Evert Dolman overtroeft Jo de Roo in eindsprint SPORT van vandaag 1 Harings deed geen kop Dopingcontrole Volmaakt Cijfers van Beek Tranen MAANDAG 31 JULI 1967 LEIDSCH DAGBLAD Strijd om nationale wegtitel pas in slotfase interessant (Door Fred Racké). Beek, zondagavond Jo de Roo wenste niet te worden ge huldigd. Jo de Roo wilde de stilte. Maar Evert Dolman vertolkte maar al te graag waarom Jo de Roo de eenzaamheid van de ver- slagene zocht. „Hij maakte een tactische fout. Dat had ik van hém nooit gedacht. Zo'n geroutineerde renner. We stonden bijna stil onder aan de berg. Net als haansprinters, een sur place. Hij keek naar mijn versnelling en hij moet hebben gedacht: ik ga plotseling weg. En dan krygt Dolman die grote versnelling nooit meer goed op gang. Maar dat was juist een grote fout. Want nu kon ik gelanceerd naar zijn achterwiel komen. En toen er voor bij". De woorden van de nieuwe nationale kampioen. De bijna vergeten Evert Dolman, die teruggekomen was, zoals zo vaak eerder in zijn carrière. groep: Jo afstoppen. Maar ook: weg. ik afstoppen. En zo is het ten slotte ook gegaan". Tenslotte Onbelangrijk Dat was na zovele kilometers rust in het peloton. Dat was na zovele volmaakt onbelangrijke ronden, hal aren en nog veel langer. Is er, vroegen de insiders, dan geen ren ner meer die zich wil doen gelden. Is er dan geen coureur, die het vak wil beoefenen zoals het hoort? Zfjn dan alle vaderlandse professionals re kenmeesters geworden? Zó ver moet het wel zo ongeveer zijn. Iedereen be waakte ieders wiel. Niemand mocht de ruimte "in, zonder dat er uitgebreid „bewaakt" werd. Of zonder dat het peloton een ogenblikje rust nam, dat er nog zoveel kon gebeuren, dat er nog zo lang was te gaan. Ach ja, men glimlachte om een Jan Le grand, de rolrijder, die wat solowerk afleverde toen de kilometers nog niet konden wegen. Men glimlachte eigen lijk ook om een Huub Harings, die wilde goedmaken wat men „de fa milie" na de zege van broer Ger had aangewreven, daags tevoren. Maar zodra stak niet één favoriet de kop op, of men beet zich gretig vast in het achterwiel. Al was hét nog maar zo'n geringe schijnaanval, van die favoriet. Totdat Peter Post er ziöh aan ging ergeren. Zyn uitval, samen met Eddy Beugels, was een serieus probeersel. Maar wat de Willem li-rijder en zijn vazallen ook probeerden, ook toen, ruim na half'koers, renden de Tele- vizieren geschrokken naar de kop van het peloton. En die massa was niet te remmen. Men wachtte maar. Een wachten op de kilometers van dé waarheid. Op het. laatste tooersuur. Allemaal, bleek later, ten gerieve van Eef Dolman, de plannenmaker. De geroutineerde kampioen. Toen men eindelRk Jo de Roo liet gaan, was Evert Dolman er óók. Zo als hij er jaren geleden achtereen was geweest1, als er moest worden toege slagen, als het om een kampioenstrui ging. En eigenlijk zag men daar in Beek een unieke tandem over de weg gaan. Een tweetal met gelijk gestemde zielen. En niemand wilde een dub beltje verwedden op de zege van één van die twee prijzende woorden van Unie- zitter Van Dijk, diie dezelfde woorden ad enkele malen eerder had gespro- Er w®« de ceremonie van het aantrekken van de trui. Maar Jo de Roo ontbrak. Jo de Roo is stil ver dwenen. Een enkeling vond hem te rug, ergens in de buurt van de ver- hij, gepijnigd bijna, zijn fiets demonteerde, opborg in de kofferruimte van zijn luxueuze auto. „Hoe is het mogelijk", mom pelde hij, hees nog, gelaten. Hoe is het mogelijk, dat ik me zó kon laten pakken. Ik trapte in die val. Hij drong me de bijna stilstand op. Ik had het nooit mogen doen. Ik had op tempo moeten blijven. Ik had hem op moeten vangen op snelheid, dan had ik hem geklopt. Maar nu dit. Ik reed als een klein kind". Jawel. Maar juist dat is de kracht van Evert Dolman, die op één dag alles kan. Als het de dag is, die (hij heeft uit gekozen. En Evert Dolman heeft op de 30ste juli gewacht. Zoals hij zo vaak wachtte. En. eigenlijk, al zo vaak won. Voor Evert Dolman geldt een nieuw woord: .Wie wacht die wint". Het is nu alleen nog maar de vraag of die stelregel in de wieler sport vaste voet krijgt. Dat is de enige bedenking, die men tegen de nieuwe kampioen kan inbrengen. Het heeft meer dan drie uur ge duurd voordat de eerste vijf ■professionals Dolman, De Roo, Schepers. Tummers en Karstens aan de eisen van de dopingscontrole hebben kunnen voldoen. Alleen Dolman kon vrij vlot gehoor geven aan het ver zoek van de Amsterdamse arts J. Baart. Maar deze moest de anderen enkele malen wegstu ren om wat te gaan drinken en dan weer terug te komen. Hei duurde tenslotte zo lang, dat de heer Baart al zei het verdacht te gaan vinden, vooral omdat hij zaterdag met de eerste vijf amateurs Harings, Duyndam, Bongers, Zoetemelk en Tesse laar minder moeilijkheden had ondervonden. De flesjes met urine ook die van het doping onderzoek van donderdag jongstleden op de eerste avond van de kampioen schappen zijn gisteravond laat nog door een speciale koe rier naar Gent gebracht, waar de monsters onderzocht zullen worden. Inmiddels heeft de sportcommis- sie zaterdagavond in een verga dering in het Limburgse Beek besloten voor de beroepsrenners een andere strafmaat aan te leggen dan voor de amateurs. Bij een eerste overtreding zal een professional worden be straft met een geldboete van 750 gulden. Dit is in overeen stemming met het internatio nale reglement van de UCI in zake de doping. Een amateur daarentegen wordt bij een eer ste overtreding voor een maand geschorst. Maar zowel voor de profs als voor de amateurs geldt, dat een kampioen bij een geconstateerd gebruik van sti mulerende middelen zijn titel verliest. In dat geval zal voor het desbetreffende onder deel van de wielrennerij geen andere kampioen worden aan gewezen. Want „we zouden dan misschien terecht komen bij een man, die niet is gecontro leerd, maar wie weet hoeveel heeft geslikt", aldus een woord voerder van de Sportcommissie. Boons kampioen van België Ook in tal van andere Euro- 1 pese landen werd gisteren om de 1 nationale wieier titel op de weg 1 gestreden. Jos Boons werd in België kam- pioen door in de sprint Willy in 1 't Veld te verslaan. Voor de dei'- de keer in successie won Win- 1 fried Boelke het Duitse kam- pioenschap. Hij versloeg in de eindsprint Wilde met een meter verschil. In Oost-Dultsland was Dieter Grabe de snelste. Hier werd Peschel tweede. De Zwit- se titel kwam in het bezit i Fredy Ruegg, die in de eind- sprint zijn vluchtmakker Spuh- achter zich liet. Eddy Schutz 1 prolongeerde zyn wielertitel Luxemburg. Samen met Johnny 1 Schleck, de enige andere deel- ner, moest hij een tijdrit rij den om uit te maken wie de snelste was. Tenslotte werd Bal- nion in Italië kampioen. Hij had aan de finish een voor- sprong van 3.30 man. op het I peloton. BITTERE ONTGOOCHELING VOOR DUYNDAM Lam Dit kan Evert Dolman: zich vol maakt nichten op één enkele wed strijd. Hij werd er tweemaal kam pioen van Nederland mee. En wereld kampioen op een wijze zoals bijkans nog niemand in de wielersport iemand wereldkampioen bij de ama teurs had zien worden. Van Evert Dolman had men in zijn eerste sei zoen bij de professionals nog niet anders dan slechte berichten verno men. „Hij kan zich niet weren bij die profs", werd er gezegd. „Hij kan het snelle koerseinde niet bijbenen, omdat hij als amateur altijd al een veel te zware versnelling reed. En hij is al uitgeblust, nog vóór het grote werk moet komen". Misschien was dat ook wel zo. Wellicht is Evert Dolman niet de beroepsrenner, die het spektakel aanvaardt als een deel van zijn vak. Misschien is hij nog steeds niet de renner, die weken ach tereen „uitslagen" maakt, opvalt, geld verdient. Maar alweer één ding kan Evert Dolman wel: leven naai de dag die hij voor zijn glorie heeft uiitgekozen. En dat heeft iets te ma ken met wilskracht, die voordien in de wielersport maar zo heel zelden werd gesignaleerd. Omdat alleen wils kracht niet lonend is. Er was nóg een renner in het veld, dat de Adsteeg 30 maal beklom, een renner die zo'n zelfde karakter heeft: Jo de Roo. De onberekenbare. De ve dette van toen, de gehoonde tourrij der van nu. De outsider in de kam- pioensstrijd, de man die, dacht men, zijn kansen zou offeren voor ploeg maat Post. Omdat er die zege in Chaam was geweest de lauweren diie Post hem mede had bezorgd. Ja wel, Peter Post was de grote favoriet voor dit kampioenschap. „De te klop pen man", zoals dat in de wielersport heet. Maar ook de man die beloerd wordt. En de renner, rond wie de ,,slag" wordt opgebouwd. Men had zich, in de kringen van Willem II Gazelle wel degelijk gewapend voor bet titelduel. Men wist zich verze- ic Evert Dolman in de laatste meters van zijn eindsprint tegen Jo de Roo. kerd van de steun van de eigen for matie. En van die van de „losse rij ders" in de groep. De „buitenlanders" die zich slechts als eenling konden storten in de vergeefse strijd tegen de merkenploegen. Zeker: men had een strijdplan. Maar één ding was er niet: de belofte van De Roo om uitsluitend voor Post te rijden. „Dat kon ook niet", zei Peter Post later, Want Jo is daar te goed voor. Hij moet zijn eigen kans kunnen rij den. Jo en ik, ach, we zijn de jong- sten niet meer. We kennen de koers. We gunnen elkaar zoveel. Nee, met Jo wilde ik geen overeenkomst. Al leen dit: we zouden natuurlijk nooit tégen elkaar rijden. Ik in een kop- Aohter hen snel ver achter hen deden de maats hun werk. De Te- levMeren legden de koers lam. Ze vonden, opeens, de Willem H-rijders aan hun zijde. Post zet/te zioh als een generaal aan het hoofd van het pe loton en beval de wapenstilstand, Karstens deed hetzelfde. De twee voorop mochten in alle eenzaamheid hun gevecht beëindigen. Een gegeven woord werd niet gebroken, ook niet, zeker niet dóór Peter' Post, de man diie had móéten winnen. „Allesc nu voor de firma". Dat is het woord van een beroepsrenner. En men eerbiedig de dat in alle rangen van de grote groep, die zo groot was gebleven, dat de ware strijd om de titel te lang was uitgebleven. Een tweegevecht restte slechts. En Evert Dolman be sliste dat in zijn voordeel. Ei- was, tenslotte, boven op de Ad- steeg. een bijna traditionele huldi ging Evert Dolman op een erepodium Profs 1. Evert Dolman (Rotterdam) 255 km in 6 uur 21 minuten en 28 secon den, 2. Jo de Roo (Kruiningen) op 2 sec., 3. Wim Schepers (Meersser) op 2.15, 4. Jan Tummers (Maas tricht), 5. Gerben Karstens (Leiden), 6. Jan Harings (Scheulder), 7. Harm Ottenbros (Alkmaar), 8. Jan Janssen (Ossendrecht), 9. Jan Schroeder (Koningsbosch), 10. Harry Steevens (Elsloo), 11. Eddy Beugels (Sittard), 12. Huub Harings (Sibbe) 13. Jan Drummen (Sibbe), 14. Dies Kosten (Kapelle) 15. Henk Nijdam (Zun- dert), 17. Nol Kloosterman (Lelden). Amateurs 1. Ger Harings (Scheulder) 170 km (20 ronden) 4 uur 4 min. 51 sec. 2. Leo Duyndam (Honselersdijk) z.t., 3. Gert Bongers (Voorst) z.t., 4. Joop Zoetemelk (Rijpwetering) z.t., 5. Plet Tesselaar (Laag Soeren) z.t., 6. Daan Holst (Amsterdam) z.t., 7. Piet Dee- len (Nieuw Lekkerland) z.t. 8. Fedor den Hertog (Ermelo) op 20 sec., 9. René Pijnen (Woensdrecht) op 1.37. 10. Ben Groen (Steenwijk) op 2.05. 11. Jan Hesse (Arnhem), 12. Jan van Katwijk (Oploo), 13. Rudi Liebreclits (Vlaardingen) 14. John Schepe: (Stein), 15. Chris Rauw (Groesbeek: Beek, zaterdagavond Bondscoach Joop Middelink zei het onomwonden: „Een zeer onbevredigende amateurkampioen, die Ger Harings, maar hij komt de jongens nog wel tegen. Zoiets vergeten ze niet. En ach, Leo heeft natuurlijk tactische fouten gemaakt. Maar hij is de man geweest, die de koers heeft ge maakt. Hij heeft het hardst gewerkt van allemaal". Leo Duyndam heel kort maar kon hy zich na de finish beheersen. Toen kregen de tranen de vrye loop, tranen van verbeten nyd. Woe de tegen de gedrongen, opeens zo goedlachse Harings, die nu wel actief was. En bly. Die niet omkeek naar Duyndam, naar Bongers, naar Den Hertog, naar Holst. Nee, voor al niet naar Duyndam, die even niet wist wat hij moest zeggen, verbijs terd als hy was door zoveel onspor- tiviteit. Toen barstte hij los: „Hij heeft in de kopgroep geen meter kop gedaan, aan de wielen gehangen, dat heeft hij". Toen kwam de huldiging. Unie voorzitter Van Dijk die het obliga te toespraake tot de winnaar hield, repte van „slim rijden". Maar verder niets. Geen verwijzing naar de ko mende strijd om de wereldtitel in datzelfde Limburg. Een bescheiden felicitatie. Een gelukwens die insi ders duidelijk maakte dat de Unie met Ger Harings als kampioen niet gelukkig is. Maar wel van diezelfde dr. Van Dijk een hardop uitgespro ken compliment voor Duyndam. Een aansporing tegelijk: „Jij hebt bewe zen, Leo, een groot coureur tez ijn. dat hebben we allemaal gezien". Met nadruk dat laatste. Nadruk tegelijk op de wereldstrijd die wacht, in Heerlen. telg uit de fietsfamilie Harings de broers Huub en Jan zijn professio nal zijn werk niet had willen doen ln een vechtlustige kopgroep. Die zo snel mogelijk wilden vergeten, dat al maanden eerster, in de Ronde van Limburg, die zelfde Ger Harings zich 80 kilometer lang heeft laten mee sleuren door een Chris Pepels, en dat men toen boos was geweest op Ger die niet wilde werken, maar wel pro fiteren. Limburgers, die zich op eens allemaal herinnerden, dat Ger Harings, vorig jaar op het Zand- voortse circuit, 300 nieuwelingen te snel af was geweest in het nationale kampioenschap. Want sprinten kan Ger Harings wél, zeer zeker. Leo Duyndam heeft dat later al lemaal gehoord. Zoals hij ook, be wogen, zijn vrienden dankte, later. Een Den Hertog, die vloekte en zei: „Iedereen had het mogen zyn. alleen hy niet. Maar we kregen hem niet uit de wielen'. Een Holst die ziedend van woede kwam melden: „Iedereen had het van mij mogen worden. Leo, Fedor, Joop Zoetemelk, of wie dan ook. Maar,niet' hy". Een voortijdig af gestapte Rini Wagt-mans: .Leo, ik had het jou gegund. Niet die plakker. Jy maakte de koers". „Wetten" Dames 1. Bella Hage (St.-Maartensdijk) de 57.2 km in 1.36.09, 2. Jannie Jon kers (Gameren) op 15 seconden, 3 Keetie Hage (St.-Maartensdijk) z.t., 4. Hennie Hondeveld (Laren, Gld z.t., 5. Irene Paul <Den Haag) z.t. Joop Middelink, later: „Het is de gewoonte niet, dat we de nationale kampioen voor de wereldkampioen schappen passeren, al wordt daar wel eens van afgeweken. Jammer, dat die jongen z kampioen wilde wor den. Het is tegen de wetten van de koers". Allemaal over Ger Harings, die werd bedolven onder de Limburg se supporters, die allemaal niet wil den weten, dal die zelfde jongste ■Scheuring Na goed 40 km begon de „episode Duyndam". De lange kwekerszoon uit Honselersdijk. was de grondleg ger van de definitieve scheuring in het veld. Hij kreeg gezelschap van Piet de Wit, Fedor den Hertog, Daan Holst, Pier Hoekstra en Ger Ha rings. Onder de druk van ddt rappe zestal groeide een winst van 44 sec. op Van Schalen. Liebrechts, Deelen, Zoontjes en Kronen en van 1.30 op het peloton, dat steeds meer verbrok kelde. Zo verstreek ronde na ronde. De kracht van de kopgroep werd aange tast toen Hoekstra na 80 km moest afhaken en in de achterhoede dween. Funester was echter de de monstratie van Duyndam, die, dat Piet de Wit was afgestapt zijn eentje voor het resterende drie tal Den Hertog, Harings, Holst, uit ging rijden. De dommekracht Duyn dam verspeelde hiermee veel ener gie, die hem later van pas had kun nen komen. Na de 15e ronde (ruim 107 km) was de situatie weer gewij zigd. Uit de achterhoede, waaruit in middels tal de bekenden (onder Wagtmans) en minder beken- waren verdwenen, waren Piet Deelen, Gert Bongers, Joop Zoete melk de relevatie van de Ronde Turkije en Piet Tesselaar naar a gekomen, zodat een dubbel- mannenkwartet aan de leiding ging. e beslissing was gevallen. Onder grote spanning ging de laatste ronde in. Boven op de Adsteeg probeerde Daan Holst die nu een maal spurtsnelheid mist, alleen weg te komen. Maar Piet Tesselaar haal de de Amsterdammer terug. Toen Tesselaar zelf sprong, bracht Duyn dam hem tot rede. Het was allemaal de kaart van frisse Ger Harings, die in de laatste beklimming van de Adsteeg zyn slag sloeg en Duyndam de tweede plaats reed. Het drama samengevat: ter wijl Harings (links) zich gereed maakt om de kampioenstrui aan te trekken, huilt Duyndam zijn teleurstelling en woede uit bij een verzorger. Duyndam heeft, zacht gezegd, niet verstandig gereden, maar laat men toch niet vergeten dat zonder een coureur als hij zo'n rit sterk aan le vendigheid verliest. Duyndam heeft er eerst voor gezorgd dat het pelo ton kraakte in al zijn voegen en daarna heeft hij bewerkstelligd dat de kopgroep in stand bleef en buiten de greep van de achtervolgers ge raakte. Harings heeft daar alleen maar van geprofiteerd. Het lijkt slim, dat is het in zekere zin ook wel, maar erg tevreden kan men over zo'n kampioen toch niet zijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 5