Nacht
zonder
einde
mfiK:
swsaa?1
E&'ï.wr.r:
mïï.=r.
DINSDAG 20 DECEMBER 1968.
LEIDSCH DAGBLAD
Ons dagelijks vervolgverhaal
pulster", begon hij zonder omwe-
ui* weet niet wie u bent of hoe
ieet, maar wel dat we u allemaal
dankbaar zyn voor wat u voor
gedaan hebt. Het staat wel vast
we het aan u te danken heb-
dat we nog leven. We willen
graag erkennen. Bovendien we
re dat u een geleerde bent en hoe
ingrijk uw uitrusting voor u is.
ipt dat?"
Klopt!" Ik druppelde nogal veel
ium op het gewonde voorhoofd
man moest een keiharde kerel
want hy knipperde zelfs niet
de ogen en keek toen op-
iw naar de spreker. Niet iemand
geen aandacht aan te schenken,
bt lk. Op dijn intelligent gezicht
een trek van vasthoudende doel-
ustheid die hy zeker niet had
geleerd en die niet geheel en al
pokte met zyn Ujzige en wat over-
chaafde stem die een academi-
opvoeding verraadde. „Had u
wat te zeggen?"
me op. „Ik
hebt u biykbaar geen rekening
>uden. kunt nameiyk binnen
tien dagen dood zyn u alle-
trouwens".
iVe kunnen allemaalDe jon-
lan brak det zin af en staarde
een merkbaar harder getworden
in de ogetn aan.
Pat bedoelt u?"
Dat door het verlies van de zen-
waar u zo licht overheen stapt,
kansen onze kansen om
avontuur te overleven aanmer-
t kleiner zyn geworden. Om u
waarheid te zeggen, liggen de
en zelfs helemaal niet zo goed.
radio als zodanig laat me koud",
keek hem opmerkzaam aan en
seling dacht ik aan iets belache-
i, dat wil zeggen: een paar se-
Boe is het ontstaan?
Dit woord: MAALSTROOM J
De Maelstrom is een water bij
Noorwegen en komt als zodanig
roor op een atlas van 1595. Dit
loet wel hetzelfde woord zyn
lat wij kennen als maalstroom
n dat ook in het Frans, Duits
Engels bestaat. De betekenis
gety stroom die een rond
draaiende beweging heeft, draai-
door
Alistair Maclean
conden was het belacheiyk, maar
daarna zag ik me opeens voor het
feit gesteld dat het de waarheid kon
zyn. „Hebt u heeft iemand van
u enig idee waar u zich op het ogen
blik bevindt?"
„Allicht!" De Jongeman haalde
even de schouders op. „Ik kan na-
tuuriyk niet zeggen waar hier in de
buurt een kroeg is, maar
„Ik heb het hun verteld", viel de
stewardess hem in de rede. „Even
voordat u binnenkwam, vroegen ze
me er natmeiyk naar. Ik nam aan
dat captain Johnson in 'n sneeuw
storm het vliegveld van Reykjavik
voorby vloog.
Dit is lang Jökull, nietwaar?"
Ze zag biykbaar de verbaasde uit
drukking op zyn gezicht en vervolgde
haastig: „Of is het Hofs Jökull? Ik
bedoel eh we vlogen min of meer
noordoosteiyk van Gander en dit
zyn de enige twee sneeuwvelden of
gletsjers, of hoe ze anders in IJs
land heten, die
allemaal iets van een acteur in ons
hebben en kon me er niet tegen ver-
De steward
anderen keken haa
geen antwoord gaf,
blikken automatic
knopje was omge
op my gericht we
„IJsland!" herl
kind, op het ogen]
veer vyfentwintij
hoo- midden op de yskap van
Groenland".
De uitwerking van deze woorden
overtrof myn stoutste verwachtin
gen. Ik betwyfelde zelfs of Marie Le-
Grande ooit een betere reactie van
haar publiek had meegemaakt. Van
„verbastering" kon zelfs niet meer
gesproken worden: 't leek eerder op
een vetrlamming en vooral wat de
spraakorganen betrof. Toen eindeiyk
de spraak en de gedachten weer te
rugkwamen, openbaarde die zich
zoals ik trouwens verwacht had
in ongeloof. Iedereen scheen eens
klaps aan het woord te zyn, maar
het was met name de stewardess die
„Wat is dit voor een grap? Groen
land dat is
Ze merkte aan myn gezicht
dat het helemaal geen grap was en
haar vingers knepen zich in myn
arm. Ik kreeg nog net even ge
legenheid om aan twee met elkaar
in stryd ztynde dingen te denken.
In de eerste plaats dat det ogetn van
de stewardess hoewel op dat mo
ment onnatuuriyk groot en wyd
van angst en verslagenheid by-
zonder mooi en bruin waren, en ver
der dat de myth biykbaar niet meer
over stewardessen kon beschikken
wier correcte en charmante ulter-
ïyk verschyningen recht evenredig
ADVERTENTIE
GENEVER
In de handige kneepfles
De borrel die u „toelacht"
Geniet met uw gasten van
die tongstrelend zachte WF
gene ver. Een rondje WF
Daar is iedereen vierkant
voor! Jonge WF Genever
f. 10.45 per hele liter
WYNAND FOCKINK
Grootvader
en kleinzoon
opgeroepen
„Een schik, dat we hebben",
zegt de 84-jarige heer J. F. C. van
Velsendie verleden week een op
roep ontving voor de militaire
keuring. Hij heeft de kaart terug
gestuurd naar het departement.
Zijn kleinzoon van 18 zal echter
wel voor de keuringsraad moeten
verschijnendie werd n.l. vrijwel
tegelijkertijd opgeroepen. De heer
Van Velsen. die al 5 maanden in
het St.-Carolus-tehuis aan de
Bosdrift woont, kreeg enkele da
gen geleden van zijn dochter de
mededeling, dat er voor hem op
het postkantoor een aangetekend
stuk lag te wachten. Dit ivas n.l.
gericht aan het adresHeren
straat 45, waar de 84-jarige ruim
60 jaar een kapperszaak heeft
gedreven. In dat huis woont nu
zijn dochter, maar die mocht niet
voor ontvangst tekenen. De heer
Van Velsen stapte op zijn fiets en
reed naar het postkantoor, waar
hij tot zijn grote verbazing een
oproep ontving, die beslist aan
hem was geadresseerd. Een ver
gissing was niet mogelijk. Want
de kleinzoon, die wel een derge
lijk bericht kon verwachten,
woont aan de Zeevaartweg. Bo
vendien waren zijn voorletters ge
heel anders: J. A. M.
Jk ben in de houding gaan
staan en ik heb geroepen: geeft
acht", vertelt de heer Van Vel
sen.
„De ambtenaar heeft echter
achter op de kaart geschreven,
dat ik 84 ben en in het Carolus-
tehuis zit. Hij heeft de kaart
weer teruggezonden"
REUMATISCHE PIJNEN EN TOCH GELUKKIG
Leef opgewekt. Neem Togal tablet
tische pijnen, ischias, spit, hoofd-^en2
PANDA EN DE MEESTER ETER
3791. „Hoe minder sporen we nalaten, hoe beter!" prevelde
Joris, zich haastig voortbewegend. „We zouden anders maar last
kunnen krijgen met lieden, die het kleutertje willen opeisen!"
Op dat moment werd zijn aandacht getrokken door een smek-
kend geluid en hij keerde zich geschrokken om.
„Maar Hapwap nu toch!" kreet hij vertwijfeld, terwijl hij de
opgebroken en opgegeten straatstenen bezag. „Ik zei nog zo dat we
geen spoor moesten nalaten. Staak Uw wild geéet toch voor een
wijle!"
„Ik waarschuw je als Hapwapje de verkeerde voeding krijgt",
sprak de moeder intussen tot Panda. „Het ventje moet heel speciaal
behandeld worden! Ik wil hem binnen 24 uur terug zien!"
Met die woorden zette ze zich in een gemakkelijke stoel en sloot
de ogen. „Binnen 24 uur!" mompelde Panda zorgelijk. ,JIoe kan ik
dat!" Ik weet niet eens waar hij is! Als Jollipop hem jiu maar op
het spoor is!"
RECHTER TIE EN HET GESTOLEN HALSSNOER
1112. „De Ijsvogel Herberg?" zegt Rechter Tie. ,J)aar is die
kassier toch vermoord?" „Ja, maar daar zult u verder geen last van
hebben", antwoordt kapitein Sioe luchtig, „en de bediening is er
werkelijk voortreffelijk. Tussen haakjes, misschien kunt u meteen
de dingen meenemen, die we op het lijk van de kassier gevonden
hebben. Hier zijn ze. Een kleine provinciekaart, een paar visite
kaartjes, wat kopergeld en een telraam. Die herbergier Wei dacht
dat het telraam een pakje was dat zijn gestolen zilver bevatte.
Bijzonder naïef van de man. Als de kassier inderdaad zilver bij zich
had, zullen de rovers het hem natuurlijk afgenomen hebben." Rech
ter Tie ontrolt de provinciekaart en zegt: ,De weg van Riverstad
naar Tienmijlsdorp, over de bergen, is rood aangegeven," „Inder
daad", zegt Sioe. Kennelijk wilde hij daarheen ontsnappen, met
het geld van zijn baas. Wei is overigens een beruchte vrek. De vent
had het lef mij te vragen of hij zijn verlies niet vergoed kon krij
gen. Zijn vrouw is een paar weken geleden bij hem weggelopen,
heb ik horen vertellenEnfin, de Ijsvogel Herberg is hier maar
een meter of honderd vandaan. Als u iets interessants opmerkt in
verband met onze bendeleiders, sta ik natuurlijk dag en nacht tot
uw beschikking.
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMET JE FOK
702. Kapitein Co sta Plenta was buiten zichzelf van woede, toen
hij merkte, dat Bram Fok op wonderbaarlijke wijze alle hinder-
m$SGefopt°ehTheett me tep akken" riep hij. Maar late haver
komt ook op... vele eersten zullen de laatsten zijn ...en wie het
„Gooi het roer omwend de steven ...een help r
Het bleek al gauw. wat de kapitein van plan was.
aargeul bij de havenhoofden klemde hij een reserves,
laat. Toen hij de uitgang van de hav
Costa Plenta hem wéér een poets had t
„Vaar er omheen", zei Karo opgewc
het hoofd.
„Bij een goed zet
dat we vastraken i
In de verte werd het dure jacht al een stipje
merkte hij, dat
tss& ",7s"? urs
■«10 Amst.rdam 17 500 m ZW
Guit Huih 17 S3G m ZZO K«»o
Kh'"
Gull Swud. 19 t. M.n. ut IhmWI
srir,r, vjsusssz
\vsss.
Noord-Holland 18 v No« Ortoona f