ftfflïS
,de zilveren hamer"
BEZORGINGSCONTROLEUR
WOENSDAG 17 AUGUSTUS I960
LEIDSCH DAGBLAD
dadelijks vervolgverhaal
Uit het noors
vertaald door
S. T. v. d. Nolle-
Oomkens
door Vera Hendriksen
De bijgebouwen van de hoeve la-
en dicht bij elkaar, sommige waren
„liegen elkaar aan gebouwd. Een eind
jrderop lagen de gebouwen waar de
jfeigenen huisden, en meer oost-
aarts, op een verhoging rond een
waren de slaapplaatsen van de
its. Tore had nooit minder dan
itig vrijen op zijn hoeve wonen,
Ijls meer, zodat er met het
_itvolk en de lyfeigenen meege-
tend een aanzienlijke huishouding
verzorgen viel.
in evenredigheid met het aantal
Miers stonden er voorraadschu-
en opslagplaatsen op het erf ver-
reld, waardoor Bjarköy de aanblik
een uitgesterkte bezitting bood.
foe meeste gebouwen waren uit
'«teen en aarde opgetrokken en had-
en een plaggendak, dat op houten
alen rustte. Maar het gebouw, waar
belde Sigrids en de kleine Asbjörn
iepen, was geheel van hout.
's Avonds, in het veilige duister
het bed, vx>elde de oude Sigrid
•h verplicht, haar schoonzus-
•Aftr deelgenote te maken van haar
owelijkservaringen. De Jongste Si-
ld wist voldoende af van de ver-
weed «ding tussen man en vrouw. Wat
takte i niet al gezien had bij de dieren
klei-1 de hoeve, was ze nog wel op ruwe
,1. )ze te weten gekomen door toespe-
Tq gen en grappen van de knechts
giechelend gefluisterde confiden-
*en,ï 5 van de meiden. Ze wist ook heel
ied, dat Tore een liefje had op Gry-
en dat er werd gezegd dat Si-
ird de vader was van het kind, dat
n der dienstboden op Trondarnes
t voorjaar ter wereld had gebracht.
De oude Sigrid was dit alles op de
logte; ze was zelfs immers zulke
agen vroeger thuis ook gewend ge-
est. Maar toch vond ze, dat ze nog
allerlei dingen moest praten,
n toen ze eenmaal begonnen was,
lomde haar verhaal als een beek
iet voorjaar, steeds verder en ver-
totdat het een rivier geworden
L. 23
was sinds haar huwelijk niet
op Sola in haar oude huis ge
Bt en geen van haar vroegere
endinnen had haar ooit bezocht,
nilie had ze niet in haar omge-
en het enige vertrouwde waren
bedienden, die ze van huis had
tomen, maar met hen kon ze
over haar moeilijkheden spre
Ie wist heel goed, dat Sigurd haar
sluitend om haar bruidsschat had
juwd. Van jongsaf had ze thuis
£ten aanhoren dat geen man haar
haar schoonheid zou ne-
Sigurd had er dan ook nooit
[heen gedraaid, dat hij haar geld
meer op prijs stelde dan paar
ikheid, en hij had zich dik-
b bruut en onbarmhartig tegen-
i haar gedragen. Ze maakte het
mooier dan het was, toen ze
r schoonzuster daarvan vertelde,
j daarom kon zij het huwehjks-
I niet anders beschouwen dan als
I doodsbed, beweerde ze.
doodsbedOvermand
r haar gevoelens verloor ze alle
heersing en barstte in een to-
5 huilbui uit. De trotse Sigrid
sdochter schudde van de huil-
Jinpen, en het bed ging bedenke-
I kraken.
brede, schokkende rug 'bood
keHjk een meelijwekkende aan-
grid Toresdochter moest denken
de dag dat ze met Tore was
1 zeilen op zee, toen er onver
een zware mist was ko-
bopzetten: de naargeestige vogel-
ten, het verstarrende, klamme ge-
j, de wanhoop de kust niet meer
men bereiken precies dezelf-
jst maakte zich ook nu van
i meester.
Sigrid, zei ze. alsof ze tegen
een kind sprak, maar Siglrd toch,
en zonder dat ze besefte, hoe ze
daarbij kwam, ging ze verder!
Sigurd heeft zich misschien ook
erg ongelukkig gevoeld, heb je daar
wel eens aan gedacht?
Maar het enige antwoord was een
luid gesnik. Asbjörn werd wakker en
begon te huilen, maar zijn moeder
hoorde hem niet eens.
De jonge Sigrid haastte zich, hem
te sussen en ten slotte sliepen zowel
het kind als zijn uitgeputte moe
der. Maar het duurde lang eer Si
grid Toresdochter de slaap vatte. zy
dacht aan de ruzies, de scherpe, on
aangename stemmen van haar broer
en schoonzuster gedurende die win
ter, dat ze bij hen op Bjarköy had
den gewoond. En ze was er wel ze
ker van, dat Sigrid Skjalgsdochter
zelf ook schuld had aan haar on
geluk.
Sigurd was niet altyd boosaardig
en ruw. Wanneer ze terugdacht vaan
haar jeugd, vond ze toch allerlei goe
de herinneringen aan hem.
Zo had ze eens gehuild, omdat
haai- speelgoed stuk was. Hy had
haar op strenge toon gemaand.
De dochter van een hoofdman
toont geen verdriet, Sigrid, maar
toch had hy toen zelf het speelgoed
weer voor haar gemaakt.
Zij moest denken aan Freya, de
godin van de huwelyksliefde, die
reed in een door katten getrokken
wagen.
Arme Freya wat heb je een
moeilyk leven, dacht ze, en voor ze
in slaap viel; prevelde ze: Ik zal
een offer aan je brengen een of
fer voor Sigrid
Sigrid Skjalgsdochter leek haar
schoonzuster na die nacht te ontwy-
ken. Haar optreden was veranderd,
er was iets schuws, byna onderdanigs
over haar gekomen, en in haar blik
lag soms een stomme bede om mede-
gewei. Maar over hetgeen er ge
beurd was repte ze met geen woord.
Sigrid Toresdochter kreeg meer
vryheid van beweging; nu had ze
tussen haar bezigheden door ook ge
legenheid, nog eens haar lievelings
plekjes op het eiland te bezoeken,
voordat ze voorgoed hiervandaan
ging.
Er was na het voorval by de ha-
?en niet veel meer over van de hoop
volle spanning die ze gevoeld had by.
het nieuws van haar aanstaande
huwelyk. En na de biecht van haar
schoonzuster was de moed haar he
lemaal in de schoenen gezonken.
en familie trekken; de broers von
den het blijkbaar geen enkel
bezwaar om haar uit te huwebjken
PANDA EN DE MEESTER GELDZAMELAAR
69. De heer Pannekoek van de Hulp Organisatie voor Onder
ontwikkelde Personen krabbelde overeind en dofte zijn hoed op.
„Arme Achtergeblevene!" sprak hij, zich tot de verbaasde Hya
cinth wendend. ,JJier heb je geldelijke steun namens de Hulp Or
ganisatie voor Onderontwikkelde Personen. Wees er zuinig mee en
gebruik het goed!"
„Onderontwikkeld?" vroeg Panda verbaasd. ,Jlij houdt heel erg
van de natuur, en hij kan prachtige gedichten maken!"
„Een bewijs temeer!" verklaarde de ambtenaar. Juichten is uit
de tijdDat doen alleen nog misdeelden, werkelozen en achterge
blevenen. Maar met dat geld zal hij keurige dingen kunnen doen
en een nuttig lid kunnen worden van onze maatschappij. Nu kan
hij zich dingen veroorloven, die vroeger onmogelijk voor hem wa
ren. Hij zal 7iu in gerief en gemak kunnen leven, warm en behaag
lijk!"
En dat was precies, wat Hyacinth ook dacht.
Twee man willen
agent doodrijden
(Van onze correspondent)
Twee Haagse onderwereldfiguren
hebben gisteravond een politiewagen
geramd en hebben geprobeerd een
agent dood te rijden. De mannen
werden op heterdaad betrapt by het
forceren van parkeermeters. De po
litieman maakte een noodsprong
doch liep toch nog enkele lichte ver
wondingen op.
De agent betrapte de mannen in
Paleisstraat. Eén zat in een dub
bel geparkeerde auto met draaiende
motor, de andere was bezig met het
openbreken van de meters. De agent
reed de wachtende auto klem en wil
de uitstappen. Op dat moment sprong
de man met het breekyzer in de
wachtende auto van zyn vriend, die
met volgas de politiewagen ramde.
De auto raakte het portier van de
politiewagen en de agent kreeg een
gevoelige klap.
Desondanks zette lay de achtervol
ging in, maar door de beschadigingen
aan zyn auto moest hy al spoedig
iggevonden. Het 1
uren tevoren gestolen
voor de stadsbezorging gevraagd.
Werkzaamheden: toezicht by uitgifte aan de bezorgers,
regeling en hulp by bezorging klachtenbehandeling en
wykencontrole.
Werktyden dageiyks van 3.15 tot 6 uur of later, indien
dit nodig is. Zaterdagen 11.45 tot 2.15 of later Indien
noodzakelijk.
Aanmelden by het LEIDSCH DAGBLAD Witte Singel 1, Lelden
Geen sollicitanten van buiten de stad.
RECHTER TIE EN DE MOORD IN HET FORT
27. Tsjiao Tai buigt zich naar voren en wijst op een scheef ge
slagen spijker in de vloer, waarvan de scherpe kop een halve centi
meter uitsteekt. Rechter Tie knielt neer bij de vondst en bekijkt de
spijker nauwkeurig. „Prachtig", zegt hij, „dat klopt precies met mijn
theorie. De kras op de pijl waarmee Soe vermoord werd, is wel
degelijk een belangrijke aanwijzing. Kolonel Mow, wilt u zo goed
zijn deze spijker te bekijken. U zult dan rode schilfertjes zien op de
uitstekende kop en op het hout rondom. Ik zou graag willen, dat u
die schilfertjes als bewijsmateriaal verzamelde. „De kolonel is
enigszins van zijn stuk gebracht door de gebiedende toon van de
Rechter. „Wat wilt u met die schilfertjes bewijzen?" vraagt hij ge
prikkeld, maar toch hurkt hij neer en verzamelt ze voorzichtig op 'n
dun vel papier. ,J)ie schilfertjes zullen vermoedelijk bewijzen dat
kapitein Tsjeng onschuldig is aan de moord", zegt Rechter Tie.
Intussen probeert Tsjiao Tai nog steeds te bedenken ivat de Rech
ter precies ontdekt heeft. Waarom had hij de boot plotseling laten
keren toen hij vertelde dat de Koreanen Pak en Yie de betaling
verwachtten voor drie oorlogsjonken? Wat hadden oorlogsjonken
te maken met de moord op ondercommandant SoeEn waarom zijn
deze schilfertjes zo belangrijk
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJB FOK
I 596. Gelukkig had Brammetje snel zijn fout in de gaten. Hij
II bracht de zandloper weer in de goede stand terug en nu zorgde hij
11 ervoor, door stevige zeemansknopen in dikke touwen te leggen, dat
l j de betovering van het kasteel voorgoed was geweken.
Prinses Aquamarinde droogde haar voeten en haar tranen.
1„Een feestmaal", zei ze gul, toen Bram was teruggekeerd uit de
torenkamer. „We gaan allemaal smullen".
J „Hoerrra", kraste lekkerbek Tutu.
I „Eens kijkenwat hebben we nog", telde de prinses op haar
vingers na. „Nog een half wild zwijn, dat mijn man in de veertiende
eeuw heeft geschoten pasteitjes uit de zestiende eeuw appelen
en peren uit achttienhonderdzoveel
„Het spijt me", zei Brammetje haastig. ,Jk zou graag meeëten
maar ik heb al teveel tijd verloren".
Ze doken het goede schip Kokanje in en voeren weg. Lang werden
ze nagewuifd door prinses en prins.
„Wat jammer, dat ze niet konden blijven eten", zei de prinses.
„Ach, ze waren misschien verlegen om aan onze deftige tafel te
zitten", zei de prins. Aan die opmerking kon je merken, dat hij
eeuwenlang een uil was geweest.
Eind» van dit verhaal.
c,c sas*- --
H"i~ .T-.Tr""1" ""1
•TTarur"-
"TEE»"" NO
- WNW
Kr*,,'ITU,r H"'~"