bouwt wereldrijk in ló jaar Frits Philips: Als ik niet meer geloof in groei, ga ik heen Anton zingt toontje lager PHILIPS „Een onderneming ontstaat altijd uit twee dingen: de hob by van een kerel om iets te gaan doen en een geldschieter, die daar wat in ziet. Ik geloof niet zo in de ondernemer die uitsluitend handelt vanuit het oogmerk om winst te ma ken. Als je niet een zekere lol hebt om een vak goed te beoefenen, dan ben je te eenzijdig en daardoor geen goed koopman. De Philipsen vroegen veel van hun mensen, maar hadden er zelf ook echt plezier in om er iets van te maken". Dat is de zienswijze van ir. F. J. Philips, president van het huidige, wereldomvattende Philipsconcem, dat in de week van 18 tot en met 25 september het 75-jarig bestaan viert. De kerel met de hobby was in 1891 Gerard Philips, 33 jaar, werktuigkundig ingenieur met bijzondere belangstelling voor elektrotechrwiekZijn hobby: het experimenteren met de kooldraadlamp. De geldschieter, die er wat in zag was Gerards vader, de Zaltbommelse bankier B. F. D. Philips. Samen begonnen zij in een leegstaand textielfabriek je te Eindhoven met een vennootschap Philips en Co, die met een beginkapitaal van 75.000 werd opgericht. Met behulp van door een stoommachine aangedreven machientjes en tien arbeiders stortte Gerard zich op zijn hobby. In 1892 werd de eerste order van 300 gloeilampen verzonden naar de Goudse stearine kaarsenfa briek. Tee jaar later stonden vader en zoon voor de keuze het bedrijf te liquideren of een wijder afzetgebied over de grenzen te zoeken. Zij oeslo- ten tot het Laatste en Gerards broer Anton (20) trad in dienst ais verkoper. In 1896 begonnen de Philipsen aan een reeks uitbreidingen, die tot de dag van vandaag niet meer is op gehouden. Nu, na 75 jaar, wer ken er 252.000 mensen bij Phi lips in meer dan honderd lan den. De omzet is gestegen tot acht miljard gulden per jaar. Ir. Frits Philips, zoon van Anton, werd in 1905 geboren. Voor hij in 1939 tot directeur en in 1961 tot president van het Philips-concern werd benoemd, had hij de groei en ontwikkeling van het bedrijf van huis uit kunnen volgen. En hij verhaalt er graag van. Het gebeuren in een onderne ming hangt meestal af van een paar mensen, die de conceptie heb ben gehad. Zonder mijn oom Ge rard te kort te willen doen moet ik zeggen, dat het toch vooral mijn vader was, die het bedrijf groot maakte. Het lag trouwens ook in zijn lijn. Hij was de man, die de prod uk ten moest verkopen, hoewel hij daarbij zijn broer niet kon mis sen, want die was immers dege ne, die voor de produktie moest zorgen. Toen in 1894 de binnen landse omzet te gering was en wend besloten een nieuw afzetge bied over de grens te zoeken, was er moed voor nodig om dat te ver wezenlijken. Vader besloot het Roer gebied te bestrijken, waar hij moest opboksen tegen de Duitse gloei lampenindustrie, die in Berlijn was geconcen treerd. Vader ging iedere ochtend met de mijnwerkerstrein naar Duitsland en daar bezocht hij met zijn monster- koffertje de kleine installateurtjes, omdat de groten zich bij de Ber- lijnse produkten wilden houden. Het /K3BW iSS* «I Toen de eerste wereldoorlog uit- heeft veei doorzettingsvermogen ge- cr gIasba„on. ko6t om er voet aan de grond te krijgen. Maar het lukte en er werd nen meer uit Bohemen. In Eind- gekeken naar "euwe exportlanden, hoven werd daarom een eigen glas- daT deh'deSrdrlloÏ fabriek g«^"wd. Philips was goed lampenfabriek van het Europese in de vacuümteehmek en daarom vasteland was. En dat we in tel wa- kwamen de ziekenhuizen in de oor- ren bliikt uit het feit, dat vader -au- in 1904 naar Berlijn ging om daar vra8en "m ™ntgenbuIZen het gloeilampenkartel op touw te te repareren. Dat was het begin zetten. Dertig jaar was hij toen. Vfm onze activiteit op röntgenge- Daar zouden we nu niet aan dur- ren beginnen. Tegenwoordig ben je b,e<L nog maar een broekie ais je der- j->e oor)0g bracht ook andere orrt- Üg bent. wikkelingen. De legerstaf vond ki Het botste nogal eens tussen oom buitenlandse vliegtuigen, die in Ne- derland noodlandingen maakten, ra- Gerard en vader, vooral aès de Abuizen. of Philips die kon nama- eerste moeite had de orders uit te ken? Natuurlijk kon Philips dat. En weren, die de ander had afgesk* °°f°g bleef het bedrijf ra- dio-onderdelen maken, ten. Dan moest er bard worden In 1921 trok oom Gerand zich mi aangepakt onder het motto: Mijn- leiding van de onderneming te- heer Anton moet z'n lampjes krij- rug. Mijn vader werd directeur. Hij begon al spoedig aan de plan- ®eo" nen om een compleet radiotoestel Vader dacht altijd vooruft, hij op de markt te brengen. Maar het was de motor van de zaak. Hij moest een toestel zijn dat beter wist gelukkig wel werk te delege- was dan alle andere. In 1927 kwam ren. Zo omstreeks 1907 werd be- het toestel en dat gaf het bedrijf gonnen met de vorming van een een enorme impuls. Een jaar la- staf specialisten op technisch en ter werd de 10 000ste en ook de commercieel terrein. In tal van 20.000ste werknemer aangenomen, landen wenden verkoopkantoren in- al werd het bedrijf enkele jaren la- gericht. ter, toen de crisis haar tol eiste. Hij was niet gemakkelijk, vader, weer ingekrompen. Toen in 1906 dertig personeelsleden De aanpassing in de crisistijd op 1 mei een vrije dag eisten wer- viel niet mee, omdat vele landen den zij onmiddellijk ontslagen, want eigen produkten beschermden kwam anders wil de rest vrij hebben op de export in gevaar. In die tijd de katholieke heiligendagen en dat werd besloten in die landen in zijn me er te veel. Maar toen het eigen fabrieken te gaan produceren, puntje bij het paaltje kwam moch- De crisis leerde bovendien, dat ten ae toch n dienst blijven. wij op meer dan twee benen dien den te staan. En dus werd er ge werkt op het gebied van het zen den en de geluidsversterking. In de crisis ging de research door. Dat was nog iets zeldzaams. Philips was een van de grootste industriële researchlaboratoria ter wereld. In 1939 ging vader heen. Er kwam hem te veel nieuws. Hij voelde, dat hij zijn plaats aan een ander moest afstaan. Nieuw begin De opvolging was geen probleem. Philips heeft altijd het geluk ge had zeer bekwame medewerkers in de top te hebben. Een van hen was ir. P. F. S. Otten, die met naaste medewerker en n 1939 zijn opvolger als president van de on derneming. De oorlog van '40 brak uit en ik was reserve-officier. Het lag daarom voor de hand. dat mij als directielid werd gevraagd in Ne derland de zaak bijeen te houden, terwijl ir. Otten met de overige directieleden naar Amerika uit week om van daaruit de buiten landse bedrijven te leiden. M<jr. doel in de bezettingsjaren was: zo wei nig mogelijk voor de vijand ma ken, het personeel sauveren en de organisatie intact houden. Het ging niet altijd gemakkelijk, maar we zijn er door gekomen, ook al was er van het bedrijf in 1945 maar weinig over. De na-oorlogse opbouw werd ge steund door een geweldig enthou siasme van alle Philipsmensen. Goed, we hadden de stroom mee: de vraag was groot en op aie vraag hebben we tot vandaag kun nen doorstomen. De toepassing van de elektronica kreeg bovendien een ongelooflijke ontwikkeling. In twaalf jaar tijd was het aantal produkten verdubbeld. Als we het tijdvak 19501965 nemen dan zien we dat het personeel in die vijftien jaar driemaal zo groot is geworden, de salarispost achtmaal zo groot en de omzet ook achtmaal zo groot. Het is jammer, dat vader die nieuwe ontwikkeling niet meer heeft mo gen meemaken. Keuken Tot zover ir. F. J. Philips. Dr. Anton Philips overleed op 7 okto ber 1951, in het jaar dat zijn be drijf dat toch voornamelijk zijn schepping was, zestig jaar bestond. Het is haast onvoorstelbaar hoe één man in staat is geweest een bedrijf als Philips te maken tot een concern, dat tot die grootste ter wereld mag worden gerekend. Dezer dagen is onder de titel Ar»tcm Philips, de mens. de onder nemer een Prismaboekje versche nen, geschreven door prof. P. J. Bouman. Prof. Bouman heef: m zijn levensbeschrijving van een on dernemer aks Philips met alleen een inricht willen geven in diens leven en werk, maar ook willen onderzoeken welke kwaliteiten de mens tot groot ondernemer stem pelen. Vanzelfsprekend is het boek door mijn zuster was getrouwd en sinds spekt met anekdotes die bij een 1924 in het bedrijf werkte. Hij viel man als ,,Baas Anton" voor het helemaal in de aard van mijn opscheppen liggen. En natuurlijk vader, een man, die altijd, bij dag ontbreken niet de uitspraken, die en bij nacht, oereid was om alles in de Philipsgemeenschap legenda- en alles te doen. Hij werd vaders risch zijn geworden, zoals „doe iets helemaal goed of doe het niet. Het Philipspersomeel heeft zich bij het 75-jarig bestaans feest van het bedrijf niet on betuigd gelaten: het bracht een bedrag van 1.085.000 bij een, waarvoor de directie op 23 september een beiaard com pleet met toren wordt aange boden. De 45 meter hoge to ren is gebouwd nabij het nieu we Evoluon te Eindhoven. want alles wat daartussen geeft maar ellende". Een andere stelregel, cfie Anton Philips er vooral bij zijn jonge me dewerkers inprentte was deze: „Hoe beter je keuken, hoe beter het maan dat je opdient. Zorg er dus voor dat je keuken goed is en de kost uitstekend. Anders eten de klanten het niet! F. TAN SLUIS (Van een onzer verslaggevers) Eindhoven Zoals hij daar zon dags op de tribune van PSV Zit is hij het type van een leraar, die moeilijk orde kan houden, een vrien delijk en zachtmoedig mens, die een ietwat opgeschroefde joviali teit gebruikt als tegenwicht van een aangeboren verwaandheid. Onzin natuurlijk. Ook deze man laat zich niet op uiterlijkheden be oordelen en in Eindhoven mo*-t men dat ook niet proberen. Daarvoor kent men Mijnheer Frits' te goed. Men heeft hem zien komen als knaap van twaalf jaar aan de hand van vader Anton, als deze zijn zoon op zaterdagochtenden de draadtrek- kerij liet zien en men heeft hem zien groeien naar het president schap van een van de grootste con cerns ter wereld. Mijnheer Frits, wiens achternaam is te vinden in de huizen van miljoenen families over de hele aardbol, op koelkasten en lampen, op radio's en stofzui gers, op scheerapparaten en tv- toestellen en op vele tientallen an dere produkten. Ir. F. J. Philips (61) staat sinds 5 jaar aan de top van het machtige Philips-rijk: 40.000 weiknemers in Eindhoven, 87.000 in Nederland, 252.000 personeelsleden in de ge hele wereld, 65 fabrieken in eigen land en honderden fabrieken en ne derzettingen in ruim honderd lan den in alle werelddelen. Verwachte omzet in 1966: acht miljard gulden. Getallen kunnen indrukwekkend zijn, maar ir. Philips kijkt liever octaven1 is bereikt. Boven dien kunnen alle klokken mee spelen als het automatisch speelwerk br werking is, wat eveneens uniek mag heten. Ten slotte kunnen de klokken naar helieven hard of zacht spelen. De beiaard, die 61 klokken De klokken zijn gegoten door omvat, is uniek in Europa, de bekende gieterij van de omdat er een omvang van vijf Gebroeders Eijsbouts te Asten. De grootste heeft een diame ter van 1.75 meter, d^ klein ste van 18 centimeter. Zoals gebruikelijk hebben en kele klokken een naam gekre gen. Zo zijn de zwaarste klok ken genoemd naar de beide grondleggers van het Philips- concern Gerard en Anton Phi Kps. Voor wie het interesseert: Anton zingt een toontje lager... naar de mensen, de fabi de produkten, die achter len staan. Vooral die mei ben de grote aandacht werktuigkundig ingenieur lijk zou ik het grootste pli ben in een gewone machi zonder meer"), die, voor president van het concern noemd, zich jarenlang me! soneelsbeleid heeft bezigg Mijnheer Frits mist het ment en de geladenheid Anton. Maar hij heeft ee zeer belangrijke eigenscl erfd: de intense belangste de mens in het bedrijf. X Philips zich soms intens den met de persoonlijke 1 standigheden van zijn voor zoon Frits met zijn k joen medewerkers is dat e doenlijke zaak geworden, siders weten hoe hij zich beeld de huisvestingsmi zijn personeel aantrekt als mee door middel van bri gesprekken wordt geconfri Nummergevoel Trachtte vader Anton al voorkomen, dat het in de zo beruchte nummergevo meester maakte van zijn zoon Frits gaat op die i weg door. „Als ik in de fabriek k« altijd weer onder de indni enthousiasme waarmee wo werkt en van de vaardigl kunde, die in zo'n bedrij mengebald. Ik geloof, alleen mogelijk is door sen vrijheid in verantwooi te geven. Het is belangri verantwoordelijkheid aan i geven, niet alleen in de 1 ties, maar over de geh« Dit geldt ook voor het personeel. „Als iemand is van een kanarieverenigi geweldig doet dan mag h toch niet volstaan met een tomatische handelingen a radiotoestel te verrichten" Deze opvatting is een van wat wij zouden wille! de „Philips-formule". Dan formule heerst er bij Phil arbeidsvrede, die uniek is 75 jaren van het besta zich nog nooit één stakin daan. Philips heeft altijd vooro waar het de inschakeling mens, van de werknemer, bedrijf betrof. Men kent nen, de personeelsraad en nemingsraden. Maar over zeggenschap van de w heeft ir. Frits Philips uitgesproken mening: hij niets voor om een werkn tegenwoordiger op te nen raad van commissarissen In het personeelsorgaai hij dezer dagen: „Ik v<X zaglijk veel voor, dat de i volledig mogelijk worden over het hoe, waar en wa moeten óók hun mening dereen echter, die een be en daarin verantwoord* draagt, weet, dat, wil zo goed draaien, er een o moet zijn. En die organis één leiding. Anders werkt In een goed bedrijf heb je hoefte aan een systeem i een mee beslist. Hoe mei zich hun verantwoordelijk wust worden, hoe meer moeilijke problemen kunf praten. Maar alleen als anders wordt het een plaats van een organised

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 12