Onze nog slee oöclielaars 's aan de top K Magisch ambassadeur Vermeyden: N' Bob Èïriebeck wil minder prijzen op concoursen Winnaars Grand Prix j-ederlanders staan op bijzonder vertrouwde voet met de vingervlugheid, wat wel is bewezen door de grote successen, die goochelaars uit deze lage contreien overal in de wereld hebben behaald. Van de tien keer, dat er sinds 1946 om het wereldkampioen schap is gestreden, sleepte vijfmaal een Nederlandse magiër de Grand Prix in de wacht. Vraagt men in Londen of Parijs aan een willekeurige voorbijganger wie Fred Kaps is, in de meeste gevallen zal het antwoord haarfijn worden gegeven. Maar ook bijvoorbeeld een Niberco en een Tonny Dommelen hebben namen een magische klank bij publiek. Vele jaren heeft ons land op een nogal eenzame hoogte gestaan, wat de verfijning van de goochelkunst betreft. Er is echter een tendens waar te nemen, dat andere landen ver woed proberen even eens naar die hoogte te klimmen. In vele opzichten volgen zij daarbij het pad, dat de grote leermeester Henk Vermeyden heeft geëffend. Door zijn activitei ten zijn ook in het buitenland gooche laars gestimuleerd om hun beroep of lief hebberij op een hoger plan te brengen. Wij hebben gesproken met Henk Vermey den, drievoudig wereld kampioen Fred Kaps en de bekende Rotterdamse amateur Bob Driebeek over de vraag hoe de goochelkunst zich de laatste jaren heeft ont wikkeld. Charmante Henk Vermeyden, sinds enige tijd met zijn studio verhuisd naar de Kloveniersburgwal in Amsterdam leeft voor het goochelen. Hij leeft er ook van, want hij verkoopt attributen, maar wat belangrijker is, hij fungeert als leraar. Fred Kaps heeft het vak bij hem ge leerd, Tonny van Dommelen en Niberco heeft hij klaargestoomd noor de internationale congressen, umarop zij de Grand Prix wennen. Deze Vermeyden weet alles over goochelen en waar mogelijk zijn geheugen hem even in de steek zou laten is er zijn uitgebreide bi bliotheek met werken over magie in vele talen om een en ander na te slaan. Het merkwaardige is. dat hij zelf nooit op de Bühne heeft gestaan. Bob Driebeek, de Rotter damse zakenman, dip als een wandelende magische encyclopedie wordt beschouwd, ka rakteriseert Henk Ver meyden als een ploeger, die een braakliggend terrein rijp heeft ge- „Het is in een enorm tempo gegaan. Er waren successen. Dat sprak tot de verbeelding publiek. Kük nu maar aar de schaatsers, niet veel nieuws onder de zon te bieden wat de magie gen, dat we nu zouden zijn teruggevallen, wat de kwaliteit betreft. Zeker, andere landen zijn sterk op komen nog toonaangevend. Ik voorselecties internationale sen. Er zijn echter be zwaren aan verbonden en dat kan ik me heel goed voorstellen. De Magische 7, waarvan ik lid ben, gaan in sep tember van dit jaar in Apeldoorn het nationale congres organiseren. Er komen minder klassen en minder prijzen. Het is toch al te dwaas als van dertig deelnemers twee dozijn een prijs krijgen. Er wordt dan maar geschermd met „prijswinnaar nationaal congres". Welke prijs wordt er niet bij ver meld. Het zal wel de nodige reacties uitlok ken, maar dat kan geen kwaad. Het wereldkam pioenschap in Baden Baden van volgend jaar. Nee. ik zou nou niet direct een Nederlander kunnen noemen, die daar de Grand Prix zou kunnen winnen, al weet je bet nooit. Ik voor mij hou het op Enge land het werkelijke goochelen te beperken. Het is toch al te gek, dat daar, zoals op het internationale congres in Barcelona in '64, vier, vijf buiksprekers op het podium verschijnen. Dat zal in Baden Baden, waar volgend jaar het congres wordt gehouden, niet meer mogen ge beuren. Het prettige in ons wereldje is, dat in vele opzichten geen verschil wordt gemaakt tussen amateurs en beroeps. Er zijn 22 goochelclubs in ons land waar van zowel liefhebbers als professionals deel uitmaken. Al met al is de goede goochelkunst in Nederland nog altijd bijzonder populair. Fred Kaps. om er een te noemen, is bedolven onder het werk. En internationaal spelen wij nog altijd een eerste viool, al zullen we dan misschien een keer geen Grand Prix halen", verzekert ons Henk Vermeyden, een man van groot gezag in de inter nationale goochelwereld, oprichter van de internationale magie-organisatie. Fred Kaps is het volkomen met zijn leer meester eens. „Mits we zo integer blijven werken als nu. Er mag op een gegeven moment dan iets minder talent zijn, er is toch altijd een aardig arsenaal". Over integer geschreven. Fred kreeg een uitnodiging om voor het prinselijk paar van Monaco op te treden, maar hij had op de bewuste avond een contract voor. Goes. Hij heeft de Zeeuwen niet in de steek gelaten. Een Indonesische reis was een pleister op de wonde. President Soekarno heeft meer dan één voorstelling van hem bijgewoond. „Meneer Kaps, u bent ge weldig", zei de president, die ook zelf bleek te kunnen goochelen. ik zou er misschien geen steek van terecht brengen. Ik leid liever mensen op en als die succes boeken ben ik minstens even blij als zij". Het is uiteraard voor deze man geen vervelende plichtpleging over goochelen te moeten praten. Hij raakt er nooit over uitgepraat. „Ja weet je, vóór de oorlog had Neder land op het gebied van de goochelkunst eigenlijk niet zoveel te betekenen. Toen waren het vooral Duitsland en Oosten rijk, die de toon aangaven. Totdat de Wener Larette, die in werkelijkheid Cornel Hauer heette, zich in ons land vestigde. Wat Kaps nu is. was hij toen. Een man, die op een bijzonder verfijnde, zeer stijlvolle wijze manipuleerde. Hij is in de twintiger jaren voorgoed naar Nederland gekomen. Een krant schreef over hem Daar stond een aristocraat op het toneel, die ook goochelde. Hij werd uitgenodigd om aan het hof een voorstelling te geven, wat vooral in die tijd wel een bijzondere eer was. Als liefhebber van goochelen had ik de grootste bewondering voor Larette. Ik werkte bij de Bank voor Handel Scheepvaart in Rotterdam. In die tijd trad hij op in het Rotterdamse Casino. Nu of nooit, dacht ik en vroeg hem te spreken. Het lukte en niet zo lang daar na heb ik m'n kantoorbaantje opgegeven. Ik werd secretaris bij Larette, wat ook inhield, dat ik zijn koffers moest dragen. Die man heeft een enorm stempel op mijn leven gedrukt. Hij was een enorme perfectionist. Niets liet hij aan het toe val over en hij was nooit tevreden over zichzelf. In 1941 ben ik voor mezelf be gonnen. want ik zag grote mogelijkheden. Natuurlijk waren er hier tal van gooche- Door Ben Sivaep laars, maar de stijl, het vakmanschap van Larette, nee, daar kon niet aan worden getipt. Over stijl gesproken. Hij moest eens optreden bij een beroemde zangeres. We belden aan de grote villa aan, waarop het dienstmeisje opendeed en riep: Oh, mevrouw, daar is de goochelaar. Geen goochelaar, zei Larette. Zegt u maar, dat de heer Larette er is. In 1941 kwam het eerste nummer van mijn vak blad Triks uit. Ja, op 1 april is het groot feest omdat het 25 jaar bestaat. In mei 1943 heeft Larette, die van Joodse af komst was, met een pistoolschot een einde aan zijn leven gemaakt. Na de oorlog ben ik pas goed gaan doorzetten. Ik monteerde een goochelrevue voor Hans Kaart, zoals ik nu in Parijs een act van acht goochelende poedels voor een theaterdirecteur heb opgebouwd. Ik ben gaan reizen om contacten te leggen, waarbij ik zeer veel medewerking van de overheid heb ontvangen. Ik was dus zoiets als een magische ambassa deur. Inmiddels had ik Bram Bongers alias Mystica in opleiding gekregen. Als Fred Kaps zou hij later de grootste goochelaar van ons land en misschien wel van heel de wereld worden. Fred moest echter als militair naar Indië, maar één van m'n andere leerlingen haalde in 1947 in Parijs de Grand Prix. Dat was Nico van Berkel of, zoals hij beter bekend is. Niberco Nou ja, het is bekend, van de tien eerste titels heb ben wij er vijf in de wacht gesleept Fred na zijn terugkeer in Nederland drie. Maar het buitenland heeft niet zitten slapen. Er zijn daar uitstekende gooche laars opgekomen. Nou kun je zeggen, dat wij over ons hoogtepunt heen zijn. Dat geloof ik niet. Ik ben de mening toege daan. dat juist ook anderen naar die top toekomen Veel jongeren in Nederland hebben heus grote interesse en ik zie de toekomst dan ook beslist niet somber in. Dat de televisie afbreuk heeft gedaan is onzin. Die heeft de interesse volgens mij juist gestimuleerd. Alleen, het is allemaal veranderd. Vroeger was goochelen voor namelijk variétéwerk; tegenwoordig is het meer de kleine kring, waarvoor wordt opgetreden. Dit is ook één van de factoren, dat het illusionisme niet meer zo „in" is. Dat het zal uitsterven, dat werk met grote attributen, dat geloof ik niet. Het zal wel weer opleven, zij het in een andere vorm. Mijn streven is er op gericht de goochelkunst zuiver tot Links bouen: Vermeyden traint zijn leer ling Peter Franken, die met brandende gloeilampen manipuleertlinks onder drie wereldkampioenen. Fred Kaps, Tonny van Dommelen en Niberco; boven: Laretti, die zoveel invloed op de goochel kunst in Nederland heeft gehad. 1946 Amsterdam 1947 Parijs 1949 .Amsterdam 1950 Barcelona 1951 Parijs 1952 Genève 1955 .Amsterdam 1958 Wenen 1961 Luik 1964 Barcelona Jean Valton Frankrijk Niberco Holland Willane Engeland Viggo Jahn Denemarken F red Kaps Holland G. Buckingham Engeland Moroso Italië Fred Kaps Holland T. v. Dommelen Holland Fred Kaps Holland Mr. Cox Duitsland Brahma Frankrijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1966 | | pagina 21