Nacht j zonder einde 14 DECEMBER 1966 PAGINA 17 ADVERTENTIE t VOOR WINTER EN ZOMER TEGEN VORST EN ROEST! Neem nü de anti-vries met dubbele functie: Esso Anti-Freeze Coo lant. Beschermt tegen vorst èn roest I Ga voor veilige koelsysteem service naar een Esso dealer! (Isso) MET ESSO BENT U BETER UIT! RECHTER TIE EN HET GESTOLEN HALSSNOER 11-7. De luitenant gaat Rechter Tie voor de houten trap op en laat hem binnen in een ruim vertrek, verlicht door een krote kaars, die op het eenvoudige bureau staat. Achter het bureau zit de kapi tein die Rechter Tie al op de kade heeft gezien. De kapitein staat op zodra de Rechter binnenkomt en zegt hartelijk: „Welkom in Rivierstad, Rechter Tie. Ik ben kapitein Sioe. Enkele jaren geleden heb ik u ontmoet toen u voor een onderzoek in de hoofdstad moest zijn. U had het toen veel te druk om mij op te merkenmaar ik heb u op de kade meteen herkend. Gaat u toch zitten". Rechter Tie neemt de kapitein ivat nauwkeuriger op. Hij heeft een open, intelligent gezicht met kleine zwarte snor en kinbaard. Hij her innert zich niet de kapitein ooit te hebben ontmoet, maar hij had het destijds in de hoofdstad inderdaad bijzonder druk. en hij kan Sioe hoogstens een keer ontmoet hebben temidden van een groot gezelschap militairen. Terwijl de Rechter zijn zicaard afgespt en neerlegt op de muurtafel, vervolgt de kapitein: „Omdat u blijk baar incognito reist, heb ik u op de kade niet aangesproken. Ik begreep dat u toch langs zou komen en zette mijn luitenant op de uitkijk. Maar uw komst is een bijzonder gelukkig toeval!" DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 697. Wat Bram boven water haalde bevestigde slechts zijn ver moedens. „Een steen een zware steen daarmee heeft kapitein Costa Plenta mij dus belet te vertrekken"zei hij boos. „Dat is dus de manier, waarop hij deze wedstrijd wil winnen. Maar let op het zal hem toch niet lukken. Het bewijst alleen maar, dat hij bang van mij is". „Toch is hij nu al een heel eind voor", zei Karo en Tutu krijste verontwaardigd: „Smerrrige strrrreek" ,Met mopperen komen we niet vooruit", zei Bram streng. „Weg met die steen en varen. Voor de tweede maal zal kapitein Costa Plenta zo'n grap niet met me uithalen". Het uws wel erg voorbarig om zoiets te zeggen. Want de slechte ideeën borrelden snel bij Costa Plenta op. Dat bleek al bij de eerst volgende sluis, waar hij de sluiswachter een flink bedrag aan geld overhandigde. In Nederland zou zo iemand zich nooit laten omkopen, maar in de woestijn ligt dat anders. „Ik zal ze wel tegenhouden"beloofde de sluiswachter. „Die ko men hier niet voorbij, dat beloof ik u". Zeesleepvaart Musi.slpp Noordree 13 nog te Sarla 13 *p New Plymouth n 'i 3 óp 2C&°*m W Malta n •t .Swallow" 14 ta Main W MM w't" z3 Zwarte^ Z Balflmo n Ryaka o mat „Norlna" 12 ta ADVERTENTIE Belangrijke vooruitgang bij bestrijding van pijn en griep I Vier middelen In éin tablet helpen snel en doen wonderenI De kennis van pijnbestrijding is in de loop der jaren groter geworden. Er is vastgesteld waar en hoe pijn ontstaat en men heeft geleerd pijn te meten. Men heeft kans gezien de werking van een der oudste pijnbe- strijders door toevoeging van daar na ontdekte middelen belangrijk te versterken. Eén der bestanddelen is het betrouwbare maagmiddel Che- farox, dat een teveel aan maagzuur neutraliseert. De combinatie is ide aal om pijn of griep snel en doel treffend te bestrijden. Chefarine „4 13»M Bruidegom ging er met spaarcentjes van bruid vandoor Een 45-jarige Utrechtse vrouw heeft by de politie aangifte gedaan van de diefstal van twee van haar koffers en een bedrag van f850,—. De dader is volgens haar de man, met wie zij volgende week in het hu welijk zou treden, een 36-jarige Griek. Al een jaar of vier had zij omgang met de man. Volgende week zouden zij hun ver houding gaan localiseren. Maar toen de juffrouw gistermiddag van haar werk kwam, vond zij de Griek gevlo gen. Hij had haar spaarcentjes maar meegenomen. Het enige, dat hij ach terliet- was een briefje waarop stond te lezen dat hy besloten had om maar weer naar Griekenland terug te keren. Verandering gemeentewet aangenomen (Van onze parlementaire redacteur) Met 32 tegen 21 stemmen heeft de Eerste Kamer gisteren zijn goedkeu ring gegeven aan een verandering van de gemeentewet, waardoor het toezicht van het provinciaal bestuur op de gemeenten zal worden beperkt. De belangrijkste verandering is de vrijheid, die de gemeenten met meer dan 100.000 inwoners krijgen om zonder goedkeuring van de provincie onroerende goederen te kopen en te verkopen. Een deel van de Kamer had prin cipiële bezwaren tegen het voorstel. Woordvoerders van de CHU, de ARP en de KVP beschouwden het ma ken van verschil tussen gemeenten met en meer en met minder dan 100.000 inwoners als strydig met de grondwet. Minister Verdam (binnen landse zaken) betoogde, dat ook nu al de grondwet verschillende soorten gemeenten onderscheidt. Er is een diferentiatie, met betrekking tot het ledental van de gemeenteraad en met- betrekking tot de organisatie van de politie. De bewindsman, die voor zijn voorstel de steun kreeg van de fracties van de P. v. d. A., de V.V.D. de PSP, de boeren en van enkele KVP-ers en anti-revolutionairen, deelde mee dat hij nog voor half februari 1967 een deel van het voor ontwerp van de nieuwe gemeentewet hoopt te publiceren. Toen viel zijn oog op het achterdeel van de dame, dat enige tijd naar de kinderwagen gekeerd was geweest en zich nu vari hem verwijderde. „Komaan!" sprak de mevrouw. „We stappen weer verder! Je hebt toch geen zuurtje van die gruwel aangenomen, ventje?" „jij bent zelf de ontvoerder!" kreet Jollipop op dat moment. „Uw doortrapte streken zijn doorzien, meneer Goedbloed!" De aangesprokene keek hooghartig om, doch ontwaarde toen zijn kleding die plotseling verraderlijke gaten vertoonde. „Helaas", prevelde hij. „Hapwap's eetlust is zelf een doordachte vermomming te veel! Wat nu?" lities Nederlandse schepen iven 1. t. Br.it val—acht org 11 re Manfyluoto erk 12 280 m Z Guardaful sar 10 v Korsor n? Zeeland 9 v Portland te Seattle Zeemeeuw p 12 Kiel n Murlegar Zephyr 11 v Bayonne n Hamburg nee 12 v SeviUa n Bayonne Tankvaart Abida 13 t« Nepal* daarna Trlpotl- Aeila 12 op 240 m W Hebrlden aoa 11 t# Hernosand on 12 v Thameshaven te S) land 13 te Themeshtven 12 v Curacao n P C.rdo i 12 op 260 m WNW Brett 22 jus dagelijks vervolgverhaal PANDA EN DE MEESTER ETER 32-91. Jollipop wendde zich vol vertwijfeling tot de dame die zojuist uit een winkel was gekomen. „Ach mevrouw", zo sprak hij, „hebt u misschien ook een ongun stig uitziend persoon gezien met een kleutertje?" De aangesprokene keerde zich om en staarde vol afschuw naar de huisknecht. „Poeh!" sprak ze. „Ik praat niet met vreemde mannen. Scheer u weg engerd!" „Engerd!" hijgde de bediende geschokt. „En dat tegen mij!" .was alleen maar iemand nodig man goed kwaad te maken zijn levensverzekerings- ihappiJ betekende hij dan maar een debetpost. En hy nu inderdaad goed kwaad. ,t is er gebeurd? Wat is dit de bliksem allemaal?" Zijn ide, harde stem was ook al een kolonel. „Waarom zijn geland? Wat doen we hier? dat voor lawaai enen wie [de donder zijn jullie eigenlijk? D zeer belangrijke knaap dacht fang, met geld en macht ge- Jpm toe te geven aan zijn drang hem gerechtvaardigde Iwaardiglng te demonstreren, ik ergens moeilijkheden ging peten, was het niet lastig te l van welke zijde ze zouden ko- Aan de andere kant echter hem zijn houding niet hele rs kwalijk nemen. Ik vroeg me K)t af hoe ik me gevoeld zou m als ik in een transatlantisch pig in slaap was gevallen en *1 maar weer wakker werd om t plotseling geland te zien in bevroren niemandsland met sin bont geklede kerels met ^maskers en sneeuwbrillen .die zich waggelend door het \td van het toestel bewogen. heeft een buiklanding ge- antwoordde ik kortaf. „De is me niet bekend, en hoe t dat ook kunnen weten? Het buiten is de ijsstorm die te- romp slaat. Wat ons betreft: en tot een weerkundige post hut ligt ongeveer achthon- meter hier vandaan. Voordat liegtuig ging landen, hoorden gen we het". Hide hem voorbijlopen, maar èld me tegen. ogenblikje alstublieft". Er nu nog meer gezag in zijn fn met enige verbazing voelde gespierd de vingers waren j mijn arm knepen „Ik meen we toch wel het recht heb- ler!" Ik trok me los en Jack- [duwde de man in een stoel, (niet zo lastig, als ik verzoe- lag. We hebben een levensge- |k gewonde die onmiddel- lilp nodig heeft. We brengen hem in veiligheid en dan ko- jve u halen. Houd vooral de joed gesloten". i laatste woorden had ik tot Ihele gezelschap gericht, maar m werd mijr aandacht ld door het nijdige gemopper p witharige bullebak. „Als u krijgt en meewerkt", snauwde Hjft u maar hier! Als wij er feweest waren, zou u binnen Aar uur stijf bevroren en dood flisschien gebeurt dat toch nog Ing het gangpad door en Jack- volgde me. De breedgeschou- jongeman die op de vloer had h, zat nu in een stoel en kte toen ik hem passeerde. t maak ik vrienden en rela- Hij had een wat lijzige, be lde spraak. „Ik ben bang dat h waarde vriend beledigde", jk", gaf ik toe. Ik wilde hem lopen, maar bedacht me plot en bleef staan. Die bre eders en sterke handen zou- ps namelijk nog uitstekend van kunnen zijn. „Hoe voelt t jn er bijna weei bovenop", (erdaad, maar een minuut gé- zag u er niet zo best uit", was lang uitgeteld. Kan ik u Alistair Maclean „Daarom vroeg ik hoe u zich voel de", knikte ik. „Ik sta tot uw dienst". Hij kwam uit de stoel en torende eensklaps cen timeters boven me uit. De kleine man in het sportjasje en met de opzichti ge das maakte een angstig geluidje en leek plotseling op een veron gelijkt en jankend hondje. „Voorzichtig, Johnny, voorzich tig!" Hij had een nasale stem en ik hoorde meteen dat hy in de achter buurten van New York thuis hoor de. „We hebben onze verantwoorde- lykheden en verplichtingen en als er iets fout gaat „Rustig maar Solly!" De jonge man klopte hem een paar maal sus send op de kale schedel. „Ik ga al leen maai' een wandelingetje maken om eens even uit te waaien". „Dan doet u eerst deze parka en broek aan". Ik had geen tijd me om de excentriciteiten van kleine, ma gere mannetjes in geruite sportjas jes en met opzichtige dassen te be kommeren. „U zult ze hard nodig hebben". „Ik heb nooit last van de kou". „Van deze wel. De temperatuur buiten is namelyk zestig graden Cel sius lager dan hier in de cabine". Ik hoorde het verbaasde gemompel van sommige passagiers en met een nadenkende uitdrukking op zyn ge zicht nam de jongeman de warme kleren van Jackstra w over. Ik wachtte niet tot hy parka en broek aangetrokken had, maar verliet met Joss de cabine. De stewardess lag op haar knieën naast de gewonde marconist. Voor zichtig hielp ik haar overeind. Ze stribbelde niet tegen en keek me zonder iets te zeggen aan. In het doodsbleke, gespannen gezicht leken haar bruine ogen onnatuurlyk groot en wyd. Ze beefde zichbaar en haar handen waren koud als ys. „Wilt u bevriezen?" vroeg ik. Het was nu niet de tyd voor zachte en vriendeiyke woorden en ik wist dat deze meisjes geleerd hadden hoe ze zich in een noodtoestand dienden, te gedragen. „Het u geen muts, een overjas, laarzen of zoiets?" Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 17