Nacht zonder einde Nog 8 weken en't is lente Rath Doodeheefver Andere secretaris voor Prins Claus BESCHULDIGING TEGEN PIUS XII DINSDAG 24 JANUARI 1967 PAGINA IS Ons dagelijks vervolgverhaal door Alistair Maclean „Zie je kans me te garanderen' vroeg ik aan Joss, „dat al onze vrien den het laatste half uur in de hut zijn geweest?" „Ik ben bang van niet, dokter Mason. Zo ongeveer iedereen ging regelmatig naar buiten en kwam naar binnen tractorcarrosserie monte ren, voorraden, benzineblikken naar de slee brengen en vastbinden en wat er nog meer moest gebeuren". Zijn ogen vestigden zich op de koe koek. „Het was het vliegtuig, is het niet?" „Was is het juiste woord". Ik keek naar de stewardess. „Mijn veront- «huldigingen, Juffrouw Ross. Inder daad hebt u iemand bij het toestel gehoord". „Bedoelt u.. dat het geen onge luk was?" vroeg Zagero. Best mogelijk dat je dat verdui veld goed weet, dacht ik. „Nee", ant woordde ik, „het was geen ongeluk". „Dus daar gaat uw bewijs materiaal", meende Corazzinl. „Ik bedoeleh de gezagvoerder en ko lonel Harrison". „Nee", verklaarde ik „De neus en de staart van het vliegtuig zijn nog steeds intact. Ik weet niet wat de bedoeling van de brand is geweest maar het zal wel een goede reden hebben gehad. Eh, brengt u die tas sen en koffers maar weer weg, mijn heer Corazzini, want inderdaad heb ben we niet met kinderen of ama teurs te maken". „Er viel even een stilte. Terwijl Corazzini zich over de stapel tassen en koffertjes bukte, keek Joss me op een vreemde manier aan. „Het verklaart tenminste één ding", mompelde hij. „Het geknoei met de spring stoffen?" Met spijt herinnerde ik me nu dat ik liggende op de ijskap en vlakbij het vliegtuig naar een ab normaal luid gesis had geluisterd, maar er verder geen aandacht aan had besteed. Iemand die heel goed wist, wat hij deed, moest een lont met de benzineleiding, de tanks of de carburators verbonden hebben. „Ja wel, dat ls nu verklaard". „Wat is er met die springstoffen?" informeerde senator Brewster. Het waren de eerste woorden die hij sprak sinds Jackstraw hem de doodschrik op 't lijf had bejaagd en nog steeds was hij erg bleek. „Iemand stal de lonten om het vliegtuig in brand te steken. Wie zegt me, dat u het niet deed?"Ik hief myn hand op om een woedend protest lp de kiem te smoren. „Het kan ook iemand anders van u ach ten geweest zijn. Ik weet het niet, llllllllllllllllUCIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIl'IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIjl.. Hoe is het ontstaan? Dit wooed: PENSEEL. 1 Voor de verklaring van het woord penseel moeten wij te ruggaan tot het reeds in het oudste Latijn voorkomende woord penis: staart. Een ver kleinwoord daarvan luidde peni- culus: staartje. En daarvan is weer een verkleinwoord ge- vormd: pencellus dat dus bete kende: heel klein staartje of kwastje. In het Oudfrans komt dit woord penicellus voor als pincel, in hedendaagse Frans is het pinoeau. Het Nederlands heeft pincel overgenomen als penseel. In het Duits luidt het woord: Pinsel, in het Engels in enigszins andere betekenis: pencil. De Deense en Zweed se vorm pensel is blijkens het accent aan het Duits ontleend, i Swiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiniiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiinnniii 9 maar wel dat de moordenaars ver antwoordelijk zijn voor het wegne men van de lonten, de radiobuizen kapot smeten of trapten en de con densatoren hebben gestolen". „En de suiker", vulde Joss, aan, „hoewel de hemel mag weten waarom ze het nodig vonden suiker te stelen". „De suiker?" riep ik stomverbaasd uit. Opeens vergat ik verder te vra gen, want toevallig keek ik juist naar de kleine, magere Theodoor Mahler en zag hem een vlugge, be weging maken. Ook het plotse ling opflitsen van zijn donkere ogen in de richting van Joss was me niet ontgaan. Ik wist dat ik 't me niet verbeeld kon hebben, maar keek snel een heel andere kant uit, voordat hij mijn gezicht had kunnen zien. „Onze laatste baal", verklaarde Joss. „Misschien dertig pond en alles is weg. Ik vond nog een handjevol op de vloer van de tunnel, tussen de scherven van de radiobuizen". Ik schudde mijn hoofd en zei niets. Het was me een volkomen raadsel, wat de reden van deze dief stal kon zijn. Het avondmaal duurde niet lang en bestond uit soep, koffie en ieder twee beschuiten. De soep was dun, de beschuiten nauwelijks de moeite van het kauwen waard en wat mij althans betrof was koffie zonder suiker niet te drinken. Bovendien was de maal tijd zeer ongezellig, omdat er haast geen woord gesproken werd. Steeds weer bemerkte ik hoe iemand zich naar zijn buurman keerde om iets te zeggen, maar dan de lippen eens klaps stijf op elkaar klemde en zich zwijgend en met een strak gezicht weer afwendde. Iedereen dacht dat zijn of haar buurman de moordenaar wel eens zou kunnen zijn, iedereen was bang zelf ver dacht te worden, wat bijna even erg was. Al met al had ik nog nooit van mijn leven zo'n onbehaaglijk etentje meegemaakt. Na de soep bekommer de ik me er echter al niet meer om, want ik had grotere zorgen dan de verantwoording voor een geanimeerd tafelgesprek. Na het eten stond ik onmiddellijk op, trok parka en hand schoenen aan, pakte de schijnwer per, vroeg Jackstraw en Joss met me mee te gaan en begaf me laar het luik. „Wat gaat u doen, dokter?" vroeg Zagero. „Dat is mijn zaak. „Eh was er iets, mevrouw Dansby-Gregg?" ,Zou u eh dat geweer niet meenemen?" „Maakt u zich niet be zorgd", glimlachte ik flauwtjes. „U zult elkaar wel goed in het oog hou den, neem ik aan en dan is dat ge weer veilig genoeg". „Maar maar iemand zou het kunnen pakken", zei ze nerveus, „en u misschien neerschieten als u te rugkomt". „Mijnheer Nielsen en ik zijn wel de laatste twee personen die de moordenaars zullen neerschieten. Zonder ons komen ze geen kilome ter verder op deze ijskap. De meest waarschijnlijke kandidaten voor de volgende kogel moet u in het nier aanwezige gezelschap zoeken. U bent van volkomen onderschikt belang en voor de moordenaars alleen maar mensen die de voor hen zo waarde volle rantsoenen opeten". Na deze troostende woorden liet ik hen alleen. Ik wist dat ze elkaar nu als tijgers zouden gaan bewaken en ieder voor zich zou zijn of haar uiterste best doen het niet te laten merken. Wordt vervolgd. Dan vraagt iedereen om het nieuwste r&d-behang (want voorjaar is tijd van vernieuwing). Maar... de complete collectie 1967 is nü al uit. Vraag erom bij de vakman; die heeft nu (nog) alle tijd voor u! ontwerpers en fabrikanten van behang De particulier secretaris en advi seur van Prins Claus, mr. C. J. van Schelle, zal binnenkort zijn functie neerleggen en terugkeren in de di plomatieke dienst. Zoals bekend stelde het mi nisterie van Buitenlandse Zaken. mr. Van Schelle, chef van de directie buitenlandse dienst, voor de periode van één Jaar aan de echtgenoot van Prinses Beatrix beschikbaar. Daar deze periode nu ruimschoots is ver streken zal, aldus de RVD, mr. Schelle weer naar Buitenlandse Za ken terugkeren om daar zijn oude functie weer op zich te nemen. Vol gens de RVD is er nog geen nieuwe secretaris voor Prins Claus benoemd. In doorgaans welingelichte kringen circuleren echter geruchten als zou mr. H. J. baron van Asbeck, sous chef directie integratie Europa van het ministerie van Buitenlandse Za ken voor deze functie in aanmer king komen. Een woordvoerder van het ministerie wilde dit echter niet bevestigen. In het boek „Death in Rome", dat 30 januari verschijnt, beschuldigt de schrijver Robert Katz Paus Pius XII, dat hy een kans heeft gehad om de slachting van 335 Italianen door de Duitsers in 1944 te voorkomen, maar dat hij geweigerd heeft dit te doen. Het boek handelt oven- de slach ting in de grotten van de Romeinse Via Ardeatine als vergelding voor een overval door Italiaanse partisanen waarbij 33 Duitsers om het leven kwamen. De Duitsers gelastten de terechtstelling van tien Italianen voor elke doodgeschoten Duitser, waardoor 335 Romeinen één voor één in de grotten wedden doodgescho ten. tz schrijft dat de Paus van te voren door een Duitse functionaris op de hoogte was gesteld van razzia. „De Paus", aldus Katz, „besloot geen stappen te doen, tijdens de massa moord het stilzwijgen te bewaren en er met de grootste voorzichtigheid op te reageren. Men kan zich nau welijks aan de conclusie onttrekken, dat het Pius XII aan de wil ontbrak te proberen de mannen te redden, die voorbestemd waren in de Ardeatine- grotten te sterven Volgens het boek, dat bij MacmlI- lan Co. verschijnt, waren 253 van de slachtoffers rooms-taatholieken. on der wie een geestelijke. PANDA EN DE MEESTER ETER 6691 Het ontbijt van Hapioap's moeder had een vreemde uitwerking op Jollipop. Hij had het gevoel dat al zijn haren recht overeind gingen staan en dat er iemand met een moker regelmatig op zijn hoofd sloeg. Maar bovendien ontdekte hij, dat hij plotseling in staat was om door muren en voorwerpen heen te kijken. Waar zie je Hapwap?" vroeg de dame dringend. Vertel op! Waar is mijn zoon?" „Hik!" sprak de bediende. Hik! Kamer met tralies gevan genis StevelstraatHij slaaptHik!" RECHTER TIE EN HET GESTOLEN HALSSNOER 1141 Met eerbiedig gebogen hoofd zegt de Rechter: „Ik heb Vrouwe Hortensia een medicijn voorgeschreven, Excellentie, en ik verwacht dat ze nu snel zal genezen. „De Opperkamerheer kijkt hem met zijn doordringende ogen strak aan en vraagt op stugge toon, „waar had het onderzoek plaats, dokter?" In de slaapkamer van de Vrouwe, Excellentie", antwoordt de Rechter. „Haar dochter was bij het consult aanwezig." Enigszins rvrang bedenkt Rechter Tie dat dat voor de Opperkamerheer niet veel verschil zal maken. Het zou wat anders zijn als er een dozijn hofdames aanwezig was DE WOHDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 31 De aankomst van de tram maakte Bram al niet meer mee. Op bevel van de kapitein waren de vrienden snel geboeid en op duizelingwekkende hoogte in het kraaienest veilig opgeborgen. „Daar zitten jullie hoog en droog", zei de kapitein en hij dacht zelf, dat hij een erg originele opmerking maakte. Misschien had hij nog wel treffender woorden kunnen vinden, maar de tram was inmiddels met gepiep van remmen en geklingklang van bellen tot stilstand gekomen. Ahoylijn X", riep de kapitein. Hij herkende de generaal achter het ruitje. „In de houding, mannen voor de bestuurder". „In de gevangenis?riep Hapwap's moeder geschokt. „Mijn arme kleine! Ik moet hem bevrijden!" En met die woorden snelde ze heen, de huisknecht in hulpbehoe vende toestand achterlatend. ,J*anda zit dus in de gevangenis!" prevelde op dat moment Joris Goedbloed, die de nacht in het stadspark had doorgebracht, samen met de goudstaven uit de Munt. ..Dat is toch niet zo mooi voor hem Een dergelijk lot heeft hij niet verdiend! Eigenlijk zou ik hem moeten bevrijden!Ja, dat zou ik eigenlijk moeten doen!I" geweest. „Wel, dokter", zegt de Opperkamerheer op gemaakt vrien delijke toon. „Ik hoop dat het door u voorgeschreven geneesmiddel effect zal hebben. Ik hoop het voor uw bestivil, want Vrouwe Hor tensia is de voornaamste vertrouwelinge van Hare Keizerlijke Hoog heid, en haar welzijn gaat ons dus bijzonder ter harte. Nu u de behandeling van de paleisartsen hebt overgenomen, bent u natuur lijk persoonlijk voor haar aansprakelijk. Ik neem aan dat u dat begrijpt?" U kunt gaan", zegt hij koel, maar u dient zich te allen tijde ter beschikking van de autoriteiten te houden. U zult Rivier- stad niet verlaten zonder mijn toestemming!" Welwillend keek de generaal achter zijn voorruit toe, hoe alle schepelingen in de houding sprongen. Beste kaerels", mompelde hij tevreden. „Goed afgericht, en pri ma leiding. De kapitein geeft me de eer, die me toekomt en tege lijkertijd noemt hij me toch bestuurder, zodat niemand achter dochtig kan worden. Braef gedaen, maet, braef gedaen". Boven in het kraaienest siste Bram Tutu toe: „Het gaat menens worden. We moeten de list van die kerels ver hinderen. Bijt mijn touwen door, Tutu. Mijn aanwezigheid kan daar niet langer worden gemist. Posities Nederlandse schepen 23 tO ifl 9h 22 I 21 P« Necraa p 21 Flnli. Adoni* 22 op 460 m O Bah Atlantic Star 23 ta Trinidad Atlantic Sun 21 100 m Z K. Hatta- Atlantic Tradar 21 Barmuda n Naw York AhtlV 21 ^op 170 m^N PlnUtarra Audacla 22 fa Hamburg Auriga G 20 ta Dublin Avanir 22 ta Colchaatar Avardvk 21 Rott n Lo» Angala» •au 23 .a Port Swattannem •along 23 Barcalona n Ganut Balfleborg o 21 Eablarq n Go»han. tanggal 22 v Antw ta A mat Banka p 23 Dungtnaaa n Randaburg Baft? 23 Arlca ta MatarafW i ta Lltaabon Fort Swattanham Batu 21 a Ganua Bai - Bei Bar Bai

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1967 | | pagina 13