Natuur en mens9:
onthullend en
onthutsend
Olieconcerns leggen pijpen
over 1000 ra. hoge bergen
OVER rririir7,sT
JAAR
ER GEEN
ROOFVOGELS
MEER IN ONS
■ATERDAO 17 JUNI 1967
LD.-EXTRA
Tentoonstelling tot najaar in Artis:
yAN jaar tot jaar daalt het aantal zwaluwen in ons land. De
vleermuizen sterven uit. Zelfs de groene kikkers die met
hun gekwaak onze ouders uit de slaap hielden nemen snel in
aantal af. Over 20 of 30 jaar zullen vele diersoorten uit onze
omgeving zijn verdwenen. De natuur wordt ernstig bedreigd
door de explosief toenemende vergiftiging van water en lucht,
de twee elementen waarop al het leven op aarde is gebaseerd.
is ontstellend te moe
rt ten constateren dat wij
niet weten wat de veilig-
heidsgrens van schadelijke
afvalstoffen in lucht en water
is. Telkens weer worden die
grenzen overschreden. Voorlo
pig sterven alleen de vogels, de
vleermuizen en de kikkers; hun
veiligheidsgrens ligt blijkbaar
wat lager dan die van de mens".
Dit sombere geluid tekenen wij
op uit de mond van de beken
de bioloog dr. D. Hïllenius, con
servator van het Zoölogisch Mu
seum van de Universiteit van
Amsterdam. Onder zijn leiding
zs een van de meest interessan
te tentoonstellingen samenge
steld, die sinds lang in dit, op
het terrein van Artis staande
museum te zien zijn geweest.
flatuur en mens" is de titel
van de expositie, die tot het na-
jaar zal blijven.
Ratten
Het World Wildlife Fund had dr.
Hillenius gevraagd, of hij ter ge
legenheid van het congres van dit
natuurfonds, dat onlangs in Am
sterdam is gehouden, een expositie
kon maken. „Het onderwerp lag
voor de hand en het is triest dat
wij de opgezette dieren die zijn uit
gestorven of in hun bestaan wor
den bedreigd, zo voor het grijpen
hadden in onze eigen collecties.
Als je in deze materie duikt ga
je vrezen dat de wereld op den
duur alleen maar door kennelijk
onverwoestbare dieren als ratten,
muizen en duiven zal worden be
volkt......"
„Natuur en mens" is eigenlijk
geen juiste titel. Natuur en mens
blijken namelijk tegengesteld. Zo
lang de mens zich nog uitsluitend
bezig hield met de jacht kon men
nog van een natuurlijke situatie
spreken. Hij was van dezelfde rang
en stand als de grote roofdieren.
De jagende mens was in evenwicht
met de omringende natuur. Wan
neer de roofdieren teveel prooidie
ren doden, zullen er na enige tijd
roofdieren sterven, omdat er te
weinig prooi is. Datzelfde gold voor
de primitieve menselijke jager .Er
bestond in die tijd in de natuur
een beweeglijk evenwicht.
De mens ging dat evenwicht ver
storen, toen hij met landbouw en
veeteelt begon. Aanvankelijk was
dat nauwelijks merkbaar. Maar al
lengs wordt een groot deel van de
wereld in cultuur gebracht. Een
weelde van bossen is voorgoed ver
dwenen, evenals een enorme hoe
veelheid van elkaar afhankelijke
planten en dieren. De grote ver
woestingen in de natuur zijn aan
gericht door de eisen van de land
bouw en de veeteelt.
Behalve de dierenwereld die ver
loren ging werden ook andere die
ren bedreigd. De plantenetende
dieren werden voedselconcurrenten
van het door de mens gehouden
vee en vleesetende dieren waren
zonder meer concurrenten van de
heersende mens.
Dr. Hillenius: „De mens heeft
op agrarische grond een eigen op
vatting gecreëerd over wat schade
lijk is en wat niet. Alles wat niet
tot de eigen veestapel en alles wat
niet tot de zelfgeplante en gezaai
de gewassen behoort is schadelijk.
Toen het normale voedsel van de
Doodvonnis voor
zwaluwenslems,
kikkers, vleermuizen
en eidereenden
akker kwam, werd de natuurlijke
rem om de jacht te matigen op
geheven. Toen men van de jacht
buit afhankelijk was voor het be
staan, wachtte men er wel voor
diersoorten uit te roeien. Maar toen
kwam de sport jacht tot ontwikke
ling. Een van de eerste diersoor
ten die door de mens werd uitge
roeid was de Zuidafrikaanse
blauwbok, die in 1800 reeds was
verdwenen en in 1858 werd de
laatste wilde quagga geschoten door
de'toen in Zuid-Afrika nog erg dun
gezaaide boeren".
De laatste quagga, een fraai ze-
bra-achtig dier, stierf in 1884 in
Artis. Hij staat nu, opgezet, in een
vitrine op de tentoonstelling „Na
tuur en mens".
Bedreigd
In andere delen van de wereld
hebben zich soortgelijke dingen af
gespeeld, of zij spelen zich nog af,
zoals bijvoorbeeld in Tibet, waar
de yak, een soort wisent, zich veilig
waande door de ontoegankelijkheid
van het gebied, maar thans wordt
bedreigd door de moderne wapens
die het Chinese leger heeft meege
bracht.
Het besef dat men bezig is on
herstelbare schade toe te brengen,
leidt er dikwijls toe dat met veel
inspanning wordt getracht de res
ten van diverse diersoorten in le
ven te houden. Veelal gebeurt dat
in dierentuinen, doch deze zijn
meestal niet in staat om een dier
soort weer te doen uitbreiden. Zo
heeft iedere dierentuin ter wereld
wel enkele olifanten, maar toch
worden er jaarlijks wilde olifan
ten gevangen om het bestand in
de dierentuin op peil te houden.
De neushoorn wordt door andere
oorzaken met uitsterven bedreigd.
Zelfs in gebieden waar dit dier be
schermd is wordt er door stropers
jacht op gemaakt, omdat Chinese
apothekers hoge bedragen betalen
voor de hoorns, waaruit zij een lief
desdrank bereiden.
De grootste vijand van het dier
blijkt echter nog steeds het in cul
tuur brengen van woeste gronden.
In Europa, is dat een eeuwenlang
proces geweest, waaraan de mees
te diersoorten zich hebben kunnen
Dr. HILLENIUS
zeer sombere geluiden
aanpassen. In Amerika en vooral
in Australië, is deze ontwikkeling
zó snel gegaan, dat er grote scha
de aan de fauna is aangericht.
Chemisch
Een bijzonder gevaarlijke ontwik
keling is de insektenbestrijding met
chemische middelen geweest, die
uitroeiing van insektenetende vo
gels tot gevolg heeft gehad. Er zijn
miljoenen kinderen in Europa die
nog nooit een vlinder hebben ge
zien. Nadat men twintig jaar gele
den alles heeft gedaan om de vlin
ders te bestrijden, is er nu in En
geland een groot bedrag beschik
baar gesteld om vlinders te kwe
ken.
De sterfte onder dieren als ge
volg van insektenbestrijdingsmid-
delen, giftige zaaizaden en water
en luchtverontreiniging, neemt van
jaar tot jaar in ontstellende mate
toe. De prachtige kolonie van gro
te sterns op onze Waddeneilanden,
die in 1955 nog 40.000 paar telde, is
in tien jaar tijd teruggevallen op
700 paar. Analyse van weefsels
bracht aan het licht 'dat de dood
is veroorzaakt door een afvalpro-
dukt van bepaalde oliën, die wijd
verspreid en zeer verdund worden
uitgestoten in de atmosfeer. Met
regen daalt deze gifstof in zeewa
ter en wordt opgenomen door algen
en het dierlijk plankton. Garna
len en vervolgens zandspieringen
bevinden zich als schakels in de
voedselketen, die van
sche algen aan het begin tot d
grote stern aan het einde loopt,
In 1956 kon men rondom Vlielau
nog tienduizenden eidereen
den aantreffen, maar in 195
is er niet één eidereend meer vol
wassen geworden. De broedend
wijfjes bleken alle een grote dos
gifstoffen in het bloed te hebbel
Nederland zal straks geen stern
geen zwaluwen, geen kikkers,
geen eidereenden en geen vleermul
zen meer hebben. En ook geen bul
zerds, die aan de lopende ban
sterven na het eten van aan i
ge zaaizaden overleden duiven,
„Over tien jaar zullen er trouwen
geen roofvogels meer in ons land le
ven", meent dr. Hillenius.
Zijn onthullende tentoonstellin
„Natuur en mens" verdient eei
grote belangstelling.
Illllllllll!lllllllllllj|||||||||||||||||||||||||j||||||||||||||||||j|||||||||||||[||||||||||||
Wie op een weekeinde de
zon als signaal ziet om zich
met het complete gezin op de
met plastic olieprodukt)
beklede banken van zijn auto
te storten, benzine bijtankt
de asfaltweg olieprodukt)
opdraait, tussen het dank zij
bespuitingen oliepro
dukt florerende tuinland
door; wie dan door een geluk-
kig toeval niet al veel eerder
vast komt te zitten in de f ile,
maar vooraan in het boule-
vardgedrang kan gaan staan
kijken naar een tankschip dat
weer eens lam op de water-
we gpier ligt, die is dan getui
ge van een „hikje" in het gi
gantische systeem dat Euro
pa van olie voorziet. En door
die olie ook van benzine, me
dicijnen, verf, nylon.
Olie voor Europa: honderden mil
joenen tonnen dus nog eens dui
zend maal zoveel liters per jaar.
Met die hoeveelheid vergeleken is
de inhoud van een op de pier vast
gelopen schip en zelfs die van de
bij Engeland gebroken reuzentan-
ker „Torrey Canyon" een onbedui
dend plasje. Toch zijn het deze
schepen, die af en aan varend de
olie aanbrengen naar de grote aan
voer havens aan de kusten van het
werelddeel.
Europa verzwelgt olie. Nu ge
bruikt het er voor zijn energievoor
zieningen al evenveel van als steen
kool. In 1960 was dat nog niet eens
de helft. Daarom moet de olie zon
der strubbeling blijven komen. Dat
is de hoofdzorg van de oliemaat
schappijen; het is hun handel. Zij
begonnen dan ook dadelijk aan risi
co-spreiding toen president Nasser
van Egypte destijds tijdelijk het
Suexkanaal afsloot en daarmee de
olietoevoer naar Europa gedeelte
lijk dichtkneep: nu haalt men nog
maar 59 procent van de ruwe olie
voor West-Europa uit het Midden-
Suezkanaal afsloot en daarmee de
aanvoer uit Noord- en West-Afrika
is gestegen van 1 tot 28 procent.
Deze situatie is door de oorlog in
het Midden-Oosten nog verscherpt.
Havens
De zekerheid van een ononderbro
ken olievoorziening is een levensbe
lang voor West-Europa, dat 90 pro
cent van zijn behoefte aan olie moet
dekken uit gebieden die duizenden
kilometers ver weg zijn. Ook de
eis van zekerheid bij verwerking
en doorvoer gaat met de dag zwaar
der wegen voor de oliemaatschap
pijen, die de vraag naar olie en
olieprodukten met sprongen zien
stijgen.
Daarom die ring van aanvoer-
havens in Italië, Frankrijk, België,
Nederland, Duitsland. En bij die
havens de grote raffinaderijen om
de ruwe en half bewerkte olie ver
der te verwerken.
De Shell-raffinaderij in Pernis zal
na uitbreidingen in 1969 de groot
ste ter wereld zijn, met nu reeds
een computer-systeem om in nood
gevallen de produktie snel om te
schakelen en voor elke andere raf
finaderij in te springen. Shell, Esso,
Texaco, Mobil, BP, Caltex en Gulf
zijn de reuzen die samen 60 pro
lcent van de olie-industrie in de wes
telijke wereld in handen hebben
in Europa hebben Shell en Esso
samen 35 procent van de markt.
Die reuzen moeten zeer lenig zijn
in hun bewegingen. Van de 30 mil
joen ton olie. die elke dag en elke
nacht in tankers op de wereld
zeeën onderweg is, moeten telkens
weer partijen naar onvoorziene be
stemmingen worden gedirigeerd.
Onvoorziene bestemming door on
verwachte gebeurtenissen, zoals de
ze, die zich ehige jaren geleden
vrjjwel gelijktijdig voordeden:
Opstand in Noord-Borneo veroor
zaakte een produktietekorfc van
90.000 ton ruwe olie. Australië zat
op 50.000 ton daarvan te wachten.
Daarom was onmiddellijke aanvoer
nodig van de andere kant van de
wereld, het Midden-Oosten.
In die tijd verloor men door een
staking in Columbia 100.000 ton olie,
die op Curasao een eerste bewer
king zou krijgen voor doorvoer naar
Engeland. Direct moest de raffina
derij op Curasao zich aanpassen
om ruwe olie van een andere soort
op dezelfde manier te zuiveren.
Europa
verzwelgt
olie
Vlak daarna bleef in Engeland
door een staking 100.000 ton ruwe
olie onverwerkt staan. Pernis had
kunnen inspringen, maar in Pernis
had een brand schade aangericht.
Tegelijkertijd vertraagde de win
ter het gereedkomen van een nieu
we raffinaderij in Straatsburg,
waardoor 500.000 ton produkten niet
kon worden geleverd. En in de
Franse raffinaderij in Le Havre
veroorzaakte een brand een ver
lies van 250.000 ton produktie-capa-
citeit. Ver over de hele wereld
moesten tankers nieuwe vaarrou
tes kiezen en raffinaderijen andere
bewerkingen gaan toepassen, om
de zaak weer sluitend te krijgen.
De olie moet verder naar het
hart van Europa worden ver
voerd. Daar, bij de grote in
dustriegebieden en bevolkingscon
centraties, venijzen steeds meer
raffinaderijen met hun metalen bui
zenweefsels en hoge fcilinders uit de
grond.
De pijpleiding is de goedkoopste
en zekerste mogelijkheid gebleken
om de olie en de tussenprodukten
van de havens naar de bevolkings
concentraties te brengen. Nederland
is nogal onder de indruk geweest
van de aanleg van de 450 kilome
ter lange Rotterdam-Rijn Pijplei
ding, die de olieconcerns lieten aan
leggen. Maar intussen steken nu
reeds enige duizenden kilometers
olieleiding van de kusten af West-
Europa in. Er liggen plannen klaar
voor reusachtige nieuwe pjjp-projec-
ten. Voorspeld wordt dat de olielei
dingen in Europa op den duur een
zesde deel van het totale goederen
vervoer voor hun rekening zullen
nemen.
Alpen
Het spectaculairste werk tot dus
ver is de aanleg van de Trans Al
pen Leiding, die dit jaar in be
drijf komt. Dertien olieconcerns
hebben samengewerkt bij deze gi
gantische constructie van een pijp
leiding met een meter doorsnede,
die door 460 kilometer bergland van
Italië, Oostenrijk en Duitsland
loopt en die f 650 miljoen heeft ge
kost.
Vanuit de haven Triëst, in de
grenshoek tussen Italië en Zd-Sla-
vië, waar vier mammoettankei
van 160.000 ton tegelijk hun ladli
gen kunnen lossen, wordt de oli
opgepompt tot 1550 nieter hoog i
de Oostenrijkse bergen. Van ds
hoogste punt af stort de oliestrooi
zich op eigen kracht door de bul
omlaag.
Die kracht zal groot genoeg zijl
om de olie zonder verder pompei
vervolgens opnieuw over een
hoogten van 1247 en 1100 metó
heen te laten schieten. Voordat 4
stroom van uiteindelijk 50 miljof.
ton per jaar Ingolstadt in Beiere:;
bereikt, moeten zelfs speciale
rem-pompstations zijn snelhell)
weer beteugelen.
Dit enorme karwei, waarvoor 4
bewoners zich met dynamiet ee
weg door de besneeuwde rotse
baanden, 160 rivieren en bekei
kruisten en drie tunnels vat zeve
kilometer door de bergen bcordeil
heeft slechts twee-en-een-hal ja*
gevergd.
Olie voor Europa. Er ligger.i!j
weer plannen voor de aan!
van nieuwe leidingen op de
kentafels der oliemaatschappij!
die ondanks hun onderlinge sfcri
om de markt in deze kapitale prl
jecten broederlijk samen doen e
netjes hun stromen olie en
bare tussen-produkten achter
kaar door de buizen rangeren.
Er wordt ook gewerkt aan 1
bouw van steeds meer i
en in het hart van Europa. Info
hart van een met 320 miljoen r
sen bevolkt werelddeel
olie, een eeuw na de avonti
eerste boringen in Texas,
steeds het moderne levenssap is dl
de industrie voedt
brengt.
Voor de Alpen-pijpleiding moesten diepe beddingen
worden uitgehakt in steile berghellingen, waarin de me
tersdikke buis na de afwerking weer aan het oog onttrok
ken is door een deklaag aarde. De foto toont de werkzaam
heden toen die nog aan de gang waren tegen een helling
boven de weg van Kufstein naar StJohann in Oostenrijk.
Houten barricaden beschutten de weg tegen neerstortende
steen.