„En ineens gebeurt het 4 wlianim - het masker valt" De Groenteman is gewoon ouderwets RADIO Christ Stuur van de akademie „Film Model and Casting ZATERDAG 3 JUNI 1GA7 LD.-EXTRA 4 ■IDA Lessen in acteren voor tv en filmcamera de lessen aan de mlmeschool van Marcel Marceau en liep de Film- akademie in Amsterdam af. In 1960 werd hij regie-assistent bij de NCRV en op 27-jarige leeftijd pro moveerde hij tot regisseur-producer. „Onderweg naar morgen" en „Put ten, zeshonderd gaten" waren en kele van de documentaires die hij maakte. Daarna werd hy free-lan- PLANNEN De invoering van de tv-reclame was voor Christ Stuur wel een maar niet de voornaamste aanleiding om met zijn Film Model and Casting te beginnen. De akademie hoort thuis in een grotere reeks plannen, die hy binnen enkele jaren wil reali seren. De eerstvolgende: een eigen produktiemaatschappy voor live tv- reportages en korte speelfilms, die in augustus op poten moet staan. Eind 1969; de produktie van onge hoord goedkope speelfilms goed koop als gevolg van een nieuwe, ma teriaal besparende combinatie van technieken, waarvoor hijzelf het idee leverde en dat door het Japan se concern Sony wordt uitgewerkt. Als het zover is, moet Stuur kunnen putten uit een arsenaal van acteurs en actrices en dat arsenaal moet Film Model and Casting opleveren. By deze grootse plannenmakerij steekt de huisvesting van de akademie wat sobertjes af: ingeklemd tussen Kloveniersburg wal (het adres: 8789) en Groen burgwal in een permanent van At las-film gehuurde ruimte. Wel staat en hangt er voor enkele slordige duizendjes apparatuur, want er moet als in een tv-studio gewerkt kunnen worden. A raison van vierhonderd gulden krijgt de cursist er 22 weken lang 1 avond in de week les (plus by na elke zondag een les-session) in o.a. bewegingsleer, fotografie, make-up en grime. Aan het eind van de cur sus ook nog één of twee lessen in 't commerciële van „de keiharde com merciële regisseur Bob Chrispyn en die neemt dan geen pardon meer." Het zwaartepunt van de opleiding ligt evenwel na de ontmaske ring op het trainen van het con centratievermogen. Hieraan werkt het docententrio Pols („de mense lijke verhouding model-camera"), Van der Linde, Stuur. De laatste: „Ik doceer niet zo zeer, ik praat met de mensen. Ik verkondig tegenstrijdige dingen en als dan niemand reageert, zeg ik: wat zijn jullie voor een stel suk kels! Ja, zeggen ze dan, we wis ten niet dat we wat mochten zeggen. Wie ben ik? vraag ik dan, wie ben ik wel. dat niemand me in de rede durft te vallen? Op die manier, hé. Verder doceer ik kennis van de filmbegrippen". BIERVILTJES Intussen zijn alweer lessen aan de gang. Concentratie. Detlev Pols doceert, drie knappe meisjes en een oudere free-lance acteur („we hou den de klassen met opzet zo klein mogelyk") luisteren aandachtig. Om voor de camera dezelfde vanzelf sprekendheid in doen en laten te be reiken als men in het dagelijks le ven heeft, is uiterste concentratie nodig, legt Detlev Pols omstandig uit. Concentratie van de tastzin, het gehoor, de blik. Het laatste wordt uitgeprobeerd. Op de vloer worden vier bierviltjes neergelegd. De oude re acteur komt overeind, loopt naar het eerste bierviltje, blijft dan mi nutenlang roerloos, staan, laat zich vollopen van dit witte rondje" zoals Detlev Pols adviseert, richt dan zyn aandacht op het volgende viltje, loopt ernaar toe enzovoort. Tydens deze stille rondgang be reikt hy een concentratie, die niet verstoord kan worden door het meedraaien van de camera, het klikken van een aansteker, het ge schuifel van voeten. Plotseling fini. Op de monitor wordt de registra tie gedraaid. De man kykt naar'^ zichzelf, zucht als het is afgelopen „Eindelijk, ik dacht dat er nooitR een eind aan kwam", is zelf ver-Jjjj baasd over het feit dat hy zich zo lang en zo volledig op zoiets nr' tigs heeft kunnen concentreren, 'e Jss volgende cursist staat op. Bw „Eerst zou de opleiding tw-®-lf 100 weken duren, maar we hebbei er te maar gauw 22 van gemaakt", zegt 1 Christ Stuur. Het is hem eigenlijk öh nog te kort. Hy denkt er ai o/er va Film Model and Casting uit te bDU- b wen tot een filmacteurschool net *ee een eenjarige dagopleiding. „Maar dat zou Europees gezien moecen worden. In Nederland vind je niet Ij zyn var tv." Amsterdam Dit wordt een verward verhaal. Verteld door Christ Stuur, die van zichzelf zegt: „Ik praat verward, dat weet ik. Voor de klas doe ik het vaak opzettelijk het is mijn methodiek om de mensen te dwingen tot aandacht, tot reageren." „De klas": zijn academie Film Model and Casting, waarmee hij iets anders beoogt dan de buitenwacht denkt. „De mensen zien na alle mannequinskoels en bjoetieskoels en nog meer skoels en nog meer poederdozen onze opleiding als de zo veelste". Maar het is de eerste in ons land, benadrukt hij, die de kunst van het acteren voor tv- en filmcamera onderricht. Op 3 april is hij begonnen met 42 leerlingen, geselecteerd uit rond honderd aanmeldin gen. Fotomodellen en mannequins zyn erbij. „Het was geweldig om de eerste keer, het was koud toen, die mannequins te zien binnenko men. Allemaal van die nertstoe standen om zich heen. De hele ima ge namen ze mee. Maar ze kwa men tenminste. Ze wisten dat ze moesten bijspijkeren. Dat vind ik En er stond ze wat te wachten. „De eerste vier lessen gooien we het mooie koppie eraf". Met het „koppie" bedoelt Christ Stuur het masker („soms zo dik", duidt hy aan, zyn hand twintig centimeter voor zyn gezicht houdend) waar achter de mannequin, 't fotomodel haar ware ik verbergt voor de in discrete blikken van modeshow-pu bliek en plaatjes kijkende particu lieren. „Ik krijg hier een mannequin met zeventien jaar ervaring. Ze gaat zit ten, precies zoals het hoort, het ge zicht zo strak als een masker; Dat is verschrikkelijk, hè. En ineens, by de tweede les of zo, gebeurt het: WHAMM het masker valt". Dat moet, „Het masker moet er af, althans zo dun mogelyk wor den, dan valt die onnatuurlijke af stand weg, wordt ze beter bereik baar voor anderen. Pas daarna kun nen wy gaan werken aan de durf om open en eeriyk naar buiten te treden. Kijk, als je optreedt in een tv-commerfeial, dan moet er natuur lijkheid zijn in je gezicht, in je be weging. Dan moet je geen juffrouw zyn met een fraai doch strak ge zicht die door de studio zweeft daar kijkt de huisvrouw voor haar televisie toch maar gek tegenaan". Het forceren van dat demasqué is voorbehouden aan drie docenten: Detlev Pols (adviseur van de NA TU) Hanna van der Linde (elemen taire bewegingsleer) en Stuur zelf. „Hanna doet dat geweldig. Tydens de tweede les zegt zij bijvoorbeeld tegen een keurig zittende manne quin: zoudt u misschien op de grond willen gaan liggen? Dan gaat die mannequin eerst heel voorzichtig zitten". Christ Stuur doet het ons voor, de benen iets opgetrokken. „Nu benen strekken. Goed, de be nen worden gestrekt, maar ze blyft zitten. Nu languit. En dan", ver telt hy vanaf de vloer, „gebeurt 't. Want het masker zit niet alleen hier (wijst op zyn gezicht) maar tot hier (wijst naar zyn navel). En als zy achterover gaat", vervolgt hy, lang- Mensen die het kunnen weten, hebben zich de laatste jaren onafgebroken beijverd om de radio aan te passen aan de ver anderende, zakelijker wordende ty- den. Zoals de kranten zich in ver band met de directheid van het nieuwe medium televisie gingen richten op een toelichtende taak, zo ontdeed de radio zich van oubol ligheden en andere franjes. Slechts heel weinig programma's hoefden niet op de helling en mochten hun oude image behouden. Een van die programma's, elke AVRO-ochtend te beluisteren, ver anderde in de afgelopen vijftien jaar (al dan niet om modernise ringsredenen) haar tune van een wals in 'n chachacha. Die wals was „Groenteman, zeg groenteman, wat eten we vandaag?", de huidige herkenningsmelodie is „Cha, cha, cha, tsja wat zullen we eten?" Het programma is de groenterecepten- en consumentenrubriek van „de aardige omroep". Maker van het programma is niet een in kaki-werkjas gestoken groentehandelaar maar de 39-jari- ge, stevig gebouwde AVRO-man Kees de Wolf van de afdeling „ge varieerde programma's" (alleen of met anderen maakt hy Biologica, By de tijd en by de thee. De hori zon voorbij en Slotakkoord). Pra tend over De Groenteman bedenkt hij pas hoeveel plezier hij eraan beleeft, verder staat hy er -iet zo vaak bij stil. („het verveelt niet, want het is een deel van mijn le ven geworden en het leven verveelt ook niet"). Kees de Wolf maakte de teksten voor het programma de eerste ja- Tonny de Langen, sinds een jaar de klante die de groente man elke AVRO-ochtend om raad vraagt. ren voor zijn vader, drie jaar gele den begon hij zelf de dagelijkse sa- menspraakjes met zyn „cliënte" Thea van Erp-Spaargaren. Het laatste jaar was secretaresse Tonny de Langen (28) zijn tegenspeelster. De luisterdichtheid (ongeveer een miljoen luisteraars per uitzending) is groot genoeg om de serie vyf maal per veertien dagen voorlopig niet te staken. De groentekundige gegevens komen van het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen in Nederland, dat ook de recepten verzorgt. Het mes snijdt aan twee kanten. „De huisvrouwen weten wat ze goedkoop kunnen krijgen, de handel raakt zijn veel geproduceer de artikelen kwijt. Het gaat in ze kere zin het doordraaien tegen", zegt De Wolf, „de groenteboeren houden rekening met de rubriek". Over luisterdichtheid gesproken: laatst was er in een Hilversumse wijk geen yoghurt meer te krijgen, omdat De Groenteman, die voor een bepaald recept nodig had ge acht. Wat het programma van de an dere kookrubrieken onderscheidt, is de inleidende conversatie tussen Groenteman en klante. Die vaak filosofische bespiegelinkjes schreef De Wolf vroeger enkele minuten voor de uitzendingen. „Ik kon vaak fyn inhaken op het nieuws, maar tegenwoordig lees je helemaal geen leuke dingen meer in de krant alleen maar ellende. Sinds de Hil versumse radiogroenteman naar Soest verhuisde, schrijft hy ze aan de vooravond van de uitzendingen thuis, want de programma's moeten tijdig „live" de ether in. „Vrienden, die me zelden zien, kunnen uit de inleidende tekst opmaken hoe het me thuis gaat, buitenstaanders trekken altijd de verkeerde conclu sies. Ze kunnen nooit Dichtung und Wahrheit uit elkaar houden". De teksten voor De Wolf sr. moes ten altijd plat uitgesproken worden, tegenwoordig praat De Groente man minder A'dams. De Wolf jr.: „Een groenteman heeft tenslotte te genwoordig meer opleiding". „Groentevrouw" Tonny de Langen bekent door haar medewerking aan het programma meer prijsbewust te zijn geworden. De vaste klante van De Wolf had op het derde net haar programma Variando, met J. Koopman maakte ze Discotaria. De ochtendlijke gesprekken tus sen het groenteduo vormden in het verleden wel stof voor parodiërende cabarets. Ook de kri tieken hadden dikwijls weinig goe de woorden voor „het gezeur in de groentewinkel". „Tegenwoordig krijgen we geen kritiek meer", zegt samensteller Kees de Wolf, „ze heb ben geaccepteerd, dat een radiopro gramma geen culturele uiting be hoeft te zyn. Trouwens, mijn teks ten zijn gebaseerd op de sfeer in een ouderwetse groentewinkel („Hoe gaat het met Piet, ik heb hem lang niet gezien".) Met super markets hebben we nooit rekening willen houden". De Groenteman moet blijkbaar niets hebben van de nieuwe radio image. Geen keihard gedoe, gewoon ouderwets. Kees de Wolf, die het druk beluisterde programmaatje het liefst heel gewoon ouderwets houdt. zaam achterover zakkend, „zie je jakketakketak dat masker vallen. Je ziet het: ze glimlacht verlegen". Hij glimlacht voluit. „Vraag maar eens aan iemand in een restaurant op de grond te gaan liggen, hij zal het niet durven, hij wil zijn masker niet verliezen". Hij vertelt, dat hij dit zelf wel heeft gedaan. bestaan: het Jappenkamp. Daar heb ik van mijn zevende tot elfde jaar ingezeten, helemaal in mijn dooie eentje, en daar heb ik vol slagen geestelijke naaktheid van de mens gezien! Hjj kwam in 1948 naar Neder land, deed een dik jaar de Toneel school, volgde in Parijs een jaar Daarmee komt Christ Stuur (klein van stuk, rap in woord en beweging, expressief gelaat) aan zichzelf toe, Vader „zuiver Fries". Moeder „heeft Thaïs en Philip- pijns bloed." Leeftijd 31 jaar. „Dat t is maatschappelijk niet zo best, t Concentratie op een want je moet minstens 35 zijn, wil bierviltje. je hier serieus worden genomen. t Maar ik heb een van de meest pro- i Hieronder: de regisseur minente opleidingen gehad die ooit, t geeft aanwijzingen. en gelukkig maar eenmaal, heeft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 12