Stately
Homes
een fijn volk
Het is
Zorg dat voedsel u
niet ziek maakt
Jsfi tbc. I
MY CASTLE
IS MY
HOME,
MAAR
'TIS WEL
DUUR
ZATERDAG 2 JULI 1968
LEIDSCH DAGBLAD
L.D.-EXTRA t
(W)ETENSWA ARD
Elk Jaar komen we weer aanzeulen met de
zelfde waarschuwing, want elk jaar weer blijkt
het nodig te zijn.
Zomerdiarree, ook wel buikgriep
genoemd, Is een infectie, die veel
voorkomt in het warme Jaargetijde.
ZIJ wordt veroorzaakt door salmo
nellabacteriën. Deze salmonellose,
zoals de ziekte eigenlijk heet, is een
typische voedselinfecfcie. Zij doet
zich vooral in de zomer gelden, om
dat de ziektekiemen een warme om
geving nodig hebben om zich te
vermenigvuldigen. Het is Juist het
grote aantal salmonellabaoteriën
dat ons ziek maakt, In ons land
veroorzaken vooral vlees en vlees
waren deze voedselvergiftiging.
Geen reden overigens om ze niet
meer te gebruiken, maar wèl om er
op de Juiste wijze mee om te gaan.
Voorkom de verspreiding van
ziektekiemen door een goede keu-
kenhygiëne.
Was altijd uw handen met wa
ter en zeep vóór u het eten gaat
klaarmaken ook in de vakan
tie! Gebruik een aparte doek in
uw keuken als handdoek en
zorg ervoor, dat die handdoek
schoon is. Papieren handdoekjes
zijn dus eigenlijk wel gemakke
lijk.
Laat zo min mogelijk thee- en
vaatdoeken vuil in de keuken
slingeren. Spoel ze uit en droog
ze vlug; als het kan in de zon.
Voorkom vermenigvuldiging van
ziektekiemen in het voedsel door
koeling of door verhitting.
Bewaar vers vlees zo kort moge
lijk rauw, tenzy u het gekoeld
kimt bewaren en dan ook niet
langer dan 2 dagen. Vleeswaren
mogen alleen gekoeld bewaard
worden. Hebt u geen koelkast,
gebruik ze dan nog dezelfde dag
door koken en bakken worden
alle bacteriën gedood. Kies daar
om bij voorkeur vlees, dat door
en door gaar gegeten wordt,
vooral als u voor enkele dagen
te gelijk vlees koopt. Proef geen
rauw gehakt. Ook het „broodje
tartaar" is niet te vertrouwen.
Plastic verpakkingsmateriaal
houdt de kleur van het vlees
goed, maar weert of vertraagt
het bederft niet. Neem het vlees
daarom, zodra u het in huis hebt
uit de papieren of plastic ver
pakking.
Koel resten zo vlug mogelijk af
in een open pan (eventueel in
een bak met koud water) onder
af en toe roeren. Zet ze uitslui
tend afgekoeld in de koelkast.
Verwerk geen resten door vers
gekookt voedsel.
Wees heel precies met resten
voedsel van de vorige dag. Als u
hun uiterlijk, geur en smaak ook
maar even niet vertrouwt, gooi ze
dan weg, hoe Jammer u dat ook
moogt vinden.
Wanneer u in een restaurant eet
zult u moeten vertrouwen, dat de
hygiëne in de keuken voldoende is
en dat de gerechten, die daarvoor
in aanmerking komen, inderdaad
gekoeld bewaard zijn.
Alle hotels, café's en restaurants
ontvangen ook dit jaar een oircu
laire van het Voorliohtingsburea'
voor de Voeding over het voorko
men van voedselvergiftigingen.
Gebruikt u iets aan een stalletj
dan kunt u mede toezien op de hy
giëne. Een slaatje, dat u bestelt be
hoort terwijl u erbij staat uit
de koelkast of koelvitrine te worden
gehaald Gebeurt dit niet dan kunt
u beter iets bestellen dat „door en
door" verhit wordt, terwijl u erbij
dat de reparatiekosten f. 20.000 zou
den bedragen. Ik ben geen zaken
vrouw, maar toen moest ik wel. We
begonnen dus het huis op te poet
sen, wandtapijten te laten restau
reren, gordijnen te reinigen, een
restaurant in te richten, brochures
en kaartjes te laten drukken, sou
venirs in te kopen En toen kwam
de eerste rekening: f. 150.000. Nu,
tijdens het seizoen, moet het huis
er steeds schoon en toonbaar uit
zien en worden verwarmd, en die
kosten zijn ook niet voor de poes.
Die malachiet open haard, en ook
de andere grote vuren, vergen' elk
50 kilo kolen als ze worden inge
legd. Eerlijk gezegd is dit soort le
ven te zwaar voor me, maar er is
geen keus: er bestaat eenvoudig
geen koper voor Thoresby Hall".
LONGLEAT HOUSE
Ook voor Longleat House (hon
derd vertrekken, driehonderdvijf
enzestig ramen en wie zal ze
lappen?) bestaat geen koper. Lord
Bath, de zesde markies van Bath
en eigenaar van Longleat House,
is de man die het Stately Homes
Bedrijf begonnen is en hij is dus
wel ter zake kundig.
„Longleat House verkopen? Het
heeft geen prijs. Onder de bezoekers
was eens een man uit Texas die
het wilde kopen. Hij bood me een
miljoen pounds voor huis en inhoud
en begon al een cheque uit te schrij
ven. Niet gedaan natuurlijk. Het
huis heeft geen prijs, maar gezien
al de schilderijen, de boeken (ik
heb hier het allereerste boek dat
ooit in Engeland gedrukt is), de
wandkleden, het meubilair, zou vijf
miljoen nog niet genoeg zijn. Toen
het in 1580 werd gebouwd kostte
het 8016 pounds, 13 shillings en
8 1/4 pence. Het kost me vandaag
drie maal zo veel enkel en alleen
om de regen buiten te houden".
Lord Bath spreekt in cijfers en
getallen zo groot als Longleat House
zelf. Sinds hij in 1947 begon zijn
er zeker twee miljoen mensen door
zijn huis getrokken, voor hem be
tekent dat twee miljoen welkome
halve kronen fl. 1,25). Waar
aan hij nog een behoorlijke som
gelds moet toevoegen om Longleat
House voor verval te behoeden.
„Ik doe alles om mensen te trek
ken. We hebben ze te hard nodig.
Daarom geven we rock-concerten
op het grasveld. Elk experiment
is de moeite waard als het geld
binnenbrengt voor het onderhoud
van het huis. Als Stately Home-
zakenman ben ik nog zo slechts
niet gevaren, en ik had theoretisch
misschien wel een winstje kunnen
maken als ik niet met Anobium
Tessellatum zat. Hij is mijn erg
ste vijand, het doodkloppertje. HIJ
alleen heeft me al over een miljoen
gekost Ik heb al kilometers en ki
lometers houtwerk door nieuw la
ten vervangen, en ik ben hem nog
niet kwijt. Hij kost me 3500 pounds
per jaar, maar dat is nog maar een
klein deel van de twee-en-een-hal
ve ton die Longleat House me
jaarlijks kost".
Als Lord Beth door dergelijke
getallen uit het veld geslagen
wordt, hoe zouden wij, die geen
365 ramen te lappen hebben en
geen dak van het jaar 1500 lekvrij
hoeven te houden, hoe zouden wij
niet geïmponeerd zijn? Het is uit
louter armoede dat de rijke upper
crust van Engelands samenleving
zijn historische paleizen en kaste
len voor het publiek he-ïft moeten
openstellen.
Om een dak boven het hoofd (en
de kamers vol waardevolle familie-
schatten) te kunnen houden heeft
het een deel van zijn normale
huiselijke leven moeten prijsgeven.
Voor de toerist die er binnenstapt
zyn de Stately Homes een museum,
maar voor de bewoners is dat mu
seum in de eerste plaats een home.
Hoe zou u het vinden als drommen
zoals croquet, gehaktbal ol
i frites.
De slagers hebben een aan de
aard van hun bedrijf aangepaste
waarschuwing gekregen van de Ve
terinaire Hoofdinspectie voor de
Volksgezondheid. Ook hier is de be
langrijkste aanbeveling dat vlees
en vleeswaren voortdurend in koel
cel of koelvitrine bewaard moeten
worden. Als consument kunt u hier
op toezien.
HARDWICK HALL. DERBYSHIRE
vreemde mensen door uw huis trok
ken, al uw prulletjes bekeken, de
tapijten versleten en na aangenaam
verpozen in de tuin de schillen en
de dozen achterlieten?
BERKELEY CASTLE
Het is begrijpelijk dat heel wat
Stately Home-eigenaren zonder
plezier of zelfs met weerzin het pu
bliek ontvangen. Zoals Captain
Berkely, eigenaar van Berkeley
Castle, het oudste bewoonde kasteel
in Engeland. De Berkeley-woning
is achthonderd Jaar oud, compleet
met cel waarin koning Edward
II werd vermoord; het is een
authentiek fort, vol smalle gan
getjes die het moeilyk maken de
toeristenstroom zonder stagnatie te
verwerken.
En het heeft een gat in een
muur: herinnering aan Cromwell
toen deze het kasteel belegerde- „We
mogen het gat niet dichtmaken",
zegt Captain Berkeley, „Als we dat
doen heeft de regering het recht
het hele kasteel over te nemen. En
Captain Berkeley vluoht liever naar
zijn tweede huis zodra de toeristen
zijn fort en home belegeren, dan
het familiekasteel aan de Natie
over te dragen en „van hun gunst
leven".
RAGLEY HALL
Heel anders is de houding
van Lord Hertford, die met
vrouw en drie kinderen in het
zeventiende eeuwse Ragley
Hall woont. „Ik verkoop zelf
kaarten en brochures en het
kan me niets schelen dat de
mensen naar me staren en
dat doen ze! of tegen elkaar
fluisteren: ..Dat is Lord Hert
ford of als ze foto's nemen
of om een handtekening vra
gen. Het is absurd, maar ik
vind het leuk.
Alleen onze logé's, en we heb
ben nogal veel logé's, reageren niet
altyd zo; die voelen zich niet op
hun gemak als ze in de bibliotheek
zitten of aan 't ping-pong spelen
zyn en wildvreemde mensen ko
men binnen om te kyken". Maar
Lord Hertford kan het zyn logé's
niet beter naar de zin maken, want
ook hy strydt tegen dood klopper
tjes en houtworm, verrotting, lek
ken en verval.
BLENHEIM PALACE
Engelands ryke aristrocatie van
voorgaande eeuwen heeft zyn twin-
tigste-eeuwse erfgenamen niet al
leen een landgoed nagelaten, maar
ook een baan. En dat zovelen die
baan, zy het schoortvoetend toch
accepteren is omdat er geen alter
natief is: huis en haard verlaten
willen de meesten niet. Deze uitla
ting van de Duke of Marlborough,
eigenaar van het bekende Blen
heim Palace, somt het op: „Of ik
ergens anders zou kunnen wonen?
Dat is een vraag. An Englishman's
home is his castle."
Vooropig zyn er nog genoeg toe
risten die dat castle (en by voor
keur de kasteelheer incluis)
met eigen ogen willen aanschouwen
en een dagje naar Blenheim Pala
ce, Berkeley Castle, Longleat
House of een van de vele andere
Stately Homes trekken om de ka
mer te zien waar de eerste konin
gin Elizabeth lunchte of de put
waarin Edward II werd gegooid,
het vlinderkooitje dat konin
gin Mary in 1920 aan een Stately
Home-bewoner schonk of de plaats
waar Rizzio, geliefde van Mary
Stuart werd vermoord, de gesig
neerde foto's die de huidige En
gelse vorstin aan de Hogen in het
Land heeft opgedragen of de haar
lok van Engelands eerste Eliza
beth, de oorspronkeiyke gordynen
die al sinds 1740 voor dezelfde ra
men hangen, de kunstschatten, het
meubilair, het antieke zilver en
porcelein dat nog gebruikt wordt,
de familieportretten met namen die
in Shakespeare en het schoolge
schiedenis boek voorkomen, kortom
een brok Engelse geschiedenis, die
echt verweven is met de geschie
denis van Engelands grote, vooraan
staande families.
TOEKOMST
„Maar", en Lord Marlborough
is niet al te optimistisch, „ten
slotte is er maar een klein per
centage mensen dat dit soort uit
stapjes naar andermans home
ambieert. En ik veronderstel dat
zy die het huis eenmaal hebben
gezien, geen tweede keer komen.
Niemand weet hoe lang deze ra
ge nog zal duren".
En als deze rage ophoudt, ter-
wyi het doodkloppertje door
vreet en het dak vanzelf niet beter
wordt, wat dan? Dan zullen Enge
lands beste Stately Homes wellicht
weinig veranderen, ze zullen musea
biyven, alleen onbewoond en
zonder de attractie van Lord
of graaf Zus en Zo die kaartjes
verkoopt of, onzichtbaar, misschien
toch wel ergens in het huis aanwe
zig is. Voor andere Homes is er de
minder illustere toekomst als va
kantiekamp, vermakeiykheidspark
of ruine. De huidige generatie is
misschien wel de laatste die in het
voorvaderiyk paleis of kasteel de
scepter en met de entreebiljetten
zwaait: hun erfgenamen kunnen
straks wellicht niet eens de mil
joenen aan successierechten op
brengen en krygen mogeiyk niet
eens de kans de strijd tegen de ele
menten en het doodkleppertje aan
te binden.
DE FOTO'S:
1. Blenheim Palace. een ca
deautje van Queen Anne aan de
eerste Duke of Marlborough, is in
luxe en grandeur de achttiende-
eeuwse Engelse repliek op het Ver
sailles van Lodewyk XIV. Het pa
leis wordt bewoond door de huidi
ge Duke of Marlborough, die ylings
naar zyn privévertrekken vlucht
zodra de toeristen zyn Versailles-
achtige Home binnenstromen. De
toeristen gedragen zich over t al
gemeen goed, maar „iedereen heeft
tegenwoordig een hond, en als er
tweeduizend mensen in Je park
rondwandelen Een kfeer vond ik
al myn schapen in de vyver: nage
jaagd door een Duitse herder".
2. Het minst grandioze as
pect van Blenheim Palace, een pa
leis dat gebouwd werd om te impo
neren, is deze sobere, Victoriaanse
slaapkamer. En toch is hy een van
de grote attracties: Churchill werd
er geboren. „Ik heb het ka
rakter van de kamer bewaard" zegt
de Duke of Marlborough, maar
een paar persooniyke bezittin
gen van Sir Winston toegevoegd.
En we hebben twee plakboeken van
de begrafenis gemaakt. Ik pro
beer telkens iets nieuws te verzin
nen om bezoekers te trekken.
3. Hardwlck Hall. een van de
heel weinige Stately Homes die door
een vrouw gebouwd zyn. Het plaat-
seiyk rijmpje beschryft het
prachtige Elizabethaanse bouw
werk aldus: „Hardwick Hall, More
glass than wall" (meer glas dan
muur) Naast iets van dat glas, op
een met wandkleden behangen
muur. wachten de familiepor
tretten op de drommen bezoekers.
Engelands Stately Homes bergen
niet alleen schilderyen van Enge
lands grote schilders, maar teven
de portretten van mannen en vroi
wen die Engelands geschied
nis maakten.
Vele van Engelands "State
ly Homes", de huizen of palei
zen van 's lands vooraanstaan
de families, zijn, in al hun soms
bodemloze luxe, uit armoede
voor het publiek opengesteld.
Over de rijkdommen en de
luxe vertellen de brochures en
de gidsen, over de bittere
noodzaak die van hun "home"
een toeristenattractie maakt,
vertellen enkele van de huidige
bewoners, telgen uit oude en
vaak illustere geslachten.
„Elke week wandelen er tweedui
zend totaal onbekenden myn huls
binnen en de meesten van hen ne
geren me totaal. Het heeft me heel
wat moeite gekost daaraan te wen
nen, of liever, ik ben er nog
niet aan gewend, na zeven jaar
In 't begin maakte ik me druk over
de moddervoeten op de tapyten.
Maar ik heb die voeten nu een
maal hard nodig
Zo vertelt Countess Manvers, een
van de vele Engelse Stately Home
bewoners, die hun woning voor het
publiek hebben moeten openstellen
om de kosten van onderhoud en be
lasting aan te kunnen. „Ik peinsde
er niet over Thoresby Hall, dat een
honderd Jaar geleden door een
voorvader werd gebouwd, open te
stellen.. Totdat bleek dat het dak op
invallen stond en me werd vertelt
De kamer waarin Sir Winston Churchill werd geboren in
Blenheim Palace. Woodstock. Oxfordshire.
Hollandse vrouwen. Maar myn
vrouw zou de vuilnisemmer gewoon
laten staan, ook al is hy vol en
achteraf haar beklag doen. Ze zal
hoogstens een voor by ganger verzoe
ken te helpen duwen wanneer myn
auto niet wil starten. Het zou zeker
niet by haar opkomen om te zeg
gen: „Jongen, geef my de helft van
dit pak kranten, anders kom je niet
op tyd klaar." Dat is immers niet
ladylike. Nederlanders zal het een
zorg zijn of iets deftig is of niet. zy
schilderen hun eigen huis op, niet
uit zuinigheid, maar omdat het nu
eenmaal gedaan moet worden en de
beroepsschilder geen tyd heeft. Ik
ken een ingenieur die best een paar
losse guldens kan missen, maar toen
zyn riolering verstopt was, groef hy
hem zelf op en verving de bulzen,
zomaar op zyn vrye dag. wy En
gelsen gaan eindeloos zitten wach
ten tot iemand het voor ons komt
doen."
,,Daar zit iets inprevelde va
der gevleid (hij is een echte zelf
doener).
„Daarom," vervolgde de buiten
landse gast, „zei ik: het zijn fijne
lui. Ze verbeelden zich niets."
Verheugd schonk ik hem nog eens
thee in. Gek, dat er een vreemde
ling moet komen om je te wyzen op
een evidente karaktertrek in je
eigen volk.
„Het is alleen zo jammer dat Jul
lie jeugd er anders over denkt,"
ging de Engelsman voort. „O, niet
alle jongelui hoor. Maar de geest
van hulpvaardigheid en moedig
aanpakken schynt toch te tanen.
Drie opgeschoten knapen kunnen
zonder een vin te verroeren rustig
staan kyken hoe iemand probeert
zyn voertuig uit de modder te kry
gen. Komen er enige oudere man
nen voorby, dan springen die on-
middeliyk toe, al komen ze ook tot
de nek in de blubber te zitten. De
jeugd kykt toe en lacht."
Ik kan geen kwaad horen van de
Jeugd en begon te protesteren. De
Engelsman bleek echter niet van
zyn standpunt af te brengen.
„De Jonge mensen hier dreigen
te hoogmoedig te worden en dal
begrijp ik eigeniyk niet. want z#
hebben toch het voorbeeld van
hun pittige ouders voor ogen."
„U heeft geiyk," zei vader, de
zelfdoener met twee onhandige
zoons, „de knapen zyn als de dood
om hun handen vuil te maken."
„Neen!" riep ik uit, ,,'fc is niet
helemaal waar. Goed, er schuilt
onder de moderne jeugd veel lam
lendigs. Maar let eens op als er
werkeiyk een catastrofe dreigt: hoe
voltallig de Jeugd de mouwen op
stroopt en gaat helpen. Duizenden
kinderen nemen wekelijks aan al
lerlei acties deelze zamelen geld in
voor vluchtelingen, voor achterge
bleven gebieden, voor alles en leder
een die geholpen moet worden; dlk-
wys nemen ze zelf het initiatief tot
zo'n actie. Ik geloof alleen dat da
aard van de hulpvaardigheid aan
het veranderen is. De moderne
jeugd voelt zich opgenomen ln een
groot verband, zy loopt eerder warm
voor een collectieve nood. een groot
doel, een gebeurtenis waarby zy met
z'n allen kunnen aanpakken, wy
ouderen beleven onze stoerheid
meer individueel, meer gericht op
de buurman dan op de naaste, als
u begrypt wat ik bedoel. Myn zoons
zullen my zelf de keuken laten ver
ven zonder er een hand naar uit ta
steken, maar voor een wereldom
vattend probleem durven ze zich
wel in te zetten, met hun hele per-
sooniykheld en alle kracht. Ze zien
die wereld als een in nood verke
rende planeet en daardoor merken
ze de ln moeihjkheden verkerende
buurman nauweiyks op."
„Mogeiyk, maar dat is geen ty
pisch Nederlandse eigenschap meer,"
zei de Engelsman spits.
Gelukkig niet, het is een wereld-
omvattend idee. Ik kan me leven
dig voorstellen dat drie jongen»
vol leedvermaak naar een tob
bende volwassene staan te kijken i
ze houden niet van volwassenen.
Maar geef ze een buiten alle pro
porties uitgegroeid probleem om
er hun tanden in te zetten; ze bij
ten toe met al de felheid en het
idealisme van de jeugd.
En ze zyn solidair, tot in het ab
surde toe de hemel by dank
Wanneer in Madrid aan de Jonge
ren onrecht geschiedt, gaat de
jeugd van Amsterdam, Londen en
jeugd van Amsterdam. Londen Pa
rijs, Warschau demonstreren tegen
dat onrecht. Iedere harte kreet van
iedere jeugdgroep op de wereld
vindt weerklank in de rest van de
wereld by de daar levende jeugd.
Het moge dwaas van my zyn maar
ik zie een dergeiyke solidariteit lie
ver dan de individuele stoerheid van
ons. wy kunnen onze eigen boon
tjes doppen. De jeugd dopt geen
boontje®, maar strijdt voor het be
staansrecht van de eigen generatie.
Noem dat maar niets!"
THEA BECKMAN
Op het Ascot mode-toneel verscheen deze jonge
dame in een beige linne nkostuum met bloemetjes-
hoed.
..Ziet u", zei de Engelsman
toen hij zijn theekopje neer
zette, ..ik ben nu al een jaar in
Holland en nog altijd verbaas
ik me over de Nederlanders.
Ik vind het een fijn volk."
We dachten dat hij beleefd
wilde zijn en om in beleefdheid
niet voor hem onder te doen
spraken we hem niet tegen.
Maar misschien keken we toch
een beetje sceptisch want hij
lachte.
„Ik meen het. Nederlanders we
ten van aanpakken, ze hoe moet
ik het zeggen, ze voelen zich niet
gauw te goed voor een ander kar
weitje. Neem nu eens uw eigen
vrouw. Vorige winter toen er een
dik pak sneeuw lag ging ze zonder
meer uw zoon helpen by zyn kran-
tenwyk, omdat hy anders te laat
zou komen voor zyn clubavond. Als
uw autoaccu leeg bhjkt zal ze zich
niet ontzien om de auto te helpen
aanduwen. Wanneer uw zoon ver
geet de vuilnisemmer voor haar bui
ten te zetten, doet ze het zelf. Zo is
niet alleen uw vrouw, zo zyn al die
^overpeinzing j