PERFECTIE „Boccete" brengt «dloor dia's velen nader tot de Bijbel Bij de foto's: Weekeindbijlage Leidsch Dagblad Zaterdag 28 mei 1966 NATUURLIJK zou men eveneens (le vraag mogen stellen of het gehele godsdienstonderwijs nog iets van deze tijd is. Of het niet allemaal is achterhaald Maar wanneer men op dit ogenblik vanuit Hilversum van één diaserie (21 afbeeldingen) telkens zo'n dikke 5000 stuks naar vele maar nog niet eens alle daarvoor in aanmerking komende delen van de w ereld zendt, dan is dit toch wel een bew ijs dat de belangstelling leeftondanks alle bew eringen van het tegendeel. Er worden in een stichting in Hilversum op een geheel nieuwe ook oecu menische grondslag dia's gemaakten het succes is groot. - IE kent niet die ouderwetse, goedbe- doelde illustraties die kinderen nader Y yf tot het prachtige Evangelieverhaal moeten brengen? Het waren meestal akelige plaatjes, in zoetige kleuren gedrukt, die een allerbraafste voor- itelling gaven van... ja, waarv&n dgenlyk? Dat weet niemand. Zeker niet van het verhaal, zoals wy de B(]bel thans kennen. Misschien dat dit voor de eerste wereldoorlog nog wel een aanvaard bare w|jze van benadering van onze godsdienstige gevoelens was, doch niet meer. Ze spreken niet lan ger tot de kinderen van deze tyd, verwend als ze zijn door films en t.v. Bovendien, en dat is In deze tijd van streven naar perfectie, toch ook wel belangryk, le nauwkeurigheid In de wjjze van voorstelling was ze ker niet imponerend. Wie nooit zelf in het Heilige Land is geweest, heeft wel een geijkte wijze van weergeven, doch één die niet bepaald met de werkelijkheid overeenstemt. Ook zijn we tegenwoordig door de opgravin gen en de archeologische studies, steeds nader gekomen tot het leven In die streken zo'n twintig eeuwen geleden. Zo ontstonden dan. door de vroegere wijze van illustraties-ma ken, zoveel onnauwkeurigheden dat bekwame pedagogen de schrik om het hart sloeg. Vroeger kon dat nu lenmaal niet anders, maar in onze ïji van snellere en effectieve com- anicatie kan en móét het *vel Bders. Moderne kans Het is te begrijpen dat, als men jongeren vertrouwd moet maken met het Bijbelverhaal, men met het mo dernste materiaal wil werken. Het is al niet gemakkelijk deze stof aan kin deren door te geven... en als men dan nog moet werken met ouder wetse plaatjes, wordt het dubbel las tig. Overal, en ook in ons land, moe ten dus deze illustraties aangepast lijn aan deze tijd, anders wordt het vertellen van de verhalen uit het Nieuwe en Oude Testament dubbel moeilijk. En waarom zou men deze klip niet eenvoudigweg omzeilen? Om daardoor de aandacht van de jonge:—n en ook anderen die dit oude yerhaal eens in „echte" beel den voor zich willen zien meer op de inhoud te kunnen richten. Wan neer een realistische voorstelling, het waarlijk „beleven" van dit groot je gebeuren uit de geschiedenis van de mensheid kan ondersteunen, mo gen wij deze kans, ons door de mo derne technieken gegeven, voorby la ten gaan? Tien jaar studie Het is te begrijpen dat frater Mous, die jarenlang in de tropen de jeugd het Evangelieverhaal vertel de, na vele jaren op deze eenvoudi ge w(jsheid kwam. Wérd het Heilige Land nu wel zó afgebeeld als het daar, ten tijde van de rondwandeling fan onze Heer op aarde, werkelijk geweest is? Was de geykte wijze van voorstelling nu wel in overeenstem ming met onze huidige wetenschap? ■En de frater ging studeren. Hij verzamelde materiaal. Hij laS veel, ging zelf op universiteitenbibliothe ken alles na, bestudeerde zware en wetenschappelijke rapporten van op levingen om zich geheel op de hoog- 14 te stellen. En steeds kwam hij 1. beer en meer tot de overtuiging, dat jj de meeste illustraties van 't Bijbel verhaal tot dusver misschien wel ar tistiek, maar zeker niet cultuurhisto- toch verantwoord waren. En moe- i"1 w|j de kinderen niet zo eerlyk hogelijk voorlichten? Gaat zonder praktische kennis van de toe fden, twintig eeuwen geleden in Palestina, niet veel van de grootse jtooud verloren? Spreekt door een «vendige en verantwoorde tekening J111 levensomstandigheden destijds, 'at Oude boek niet veel meer tot hs? En frater Mous kreeg gelegenheid Ween zich met z|jn studie bezig te L^en" langzaamaan groeide het archief. Thans beslaat het boekenwand van vele meters en enkele meters hoog. Met "aksen ordners waarin duizend-en- nr van artikelen een plaats hebben ge- 2d Jonden. Wilt u wat weten over de iantengroei, 20 eeuwen geleden rond je Jeruzalem? Pak even de ordner •aar buitenop deze vermelding v^t. Daarin vinden wij dan afbeel- U u n' krantenknipsels, platen en patjes, foto's, notities... kortom al- 8 wat een tekenaar en tekstschrij- ar nodig zou hebben om zich op dit lebled te laten voorlichten. Onnauw- Jarigheden kunnen nu, menselyker- gesproken, niet meer voorkomen. ahiurlQk, fouten worden overal ge kaft en onze wetenschap van die tijd en dat land, vordert elke dag en wordt door elke vondst en door elke opgraving nog meer gecompleteerd. Maar in ieder geval kan men zeg gen dat dit archief op het ogenblik het meeste complete is, dat mis schien dan niet in geheel Europa maar dan toch in West-Europa be staat. Er wat mee doen HET is begrijpelijk dat men, na de opbouw van zo'n ar chief hier ook iets mee wil doen. Nu werd bijna tegelijkertijd zowel bij de domineeszoon Pestman het denkbeeld geboren dat t godsdienst onderricht voor jongeren op meer moderner leest geschoeid diende te worden. Is het niet begrijpelijk dat waar twee zielen zo gelijkgestemd zijn, men elkaar, laten we zeggen, „onwillekeurig", vindt? Ze kwamen deze twee, met enkele anderen, bij elkaar. Men moest .vat met de bij eengegaarde kennis gaan doen. Waar om dan niet diaseries maken, die men voor catechisatie, voor jeugd werk, voor bijbelkringen, voor be jaardencentra, voor godsdienstonder wijs en op vele andere manieren zou kunnen gebruiken? Niet alleen dia series, maar ook kleine boekjes waar in goed getekende en verantwoord gekleurde illustraties, op betere wij ze dan voorheen, het oude Bijbelver haal weer tot nieuw leven zou wor den gebracht. Op deze wijze ontstond de stich ting die nu onder de naam Docete in Hilversum werkt en per week vele honderden dia's naar verschil lende delen van de wereld verzendt. Als bij een film... U moet dat werk eens zien groeien in die ouderwetse villa in die defti ge wijk. Het kantoor is gewoon, mo dern, zakelijk, zoals men zou mogen verwachten... maar in de tekenka mer ziet het er heel anders uit. Daar werkt men als in een filmstudio. Er staat een levensgrote pop, gekleed in het mannenkostuum van twintig eeuwen geleden. Overigens niét veel verschillend van wat men daar in het Heilige Land ook nu nog draagt. Een kleine ledepop is niet ongewoon in een tekenatelier, maar een in na tuurlijke grootte, nee dét komt niet veel voor. En dan de wijze van werken! Een bepaalde serie wordt eerst in moei zame besprekingen voorbereid. Welke afbeeldingen moeten er komen van een bepaalde episode? Bijvoorbeeld „Het Laatste Avondmaal". Men weet het gebeuren in 24 beel den te vangen. Men geeft dan onge veer aan hoe en wat de beelden zullen moeten weergeven. Dan gaan de mannen van het archief aan het werk. Hoe zag het huis, de zaal er uit? Hoe was de aankleding? Welk vaatwerk werd er op tafel gébruikt? Hoe was de verlichting? Zo worden duizend-en-een vragen beantwoord. En dan blijkt tijdens het werken nog telkens dat er overleg gepleegd moet worden tussen tekenkamer en ar chief. Dan gaan de vier tekenaars aan het werk. Men maakt een plattegrond van de zaal om even bij de serie van „Het Laatste Avondmaal" te blijven en maakt en minutieuze indeling. Men stelt de horizon van het zien vast, de gezichtshoek van het uitbeelden en men gaat tekenen. Ieder van de vier tekenaars heeft zo zijn eigen specialiteit. Eerst wordt de zaal getekend, zonder mensen. Deze tekeningen worden gekeurd door de wetenschappelijke adviseurs, die nu hun op- en aanmerkingen aan brengen. De veranderingen worden aangebracht en dan komt de dra matische handeling die, door middel van de Heer temidden van de twaalf apostelen wordt uitgebeeld. Het zijn als het ware vergeef ons deze ze ker niet oneerbiedig bedoelde uit drukking de „spelers" in het drama. Men ziet het hier ook als zodanig. Want men maakt, voordat men be gint, een soort „draaiboek" om een boeiende wijze van voorstellen te krijgen. In het decor worden de apostelen ingetekend en daarna wordt het ge heel gekleurd. Juist hiervoor is het draaiboek van groot belang. Want daar staan allerlei aantekeningen bij over de te dragen kleding. Zo heb ben alle apostelen hun eigen kleuren, die steeds met technische kleur aanduiding weer worden ge bruikt. Zo voorkomt men vergissin gen. Anders draagt Petrus op het ene dia een andere kleur opperkleed dan op het andere Technische verwerking Vervolgens worden de kleuropnamen gemaakt, daarna de vele afdrukken van deze opnamen. Op de ze wijze geschiedt het sa menstellen van de dia-se ries. Onderwijl wordt een tekstboek je geschreven door degene die me de dia's moet werken. En er word ook een boekje gedrukt met illustra ties van de gekleurde tekeningen; dat is voor de leerlingen bestemd. Een leuk handig boekje, zonder ai te veel zwaarwichtigheid. En... om dat het lesmateriaal is ook niet kostbaar. De Nederlandse tekst verschijnt, zo ligt het nu eenmaal in ons landj zowel in een rooms-katholieke als in een protestants-christelijke versie. De eerste wordt geschreven door frater Mous, de tweede door ds. Pestman. Maar de twee versies ver schillen niet veel. Waarom ook...? Meestal behoeft ds. Pestman slechts een enkel woord, of een zinswending wat te w|jzigen. Deze handleidingen zorgen voor een godsdienstige verdieping van het ver toonde beeld. Zo krijgt de dia, vorm en inhoud, en de vertelling een zo danige gestalte, dat daardoor het ge beurde en gepredikte van „toen", voor eens en vooral een appèl in houdt op de levens- en geloofssitua- tie van nu. Niet alleen In onze taal verschijnen de boekjes, ook in het Frans, Spaans, Engels, Italiaans en Hindi. En er z(jn besprekingen gaande voor edities eveneens in het Zweeds, Deens, Noors en Duits. Maar dit is al weer meer een nieuw facet van het geheel... want hier, in deze afdeling, moet ervoor gezorgd worden dat deze stichting, eens uit idealisme opgericht, ook economisch kan waar maken dat in onze tijd nog zo iets als modern bij belonderricht kan bestaan. Resultaten En dan, als we het zó zien, zijn de resultaten van Docete zeker niet onbevredigend. Integendeel, zouden we haast zeggen. Wanneer van één serie elke keer zo'n 5000 stuks ja, vijfduizend, u leest het goed over de hele wereld hun weg vinden, dan betekent dat op dit gebied een grote behoefte bestaat; terwijl de grote we reldkaart, die op het kantoor hangt en waarop elk verkooppunt door mid del van een rode speldeknop is aan gegeven, ons vertelt dat er nog slechts contact is met een klein deel van die hele grote wereld. „Ja...", zo zegt de heer Pestman ons, we voeren op het ogenblik ook al onderhandelingen met Cana da, en u begrijpt als dét lukt..." Hij zwijgt even en z|jn geestesoog ziet visioenen van de vele duizenden dia series die dén elke week z|jn bureau moeten verlaten. Want met de USA zijn juist op dit ogenblik nauwe ban den ontstaan. Daar begint het nu te lopen. Filmstrips met grammofoon platen... een prachtig object... Bovendien is de stof nog lang niet uitgeput. De gehele serie „Jezus van Nazareth" zal 18 delen omvatten, waarvan er op het ogenblik veertien gereed zijn. Nummer veertien draagt als titel „De laatste dagen van z|jn l|jden, Het Laatste Avondmaal". Deze gehele serie omvat, als deze geheel gereed zal zijn, in totaal 432 kleurendia's (en dat maal vijfdui zend!) en een nog veel groter aantal boekjes met kleurenreprodukties. En daarna...? Frater Mous en de heer Pestman zijn het hierover met een eens. „Natuurlijk een grote se rie over het Oude Testament..." Voorlopig is er dus nog wel wat te doen btj de stichting Docete. Zo wel wat het ontwerpen en vervaardi gen van nieuwe dia's betreft, als ook het verzenden van reeds gemaakte dia's over de gehele wereld. Een vreemd beroep eigenlijk... maar wel een met roeping! THEO DE VRIE8 Links: Twee illustraties uit het deel 10 B. Het Loofhuttenfeest te Jeruzalem". Het waterscheppen uit de bron van Siloë. Het feit zelf werd aangekon digd door bazuingeschal, gelijk er staat in Jes. 12 3: „Dan zult ge met vreugde water scheppen In het feestelijk versierde vrouwen hof van de tempel werden op de avond van deze dag psalmen gezon gen, muziek gemaakt en gedanst Rechts boven: Zo wordt een „scène" zorgvuldig voorbereid. Eerst werd de trap en de zaal in het huis van de Hogepriester Kaifas ge tekend. Daar werden toon de nodige aanwijzingen voor de tekenaars aangebracht Rechts midden: ..En nu de daarop volgende tekening met de figuren. Rechts onder: Een volgende fase is de goedgekeurde tekening in toon- waarde. Dan volgt de definitieve **t- werking in kleuren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 9