LOU VAN REES jjjlfj KENT DE POPPENKAST "MIJN GEHEIM: ALTIJD OP HET JUISTE OGENBLIK MET IETS KAPPEN" Tachtig orkesten ZATERDAG 4 JUNI 1968 LEIDSCH DAGBLAD L.D.-EXTR Playboy klinkt wat onvriendelijk. Maar hij heeft er wel het uiterlijk van. Niet groot, sportief en zwaar gebouwd. Een gegroefd gezicht, flink gebruind, en donker haar dat niet te lang is, maar ook niet te kort en een tikkeltje grijs. Een donkerblauwe coltrui onder een lichtblauwe trui met V-hals. en open slippers. Zijn donkere, waakzame ogen achter een gouden bril verraden echter dat hij zich allerminst als een playboy gedraagt, maar als een hard en uitgekookt zakenman. Lou van Rees, een impresario die goud verdient. „Mijn geheim?" Hij gaat even verzitten en zegt lachend: „Ik heb altijd op het juiste ogenblik met iets gekapt. Altijd proberen het toeval te vlug af te zijn". Vóór de oorlog was lk musicus. In '47 ben ik ermee gestopt. Want vroeg of laat word je aan de kant gezet. Dat heb ik aan mijn vader gezien, die zat ook in de muziek. Nu coach ik zo'n tachtig orkesten door Europa, voornamelijk West- Duitsland. Dat verdient goed. Ik ben 25 jaar getrouwd. We heb ben geen kinderen. Dus we kunnen alles voor onszelf gebruiken. Het meeste gaat op aan de watersport". „Zaken als het Knokke-festival doe ik er eigenlijk naast. Het is ten goede business. Als de ploeg wint, gaan ze met een paar mille naar huis. Toch niet gek. Ik ver wacht veel van dit groepje. Mar- tine Bijl is voortreffelijk. Een knap kind. zy zal het met haar chan sons goed doen in het chauvinis tische Knokke. Ik werk altyd een jaar vooruit. Toen ik van het vorige festival thuiskwam, begon ik de zelfde dag plannen te maken voor nu. Een goed ploegje, maar ik heb een hard hoofd in de eerste plaats. We hebben nu twee keer gewonnen. Dat Nederland voor de derde ach tereenvolgende keer eerste wordt, zullen ze tot elke prijs proberen te voorkomen. Maar je weet het nooit. De tegenstanders kunnen heel zwak zyn. Dan moéten ze ons wel kie zen. In het land der blinden is één oog koning. Ik herinner me die Oostenrijkse zanger een paar jaar geleden. Hij kwam zó (beeft zelf met zijn behaarde bruine han den) de Bühne op. Hij zong niet eens en ging af als een gieter. De volgende dag sprong een landge noot in, een journalist die toevallig kon zingen. Dan lachen de anderen, begryp je wel. Weer een kansheb ber minder. Net als bij de Rallye van Monte Carlo. Als er aan de struiken inrijdt, wrijft de rest zich in de handen". In '64 zorgde ik zelf voor hila riteit. Toen had ik mijn witte smo king thuis laten hangen. Ik had er niet op gerekend dat we zouden winnen". SLAVENDRIJVER „Ik moet een slavendrijver zyn anders wordt het niets. Niet té streng natuurlijk. Trouwens dat hoeft ook niet. Ze begrijpen het zelf drommels goed. Vooral de pla tenmaatschappijen moet ik achter hun vodden zitten. Zij verzorgen de kostuums en kapsels. Het moet allemaal af zyn. De arrangementen en teksten moeten ruim op tijd klaar zijn en niet op het laatste nippertje geschreven worden. Zelf stel ik het programma samen niet omdat ik zo'n hoge dunk heb van mezelf, maar omdat ik geloof dat één man dat moet doen. Anders wordt het los zand. De presentatie en de verschijning is op zo'n festi val doorslaggevend". „Janneke Peper is een typisch meisje. Als ze hier met haar moe der op bezoek is, zit ze twee uur op de bank zonder een woord te zeg gen. Ik vrees het ergste als ze ge ïnterviewd wordt: er komt niets uit. Maar op het toneel verandert zij op slag. Dan leeft ze. Omgekeerd is erger. Ik heb het meegemaakt met een zangeresje, dat in Duits- guur, een lief gezichtje en de band opnamen klonken heel aardig. Maar toen ik haar in werkelijk LOU VAN REES uitzicht over de Vinkeveense plassen SCHIJNHEILIG „Beatmuziek? Er zijn veel goeie groepen. De Beatles, de Motions ook en de Tielman Brothers. Maar het is niets nieuws, dat ritme bedoel ik. En het draait allemaal om het geld. Het is harde business. Ik ge loof niet in dat culturele gedoe zo als bij die protestsongs. Met een schijnheilig engelengezicht op de Bühne en dan de winst met schep pen over de balk smijten. Alleen zo'n vrouw als Nina Simone, in zo iemand geloof ik. Zij is een negerin Zij meent wat ze zegt, als ze rassendiscriminatie zingt. Ik hf ner me het Modern Jazz Qui Op het toneel gedroegen ze ziel priesters met baarden en erd gezichten. Allemaal show, aan image bouwen. In de kleedk* liepen ze te vloeken en aten ze; hun handen". ^iOU van Rees kent ie pop kast. HU Is in zUn levtn in wat kleedkamers geweest Oo! die van Knokke. Maar zjn i smoking zal er in juli wel har HANS MCLT Lou van Rees met zijn tenorsaxofoon op de voorgro nd) in het [ietsregiment in Den Bosch (1937). In dienst zat ik by het fietsregi ment in Den Bosch. Ik speelde in de band en blies tenorsax op de fiets. Een paar jaar geleden heb ik nog eens op diezelfde flets ge zeten in het televisieprogramma Dit is uw leven. Ik heb ook nog samen gewerkt met myn vrouw. Ze zat ook in het amusementsvak". Lou van Rees denkt vooruit waar het geld verdienen betreft. Na de oorlogmusiceert hy nog twee jaar- Dan breekt de impresarioperiode aan en daarmee het tydperk van de nachteiyke jazzconcerten. „Fan tastische tyd. Van Count Basie hield ik het meest. Lekkere onge compliceerde swing. Ik heb hem vier keer hier gehaald- Als de band speelde, stond ik tussen de coulis sen. Ik had het gevoel dat ik zo zou kunnen meeblazen als er iemand uitviel. Ik maakte grote winsten, maar verloor soms ook in één klap 1300 gulden". RISICO „Je hebt nooit honderd procent zekerheid. Dat is het risico van dit vak. Ik heb Sammy Price eens hier CULTUREEL „Culturele waarde van een song festival? Is er niet. Maar dat hoeft ook niet. Daar lopen ze hier nou altyd over te zeuren. Alles moet al tyd op een cultureel hoog niveau staan, anders is het zonde^of ver derf eiyk. Daar kan ik me zo aan ergeren. De mensen willen geamu seerd worden. Dat worden ze toch met zo'n Knokke-festival? Er ge beurt van alles". „Er wordt in verschillende talen gezongen, er lopen leuke meisjes rond en er zit spanning in door het wedstrydelement. Meer willen de mensen niet als ze 's avonds in hun luie stoel naar de televisie zit ten te kyken. Dat schynheilige ver zet tegen reclametelevisie vind ik ook zo zielig. Net of we nu zulke hoogstaande programma's hebben. En dat eindeloze geklets over gods dienst en seksualiteit. Wat gaan my andermans seksuele problemen aan? Als ik 's ochtends in de auto naar Hamburg ryd, wil ik muziek horen, by dat geleuter val ik in slaap. In Duitsland zet lk altyd de AFN aan". Een geschenk van Louis Armstrong gehad, voor een tournee door Euro pa. In het begin liep alles op rol letjes. Het beloofde een goede zaak te worden. Bovendien veel pret on derweg, want je kon lachen met Sammy. Toen kwam de klap. De paus stierf. Alle concerten ten zui den van de Franse grens kon ik af schrijven. De tenten gingen dicht- Sammy nam het niet zo ernstig op. Hy stelde voor om nog wat meer in het noorden te gaan werken. Maar ik zat met de brokken. Met een concert op 'de vliegbasis Soes- terberg en iets voor de televisie heb ik toen nog wat terugverdiend, maar best was het niet". „Met die jazz ben ik op tyd ge stopt. Na tien jaar voelde ik het aankomen. De gouden tyd was voorby. Anderen zyn ermee door gegaan. Maar het levert niet veel meer op". Lou van Rees aait de dwergpoe del op zyn schoot. Hy is ydel en houdt van publiciteit. Hy praat met een licht Haags accent, graag en veel, maar nooit te veel. Hy weet hoe hy zyn zaken moet verkopen. Hy zwygt over de rel rond Willeke Alberti en haar man Joop Oonk. Maar hy geeft toe, dat deze on frisse affaire ook Ronnie Tober schade heeft berokkend. „Over het peil van de lichte muziek in ons land laat ik me liever niet uit. Als ik zeg wat ik daar over denk, of namen noem, krijg ik ruzie met een heleboel mensen". FIETSREGIMENT heid hoorde, schrok ik me dood. Verschrikkelyk, om te huilen. Op de band had het zo mooi geklon ken. Ze hadden er net zo lang aan geknipt en geplakt tot elk foutje eruit was". BUITENHUISJE 's Ochtends aan de Vinkeveense Plas- Het platte houten buiten huisje met de vier patrijspoorten ïykt op een luciferdoosje. Een ge- riefelyk interieur met luie stoelen, waarin we laag over het water uit- kyken. De telefoon gaat vaak. Lou van Rees doet altyd zaken- Een houten bruggetje zonder leuningen geeft toegang tot het stuk grond, dat hy gekocht heeft toen het nog net te betalen was. Ze wonen er alleen in de zomermaanden, de rest van het jaar in Amsterdam. De blauwe Mercedes met zwarte lin nen kap staat aan de overkant van de landweg, haaks erop, als een herkenningsteken, een wegwyzer. De ruime raceboot ligt klaar. Straks zal de impresario assisteren by luchtmachtoefeningen op en boven de plas. „Dat doe ik altyd. Ze zet ten mannetjes in volle bepakking overboord. Die moeten zich een paar uur in het water bezighou den tot een helikopter ze oppikt. Als er iets misgaat, spring ik by". Lou van Rees houdt van het bui tenleven. ,A1 myn geld gaat er aan op". Waterskiën met of zonder pa rachute. Zyn vrouw doet niet voor hem onder. „Ik was de eerste die zweefskiën in ons land introduceer de. Louis Armstrong bracht er één voor me mee uit de Verenigde Sta ten". Hy zegt ook van planten en bloe men te houden. „Ik heb als jongen aan de rand van Den Haag ge woond- By de duinen en de zee. Op het lyceum (afgemaakt, goed in ta len, ongeïnteresseerd nog steeds in geschiedenis) was ik voorzit ter van een jeugdvereniging van natuurvrienden. Zou je niet zeggen hè? Ik was van plan om in Leiden biologie te gaan studeren. Ik ben er nooit aan begonnen. Ik speelde toen clarinet en saxofoon. Het verdien de aardig en ik werd beroeps. Een avontuurlyk leven en ik zag veel van de wereld".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 10