Thalassa"
Kt
T
Aanvoer en export
van vis in oktober
)AG 9 DECEMBER 1967
LETDSCn DAGBLAD
PAGINA 19
ONS
DAGELIJKS
VERVOLG
VERHAAL
99
Oorspronkelijke roman
door
Jan de Hertog
5 reit
Oui£
en kwartier later waren wij te-
waar wij ons een uur geleden
onden hadden. De helft van de
aigte stroomde de wal op zodra
loopplank was uitgelegd en het
mannetje met de zwemvliezen
im flappend aan boord terug,
land brulde: „Los voor en ach-
en de toeschouwers waren
is bezig de lus van de bolder te
ten, toen iemand anders riep:
iurice! Maurice Is nog niet aan
■d!" Het spreekkoor brulde op-
iw: „Maurice!" en: „Leg vast!"
n, eindelijk werd het stil.
was verrukt te zien dat het
:e mannetje met de zwemvliezen
wijnvat voor de piano rolde ging
n, het deksel opendeed en be
te speleneen Berceuse van
pin.
mand vroeg mij uit de duister-
„En, schipper? Gelukkig?"
elf^*, ik- had het nooit op-
liter gezegd,
stuurman kwam een paar uur
aan boord, vrijwel gedragen
de twee blondines. Hij was erg
iken en blijkbaar bijzonder ge-
Ig, want hij strompelde schater
end aan boord en zei: „Vrien-
U beste vrienden, ik wou dat ik
jullie kon vertellen". Hij werd
ledzaam langs de steile ladder
het vooronder omlaag gelaten,
irnard had mij het vooronder
laten zien en ik had er naar
kijken terwijl de Berceuse van
pin nog in de verte tinkelde. Het
een vreemd vooronder, het zag
lt zoals studenten in provinciale
jes zich verbeelden dat Moorse
elen er uitzien. De acht kooien
oorspronkelijk normaal ge-
maar iemand had ze met
en zwarte verf beschilderd en
al waar hij maar een plekje
kunnen vinden een teken tegen
boze oog aangebracht. Voor de
jen hingen rode gordijntjes met
en achter de ladder was een
barretje met een blad van ge-
•d koper erop. De leuning van
was van smeedijzer
met krullen. De kooien
volgepropt met kleren,
en dekens; ergens lag
id te slapen, maar ik kon niet
:en waar. Misschien was het
ipitein weer die ik hoorde, uit
;rte. Blauwe rook uit de ma-
ier hing nog steeds onder
Ige zoldering.
idat de stuurman opgebaard was
len van de kooien, trok Jacques
schoenen uit en zette die netjes
}t elkaar op de bar. Daarna riep
door het trapgat. „All right! We
Oen varen!"
Hl voeren. Het meertouw plonsde
het water, de ankerlier begon
r te rinkelen en de kapitein kon
lotte niet hebben liggen slapen
jt hij dook op uit de machineka-
met een hand vol kersen. Hij
naar de wal, zag blijkbaar
want hij spoog een kersepit
richting van Marseille en zei
obsceen woord, dat mij verras-
tent het was Engels. Ik ontdek-
jater dat het enige Engels dat
sprak dat soort woorden was.
:henen hem voldoening te ge-
Ij slofte naar de stuurhut en riep
Staat er iemand aan het
Een van de orgeldraaiers
voorplecht riep terug: „Alles
jfljn tijd!", een antwoord dat mij
maakte. Ik had nooit ver
een schip op deze wijze
laven zou kunnen verlaten. Het
>'mij een gevoel van bevrijding,
1 een wolk van mij wegtrok,
navigatie was geen serieuze
zaak. Ik was mijn leven voor de mal
gehouden.
Ik bleef aan dek tot wij buiten
gaats waren. Ik werd ongerust toen
ik een groot stoomschip op ons af
zag komen, want iemand had ver
geten onze boordlichten aan te ste
ken. Maar aangezien er licht genoeg
was op het achterdek, dank zij de
lamp op de piano waarop het dikke
mannetje nu Liszt aan het geselen
was, nam ik aan dat zij ons wel
zouden zien. Dat was inderdaad het
geval, het stoomschip veranderde
van koers, hetgeen mij een grote vol
doening schonk. De officieren op de
brug hadden vijf Jaar lang gestu
deerd en waren door de marteling
van vele examens heengegaan, ten
einde in staat te zijn voor ons uit
de weg te gaan bij het binnenkomen
van de haven van Marseille.
Toen de deining ons begon
te wiegen, zag ik een man uit de
zijn handen. .J'oei'^zei hij ^„het ls
met een loopje, klapte het deksel
van de piano dicht, draaide rond op
zijn wijnvat en zei met een gelukkig
gezicht: „Ah! Eindelijk weer op zee!
De aanvoer van de voornaamste
vissoorten aan de visafslag in ons
land was in oktober als volgt (de cij
fers tussen haakjes hebben betrek
king op oktober 1966)
Verse haring: IJmuiden 1573
(1396) ton, gem. prijs per kg f 0,64
(f 0,63)Scheveningen 506 (729) ton,
gem. prijs f 0,62 (f 0.67).
Verse makreel: IJmuiden 999 (994)
ton, gem. prijs f 0,44 (f 0,45); Sche
veningen 633 (1087) ton, gem. prijs
f 0,35 (f 0,38). Dus ondanks een be
langrijk dalende aanvoer toch een
iets lagere gemiddelde prijs.
Schelvis: IJmuiden 724 (1816) ton,
gem. prijs f 0,67 (f 0,36)Schevenin
gen 39 (94) ton, gem. prijs f 0,60
(f 0,57). Van de schelvis liep de aan
voer dus met 60 procent terug.
Kabeljauw: IJmuiden 848 (743)
ton, gem. prijs f 0,81 (f 0,77)Sche
veningen 296 (170) ton, gem. prijs
f 0,82 (f 0,85)Urk 54 (56) ton, gem.
prijs f 0,70 (f 0.63); Den Helder 37
(46) ton, gem. prijs f 0,82 (f 0,63)
Harlingen f 0,29 (f 0,35) gem. prijs
f 0,50 (f 0,52i.
Koolvis: IJmuiden 169 (719) ton,
gem. prijs f 0,66 (f 0,40)Schevenin
gen 20 (38) ton, gem. prijs f 0,68
(f 0,62).
Schol: IJmuiden 1020 (1053) ton,
gem. prijs f 0,62 (f 0,67; Schevenin
gen 540 (437) ton, gem. prijs f 0.78
(f 0,66)Urk 342 (271) ton, gem. prijs
f 0,48 (f 0,57); Den Helder 259 (236)
ton, gem. prijs f 0,57 (f 0,59)Harlin
gen 169 (162) ton, gem. prijs f 0,41
(f 0,50).
TongDe tongaanvoer Mep met meer
dan de helft terug, te weten: IJmui-
muiden: 485 (886) ton, gem. prijs
f 5,00 (f 2,97); Scheveningen 99 (217)
ton, gem prijs f 5,35 (f 3,11); Urk
407 (886) ton, gem. prijs f 4,80
(f 2,67); Den Helder 452 (157) ton,
gem. prijs f 4,94 (f 2,78); Harlingen
76 (160) ton, gem. prijs 14,81 (f2,79)
De aanvoer van gezouten haring
bedroeg vanaf het begin van de teelt
tot en met 16 november 267.664 kant
jes tegen 293.733 ka. in dezelfde pe
riode van 1966.
De aanvoer van consumptiegarna
len bedroeg van 1 oktober-12 novem
ber ruim 1,7 milj. kg voor f 2.895.000
tegen 'ruim 1,8 milj. kg. voor
>66.000 in 1966. De gemiddelde
prijs steeg van f 1,47 tot f 1,67 per
schol.
Engeland's eigen aanvoer bedroeg
40.000 ton en dit land bepaalt de
prijs van dit artikel. Denemarken
importeerde 4400 ton. Het ziet er
naar uit, dat wij rekening moeten
houden met een lagere prijs van
schol. De uitvoer van tong bedroeg
800 tong tegen een Britse aanvoer
van 1200 ton. Hier ligt de verhouding
anders. Bovendien kunnen wij de tong
ook aan andere afnemers kwijt.
ADVERTENTIE
televisie
radio
rriagnetophons
afspeel apparatuur
alles pleit voor
"ST TELEFUNKEN
PANDA EN DE MEESTER VERVALSER
53—95. Joris Goedbloed begreep dat hij meteen maatregelen
moest nemen om de falder-Joris onschadelijk te maken. Hij stapte
bedrieger
iten. ,,Hzj q
sprak hij tot de toesnel
mij uit, de
lende knechten. „Hij geeft zich voor mij uit, de valseling. Ge~
bruikt gerust grof geweld hij heeft een les verdiend!"
Zijn gefalderde evenbeeld bleef rustig staan, toen de bedienden
grimmig op hem afstormden. Hij pakte kalm de papieren die zijn
voorganger een tijdje geleden van Joris had gerold en stak die
omhoog.
„Laten wij vooral geen vergissingen maken", zei hij. „Ik begrijp
dat ge u even hebt verkeken, maar dit zal u overtuigen. Ziehier
mijn paspoort, mijn rijbewijs en de koopakte van mijn landgoed.
Alles op naam van Baron van Malpertuus. Hij daar is de bedrieger.
Verwijder hem!"
Het groepje maakte rechtsomkeert, en stampte terug naar Joris
die natuurlijk geweldig schrok
RECHTER TIE EN DE VOSSEMOORDEN
ter Tie gaat rechtstr
residentie. Hij moet
probleem is nu of hij zich voor
De Staatsacademist is in rang en aanzien verre zijn meerdere,
dus hoort hij hem eigenlijk op te zoeken in volledig ceremonieel
tenue. Aan de andere kant heeft Siao zich een jaar geleden terug
gedichten te wijden. Hij zou het dus als een brutaliteit kunnen
opvatten als de Rechter zijn ambtsgewaad zou dragen, alsof hij er
mee zou willen zeggen, dat hij een officiële functie bekleedde en
Siao niet. Met een zucht denkt de Rechter aan het oude spreek
woord: „Het is veiliger om op tijgers te jagen dan een i
te benaderen" Tenslotte besluit Rechter Tie tot een on
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK
1000. „Schamen?" vroeg de postbode onzeker.
„Diep en diep schamen", zei Bram plechtig. „Een man van jouw
leeftijd, die als een kwajongen door de straten stuift, vrouwtjes
met gepofte kastanjes ondersteboven gooit en eerlijke zeelieden
zoals ik in afgronden laat ploffen. Wat zijn dat voor manieren?"
Stotterend zocht de ander naar woorden om zich te verdedigen.
Maar Bram ging streng verder:
„En daarbij durf je een pet van een postbode te dragen. Daar
mee breng je alle mensen van dat vak ten schande. Foei! Bah!"
Het ongelooflijke gebeurde.
Duizend dagen heeft Brammetjes stripverhaal nu al in de krant
gestaan kijk maar naar het nummer maar in al die
plaatjes is nog nooit iemand zo verschrikkelijk in tranen uitge
barsten als de spokende postbode.
Bram keek het in stomme verbazing aan.