SARKHAN
Wat doe je met
onverwachte eters?
Dan pakje zo'n
lekker blikje vlees!
D
J
A
O
V
N
Y
E
S
LEIDSCB DAGBLAD
PAGINA 15
ONS
DAGELIJKS
VERVOLGVERHAAL
Oorspronkelijke roman door
William J. Lederer en
Eugene Burdick
62
Coldstream hoorde een geluid ach
ter zich en voelde een verdovende
pijn bij zijn rechterslaap. De wagen
de mannen vervaagden; ze wer
den klein en verwijderden zich ver
der en verder; toen werd de pyn te
hevig en hij viel.
Toen Coldstream weer bykwan
vas de aanvoerder bezig water ove:
hem heen te gieten. Zijn polsen wa
i bijeen gebonden. Coldstream zei
„U moet me voor iemand anders ge
houden hebben. Ik ben Bwang Swang,
de handelaar. U kunt mijn identi
teitsbewijs in mijn portefeuille vin
den."
De aanvoerder, de kleine gespierde
met het pistool, gaf hem een schop
i lachte. „Ik heb je portefeuille al
je polshorloge ook." Hij zwaaide
i de twee voorwerpen voor Coldstream
y heen en weer. „En ik zal je vertel-
V] len wie je bent. Je bent een vuile
njj spion. Je bent Coldstream, een gore
onsmakelijke spion. En nu opstaan,
j varken!" Hij schopte Coldstream
„J Coldstream kende de gang van za-
ken. Hij kwam kalm overeind. De
.1 aanvoerder rukte aan het touw om
Coldstreams polsen en trok hem de
rimboe in. De anderen duwden de
jeep in een geul aan de andere kant
van de weg en bedekten hem met
takken. Coldstream werd bergop
waarts gesleept door dicht geboomte
over een afstand van ongeveer vijf-
li honderd meter. Hij liet zijn voeten
11 slepen om een spoor achter te laten.
Onderweg sprak niemand.
I Bovenaan de helling was een blok-
73 hut, die aan drie kanten gecamou-
121 fleerd was. Coldstream zag een sta
pel geweren. Het waren allemaal
Amerikaanse geweren, M 14's; elke
droeg het merkteken van het
Zuidvietnamese leger. Coldstream
dacht: als wij een Aziatisch leger
J bewapenen, bewapenen we in werke-
J lijkheid de vijand,
j De gedrongen man schreeuwde:
I» ..Overste Coldstream!"
Coldstream keerde zich om. De
8 aanvoerder sloeg hem op het gezicht
87'met de platte kant van zyn geweer-
88'kolf en Coldstream ging tegen de
88 grond. Ze schopten hem nu alle vier,
88 maar niet hard, bijna zonder veel
03[ belangstelling.
88; Coldstream vroeg: „Wat willen
89, jullie?"
De man met de revolver trok zijn
uit de schede en streek met
zijn duim langs het lemmet. „Het is
scherp en klaar voor gebruik."
Hij bukte en schoor het haar van
Coldstreams rechterarm af. Toen
prikte hij met de punt in de pols tus
sen de beide aderen, net genoeg om
een druppel bloed te voorschyn te
Vietnamees.
,Hebt u hem verstaan?" vroeg
ander in het Sarkhanees.
Coldstream schudde zyn hoofd. Hij
kende Vietnamees, maar hield dat
liever voor zich. De tweede man
vertaalde wat gezegd was.
Uit de blokhut kwam Jan Ti; zijn
priesterkleed was gescheurd en zat
onder de modder. Coldstream be
greep dat hij de kortste weg had ge
nomen, door het
bergen.
Jan Ti keek Coldstream nieuws
gierig aan. „Dus
ganisator is?"
Coldstream gaf geen antwoord.
Coldstream wist niet wat hy ant
woorden moest. Hij had daar in Boa
Binh maar een beetje gebluft. Het
was nu wel duidelijk, dat de monnik
een communist
hij zijn rapporten uitbracht, wist
Coldstream niet. Als hij de waarheid
zei, zou men hem niet geloven.
De aanvoerder trok zijn mes
hield het lemmet tegen Coldstreams
halsslagader. „Hoe is de naam van
de man?"
„Ik heb in Boa Binh gelogen," zei
Coldstream zacht. „Hoe kan ik, een
vreemdeling, op de hoogte zijn van
Jan Ti's zaken? Ik werd boos en
loog
Coldstream hoopte de pijnlijke on
dervraging zo lang mogelijk te kun
nen vertragen. Als hij deze man aan
het praten kon krijgen, kon hy mis
schien ontdekken wat ze wisten en
hun een antwoord geven, dat hen
bevredigde.
De Vietnamees spuwde hem in het
gezicht. Een ander sloeg met een
stok op zijn gebonden handen.
„Leugenaar! Je hebt nu niet te
maken met buri
Je hebt tegen J:
weet wie zij
dat?"
„Ik was boos. Ik he
De aanvoerder ki
van de andere mam
hut in en kwam tei
terzak, een grote zi
met een rubberslang
de. De slang is I
iemands keel te sb
water uit de zak in
ten kan worden. Al:
is uitgezet stompen
slachtoffer in zyn m
veroorzaakte pyn is
meest onverdraagba
men de druk vai
hoogt, wordt het en
gaan na het andere
„Overste Coldstream, weet je wat
dit is?" vroeg de
Hoe is het ontstaan?
Dit woord: 1
PARADIJS i
De oorsprong van het woord 1
p a r a d i js moet worden ge- 1
zocht in het Perzische pair a- 1
daeza, dat omheining bete- J
kende en vervolgens ook datge- J
ne wat door een omheining
wordt omsloten, dus: tuin, die-
renpark, lusthof. Via het Griek-
se parade isos- en het La-
tijnse paradisus is het
woord in de kerktaal van vele
Europese landen opgenomen.
In de Middeleeuwen noemde
men de voorhal van een kerk
soms ook het paradijs, omdat
daar dikwijls Adam en Eva wa-
ren afgebeeld. In het Frans heet-1
deze ruimte le parvis, uit Oud-
frans paravis, een bijvorm van 4
paradis. In ^Nederland sprak men 4
het p a r v ij sMet een aan het 4
Hebreeuws ontleend woord 4
noemt men het paradijs ook: de 4
Hof van Eden, maar eigenlijk is 4
Eden de streek waarin de tuin 4
32—94. De vuilnisauto, waarop Pat O'Nozzle
land waren zette er een behoorlijke gang in en
al snel buiten de stad op een landweg terecht. F;
dat dezelfde weg, die Aal de Glibber en Henkie
om met de Warapuri-diamant te kunnen ontsnappen
„Daar heb je ze!" riep Panda opgewonden, zodra
de beide schurken passeerde„Dat is nog eens geluk ht
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK
913. Aarde en slijk spatte op in Brams gezicht, toen hij i
dook in de ruimte onder het luik.
irams mond viel open en zijn hart klopte eensklaps tweemaal
snel. Daar stond de Bullestier, die hij herkende uit de oude
halen; het verschrikkelijke monster, dat voor de orkaan uit-
En dat afzichtelijke dier droeg
vr,afiUKw