOHOVIN III 1)40 eindelijk zijn masker afgelegd?" maakte ze ons aan het schrikken. De stuurman nam niet eens de moeite om om te kijken. Ik zei: „Goedemorgen. Ja, inderdaad. Ken- u het gevonden hebt", zei de oude dunnt geU pdTo'ir l"h" h&ar Terwijl hij zich omdraaide en de trap afging zei de stuurman, hard: zoe^nognietopwasookhaardon- ^.Nee", zei zij. „Toen hij bi) ons hem™nog nooit®van' mtjTfewn V- klimmen". Ik wenkte hem mij te vol gen en wij liepen langs het dek naar de boegspriet. Daar leunden wij over „Je aanbod met ons mee te va- „Ja", zei ztf. ,,Hfj beviel me niet. Ik wilde in de buurt blUven". naar haar'toe' Ik^h deel in de winst"lk opperde "nog de veronderstelling dat hij beetgeno men was door de Griekse zeerover hoor" UU? Vr°e* hU' "°raaf:' geloofde dat niet. „Nee",* ze7"hij! „die meneer is er de man niet naar nomen z«n wij". Ik zei: „Ga slapen". enHzel^°jUi Tij jfdg™11' Terwijl w« daar stonden te fluis teren hadden w(j het schip de rug als^vriend een goeie raad geven: datldTd lSddTOef gln^ (wordt vervolgd) fankomen. Toen zij ^zei: „Dus de PANDA EN DE P0LYD1NGUS. hij„dat ik st "£in my-af.ln mtJn reisjournaal. Ik zal hem Polydii knnTrM'A ejrsi/«d "°or het ontbVt. Ik zal de kook jij intussen de eieren?" n notitie over Ingus noemen, thee maken, RECHTER TIE En DE VOSSEMOORDEN - Rechter Lo en zijn gasten doen zich te goed aan de gestoofd is in een zoetzure saus, en praten geanimeerd over de merkwaardige dans die kleine Phoenix iveldra zal uit voeren. „Eindelijk een dans die ik nog nooit eerder gezien heb, Lo," zegt de Staatsacademist. „Ik weet dat de vos een grote rol speelt in het bijgeloof hier, en dat hem allerlei magische krach ten worden toegeschreven, maar ik heb toch nog nooit van deze dans gehoord". Plotseling horen ze op de binnenplaats een sis send geluid en Rechter Lo kondigt aan: Het vuurwerk gaat be ginnen, laten we naar het balkon gaan." Als ze op het balkon ver schijnen is het aardedonker, want alle lampen en kaarsen zijn ge- Kom "wintersporten" in zonnig Oostenrijk waar de winter zo plezierig is! Wat een mogelijkheden om volop van de witte en zonnige winter in Oostenrijk te genieten: skiën - of 't vlug en gemakkelijk Ieren bob- sleeën, ijsschieten, arresieden... of alleen maar wandelen door een witte sprookjeswereld, of zonnen op een terras van een bergtotel. Meer danl300kabeibanenen liften; ze brengen u vlot naar boven. De echte Oostenrijkse gemoedelijkheid staat er borg voor dat u zicli bij een après- ski, een folklore-avond, in een van de vele dans - en wijnlokalen - ook van het eenvoudigste Gasthof - nooit verveelt! Waarheen in Oostenrijk? Goede voorlichting en folders verstrekken uw reisbureau rcisver- eniging of het Herengracht 437, Amsterdam. Tel. 020-62188 OOSTENRIJK, FASCINEREND WINTERLAND EN N06 ALTIJD BETAALBAAR 1 DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 1027. „Goeie Dzjinn", kraste Tutu. „Schip niet goed.Brram verrrtelt goeie maten". Vol belangstelling keek Dienaar Dzjinn ndar Brammetje, die met veel woorden, gezwaai van handen en beweeg van voeten probeerde duidelijk te maken, hoe de Kokanje eruit had gezien en hoe het schip veranderd moest worden. „Ronderen die schilden weg.en een beetje meer komma- liewant in de bramstagloper excuses maken, dat we hem lieten schrikken? Hij denkt nog steeds dat er een reus achter hem aanzit!" Maar de ontdekkingsreiziger was te druk bezig met zijn theewa ter om naar zijn assistent te luisteren en daarom wachtte deze laatste niet verder, maar begon aan de gevaarlijke beklimming van het gesteente. „Ik heb een over-ijverige helper.mompelde Sir Mortimer die na een tijdje de afwezigheid van Panda opmerkte. „Hij kent de waarde van de thee-tijd nog niet..Jammert Anders zou hij best een goede ontdekkingsreiziger kunnen worden!" doofd, maar plotseling spat een zee van flonkerende lichtjes en sterren de lucht in. Het is een adembenemend schouwspel. B\j het licht van het vuurwerk ontwaart Rechter Tie een groot rad op een platform in de tuin, dat snel rondgewenteld wordt en van waar de veelkleurige lichtflitsen omhoogschieten. „U onthaalt ons vorstelijk, Lo." hoort Rechter Tie Yoe-lan zeggen. Blijkbaar heeft de dichteres spijt gekregen van het nogal hatelijke gedicht dat ze heeft geïmproviseerd. Met welbehagen snuift Rechter Tie de scherpe lucht van de springstof op. Hij wordt er tuat door ontnuchterdwant aan het feestmaal heeft hij al vele bekers gedronken, en wat al te snel na elkaar. Met open mond keek Dzjinn hem aan. Hij herhaalde de bewe gingen van Bram, keek oerdom terug en kreeg een kleur van in spanning. „Snap je het niet?" vroeg Bram. „Er moet meer log in de provoost Het gezicht van de dienaar veranderde. Hij klapte in zijn han den en trappelde met zijn voeten in de ruimte. „Hij begrijpt het, Bram, hij snapt het", riep Karo. Maar Bram ivist het nog niet zo zeker. En op de tekening kun je zien, wat Dzjinn er dit keer van maakte. wvesl.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1968 | | pagina 17