Een dorp in Oost-Anatolië *lc3 egen Mest Prooi Vrouw Ondergeschikt De kameel kwam pas laat in Afrika aak van vrouw: hard werken en zwijgen hrre levensomstandigheden in een bitter klimaat feekeindbijlage Leidsch Dagblad js jterdag 24 september 1966 (Van een speciale verslaggever) N tegenstelling tot het westen met het drukke, welvarende Istanboel als cenirum. heeft het Aziatische achterland van Turkije altijd moeten be ten ii armoede en het bititere klimaat. Het is niet te verwonderen, dat uit n st'eken vele mannen de verre reis ondernemen om via de wervingsbu- fkus h Ankara werk te zoeken in West-Europa. Tenminste, als ze bij de Ifcliscne keuring niet afvallen, want het percentage afkeuringen bijv. wegens if hoog, zo vertelde ons de Nederlandse ambtenaar Arnold Schloszmacher, li de Turkse hoofdstad als vertegenwoordiger van het ministerie van ede Zaken en het bedrijfsleven de arbeidsbemiddeling verzorgt, li H/ewel de regering in Ankara een groot aantal ontwikkelingsprojecten j Oost-Anatolië in uitvoering heeft, krijgt men toch veelal te horen, dat er :de 100 kuru's die de Turkse lari telt (1 lira is 40 cent), er op de begro- 80 naar het westelijk deel gaan en slechts 20 naar dat ontoegankelijke en trbergzame oosten. In deze gebieden, aan de grenzen met Russisch Ar- ië, Perzië, Irak en Syrië, klinkt dan ook vaak het verwijti „Wij worden achtergesteld"» Het is september. Spoedig zal de eerste koudegolf over het hoogland van Turkije strijken. Voor Oost- Anatolië, het berggebied waar de aardbeving rond Varto 2.500 mensenlevens heeft geëist, Is de nacht vorst reeds In aantocht. Volgens de weersverwach ting zal het daar, op ruim 2000 meter hoogte, wel dra 's nachts twee tot vUf graden gaan vriezen. De overlevenden in deze zwaar getroffen streek hebben in een telegram geprotesteerd tegen een regeringsverklaring, waarin gezegd werd dat het leven in Varto weer tot het normale is terugge keerd. „Onze toestand is uitermate ernstig", rap porteerden ze. „Er liggen nog steeds lijken onder het puin. Er werden maar 1200 tenten gestuurd, terwijl er 5000 nodig zijn. Er werd slechts één dag een warme maaltijd verstrekt Achtduizend gezinnen hebben hun woning ver loren. En al zullen er enkelen zijn die vóór de win ter hun huisje of hut weer kunnen opbouwen, vele duizenden moeten dakloos de meedogenloze winter ondergaan. Dan zal de aardschok zjjn tweede golf slachtoffers eisen, waarvan het aantal waarschijn lijk nimmer in officiële cijfers zal worden vast gelegd. Aan de hand van eigen waarnemingen en ge gevens uit de boeken van de Jonge Turkse onder wijzer Mahmut Makal, die lange jaren in een der gelijke achtergebleven streek verbleef, beschrijven wij het leven in zo'n dorp in Anatolië. ir Sen bruid verlaat het huis van haar ouders, vergezeld door bruidsmeisje*. Hoe dieper men doordringt In het gebergte, hoe schrijnender de ensomstandigheden waarin de bevolking verkeert. Varto was provinciehoofdstadje met een ziekenhuis, scholen en verbin den met de buitenwereld, waarlangs men geleidelijk de ver- trvenheden van het westen leerde kennen. Hoger in de bergen de geïsoleerde dalen liggen de dorpjes van Turken en trden, waar de tijd die eeuwenlang heeft stilgestaan nu pas ^langzaam op gang komt. x bevolking leeft er van land- uw en veeteelt. Op de soms re- maar veelal weinig vrucht je rt hellingen worden 'g zomers rwe, rogge en gerst verbouwd; ook nkommers, beetwortel en uien. warme periode duurt slechts |v. rti van april tot eind september, n werken alle families op het ad. In oogsttijd komt het vaak dat men 's nachts buiten ukkeert teneinde geen minuut '^sloren te laten gaan. De veeteell perkt zich tot schapen en mage- [es rnnderen. De grote kudden scha- 01 n grazen meestal hoog op de hel- m, waar de grond gepacht wordt de nomadisch ingestelde Koer- ln ruil voor meel en vruchten. oktober begint de regen te Hen, vaak dagen achtereen, waar- lor de weinige wegen onbegaan- ar worden. Zolang de wind uit '1 iden waait, blijft de tempera- ur boven het vriespunt, maar zo de noordoosten komt opzetten, de kou in. In januari en fe- uari kan de temperatuur tot min 20 ft 30 graden dalen, de sneeuw ligt er dan meters hoog. Het leven ln het dorp, waar de nachten lang en de dagen kort zyn, speelt zich in die zes wintermaan den af in de huizen. De woningen zijn van brokken leem opgetrok ken. De platte daken bestaan uit gevlochten takken, verhard met aarde, waarin een opening is uit gespaard voor de afvoer van rook. Het raam in de buitenmuur is wei nig groter dan een halve meter en is met uitzondering van de ar moedigste hutten voorzien van glas. De huizen, ten dele in de gronc gebouwd, bestaan uit meerdere naar beneden afdalende gedeelten. Het hoogst op de helling ligt de woon kamer, waar zowel gekookt als ge slapen wordt. In het midden staat soms een kacheltje, maar meestal vindt men er de „tandir" een in de grond gegraven oventje, dat door een in de aarde begraven kanaal naar de muur voldoende „trek" kan krijgen. Gloeit de inhoud een maal, dan wordt de opening naar buiten afgesloten Het vertrek vult zich met rook en walm, dat door de dakopening verdwijnt. By kou de dagen zijn de ogen van de bewo ners ontstoken door de roet „Men leeft dan", schrift onderwij zer Mahmut Makal, „zittend of lig gend in het schemerdonker op de aarden vloer, waar men van de rook het minst hinder heeft" Het huis wordt nauwelijks verlaten. Dringende behoeften pleegt men haastig tegen de buitenmuur te de- breekt In de zomer wordt van een zeer simpele dorpslatrine gebruik g vooral onder kinderen, wordt g tendeels door gebrek aan hygiëne veroorzaakt De brandstof in de tandir bestaat uit gedroogde mest. 's Zomers ziet men de vrouwen en meisjes achter de kudden aantrekken om de uit werpselen te vergaren, soms ln de verkoperde pannen van de keu ken, soms in de rokken „Land bouwdeskundigen uit de grote stad vertelden ons vaak, dat we de mest eigenlijk voor het land moesten ge bruiken", zegt Makal, „maar ze wisten geen antwoord als we vroe gen wat we dan 's winters moesten stoken". De mest wordt tot hom pen gekneed en tegen een kamer muur opgestapeld om te drogen. kastijdingen, eet afzonderlijk en doet wat haar man haar opdraagt. In deze afgesloten gemeenschap pen heeft de man de eerste rech ten. Loopt een vrouw langs de weg en ziet zij dat een man achter haar loopt, dan wacht zij met afgewend hoofd tot hij gepasseerd is. Zij hoort achter de man te lopen. Vanuit het woon-slaapverblijf komt men in de voorraadschuur, waar graan, gedroogde groenten en hooi ligt opgeslagen. Onmiddelijk daarachter ligt de stal. Alle bouw sels vormen één geheel. Wanneer de weersomstandighe den het toelaten, verzamelen de mannen zich van tijd tot tijd in een dorpszaaltje, waar ze praten en roken (de meeste jongens ste ken op hun zevende jaar hun eer ste sigaret op). Vrijdag gaan de mannen naar de moskee, ge kleed in jasje en broek, gestoken in klompschoenen of op sandalen met pet of hoed op 't hoofd. Verkiezingen in 1950. Een dorpsvrouw met het stembiljet in het „stemlokaal". De rol van de vrouw wordt nog hoofdzakelijk bepaald door de re gels van de Islam. Hoewel Fez en sluiter reeds lang verboden zijn en da grotere plaatsen de westelijke kleding overheerst (maar zelf ln Ankara verwekte onlangs de ver schijning van een ge-mini-rokte Engelse nog opschudding), wordt het leven in de geïsoleerde dorpjes nog door de oude zeden beheerst. De vrouw draagt lange, donkere rokken; het hoofd is veelal bedekt door een omslagdoek, die kin en mond bedekt. In de zomer, maar de armsten óók in de winter, lopen op blote voeten. Hoewel polygamie is afgeschaft, komt het hier nog voor dat een man twee, zelfs drie vrouwen be zit. Het zou in dit bestek te ver gaan op de „wouwenkoop" en zijn diepgewortelde zedelijke achter gronden in te gaan, maar vast staat dat een tweede vrouw niet door de overheid wordt geaccepteerd, en haar positie dus niet wettelijk is. Ex- kunnen, vooral voor haar kin deren, juridische problemen uit voortvloeien, zodra zy de besloten heid van de dorpsgemeenschap ver laten. De vrouw is in de familie dege ne, die het hardst werkt. Zy ploegt op het land, bakt het brood, kookt het eten, zorgt voor het vee en baart in hoge frequentie de nako melingen. De gezinnen zijn groot maar tengevolge van de kinder sterfte biyft het kindertal gemid deld tot vijf beperkt. De jeugd neemt tegenover de ouderen een zeer onderdanige hou ding aan, maar het respect waar mee de vrouw de man beje gent, valt niet te overtreffen. Hoe wel moderner opvattingen steeds verder in Turkse doordringen, be zet de vrouw hier in het diepe bin nenland een uiterst onderschikte plaats. Zodra zy tussen haar der tiende en vyftiende Jaar is uitgehu- welykt en de wederzydse families volgens gebruik de zoete „Pekmez" hebben gedronken, kan haar man Normaal ligt er jaarlijks drie maanden lang sneeuw in de dorpen in het hooggebergte van Oost-Anatolië. Deze foto van een huis van twee verdiepingen, dat door een sneeuwstorm werd bedolven, werd genomen in een uitzonderlijk strenge winter. volledig over haar beschikken, zy schikt zich in haar positie: zy zwygt in zyn nabyheid, incasseert Spoedig daalt de eerste nacht vorst over dit oostelijke Anatolië. Over enkele weken begint de regen te vallen, daarna is de hoogvlakte een prooi van de geselende sneeuwstormen. Wie dan niet ten minste over een stevige tent be schikt, is verloren. Provinciale po litici, plaatselijke leiders, afgevaar digden van dorpshoofden, kortom de mannen, hebben hun protestte legram over de huidige hulpverle ning naar Ankara gestuurd. Maar het zyn de zwygende vrou wen op wier schouders straks het volle gewicht komt te rusten. Zij moeten hun gezin ongeschonden door de barre winter loodsen. Zo als de zaken er thans voorstaan, zullen velen bezwijken. ttlIlllttlllllUlllllllllllllllll Minimin,minimi«in»am"i „„„mmhum» Wie op reis naar Indonesië in Egypte is geweest, heeft daar stellig kamelen gezien. Wie wel eens foto's van de sahara heeft bekeken, zal zich gemakkeiyk het beeld van een woestynkaravaan voor ogen kunnen halen. Kortom, in Europa beschou wen de meeste mensen de kameel als een dier, dat bij Noord-Afrika behoort zoals het paard bij Europa. Maar is deze zienswyze juist? Tegenwoordig wel, maar vroeger beslist niet. want de kameel is pas heel laat naar Noord-Afrika geko men. De Egyptenaren uit het ryk der farao's kenden die bultenaar be slist niet. Pas nadat de Perzen Egypte veroverd hadden deed deka- meel zyn intreden in het land van de Nyi. Denkt U echter niet, dat de verovering van Noord-Afrika door de kameel snel volgde! De bewoners van het oude Carthago kenden de kameel evenmin als de (veel oudere) Egyptenaren. Pas nadat de Romei nen Carthago verwoest en veroverd hadden verscheen de kameel op het Noordafrikaanse toneel. De Romei nen brachten de dieren er. Hoogst- waarschJjniyk geschiedde dit om streeks tweehonderd jaren na het begin onzer jaartelling onder de re gering van keizer Septimius Seve- rua. Hel duurde nadien nog een eeuw aleer de kameel werkeiyk vas te voet had gezet in dat deel der we reld en dus werkeiyk was ingepast in het bestel van Noord-Afrika. Dit was voor Noord-Afrika een feit van grote historische betekenis. Men bedenke, dat de (tot het Romeinse Ryk behorende) Noordafrikaanse gebieden toen byzonder welvarend waren. De kameel als transportmid del droeg er beslist toe by om die welvaart in stand te houden. An- derzyds echter kwam dat bloeiende land nu veel meer dan vroeger open te liggen voor aanvallen uit het zui den. De woestyn was een natuur- lyke bescherming geweest, maar ook de daar wonende nomadische volks groepen zagen al spoedig de bete kenis van kamelen ln om snelle en succesvolle raids uit te voeren. Tien tallen jaren vóór de Arabieren Noord-Afrika veroverden, hadden die woestynnomaden reeds grote schade toegebracht aan de eens zo welvaren de Noordafrikaanse delen van het Romeinse Ryk. zy konden dit pas doen, nadak zy de kameel als rjjdier hadden in geschakeld. Geen wonder dus, dat historicus de komst van de ka meel in Noord-Afrika een zegen.0 en een vloek heeft genoemd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 9