RIA BUIJSERD 23 jaar en hoofd van t uitgeverij Wereldkampioene breieiê „ELK BOEK IS EEN DING DAT JE GEMAAKT HEBT" Semi-creatief Brabant Zuurtjes Zestien Stom toeval Gespannen BATERDAG 7 MEI I960 LEXDSCH DAGBLAD y Ria Buijserd is verliefd op boe ken maken. „Ik heb ook een af wijking voor papier", zegt ze, „soms neem ik een boek in mijn had en kan voelen wat het moet kos ten". Ze volgde de layout-cursus van de grafische school, „dan kun je met meer achtergrond met de ontwerpers praten; anders kun je alleen maar zeggen: „Ik vind het niet zo mooi." „Trekt u zelf manuscripten aan?" Intussen kreeg ze nog een klei ne teleurstelling te incasseren: als hèèl jong meisje droomde ze zoals elk rechtgeaard jong meisje van een schrijfsterscarrière. Tweemaal publiceerde ze een verhaal. Het no bele schrijversvak sleepte haar ech ter niet zó mee, dat ze er een toe komst op durfde bouwen. „Ik ge loof, dat er heel wat uitgevers rondlopen die als auteur de boot hebben gemist", meent ze. „Dan kies je een seml-creatief beroep. Elk boek Is een ding dat Je ge maakt hebt". Als ongekroonde breïkoningin troont de West- duitse hutsvrouw Maria Landers uit Sassenberg (Westfalen) met 160 kilogram rooi op de weeg schaal. Met zoveel materiaal heeft zij in één jaar 220 pullovers, poncho's, jasjes, japonnen, cos- tuums en mutsen gebreid. Daar het breien van deze amateur alleen vrijetijdsbeteding is, is zij nooit op het idee gekomen, te trachten de een of andere kampioenstitel te verwerven. Tot een ver familielid, die tot de vele dragers van haar model len behoort, over de EngeUe huisvrouw Gwen Metthewman las, die daar met een veel kleinere breiproduktie als wereldrecordhoudster werd voorgesteld. Uit zeer nauwkeurige van mevrouw Landers bleek, dat dit haar al verschillende malen gebrokenu w wacht zij erop, dat een lezeres van f haar de titel „wereldkampioene breien 1 zal betwisten, opdat zij zich met M wedstrijd kan meten. Toen de werklvj Sasseribergse vrouw bekend werd, wolspinnerij haar produktie in bundeUf*" foto), in vele handwerkzaken en do-y\ verenigingen werden haar talrijke m r tentoongesteld en zelfs modetijdschrift pi ceerden haar modellen en ideeën Ria Buijserd speelt met schelpen To IN een glanzend gepoetste rode Volkswagen toert Ria Buij serd, uitgeefster, 23 lentes, het land door om boeken van de N.V.S.H. aan de m$n te brengen. Lid zijn van de Ned. Ver eniging voor Sexuele Hervorming is nog wel heel iets anders dan met een pakket seksuele voorlichting onder de arm bij de boekhandel in stad en land binnen te stappen. Wat voor een vrouw zou dèt zijn? Als steeds vlak voor een interview, trachtte ik me een voorstelling van mijn object te maken. Haar stem aan de telefoon had tamelijk onverschillig geklonken ,,ik ga niet voor u stofzuigen, als u dat maar weet" waarop ik naar waar heid „dat doe ik ook nooit" kon antwoorden. Ze moest noncha lant zijn, de wijsheid in pacht hebben, verder overmoedig, blond en waarschijnlijk blasé bij saai af. In elk geval behept met een overdreven belangstelling voor seksuele zaken. Waarom anders ging je op je drieëntwintigste met dergelijke boeken het pad op? Ze leerde gemakkelijk. „De laat ste drie weken voor het examen leerde ik de lessen en toen bedacht ik opeens, ik zou ook wel het di ploma voor de boekhandel willen hebben". Zo gezegd, zo gedaan. In 1963 slaagde ze voor het gecombi neerde examen uitgeverij en boek handel. Ze vertelt het zoals een ander vertelt dat hij even naar het postkantoor is geweest ken direct: ,,'t zullen wel vieze boekjes zijn. Maar dan merken ze dat je een vrouw bent, en daardoor denken ze: 't zal wel niet zo erg zijn". „De reacties hangen zeker ook wel af van de streek waar u komt? Vertelt u daar eens iets van". „In 't westen gaat het 't best. Voor de mensen daar is de NVSH een gewone instelling. Maar in an dere streken moet Je niet alleen het boek, maar ook de NVSH verkopen. En dan merk je dat Je nog meer afhankelijk bent van de persoon lijke instelling van de inkoper ten aanzien van de NVSH dan van de zaak". „Hoe is Den Bosch? Merkt u daar iets van de invloed van mgr. Beckers? Hij interviewde toch de voorzitster van uw vereniging?" „Hoe 't er op het ogenblik is, kan ik niet precies zeggen, maar een half jaar geleden kwam ik geradbraakt uit Brabant vandaan, dan had je niet meer dan drie boeken verkocht De boek handel zegt: we kunnen 't niet doen tegenover onze klanten. Dan leg ik uit dat de NVSH iets anders is dan ze denken. Op die manier wordt een aantal vooroordelen op geruimd en gaan de mensen er positiever tegenover staan". „U hebt zeker last van de image van de NVSH, als mijn idee daar van tenminste Juist is, dat ze uit sluitend seksuele technieken pro pageert?" ,Die image is onjuist. In onze statuten staat, dat de seksualiteit als een normaal bestanddeel van het menselijk bestaan dient te wor den beschouwd. De mensen doen er vaak zo zweverig over, ik kan me seksualiteit niet anders voorstellen dan in de hele entourage van het gewone leven. Als het seksuele door de NVSH overtrokken wordt, dan gebeurt m.i. hetzelfde als met een vereniging van huisvrouwen, die overtrekt ook alles wat huishou ding is. Heel langzaam-aan komt er verandering in de houding van de boekhandel beneden de Moerdijk. Ze bestellen bijvoorbeeld wèl als er door de klant om gevraagd wordt. Echt open voor onze boeken is het in deze streken echter nog niet". „En Limburg?" „Hetzelfde, behalve Maastricht, dat ging direct erg goed, ze hebben daar meer een Belgische instel ling". „De Veluwe?" „Die is moeilijk. Maar dat komt óók doordat in Harderwijk bijvoor beeld, nu niet bepaald de grootste boekhandels te vinden zijn. Je kunt niet verwachten dat ze in een boekhandel waar ze ook zuurtjes verkopen, direct enthousiast kun nen zijn voor onze boeken. Er is daar natuurlijk ook geen vraag naar seksuele voorlichting. De pro vincie is in 't algemeen niet ge makkelijk. Soms verkopen ze wèl Jan Cremer, maar voor onze boeken zijn ze huiverig. In het oosten gaat het steeds beter, met name bij de gereformeerde boek handel. Het seksuele leven is iets waar ze daar in 't algemeen niet over praten, laat staan er een boek over kopen. Toch vind je daar wel voorlichtingsboeken in de handel, maar niet van de NVSH, dat komt langzamerhand. Groningen gaat wel goed". „En de grote steden?" „Amsterdam is het makkelijkst. Rotterdam gaat ook goed, maar daar kom ik niet rechtstreeks bij de boekhandel, maar op de boeken beurs, dat gaat dus vlotter. Bij een nieuwe boekhandel binnenkomen vind ik altijd weer een geweldige stap; ik kan het alléén maar aan bieden omdat ik het zelf gemaakt hebTelkens als er weer een boek uitkomt, ben je geweldig blij dat het er is, maar het geeft ook een enorme spanning, je houdt je hart vast". „Dat gebeurt al pratend met de leden van het stichtingsbestuur. Mijn inbreng moet wel groter wor den. Ik ga nog steeds op aanbie ding, ik doe van alles, produktie, proeven corrigeren, folders maken, ook de vergaderingen bijwonen, zien wat er leeft, mensen activeren. Sinds kort hebben we een verte genwoordiger en ik hoop in de naaste toekomst dus meer op bu reau te zitten en meer tijd te krij gen voor het lezen van vakbladen en buitenlandse boeken". „Omdat u als hoofd van de uit geverij gesalariëerd wordt, draagt u dus geen persoonlijke financiële verantwoordelijkheid? U hoeft niet op bestsellers uit te zijn? Is dat niet een verschil met andere uitgevers?" - „Nee, als iemand directeur is van een uitgeverij-N.V., dan is dat eigenlijk precies hetzelfde. Het is wèl zo, dat we niet-commercieel zijn, we brengen een boek omdat we vinden dat het moét. De uit geverij wordt door de NSVH gesub- sidiëerd. We moeten echter wel selfsupporting worden. En al zijn we dan niet op winst uit, dan be tekent dat niet dat ik bij elk nieuw boek de verantwoordelijkheid niet enorm voel, ook de financiële". „In „Dus u hoeft niet in te sprin gen in het huidige tekort van de NVSH, sinds haar- verkoop van middelen door de pil zo terug is gelopen?" „Nee, dat staat niet voorop. Ik bekijk het echter wel van de zake lijke kant". Misschien dat ze juist daardoor het evenwicht vindt tussen een overtrokken accent op de inhoud van het fonds en het rendement. „Valt er een verschuiving van het fonds te constateren?" de jongeren gaan brengen. De voorlichting is ln wezen 1 gebleven. Je geeft de lezer ventarisatie op het gebied seksuele leven, waarbij je tl eigen vrije keuze waarborg! eenmaal met het onderw ben, is 't me wel gaan 1 ren. Er lopen nog een mensen rond die seksueel 1 moeten worden. Maar 1 het hoofdzakelijk het mal boeken dat me boeit, de van het nieuwe. Als het g wil ik er uit...." „Ik wou, dat er iemand |D zó rijk was dat hij tegen j je mag uitgeven wat je s „Wat zou dat dan zijnf „Heel veel poëzie, en li uitgavenom te sma' Maar misschien, als ik att mogen doen wat ik wilde, dan toch niet leuk meer! spanning gaat er dan nH H heb je toch nodig0an LEA Wilg Maar de mensen zijn meestal anders dan wij denken. Ria Buijserd is niet onverschillig maar attent en vol vuur voor haar werk. Zij heeft, zonder een zweem van eigenwijsheid, ver stand van zaken, begrijpt tege lijkertijd duvels goed dat ze zich in de wereld van grote geslaag de mannen-uitgevers moet handhaven, waarvoor ze een persoonlijk systeempje heeft uitgedacht, dat ik u uit solida riteit niet verraad. Ze lijkt meer ondernemend dan overmoedig. Ook is ze niet blond en allerminst blasé of saai, maar donker en pittig met groenblauwe ogen, een vlugge peilende oogop slag. een intelligent gaafrond gezichtje met wipneus en kleine mond, slank figuurtje, zwart man telpak, witte pull, zwarte gedessi neerde nylons en zwarte lakschoe- Haar belangstellingswereld ver toont geen afwijkingen ze blijkt meer gericht op het vak van de uitgeverij dan op het genre boeken, dat ze moet brengen. Ze deelt haar tijd en energie op en uit aan boe ken produceren en verkopen, schel pen zoeken, paardrijden en langs het strand zwerven. De huishou ding vormt de sluitpost van haar tijdbegroting. Ze komt vaak in het holst van de nacht thuis. „Daar over heb ik wel eens ruzie met mijn man", zegt ze, „maar hij steunt me verder wel bij mijn werk, hij is namelijk ook uitgever". Hoe komt iemand zo jong in dat glasharde vak terecht? „Ik was zestien toen ik van de HBS kwam", vertelt mijn gastvrouw onder een groot glas koffie dat meer och tendpep bevat dan een kopje, „ik wilde studeren, maar vader vond het niet goed. Meisjes hoefden niet te studeren, die trouwen wel, was zijn standpunt. Ik ben toen zeven maanden bij de burgerlijke stand geweest, moest huwelijksakten tik ken, hoorde die elke dag vele ma len voorlezen". Ze kon zich niet voorstellen dat ze dat haar leven lang zou volhouden en ze besloot een andere baan en een andere broodheer te zoeken. Dat werd de uitgever Querido. Ze begon er als zestienjarige op de administra tie en eindigde op de produktie. 's Avonds studeerde ze er op het Nutsseminarium M.O. Nederlands bij. Dat was wel zwaar, maar deze combinatie van werkzaamheden gaf haar, ongedacht, een prima dis positie voor haar latere keuze. Wil de ze met Nederlands doorgaan dan betekende dit lerares worden. Ze realiseerde zich dit en deed wanhopige pogingen zich ermee te verzoenen. Het lukte niet. „Bij elk telefoontje op de uitgeverij dacht ik: als ik met Nederlands doorga, dan zal ik dit nóóit meer doen Op dat ogenblik was haar keus de finitief gemaakt. Ze gaf de M.O. studie er aan en schakelde over op de vakopleiding voor de uitgeverij. „Vindt u al die boeken over één onderwerp niet eentonig?" „Nee, je hebt wel een beperkt ge geven, maar het is ongelooflijk fas cinerend er zoveel mogelijk facet ten van te benaderen". „Hoe bent u bij de NSVH te rechtgekomen? Is het een keus of toeval?" „Stom toeval. Zodra ik mijn di ploma had, wilde ik zélf iets on dernemen. De NVSH adverteerde; ze hadden iemand nodig voor de uitbreiding van him afdeling uitga ven. Ik solliciteerde en ontdekte, dat de NVSH als uitgever niet er kend was. Ik meende dat de enige manier om te slagen bestond uit een erkenning. In de loop van 1965 werd de Stichting Uitgeverij NVSH opgericht en werd de er kenning een feit. Eén oktober bracht de stichting haar eerste boe ken op de markt. Ik werd tot hoofd van de uitgeverij benoemd". Zij is thans voorgedragen als lid van de Koninklijke Nederlandse Uitgeversbond, waarschijnlijk het jongste In haar bohémien- achtige woning, een oase in de woestijn van een grauwe Amster damse volksbuurt, zoekt ze de eer stelingen voor me op, plus een aan tal dummies van nieuwe uitgaven. Zij legt ze in waaiervorm op de grond om me heen, zodat we ons gesprek in een passend decor voort zetten: Alles over geboorteregeling. „Normaal en afwijkend seksueel gedrag", „Ouders zonder partner", „Jonge mensen en de liefde", Ero tiek in de mode", ,De geschiede nis van de seksualiteit in de reli gie", „Pornografie voor het ge recht" en „Elk wat pils". Alles in felrose, paarse en andere attractief gekleurde covers. „Zo, dat ziet er uit als een stel volwassen boeken", stelt mijn gast vrouw voldaan vast. ,Hoe was het toen u de eer ste keer op aanbieding ging? Hoe pakte u het aan?" „Ik was wel gespannen, ik dacht, hoe kan ik het 't beste vertellen? Ik begon met Amsterdam, die stad ken ik, eerst belde ik op om mijn komst aan te kondigen, t Was wel eng. De mensen den

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 12