PARIJS-
-ROME
Het was toch zo leuk
Koffie en
tv-hapjes
AUGUSTUS 1967
L.D.EXTRA 3
Rijst
Bengalore
voor 4 personen
80 g (4 eell.) Californische
blauwe rozijnen
30 b (2 eetl.) boter of margarine
2 middelgrote paprlka'a
2 teentjes knoflook
1 blikje geconcentreerde
kippesoep 46 cl.)
250 g gekookte ham
1 blikje ananas
(4 schijven - 227 g)
eventueel amandelen
Wel de rozijnen 5 minuten in
heet water en laat ze daarna
uitlekken.
Smelt de boter of margarine en
laat op een lege warmtebron de
m stukjes gesneden paprika en
knoflook met de kerrie zacht
worden 5 minuten).
Voeg de soep, de in stukjes
gesneden ham en ananas, de
rozijnen en het ananassap toe
elkaar. Laat alles 3 minuten
doorsudderen.
Serveren met rijst.
Eventueel gameren met ge
schaafde amandelen.
Het modehuis Fontana in Rome
probeert het eens met lang: een
wollen tweed mantelkostuum in een
bruine ruit met dikke kousen en be-
sokte schoenen (boven).
Rechtsboven: Een lange bruin
fluwelen japon met grote satijnen
strik op de rug, eveneens van Fon
tana.
Daaronder: Een roze cocktailja-
jon met roze en zilver borduursel
als garnering, getoond in Rome
door het huis Riva. Het kapsel is
ontworpen door de Romein Sergio
Castelli.
De strijd tussen lang en kort
is in volle gang en alles wijst
erop dat kort zal winnen. Dat
is niet zo vreemd als we bij
voorbeeld het mooie pak van
Schiaparelli bekijken
(rechts).
Boven: Een Parijs avond
ensemble: een tuniek en een
gebreide bermuda van zilver
op staalblauw fond.
Daarboven: Patou houdt
het kort, want het is duidelijk
dat bij deze toque geen lange
rok past.
Onder: Nog een win tercreatie
van Fontana: een cocktailensem
ble, bestaande uit een bruine broek
Links: Van Yves St.-Lau-
rent is deze tweed redingote
met pantalon van respecta
bele lengte.
Daarboven: Een gastvrou
wencreatie van Jeanne Lan-
vin in oranje en zwart be
drukte wol.
en een bruin en zalmkleurig ge
borduurde blouse. Een nogal opval
lend geheel.
Zomaar onder een program-
i is een pittige-tv-hap, die
in talloze variaties is, heel
tlkom bij de koffie, die
i de combinatie goed te
5n uitkomen wel goed
frm en sterk moet zijn. Eni-
voorbeelden van tv-hap-
Plak roggebrood met boter of
"garine besmeren, hierop plak-
taas, bedekken met plak rogge-
)d, met boter besmeren, weer
tje kaas erop, plak roggebrood,
bovenkant weer mèt boter be
ren en de beboterde kant op de
B leggen. De lagen goed aan-
kken en nu met een scherp mes
•jes snijden.
Vierkant toost je met tomaten-
ff (tomatenpurée, zout en pe-
met boter of margarine ver-
igen) besmeren, plakjes kom-
uner en daarop camembert uit
tube spuiten. Plakjes radijs als
nering.
Toost met ansjovisboter (uit
tube) bestrijken, plakjes kaas en
Komkommer en dropje eiwit.
Toost met camenbertkaas en
drie plakjes radijs.
Langwerpige toast met boter
bestrijken 2 reepjes roggebrood en
1 reepje kaas als belegsel.
Toost met kerryboter (boter met
kerry vermengen), plakjes tomaat,
Toost met boter, plakjes ei en
half plakje ei en kapertjes.
Toost met boter, plakjes ei en
een slinger van ansjovisboter.
Rondjes roggebrood, pittig en
zoet opgediend: Zoet kwark met
suiker en gehakte hazelnoten ver
mengen. Pittig. peper, zout en
klein gesnipperde ui door kwark
roeren.
Rondjes roggebrood met boter
besmeren en met een dikke laag
zoete of pittige kwark bedekken,
als garnering wat kwark opspuiten
en bij het „zoete" roggebrood een
halve hazelnoot insteken.
Toost royaal met moterdboter
(mosterd door boter roeren) besme
ren en afwisselend ei en komkom
mer als beleg.
Had u dat vroeger ook? Je
kon geen watertje zien of je
kreeg lust erin te springen, en
naar de overkant te zwemmen..
Je kon geen laagje ijs zien of
je verlangde ernaar de schaat
sen onder te binden en te pro
beren of het „hield". Je kon
geen heuveltje ontdekken al
was het een mestvaalt) of je
wenste ertegenop te klimmen
en eraf te rollen. Elke wippen
de plank was een uitnodiging,
ieder natuurverschijnseltje zet
te je verbeelding aan het werk
elk bosje kreupelhout lokte, bal
ken waren speciaal gefabri
ceerd om erop te balanceren,
bomen moesten beklommen
worden, een afdakje was ten
onweerstaanbare uitkijkpost, je
was altijd op zoek naar het on
gewone, het geluk.
En het wonderlijkste was al
tijd, dat je ouders daar niet
aan meededen. Zij toonden vol
strekt geen lust om in dat
meertje te springen zodra ze
het in het oog kregen, integen
deel: ze hadden honderd be
zwaren. De bodem was te mod
derig, of het water te koud, of
het ivaaide te hard, ofEn
het moest zeker acht dagen ge
vroren hebben eer ze je toeston
den de schaatsen van de zolder
Moederlijke
overpeinzing
te halen en dan nóg vonden ze
alleen de bona fide banen good
genoeg. Heuveltjes beklimmen
lokte hen niet, op balken balan
ceren, op afdakjes klauteren
ze zagen de noodzaak er niet
van indooie dienders waren
het! Als kind begreep je er niets
van. Het ivas toch leuk.
Nu wandelen wij, die eens zo
actief en ondernemend waren,
met onze kinderen door de zo
mer en nu zijn wij de dooie
dienders. Op onze beurt begi ij-
pen we niet goed waarom uie
kinderen zo onrustig zijn. Over
al in, op en onder willen krui
pen, geen koude, ongemak, ste
kels of bezwaren vrezen. Om
dat het ons aan energie ont
breekt?
Ik geloof niet dat het dat is.
Energie hebben we genoeg, ge
tuige onze onverdroten arbeid
het ganse jaar door, onze ein
deloze zorg voor kleinigheden,
de ongelooflijke hoeveelheden
werk die we dagelijks verzetten.
Onze kindertjes zouden stuk
voor stuk bezwijken als van hen
zo veel energie werd gevergd
als wij dag in, dag uit weten op
te brengen. Neen, onze be
daagdheid is geen gevolg van
afgenomen kracht We hebben
iets anders verloren, dat in on
ze jeugd en bij onze kinderen
springlevend is: ons ongeli
miteerde vertrouwen in de we
reld.
We steken vol achterdocht
jegens het water van de pias
dat wel koud en vies zal zijn,
jegens het bosje struikgewas
waar geniepige doorns ons zui
len belagen, jegens de balk die
natuurlijk net kantelt als wij er
over lopen, jegens de bevroren
vaart die wel vol wakken zal
zitten, jegens de heuvel die ons
ook wel op de een of andere
manier zal verraden.
Kinderen kennen dat diepge
wortelde wantrouwen nietzij
geloven nog in het geluk en
grijpen er gretig naar. In water
kun je fijn zwemmen, dus wil
len ze in elk meertje springen.
De kreet: Voorzichtigmis
schien zit dat water vol water
planten of prikkeldraad", dringt
nauwelijks tot hen door. Pas nu
jaren, en nadat ze een keer
met waterplanten, prikkeldraad
of modderbodems hebben ge
worsteld, worden ook zij wan
trouwig. en bedaarder.
Natuurlijk is het onze eigen
schuld.
„Pas op hoor! Niet zo onbe
suisd, Puk! Je weet nooit wat e:
in zit!"
Zij willen spelen, ravotten
rollebollen, klauteren. Wij wa
len dat eigenlijk ook nog wel
maar wij durven niet meer. W e
hebben een kwaad geweten, en
vele kioade ervaringen en
verder doen we er niets tegen.
Waarschuwen, ja. Wees voor
zichtig roepen. En ons hoofd
schudden over de roekeloosheid
van het kroost. Maar als we
eens begonnen met ons te scha
men, en daarna de rommel gin
gen opruimen, en ons heilig
voornamen m het vervolg met
ons afval wat zorgvuldiger om
te springen, zouden we dan niet
allemaal gelukkig worden?
THE A BECK MA*,
of 2 appels, 1 afgestreken eetlepel
suiker, halve liter roomijs.
De siroop van de perziken in een
schaal doen en vermengen met het
sinaasappelsap. De appels boren,
schillen, raspen en aan het meng
sel van siroop en sinaasappelsap
toevoegen. Dan de suiker erbij doen
en het geheel goed koud laten wor
den. Voor het opdienen één of twee
perzikhelften in de zes of zeven
schaaltjes doen, een schepje ijs er
op doen en daar de verkregen saus
van sappen en appels overheen gie
ten.
perziken
Als toetje en zomaar als frisse
lekkerny is dit recept bedoeld, dat
in een handomdraai klaar te ma
ken is. Voor zes k zeven personen
zijn voor deze „keizerlijke perziken"
nodig:
1 blik (800) gram halve perzi
ken, klein blikje sinaasappelsap, 1
Keizerlijke