Joego-Slavie lokt de toeristen toerisme MEER „ZENUWPEESJES DAN „BLEEKNEUSJES" INTERPRETATIE IDEOLOGIE ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1966 LEIDSCH DAGBLAD Onder de communistische satellieten neemt Joego-Slavië een uitzonderingspositie in. Tijdens mijn laatste bezoek vroeg ik mij telkens af: is dit nog wel een communistisch land? Natuurlijk wordt het uitsluitend door de communistische partij bestuurd en volgt men er officieel de marxistische ideologie, maar deze leer wordt zeer liberaal geïnterpreteerd, zo .ketters' zelfs, dat vooral op economisch terrein de zogenaamde .kapitalistische' begin selen van vraag en aanbod, van concurrentie en winst worden toegepast. Droomkust Over het geheel genomen is Joe go-Slavië een arm land met een niet bijzonder vruchtbare bodem. Tito heeft dan ook besloten om twee nieuwe bronnen van welvaart aan te boren: grote industrieën en het toerisme. Wat het laatste be treft doet men werkelijk zijn best. De luxe-hotels met hun grote ap partementen doen in niets ondeer voor de Hiltonhotels.in het Westen. De economen in dit land hebben alles op één kaart gezet. In elke stad van betekenis bouwen ze een groot en allermodernst luxe-hotel met gepeperde prijzen en hopen zo doende met één slag de grote winst binnen te halen. Of die gok gelukt is. is een andere vraag. Men vindt er óók wel hotels van de klasse A en B. doch wanneer men een ka mer wil hebben, moet men die tij dig laten reserveren. In dit geval neme men contact op met het Na tionaal Joegoslavische Verkeersbu reau in Den Haag. Plaats 11a. In 1938 beschikte dit land slechts over 300 kilometer goede geasfal teerde autowegen, na 1945 is dit ge stegen tot 600. Uitstekend is de au toweg naar Zagreb en vandaar naar Belgrado. Maar een eóhte sprookjesweg is het traject langs de kust, dus ongeveer beginnend bij Pula in de Kvarnerbocht en van daar langs Opatija, Rijeka en dan verder de droomkust langs tot Du- brovnik en de grens van Albanië. Deze kuststrook met de pittoreske stadjes op en in de kalkrotsen is uniek. Onconventioneel De regering weet welke schatten zij hier bezit. Maar hoe onconven tioneel het communistische systeem is, blijkt wel uit het feit dat de Opatye, centrum van de Joegoslavische Rivier a floor prof. N. Greitemann Zelfs in februari en maart, kan men 's morgens op de berghellingen van Opatija ski-lopen en 's-middags een bad nemen in de Adriatische Zee. De schoonheid van deze kuststrook werd dan ook reeds door de Romei nen ontdekt, daarna door de repu bliek Venetië en ten slotte door de Oostenrijkse monarchie die van de ze bocht 'n prachtige Rivièra heeft gemaakt. Van hier kan men langs de prachtige autoweg uitstapjes maken tot aan het schilderachtige Dubrovnik of het eiland Korcula, maar nog mooier is misschien een boottocht langs deze droomkust. De stadjes op de vooruitspringende kalkrotsen lijken dan op glinsteren de kristallen, afstekend tegen het diepblauwe fluweel van water en lucht. Ook hier heeft, de regering van Tito op een paar centrale punten een ultra-modern luxe-hotel ge bouwd, maar men vindt er ook klei nere gelegenheden waar men voor vol-pension per dag gemiddeld tus sen 11 en 23 gulden betaalt. Het is wel tekenend, dat. h er alle hotel- prijzen in dollars zijn genoteerd Al les is op het toerisme ingesteld: minstens op elke 50 kilometer ont dekt. men een benzinepomp. Overi gens is de benzine goedkoper dan in Italië en Oostenrijk. Er zijn ook hier en daar super-markets waar men voor wein g 'geld uitstekend fruit, vis-<specialitieiten en vooral goedkope pruimen-jenever (sliwo- w-'tz) kan krijgen. Het is vooral ern voordeel, dat de koers van de dinar in het binnenland biina gelijk is aan d.e van het buitenland. Kaarsen Een bruidje van het platte land. deelstaat Kroatië tezamen met Oos tenrijk een veldtocht van het toe risme op touw heeft gezet onder het motto: blauwe Donau blauwe Adriatische Zee. De liberalisatie is al zo groot, dat er onderling voor Joegoslaven, Ita lianen en Oostenrijkers geen visum plicht meer bestaat. Nederlanders hebben nog wel een visum nodig, maar zij krijgen het binnen een paar uur. De route gaan dan van de grens naar Zagreb, de hoofdstad van Kroatië, waar men gemakke lijk twee dagen kan doorbrengen, want deze stad is inderdaad veel meer het culturele centrum dan Belgrado. Wanneer men dan genieten wil van een uniek natuurschouwspel, moet men via Karlovac en Slunj naar de meren van Plitvice gaan. Bepaalde gedeelten van de straat weg zijn weliswaar in een dusdani ge toestand dat de Joegoslaven daaraan de spotnaam hebben gege ven van 'Zwitserse straat', omdat hij doet denken aan de kaas van Emmental met de vele gaten. Maar voor dit ongemak wordt men in Plitvice ten volle beloond. Op een groot terrein van 19.000 hectare bevinden zich daar vier boven el kaar gelegen terrassen met-14 grote en 11 kleinere meren die de won derlijkste watervallen vormen met de rijkste kleurschakeringen. Men kan er tussen die meren en water vallen urenlang wandelen en dan 's avonds uitrusten in het moderne hotel Plitvice. Lange zomer Van hier bereikt, men in weste lijke richting de droomkust: voor eerst Rijeka (vroeger Fiume) en dan 't onovertroffen Opatije (vroe ger Abbazia). Het klimaat is er zo zacht, dat men hier negen maan den zomervakantie kan houden. Joego-Slavië is een land van de grootste tegenstellingen: luxe aan de Rivièra en ai-moede op het plat teland, moderne industrie en ou derwetse landbouw zonder tractor, maar met- paard of os, waarbij voornamelijk vrouwen en meisjes 't werk doen. In geen land worden de buitenlanders zo vriendelijk door de kinderen nagewuifd als hier. Toch heerst ook hier de liberalisatie, want 99 procent van de bodem is in particuliere handen. Daar de lo nen en salarissen laag zijn, moet in elk gezin zowel de man als de vrouw werken. Wanneer zij vlijtig en zuinig zijn, kunnen zij van de staat een stukje grond voor 99 jaar pachten en daarop voor eigen re- kerning of met staatssubsidie een huisje bouwen. In het seizoen ver huren zij het geheel of gedeeltelijk aan toeristen. Voor het gespaarde geld kan menigeen ook ."een auto (klein formaat) kopen, daarom be zit Joego-Slavië de meeste auto's in vergelijking met de andere satel lietstatenIn Zagreb met 600.000 inwoners zijn er ongeveer 60.000. Ook kleine bedrijven van hand werk. nijverheid, handel en hotel wezen mogen in particuliere beheer zijn, op voorwaarde dat men niet meer dan vijf of zes werknemers heeft, waarbij het aantal gez'nsle- den niet wordt meegerekend. Alleen de grote bedrijven zijn zogenaamd genationaliseerd maar ook hier past men liberalisatie toe. De grote bedrijven zijn wel niet in het bezit van particulieren, maar in hun planning en beheer blijven ze autonoom. Het gevolg is dat dit land met zijn half-communistische, half-liberale systeem tussen twee stoelen zit. Het krijgt daarom niet voldoende financiële steun, noch van Moskou noch uit het Westen. Tito die in het gehele land veel sympathie geniet, heeft dus overal in het buitenland geld opgenomen, maar dit kapitaal werpt nog geen vruchten af. Een bekend econoom zei dan ook: „Het. blijft een expe riment en we weten niet of het lukt. Het kan ook mislopen" Dat komt ervan. Wanneer men niet zui ver in de leer is. Maar Tito blijft De vieren en vraten van Plitcive. optimistisch en de meeste slaven eveneens. sendi Joego-Slavië is theoretisch welis waar communistisch, maar nergens heb ik zoveel kruisbeelden langs de weg gezien die overal met verse bloemen waren gesmukt. In Zagreb, de grootste universiteits- en indus triestad, ontdekt men in de oude stadsmuur plotseling de zogenaam de „Steenpoort van Maria". Of schoon het een publieke passage is. staan hier dag en nacht honderden kaarsen te branden voor een schil derij van Maria. Voor een klein i bedrag kopen de menscen alsof het heel normaal is een kaars, ste ken die op en gaan weer verder naar hun kantoor of de fabriek. Is dit nog een communistisch land? In zeken opzicht wel. want op de scholen houdt men vast aan de Marxistische ideologie en dus ook aan het atheïsme. De diep gelovige vrouw van een diplomaat vertelde dat zij haar kinderen naar kost scholen in het Westen heeft ge stuurd, omdat niet alleen zijzelf, maar ook haar kinderen het atheïs tische 'gedaas' niet kunnen ver- drgen. Maar in het algemeen wordt de Kerk niet vervolgd, de regering neemt er geen notitie van, zij is a-religieus en ook a-moreel. Een vrij hoge functionaris vertelde als pikanterie, dat veel meisjes van wat losse zeden tijdens het seizoen aan de Rivièra neerstrijken. Op mijn vraag of dit wel strookt met de communistische leer omdat een dergelijk verschijnsel typisch kapi talistisch zou zijn, antwoordde hij: „Het communisme is een sociaal en economisch stelsel en geen moraal- systeem". Tuberculose komt in de kinder leeftijd praktisch niet meer voor; met tbc-gevallen heeft de centrale commissie voor uit zending van kinderen naar buiten, „Kinabu", niet meer te maken. En het zijn ook niet in de eerste plaats de „bleekneusjes", die naar „kolonies" worden gezonden, hoe wel die 'er zeker nog zijn. Maar het accent is de laatste jaren voor een groot deel verlegd naar de „ze nuwpeesjes". De laatste uitdrukking heeft mis schien een wat harde klank, maar tekent zeer duidelijk de kinderen, die daarmee worden bedoeld, en wordt gebruikt in een publikatie van een instelling, die daarmee dage lijks te maken heeft, de Neder landse Katholieke Vereniging voor Kinderuitzending. De Haagse Raad voor Kinderuit zending komt in zjjn jaarverslag over 1965 tot dezelfde conclusie „De voornaamste indicatie is ner- vositas, met als tweede de sociale indicatie, waaruit is vast te stelten dat de uitzending voor 4/5 in het psychische vlak is komen te lig gen". Voor de tweede wereldoorlog, zo vertelde ons dokter A. J. M. Bru- na. hoofd van de afdeling jeugdge zondheidszorg van de Haagse GG en GD, werd he tgrootste aantal kinderen om hun lichamelijke zwak te uitgezonden. Nu gebeurt dat voornamelijk om hun nerveuze aard of om hen van sociale moei lijkheden te ontlasten. Gebroken gezinnen De meeste kinderen, die worden uitgezonden, komen uit de grote steden, vooral uit Rotterdam en Den Haag. Het zjjn kinderen uit gebroken gezinnen die kampen met huisvesting of andere moeilijkhe den. Milieu-omstandigheden en ge zinsmoeilijkheden speten in zestig procent van de gevallen een rol. De grootte van een gezin, vaak gerelateerd met de huisvesting, is meer dan eens de factor, die de uitzending van een kind naar een ..koloniehuis" noodzakelijk maakt. Er zijn echter meer oorzaken. We noemen de „flatneurose", die kan ontstaan door geluidshinder of door gebrek aan speelruimte, het veel van huis weg zijn van ouders, die samen uitgaan en de kinderen aan hun lot of aan de verzorging door derden overlaten en het vaak af wezig zijn van moeders, die overdag werken. Mevrouw H. A. Postma-Van Al- bada, pedagoge in het Kinabukin- dertehuis in Soesterberg, schrijft in het jaarverslag van „Kinderen naar buiten" over 1965 over het wonen in grote steden: „Dit be tekent meestal weinig speelruimte thuis en weinig gelegenheid om vei lig buiten te speten. Het drukke ver keer en de woningnood belemme ren het kind in 't voldoen aan één van zijn voornaamste behoeften: ruimte". Ruimte en tijd „Gebrek aan ruimte is een ver schijnsel van onze moderne tijd. Al zijn er dan ook openbare speel plaatsen, deze bieden echter, bete geld en afgebakend zoals ze mees tal zijn, zeker voor het gr tere kind te weinig grotere gelegenheid tot avontuur. Een ander modern verschijn sel", aldus vervolgt mevrouw Post- Olll ma. „is het gebrek aan tijd. Hoe veel ouders hebben nog tijd om er met hun kinderen op uit te trek ken. de natuur in (niet ze eind te vervoeren in een auto). Tijd om met hen te speten? Het gebeurt nog wel, maar het gebeurt te weinig, on danks de meerdere vrije tijd. Trou wens, de vrije tijd van de anderen betekent voor de moeder dikwijls juist meer werk". Mevrouw Postma stelt voorts vast: „Komen de kinderen uit de goede gezinnen dus al vaak te kort, zoveel te meer is dit het geval in de gezinnen, waar moeilijkheden zijn". Zij gaat, ter illustratie van deze bewering, de herkomst na van de kinderen, die vorig jaar door Kinabu zijn uitgezonden: 11 kinderen uit onvolledige ge zinnen (één der ouders overleden of ongehuwde moeder» 49 kinderen van gescheiden ou- 28 kinderen uit een disharmo nisch huwelijk; 6 kinderen waren in een trau ma geraakt door het plotseling overlijden of verongelukken van een gezinslid: 26 kinderen, van wie één der ouders, meeütal de moeder, ziek was; 19 kinderen, van wie één der ouders invalide of psychisch ge stoord was: 69 kinderen, van wie de moeder de situatie thuis niet aan kon; 40 kinderen kregen thuis te wei nig aandacht, hetzij door onmacht hetzij door onwil; 23 kinderen, bij wie er sprake was van opvoedingsfouten; 30 kinderen waren verwaarloosd 9 kinderen uit zeer zwak sociale gezinnen; 19 kinderen uit armoedige ge zinnen 58 kinderen, van wie de ouders slecht behuisd waren; 32 kinderen met moeilijkheden op school. Voorts waren er 41 kinderen waarschijnlijk ook van aanleg ner veus, terwijl 71 kinderen op me dische indicatie werden uitgezon den, hoewel van nervositeit geen sprake was. Milieuverbetering Een probleem dat thans alle aandacht heeft, is dat het kind ■na een verblijf van zes weken of hooguit drie maanden in een kin dertehuis, weer terugkeert in het gezin en dus weer terecht komt in het wereldje van problemen. Dokter D. de Vries, hoofd van de afdeling geneeskundige toezicht van de GGD in Rotterdam, heeft eens gezegd het wenselijk te ach ten. dat tijdens het verblijf van het kind in het koloniehuis het gezin een aangepaste zorg krijgt, opdat, als het kflnd weer thuiskomt, be paalde schadelijke invloeden kun nen worden weggenomen of ver kleind. Daartoe, zo meent hij, is er behoefte aan een uitgebreid en deskundig apparaat, dat ook de nazorg kan vervullen. Een andere suggestie in dit ver band gedaan door dr. E. M. Jans- sen-Emmer, arts van de afdeling jeugdhygiëne van de Amsterdamse GGD, luidt: „Het is van belang dat alleen die kinderen worden uitgezonden, van wie kan worden verwacht, dat de uitzending resul taten zal afwerpen in die zin, dat zij gesterkt in de ruimste zin des woords zulten terugl in hun eigen milieu". Ook in de koloniehiuzen. de< pedagoge mevrouw wordt geprobeerd het kind i wapenen, dat het zich bij t( 'lan< komst in het oude milieu bet' kunnen handhaven. „Natuu.' Stags zo vervolgt zij. „bereiken wij: weken niet het ideaal, mai'fpers begin van de verbetering i belangrijk. Een kind is al eer. geholpen, als het ziet, dat het .8U teren zijn moeilijkheden te winnen". >n Ai detai tnan Di •eigeinif" Er is, dat is duidelijk, vo« nabu een grote en vaak beslis! t gemakkelijke taak te verf eder Men is zich daarvan terde?; ia/°r wust en juist daarom staa: 'ed- angstig tegenover het dreig-" van het ministerie van Voif zondheid, dat de subsidie, over men tot nog toe jaarlij» beschikking heeft gekregen. worden ingetrokken omdat h zendingwerk met de volkf heid niets meer te maken heef van tuberculosegevallein geen ke meer is. Nog dit jaar zal, wordt verwacht, de beslissing ten vallen of dit ministerie i iray, dies blijft verstrekken of da' ministerie van Cultuur, R«: zuj In d Vast staat, aldus de Haags* Br una, dat voor het werk koloniehuizen meer subsidie n zakelijk is, omdat staf en iö ken ting moeten worden veffl ïord „Want", zegt hij, „er blijft 1 T: langrijke plaats voor de uitz© a daar ben ik van overtuigd". Bpeel vei and:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 10