iets voor hun fiets!i Nacht „Wat dacht Je dan dat het was?" -i hing het sneeuwmasker en de Tteeuwbril om mijn hals en nam een |aailamp van de plank naast de liekachel: de vaste plaats voor onze Intaams, omdat de droge batterij- i er minder kans liepen te bevrie- I^Êen van je dierbare Londense |itobussen misschien? Het toestel Irkelt hier minstens al drie minu- 4n rond en Jackstraw denkt dat het |oeiHjkheden heeft. Ik ben het met em eens". |„Volgens mij is er met de moto- In niets aan de hand". |„Dat kan, maar er zijn nog tien- andere moeilijkheden dan een is het niet?" waarom cirkelt het juist kan ik dat weten?" ant- oordde ik ongeduldig. „Waarschijn- |k heeft de piloot onze lichten Kien de enige lichten, denk ik i een gebied van tachtigduizend erkante kilometer. Als ze een nood- inding moeten maken, wat de hemel loge verhoeden, hebben ze alleen »ns het te overleven wanneer ze ■gens neerkomen waar mensen zijn. „God sta ze bij", mompelde Joss, sssimistisch. Hij voegde er nog iets in toe, maar ik bleef niet staan achten omdat ik zo gauw mogelijk liten wilde zijn. Om onze hut te verlaten moesten e door een soort valluik, een ge- one deur. De hut was een zoge- lamde montagehut die in juli in iderdelen op 'n door een tractor {trokken slede van de kust naar ijskap was vervoerd. Zij werd op- ibouwd in een diep langwerpig gat it in de ijskap was gehouwen, zo- it alleen de bovenkant van het plat- i dak een paar centimeters boven ït ijs uitkwam. Het luik kon zowel nar boven als beneden geopend orden en was te bereiken via een >rte trap. Ik beklom de eerste twee eden, pakte de houten hamer die Itijd aan de muur hing en begon i reeds half versplinterde randen an het luik vrij te maken van het b dat het onwrikbaar vastgevroren leid. Dit kwarwei was bijna altijd lbodzakelijk. Als het luik namelijk ook maar even penging, ontsnapte warme lucht on er het dak naar buiten, zodat e sneeuw om het luik begon te smel- ïn, maar onmiddellijk weer bevroor Is het luik gesloten werd. Die nacht ld ik gelukkig weinig moeite met >t ijs. Ik duwde mijn schouder te- m het luik, werkte het tegen de •uk van de wind in omhoog en kroop lar buiten. Ik wist wat me te achten stond het gevoel van te Ikken wanneer de warme lucht door verlammende kou uit mijn lon- werd gezogen maar bleek me ch nog te weinig voorbereid te abben. Het waaide namelijk veel arder dan ik gevreesd had. Dub- ïl gebogen en moeilijk hoestend, rwijl ik zo licht mogelijk ademde n bevriezing van de longen te >orkomen, draaide ik me met de rug naar de wind, blies in mijn deed sneeuwmasker en bril en richtte me op. Jack- Vaw stond naast me. .!De wind op de ijskap huilde of loei- nimmer. Hij kreunde. Het was een )ag, niet te beschrijven, angstwek- Lind gejammer: de klacht van een 'jrloren ziel. Hetzelfde gekreun had 1 eerder mensen gek gemaakt en on- jveer twee maanden geleden moest onze tractormonteur, een volko men ontredderde jongeman die alle bntact met de werkelijkheid had toloren naar de basis in Uplavnik terugzenden. Ook daar was de wind de schuld van. Die nacht zwol zijn troosteloos klaaglied aan en stierf weer weg, zwol aan en stierf weg en zelden had ik het zo huivering wekkend gehoord. HU tokkelde op de spantouwen van de antenne en in strumentenbergplaats en zorgde voor een fluitende begeleiding van zijn onaardse muziek. Ik was echter niet in de stemming om naar deze mu ziek te luisteren en bovendien over heerste het droevige gejammer die nacht niet op de ijskap. Dat deed het zware geronk van de vliegtuig motoren. Het golfde af en aan, als het lied van de branding op een vei: verwijderde kust en kwam steeds dichterbij. We draaiden ons om met de bedoeling het geluid te volgen, maar kregen geen kans omdat we volkomen verblind werden. Hoewel de hemel bedekt was, bleek het nauwelijks te sneeuwen zware sneeuwval kwam trouwens vreemd genoeg hoogst zelden voor op de ijs kap van Groenland maai- de lucht zat vol met miljoenen vlijmscherpe naalden die in razende vaart uit het inkzwarte donker naar het 'v oosten werden gedreven, die in enkele se conden op de glazen van onze sneeuwbrillen klonterden en als woe dende horzels met duizenden tege lijk tussen masker en bril in het bloogestelde gedeelte van mijn ge zicht staken. Het was een scherpe, hevige pijn die bijna onmiddellijk weer verdween, maar de huid volko men gevoelloos achterliet. Ik kende dit onheilspellend ontbreken van al le gevoel maar al te goed en op nieuw met mijn rug naar de wind, kneedde ik met alleen de wollen handschoenen aan het bevriezende vlees tot het bloed weer begon te stromen en trok daarna het sneeuw masker wat hoger over mijn gezicht. Het vliegtuig cirkelde tegen de wij zers van de klok in en volgde blijkbaar een onregelmatig ovaal, want toen het naar het noorden en westen een bocht maakte, stierf het geluid van de motoren heel even weg. Binnen een halve minuut was het echter weer terug en zwol lijwaarts van ons aan tot een donderend ge weld. Aan de door het sneeuwmas ker gesmoorde uitroep van Jack straw hoorde ik dat hij het vliegtuig op hetzelfde moment gezien had als ik. Het was minder dan een kilome ter van ons vandaan, vloog niet ho ger dan tweehonderd meter boven de ijskap en in de hoogstens vijf se conden dat het zichtbaar bleef, voel de ik mijn lippen droog worden en bonsde mijn hart tegen mijn ribben. Dit was namelyk geen bommenwer per van de Amerikaanse luchtmacht en ook geen vliegtuig van de weer kundige dienst in Thule met beman ningen achter de stuurknuppel, die een harde training achter de rug hadden in de grimmige kunst de om standigheden in het poolgebied te trotseren en eventueel te over leven. Die lange rij verlichte cabi- neramen kon alleen maar behoren aan een verkeersvliegtuig op een transatlantische route of dat over de pool vloog. Wordt vervolgd Inbraak in groothandel Woensdagnacht is ingebroken in een technische groothandel aan de Leidse Lammermarkt. De dader? hebben zich toegang tot hel pand verschaft door de achterdeur open te rukken. Uit een geldkistje in het kantoor werd een bedrag van twin tig gulden weggenomen. Hoe is het ontstaan? Dit woord: ONSTUIMIG Naast onstuimig, het thans gewone woord voor: heftig, hartstochtelijk, woest, kwamen 4 vroeger ook andere vormen voor. i Bilderdijk bijvoorbeeld diichtte dat hij .cindlijk uit d'onstuime vloed" Hollands vaste wal be- treden had. Maar ook bestonden ongestuim en ongestuimig, die beide door Vondel worden ge bruikt in gelijke betekenis Het Jj woord gelijkt zoveel op Duitse bijvoeglijke naamwoord j ungcstüm, dat ontlening daar aan waarschijnlijk is. Beide woorden zijn verwant met het werkwoord stamelen: stokken, J blijven steken. De eigenlijke be tekenis van on-stuimig is dus: wait niet kan blijven steken, wat J met tegengehouden kan worden. Invloed van Middelnederlands J on-stuur: wat niet kan gestuurd worden, ongebonden, moet ook worden aangenomen. 'n nuttig geschenk voor do kinderen? PAGINA 23 [)sitie9 Nederlandse schepen 2 DECEMBER 196» LEIDSCH DAGBLAD RECHTER TIE EN HET ANDERE ZWAARD 38. De twee gerechtsdienaars brengen Lau voor de tafel van de Rechter. Deze kijkt hem streng aan en zegt: „TJ bent een merk waardig man, meneer Lau. Hier in Kao-yang gaat u door voor een fatsoenlijke rijsthandelaar, maar in het buurdistrict Woe-yie, waar u geregeld naar toe ging, nam u het minder nauw De Rechter zwijgt even. Hij weet al wie de zwaarden verwisseld heeft, maar als hij nu niet de juiste woorden vindt, zal hij nooit het bewijs kunnen leveren. Hij moet de dader ertoe brengen zich te verraden. „U zioendelde op tal van manierenvervolgt de Rechter tot Lau, „en u trouwde op valse voorwendsels met onbemiddelde jonge vrouwen, die al gauw weer van u wegliepen als ze uw leugens door zagen. U had het speciaal begrepen op toneelspeelsters. Ik vraag u nu en ik raad u aan de waarheid te spreken! bent u het ge weest die negen jaar geleden met mevrouw Seah trouwde, onder het valse voorwendsel dat ze weldra uw eerste vrorno zou zijn?" „Het is waar, Edelachtbare"geeft Lau toe, „maar dat ik gezwen deld zou hebben is een leugen. Ik Hij krijgt geen gelegenheid om zijn zin af te maken, want plotseling springt nu Seah's dochter naar voren. Ze is lijkbleek geworden en schreeuwt buiten zichzelf: „Jij schurk! Met diezelfde ouwe truc wou je mij aan de haak slaan!" DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 687. Als je bekend bent in de havenbuurt, dan ken je natuurlijk ook het winkeltje van Sijmen Puts. handelaar in Stokvis en Scheepsbenodigdheden. Sijmen verkoopt van alles, wat je voor een schip maar kunt bedenken, van kommaliewant tot mastworpen. Het was dus logisch, dat Brammetje Fok op een stralende zomer dag naar Sijmens zaak toewandelde om een paar meter ankerl\jn te halen. Dikke Sijmen was blij zijn oude vriend Bram weer eens te tien. met wie hij indertijd nog een reis had gemaakt aan boord van het fregatschip Johanna Maria. Hij volgde Brams avonturen in de krant. Eén avond was de krant door een vergissing niet bezorgd en Sijmen vond het nu een mooie gelegenheid om Bram te vragen wat er toen eigenlijk gebeurd was. Maar hij zou aan die vraag niet meer toekomen. Want nèt toen hij zijn nieuwsgierigheid wilde bevredigen ging de winkelbel. Ons dagelijks vervolgverhaal zonder einde door Alistair Maclean PANDA EN DE MEESTER ETER 22-91. Het breken van de achteras van de vrachtwagen was een grote verrassing voor Joris. De auto zakte onderuit en veroorzaakte daardoor een grote verwarring in de laadbak. De keurig opgesta pelde lading kwam krakend naar beneden en brak open, zodat de passagier in korte tijd geheel was bedolven onder houtwerk en serviesgoed. „Wel, wel, wel", prevelde Joris zich vrij worstelend. „De bestuur der van dit mobiel is wel erg onbesuisd opgetreden! Of hij heeft zijn voertuig niet goed onderhouden! Ik zal hem toch eens op dc gevaren daarvan wijzen! Maar niet nu ik moet eerst even mijn kapitaal veilig stellen! Waar te het gebleven?" Hij begon met enige spoed in de wrakstukken te zoeken, en door het lawaai van het daarbij brekend aardewerk had hij niet in de gaten dat de chauffeur intussen naderbij kxoam. „Wat moet dat!!!?" bulderde die. „Wat doe jij in mijn lading? Rommel maken en de achteras doorzagen, huh? Maar ik zal je leren!" I te Liv«rpoo' varwicht gen 30 te Seville i 30 v Salerno n Seville Tankvaart

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 23