m
VOOR
TEGEN
ZATERDAG 28 OKTOBER 1987
L.D.EXTRA
Grote, heftig omstreden vraag ir
Friesland (en daarbuiten)is het ge
wenst Ameland in de jaren zeventig
of tachtig door één of twee dammer
met het vasteland te verbinden? 01
moet Ameland zijn eilandbestaan
voortzetten en de Waddenzee onge
rept blijven?
Wie door de kruitdamp van de vele ar
gumenten pro en contra heendringt stelt
vast. dat het objectief gelijk ontbreekt en
aanvaarding of aanwijzing wordt bepaald
door uitgangspunt, oogmerken, emotionele
instelling. De wadloper heeft een wezen
lijk andere benadering dan de dijkinge-
nieur. Allebei op een eigen golflengte
en niet licht ontmoeten die twee elkaar.
Het dilemma is klassiek. De voorstanders ha
meren op het thema van een reëel aanwijsbaar
nut tot in lengte van jaren. De opponenten
vooral afkomstig uit kringen van landschaps- en
natuurbescherming hameren ook maar dan
op de stelling, dat deze zoveelste operatie op
moeder natuur een hachelijk avontuur is, voor
de patiënte dodelijk of in ieder geval zeer scha
delijk en dat ook Dot in lengt»»
van jaren.
De belangen, die bevorderd dan
wel gesohaad kunnen worden zijn
talrijk: waterstaatkundig, recrea
tief-toeristisch, planologisch, biolo-
gisch-landschappelijk, financieel-
economisch, sociologisch.
De discussie over dit alles neemt
soms on-Holland-s vinnige vormen
aan. Zoals de woordenstrijd in een
aantal nummers van de Waterkam
pioen (jan.-mei '67), waarin oud-di
recteur van de Haagse Gemeente
werken, J. G. W. Bolomey, en de
directeur-hoofdingenieur van de
Prov. Waterstaat van Friesland, ir.
H. Zandvoort elkaar met uitdruk
kingen als „onzindelijk", „leke-
praat", „klucht" en „onvoldragen"
te lijf gingen. Wèl een bewijs van
oe belangen die op het spel staan.
Ook afgezien van de feitelijke ar
gumenten was het een onthullend
debat. Twee temperamenten stonden
tegenover elkaar, tekenend voor de
beide kampen: de vertoornde na
tuurliefhebber en zeezeiler contra
de koelbetogende waterstaatsman.
De zaak werd ln oktober '66
hoogst actueel. Toen namen
Prov. Staten het principebesluit
voor de aanleg van een ver-
keersdam naar Ameland. Dat
zegt nog niet, dat die dam (of
dammen) er komt maar een
forse stap in die richting was
het toch wel. Fors genoeg om
de tegenstanders op een hoop te
drijven en opnieuw de noodklok
over dit gewest te laten lulden.
mm
EWOUT JANSE
Zo Is de positie. Tot damaan'leg
komt het op z'n vroegst in de ja
ren '70. Een verschiet, toch nabij
genoeg om felle strijd gaande te
houden. Ziehier een greep uit het
bont arsenaal der argumenten.
de exploitatie van zo'n dam
ter hand te nemen. Een bankcom-
binatde en aannemingsmaatschap
pijen zijn tot financiering bere d
zonder overfheiolsgarantie.
Snel besluiten
Provinciale Waterstaat dringt aan
op een spoedige beslissing. De dam
(dammen) heeft nl. zoveel opstu
wing van water, dat de aangren
zende dijken (Zwarte Haan, Ter-
n^ard) méér verhoogd zouden moe
ten worden dan anders volgens de
oorspronkelijke opzet van de Delta
werken nodig zou zijn.
Miljt
Inpoldering
Grondslag van de beraadslagin
gen ln de staten vormde een voor
lopig rapport van de Friese water-
•taat, „Dam(men) naar Ameland".
Strekking van het betoog: de uit
voering van cfe Deltawerken in
Noord-Friesland (van 1960 tot ca.
1968) schept een gunstige mogelijk
heid voor de inpoldering van de
Waddenzee bezuiden Ameland. Een
voorlopig lage dam tussen
Oost-Am eland en Temaard kan op
het wantij (hoge rug tussen eiland
en vaste wal, die de stroomgebie
den van de zeegaten oostelijk en
westelijk van het eiland scheidt)
worden aangelegd. In een later sta
dium, naarmate overheidsgelden be
schikbaar komen, is de bouw van
een tweede dam aan de westzijde
uitvoerbaar. Het eerste project kan
overigens geheel los staan van een
tweedammemplan. Een tolheffing
(1/3 van het tegenwoordige veerta-
rief) stelt in staat die dam in 10 k
15 jaar voMedig af te schrijven.
Een stichting, die o.a. vier ge-
n eenten en het departement Leeu
warden van de Mij. van Nijverheid
en Handel omvat, staat te trappe-
Voor waterstaat zou de beslissing
ai in 1970 moeten vallen, wil de
dienst in 1972 met de oostelijke dam
beginnen. Door eerst de Deltawer
ken in Noord-Oostfriesland (vanaf
de Lauwerszee westwaarts werkend!
ter hand te nemen kan de nood
zaak van zo'n besluit nog enige ja
ren worden uitgesteld. Maar ook
hier >s a'e dijkhoogte sterk afhan
kelijk van de vraag of er al of
niet een dam komt.
Ir. Zandvoort: „In 1980 moeten
wij beslist weten waar wij aan toe
rijn".
Liever eerder, natuurlijk. Na het
voorlopig rapport ls nog uitvoerige
studie vereist van de gevolgen, die
een dam(men)plan voor het wad
heeft. Weliswaar i« al enkele jaren
een bedrag van enige miljoenen
daarvoor op de begroting uitgetrok
ken. Maar het gebeurt nog op te
kleine schaal. Veel onderzoek
wacht nog, biologisch, technisch,
sociologisch, financieel.
Zeer juist zeggen de tegenstrij-
ders. En daarom is het te betreu
ren, dat het beginselbesluit van
Prov. Staten er eind-1966 zo is door
gejaagd. Waar beginnen we eigen
lijk aan? Wie weet wat dat gesol
met de natuur ons allemaal voor
ellende op de hals haalt? Die taal
verstaat Waterstaat wel. Ir. Zand
voort: „Ik zeg niet, dat het dam-
(men)plan er komen moet. Als het
onderzoek uitwijst, dat het wadden
gebied intact moet blijven, akkoord,
dan géén dammen. Dan gaan we
daar de dijken verhogen. Maar op
het ogenblik reg ik intuïtief nog ja
tegen het tweedammenplan en wel
bewust ja tegen het plan voor een
lage verkeersdam aan de oostkant".
EINDE ISOLEMENT
Een dam maakt een einde aan het
(vooral winters) isolement van
Ameland. Het eiland krijgt ruimte
recreatieve mogelijkheden. Een
tweedammenplan geeft bovendien
het voordeel, dat een polder van
17.000 ha. ontstaat met een water
reservoir van 4000 ha. Nieuwe toe
ristische voorzieningen kunnen in
het nieuwe land worden aange
legd. Ameland zelf blijft ongeschon
den.
Noord-Nederlanders, die nu dik
wijls westwaarts trekken voor echt
strandvertier, zullen nu een volwas
sen strand (aan de westkant van het
ingepolderde land) dictit bij huis
krijgen.
GOEDKOOP
Het tweedammenplan vergt 155
miljoen. Het nieuwe land zou goed
koper gewonnen worden dan in de
IJselmeerpolders. De dammen zul
len bovendien andere waterstaats-
welken op Ameland en Noord-Fries
land overbodig maken (besparing
65 miljoen).
WATERBEHEERSING
Inpoldering zal de afwatering
van Noord-Friesland verbeteren en
draagt bij tot bestrijding der
verzilting. De landaanwinning kan
bij het handhaven van een lage wa
terstand ook 5000 ha. goede land
bouwgrond opleveren, van belang
voor uit hun bedrijven groeiende
land- en tuinbouwersgezinnen.
Inpoldering maakt dijken op Ame
land en Noord-Friesland (kosten
65 miljoen) overbodig en betekent
ook het einde van de landaanwin-
ningswerken aan de Noordfriese
kust (besparing voor de aanleg van
een zomerkade 15 miljoen) en de'
het geschikt maken van de land
bouwgrond zullen, gezien de kwali
teit van de bodem, aanzienlijk ho
ger liggen dan de geraamde 7000
per ha- En mr. H. P. Gorter, di
recteur Vereniging Behoud Natuur
monumenten, wijst erop dat de in
richting van nieuwe recreatiegebie
den 10.000 tot 20.000 per ha vergt,
nog afgezien van de exploitatiekos
ten.
GROOT BIOLOGISCH
VERLIES
Veel belangrijker is, dat de
dam (men) aanleg een in Europa
bestrijding van de duinafslag op uniek natuurgebied verminkt. De
Amelands westpunt (ƒ7 miljoen), natuurbeschermers zijn beducht
voor het proces dat dan op gang
komt. Dr. J. Verweij, oud-directeur
Ned. Instituut voor Zeeonderzoek:
„Men is zo licht geneigd toe te ge
ven aan het verlies van „een stuk
je". Dit leidt onherroepelijk tot een
afknabbelproces voor men het
weet is het te laat.
In een vergadering van Natuur-
en Landschapsbescherming (dec.
'65) zette hij uiteen hoe rijk de
Waddenzee biologisch is. Het gebied
wordt uit de Noordzee voortdurend
met plankton gevoed, zeer goed
gedijend in dit ondiepe water. Mos
selen en kokkels voeden zich er
mee, en het bodem-materiaal is
ideaal voedsel vo
Kunsthand
onder de mat
U woont wat afgelegen en zou
graag een hond hebben, waakzaam
genoeg om u te waarschuwen als
ongewenst bezoek tracht binnen te
dringen. Maar de zorg voor het
dier eist te veel van uw tijd en
inspanning: u hebt het al zo druk.
Welnu, u kunt zich tegenwoordig
»-.ir.cthond" aanschaffen. Het
beestje bestaat uit een contact, dat
u bijvoorbeeld onder de mat by de
voordeur kunt leggen. Wie de voor-
mat betreedt, stelt een apparaatje
in werking, dat onmiddellijk een luid
geblaf doet horen.
Het geheim van de smid ls na
tuurlijk de algemeen bekende band
recorder, die in werking wordt ge
steld door het contact onder de
vloermat. Het geblaf houdt enige
seconden aan en het bandje is er
een zonder einde zodat u niet be
hoeft te verwisselen.
Natuurlijk blaft de kunsthond ook
als vrienden of verwanten u komen
bezoeken. Maar u kunt het appa
raat uitschakelen als het hele ge
zin thuis ls. En er is niemand
thuis, dan zal er een goede kans
zijn dat het hondengeblaf een in
sluiper of inbreker afschrikt.
De fabrikant levert ook blanco
banden die in het apparaatje pas
sen; geeft u een grote partij dan
kunt u op de band allerlei aan
wijzingen voor uw gasten vastleg
gen; bijvoorbeeld over parkeergele
genheid, garderobe enzovoorts. U
hebt dan een „kunstportier".
WEGENAANLEG
De twee dammen lenen zich uit
stekend voor opname in een nieuw
en doeltreffend Fries wegennet. Op
hoping van verkeer op de dammen
tijdens drukke uren en in het top-
seizoen kan worden voorkomen door
een éénrichtingsverkeer in te stel
len, t.w. noordwaarts op de ooste
lijke, zuidwaarts op de westelijke
damweg. Met het oog op de trace
ring van nieuwe wegen en verbete
ring van bestaande is een spoedige
beslissing gewenst.
NATUURRESERVAAT
Behalve een groot recreatiegebied
(watersport, strand, kamperen, zo
merhuisjes) biedt inpoldering ook
ruimte voor een natuurreservaat
aan de oostkant. Hoewel de biolo
gische gevolgen van een dam(men)-
plan nog grondig bestudeerd moe
ten worden mag men daar een wel
iswaar ander, maar ook rijk vogel
leven verwachten: door de dam op
het wantij zullen meer platen
droogvallen dan thans.
HOGE
INRICHTINGSKOSTEN
De verdedigers van het tweedam
menplan lopen wel erg losjes ovei
de kosten heen. Natuurlijk, zo'n pro
ject maakt andere waterstaatswer
ken overbodig. Maar de kosten van
ANWB OVER AMELAND
EEN DAM NAAR AMELAND zal het mogelijk maken dat eiland
op nagenoeg ieder tijdstip van het jaar gemakkelijk te bereiken en
weer te verlaten. Door sommigen wordt gevreesd dat de rust op
Ameland door de dam zal worden weggevaagd. De Bond deelt
die vrees niet. Een dam naar Ameland zal slechts mogen worden
gelegd, nadat het eiland daar fysiek op ls voorbereid en wel door
de uitvoering van een weldoordacht bestemmlngs-, beplant'ngs- en
verkeersplan. Dat plan zal gericht moeten zijn op de ruimtelijke
ontwikkeling van het eiland als geheel. Door het scheppen van
een duidelijk attractiepunt nabij het strand zal de diversiteit ln
recreatievormen het contrast tussen verschillende recreatievor-
men worden vergroot. Ook hier is van toepassing wat het rap
port „Recreatieruimten in Nederland" van de Rijksplanologische
Dienst zegt: „In de Nederlandse omstandigheden zijn stiltegebie-
den nog slechts bestaanbaar bij de gratie van de grote drukte
ln de nabijheid van attractiepunten". De ANWB acht het gewenst
dat voor de watertoeristen een mogelijkheid zal worden geschapen
door de dam te varen.
HET LEGGEN VAN TWEE DAMMEN naar Ameland en vervol
gens het geschikt maken van het ingedamde deel van de Waddenzee
voor de recreatie zou niet alleen veel geld maar ook vele jaren ver
ben. Het is niet waarschijnlijk dat tussen beide dammen, recreatie-
nogelijkheden van enige betekenis beschikbaar zouden komen vóór
het jaar 2000.
Verscheidene delen van het land en vooral de grote bevol
kingsconcentraties hebben reeds thans grote behoefte aan meer
nabijgelegen recreatievoorzieningen. De voorzieningen rullen
meer nut afwerpen dan in het dunbevolkte Noord-Friesland.
Volgens een globale schatting van de Rijkswaterstaat zal de
eventuele afsluiting van de Waddenzee 5 ft 6 miljard gulden kosten
en zal de uitvoering 50 jaren vergen.
Het is nog niet gebleken dat de afsluiting van de Waddenzee
of van een deel ervan nodig of gewenst is. Dit kwetsbare gebied
zou op onherstelbare wijze geschaad kunnen worden.
Daarom heeft de bond in mei 1965 de minister van volkshuis
vesting en ruimtelijke Ordening om een structuurschets verzocht.
AMELAND
Paradijs voor weinigen
of speeltuin voor velen
Luchtfoto exclusief Haag-
sche Courant K. Vereecken.
op hun beurt de garnalen ln stand
houden- Deze vormen weer de be-
staansbron van de gamalenvissers
èn van vele soorten vissen. Dank
zij het overvloedig visbestand kun
nen zich 1400 zeehonden op het wad
in leven houden. Miljoenen stelt
lopers strijkenin dit ideale voed-
selgebied van kokkels en wormen
op de droogvallende platen neer.
Deze biologische keten wordt aan
getast, zo niet vernietigd, als dam-
aanleg een eind heeft gemaakt aan
de waterbeweging.
RECREATIEWINST
EN -VERLIES
Betekent inpoldering recreatieve
winst? Het argument zet de tegen
standers op hun achterste benen.De
„openlegging" zal tot sterke nivel
lering leiden, niet alleen biologisch,
maar ook voor de recreatie. De op
zet van het nieuwe gebied zal zich
niet wezenlijk onderscheiden van
andere massa-verpozingsgebieden.
En waarom juist hier? Is er in
dicht bevolkter gebieden niet veel
groter behoefte aan recreatiegebie
den dan in Noord-Friesland. En moe
ten aan dit vooralsnog tamelijk her»
senschimmig voordeel de belangen
worden opgeofferd van de ware
rustzoekers zeezeilers, wadlopers,
vogelkenners de mensen, die
voor de beleving van een stuk on
gerept natuur in ons land nergens
anders meer terecht kunnen? „Dit
onvoldragen plan mag niet worden
uitgevoerd" (J. G. W. Bolomey m
de Waterkampioen, 25 jan. *67),
Ingrepen
De mens heeft zich in dichter
en dichter groeiend Nederland
gedwongen gezien tot menige
ingreep- De Pietersberg wordt
afgegraven, de oestercultuur in
Zeeland ging verloren, moeras
sen werden drooggelegd, Euro
poort vernietigde De Beer, bos
sen worden verkaveld. Onver
mijdelijk vaak en in ieder ge
val onherroepelijk. En behoort
nu ook de Ingreep in het wad
dengebied tot het onafwendbaar
noodlot? Moet ook hier de oude
schoonheid wijken voor de be
dachte, synthetische pracht
la Zuiderpark of Bosplan?
In onze planologische benauwenis
zijn het geen hartekreten van
halfzachte en wereldvreemde dauw
trappers als zij met klem vragen
aan het riskante begin bezinning
vooraf te laten gaan. De voortva
rendheid van de Friese Prov. St,
staat overigens voorlopig nog ln te»
genstelling tot de visie van de re
gering in de Tweede Nota Ruimte
lijke Ordening: „Een beslissing
over eventuele inpolderingsplannen
in de Waddenzee kan vooralsnog
niet worden genomen. Veel studie
is nog nodig en een beslissing is
niet urgent".
De strijders voor het behoud
van de wadden kunnen daar
troost uit putten. Evenals uit
de gedachte, dat ook de Prov.
Waterstaat zelf betoogt, dat de
draglines en de baggermolens
pas in werking mogen komen
als er veel meer gegevens ter
beschikking staan dan nu in de
eerste fase van de strijd voor-
handê_o zijn.