BUD EL leeft
als nooit tevoren
De Duitse enclave
brengt voorspoed
en on-dorpse zorgen
47
Burgemeester Derckx:
„Laat Duitsers maar
Nederlands leren"
om er een deel van hun dienst
plicht te vervullen, zijn met Neder
landse meisjes getrouwd. De amb
tenaar van de Budelse burgerlijke
stand heeft zich bij die gelegen
heid in het Duits heel behoorlijk
geweerd
Meer dan een half
miljoen
TLfag men de amoureuze banden
die Budel inmiddels met de
Duitsers verbinden dus zeker niet
onderschatten, de verstandhouding
berust toch in de eerste plaats op
grondslagen van economische aard.
Het hoofd van de Duitse admini
stratie in Budel heeft berekend,
dat de Duitsers Budel maandelijks
een omzet bezorgen van een half
miljoen. Elke maand wordt aan
soldij alleen al een bedrag van
200.000 gulden uitbetaald en daar
van vloeit ruim 160.000 gulden
meteen naar de kassa's van de
door Nederlanders geëxploiteerde
kantines. Daarnaast zetten de
Duitse gezinnen in Budel nog eens
een kleine 250.000 gulden per
maand om.
Wat die inkomsten voor Budel be
tekenen wordt hoe langer hoe
meer bespeurbaar. Het gaat er
de mensen, de zakenlieden vooral,
tegenwoordig uitstekend. Lang ge
koesterde verbouwingsplannen
worden eindelijk uit de kast ge
haald en er worden nieuwe win
kelbedienden bijgenomen, want nu
kan het; nooit had men klanten
die zo goed in hun geld zaten. De
overheid blijft bü dat alles niet
achter. Het nieuwe sportpark is
zo goed als gereed en nog maar
pas geleden heeft burgemeester
Derckx de eerste steen voor het
nieuwe gemeentehuis gelegd. In
de buurt daarvan wordt intussen
ruimte gemaakt voor een com
pleet nieuw centrum. Er staat een
groots recreatieplan op stapel, er
wordt gewerkt aan de verbetering
van de plaatselijke wegen en er
zullen een nieuw parochiehuis en
een bejaardentehuis komen. Ook
de bouw van een groot hotel staat
op het programma.
ie mocht denken, dat anno 1965 Baarle-Nassau nog steeds de enige buitenlandse enclave
binnen Nederlandse grenzen is, heeft het mis. Want al mag het op papier nog wél zo zijn,
in de praktijk is er inmiddels een tweede bijgekomen. Die ligt, net als Baarle-Nassau, in
maar de bewoners ervan zijn geen Belgen
onderdanen van de Duitse Bondsrepubliek. Ze zijn
zo Duits als in Duitsland, lezen Duitse kranten,
's zondags naar de Duitse dominee, sturen hun
naar de Duitse school en kijken naar de Duitse
die ze er minstens zo goed kunnen ontvangen als de
De grenzen van hun enclave zijn die van
Budelse uitbreidingsplan „De Root", dat in record-
uit de grond is gestampt nadat eenmaal vaststond
legering van een Duitse troepeneenheid in Budel
de noodzaak inhield om in het dorp voor ruim
Duitse gezinnen woonruimte te scheppen. Onlangs
de laatste huizen in de nieuwe wijk opgeleverd en
de Duitse huurders betrokken.
De eerste helft van de avond
staan in danszaal Bakens de
Helmuths en Günthers ter
beschikking. Daarna maken
de Duitse uniformen plaats
'voor de Nederlandse burger
pakken
iiiiiiiiiiiiiuiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin
Ongeregeld vrouwvolk
"Dudel lééft als nooit tevoren. Het
dorp heeft een vleugje „Wirt-
schaftswunder" gesnoven en voelt
zich daar heel wel by. Maar Budel
Is daardoor óók een dorp met twee
gezichten geworden, een dorp van
scherpe tegenstellingen, waar het
op zich zo vredige straatbeeld
wordt beheerst door de blauw©
uniformen van de Luftwaffe, waar
de eens zo rustige wegen nog maar
nauwelijks ruimte kunnen bieden
aan enorme aantallen Duitse per
sonenauto's en waar de gemoede
lijke dorpscafé's zjjn veranderd in
grootsteedse „bars", met een mini
mum aan verlichting en een
maximum aan nlet-dorpse vormen
van vermaak.
Die bars lokken na diensttijd de
Duitse rekruten naar het dorp en
die, op hun beurt, grote aantallen
jongemeisjes. „Je vraagt Je af",
vertelt een Bulander, „waar ze
vandaan komen, maar ze arriveren
hier zo af en toe met busladingen
vol". En de man kan het weten,
want hij woont tegenover de halte.
Heft merendeel van die meisjes
zoekt uiteraard In Budel slechte
een onschuldig soort vermaak,
maar men ontveinst zich In het
dorp niet dat er onder hen ook zijn
die Budel, garnizoensplaats als het
is geworden, veeleer als „werk
terrein" zien.
Tot voor kort bestond er voor de
plaatselijke autoriteiten weinig
aanleiding om in die veelheid aan
„ongeregeld vrouwvolk" (de term
is van een Bulander) een ernstig
probleem te zien. Van lieverlee
zijn echter de verzoeken van de
bevolking om deze toestand wat
in te tomen talrijker geworden en
de toespelingen op de soepele hou
ding van de politie openlijker.
Ten slotte konden de dienaren van
Hermandad er niet meer onderuit
en deden, in een bar schuin tegen
over hun eigen bureau, een inval.
Of zü gebloosd hebben bU wat ze
daar zagen, vertellen ze niet, maar
ze hebben van hun bevindingen
wel een rapport gemaakt en dat
naar het gemeentebestuur gezon
den. Gevolg: B. en W. hebben de
exploitant van de bar z'n tapver-
gunning ontnomen op grond van
het artikel in de drankwet dat
spreekt van „gevaren voor de
openbare zedelijkheid". Of daar
mee die gevaren In Budel voor
eens en voor altijd bezworen zijn
Is natuurlijk een tweede. Zeker is
in elk geval, dat de exploitanten
van de andere bars in het dorp
nog steeds uitstekend verdienen
aan de Duitse klandizie en die niet
graag zouden verliezen. En wat
dat betreft z(jn ze In Budel niet
de enigen
n de Budelse café's en bars heerst „Hochbetrieb": de exploi
tanten zouden de Duitse klandizie niet graag verliezen.
Integratieop de fietspaden.
broederend. Sommigen vinden
deze houding ook nu nog de beste.
Zoals Budels burgemeester, oud-
hockey-international Harry Derckx.
Hy kan uitstekend met zijn nieuwe
gemeentenaren overweg, maar
wanneer hij zo nu en dan uit be
leefdheid moet deelnemen aan een
van de meestal nogal lang
dradige Duitse plechtigheden,
of, erger nog, een parade moet
inspecteren, dan valt de lijdzaam
heid waarmee hij dit alles onder
gaat hem op meters afstand van
het gezicht te lezen.
Geen tweede voertaal
T~ve burgemeester is ook de man
-L' die ervoor gezorgd heeft dat
Budel geen tweede Valkenburg of
Zandvoort is geworden, waar het
Duits als een soort tweede voer
taal geldt. „Laat de Duitsers maar
Nederlands leren", heeft hij gezegd
en de Budelse middenstanders
hebben zich aan die woorden ge
houden. Eén keer slechts heeft
een cafetariahouder het gewaagd
in een advertentieblad in het Duits
zijn „Schallplattenmusik und gutes
Essen" aan te bevelen. Hij ont
ketende daarmee echter zo'n storm
van protest, dat het bij die ene
Duitse tekst gebleven is.
Hetgeen intussen niet wegneemt
dat de Budelse zakenlieden zich
op andere dan taalkundige ge
bieden zo goed en zo kwaad
mogelijk aan de smaak van de
Duitse klanten hebben aangepast.
Zo heeft slager Louis Neeskens al
vlug het verschil geleerd tussen
een rollade zoals wij die kennen
en een rollade zoals de Duitsers
die het liefst op tafel hebben en
dat heeft hem geen windeieren
gelegd. Zo heeft ook Jan Bakens
geredeneerd, de exploitant van
Budels enige danszaal. Hier, bij
Bakens, is de integratie inmiddels
volledig. De eigenaar van de zaal
is er in het begin wel een beetje
bang voor geweest, maar moeilijk
heden zijn uitgebleven.
„De Duitsers hebben zich altijd
correct gedragen", zegt hij, „en
ze staan bij de meisjes in een
goed blaadje. Dat komt omdat ze
wat meer héér zijn dan de Neder
landse jongens die hier komen".
„Toch", bepeinst Bakens, „Is het
voor mij én voor die Nederlandse
jongens maar goed dat de Duit
sers om tien uur weer op de
legerplaats moeten zijn, want nu
weten de jongens uit de buurt dat
na tienen hun beurt komt". Zo
hebben de soldaten en de Neder
landse jongelieden in deze dans
zaal een compromis gesloten
waarvan de meisjes het meest
profiteren. De dames die dat wen
sen kunnen zich immers op zo'n
bal in Budel verzekeren van de
gunsten van twéé cavaliers, zon
der dat het tot onaangenaamheden
komt. De eerste helft van de avond
staan de Helmuths en Günthers ter
beschikking en als die tegen kwart
voor tien al dan niet innig af
scheid hebben genomen geldt voor
de meisjes: lippen bijstiften. haar
in orde brengen enterug naar
de zaal, waar de uniformen in
middels hebben plaats gemaakt
voor Nederlandse burgerpakken.
De logische gevolgen van een en
ander zijn er al: verschillende
Duitsers, die naar Budel kwamen
„Zin voor goede
nabuurschap"
vanouds Is. Er is méér. Dit bijvoor
beeld;
Een paar maanden na de legering
van het Luftwaffe-onderdeel in
Budel vond men op de spoorlijn
die vlak langs de legerplaats loopt,
het lijk van een Duitse soldaat.
Men dacht aanvankelijk aan een
ongeluk, maar herzag die mening
In de cafeetjes worden heel wat contacten gelegd.
het begin zün er wat moei-
jkheden geweest. Er waren
se officieren, die hun Neder-
Ise eengezinswoningen te klein
ien. Dat waren ze naar Duitse
ippen misschien ook wel, maar
i een van de officieren zelfs
tr ging dat hü zijn huis ,,'n
ir-' durfde noemen, betekende
toch een leiyke valse noot in
tot dan toe door de Duitsers
harmonisch vertolkte lied van
en vriendschap. Of de des-
fffende militairen inmiddels.
Ie conclusie zyn gekomen dat
huizen bü nader inzien toch
tek niet zün, of dat ze het
in maar verstandiger achten
lerder het zwügen toe te doen,
iet zeker. Zoiets valt moeilijk
chterhalen. Een feit is echter,
er na die ene wanklank nooit
r één onvertogen woord over
Duitse behuizing in Budel is
std. Begrüpelijk overigens,
i wat die ontevreden officier
liet ontvallen getuigde van wei-
jevoel voor discipline. En dis-
ine is een woord dat in de
iplaats Budel weer met een
Idletter geschfeven wordt
Duitse hoofdletter wel te ver-
leefdheid dienstbevel
deefdheid tegenover de „Neder
landse gastheren" is er dienst-
(1 en wie dat negeert kan
'ren dat de legering van het
twaffenausbildungsregiment n'
sn de Duitse grenzen geens-
'verandering heeft gebracht in
Duitse opvattingen omtrent
itaire gehoorzaamheid. De tijden
men het Duitse leger van
hver-discipline" kon beschui-
'n heten dan wel voorbü te zijn,
wie als Nederlander binnen
hekken van de legerplaats
tl komt en er z'n ogen en
a de kost geeft, die bekruipt
«herroepelijk zo nu en dan
dat mengsel van huiver en
wr, dat we na twintig jaar wel
'en willen vergeten, maar dat
blijkbaar bij ons voor eens en
'altijd inzit. Want het galmen-
-schone Westerwald" waarop in
"el weer gemarcheerd wordt,
"iet het enige dat weer als
T iggen de oorzaken van dit soort
-Lj dingen binnen de hekken van
de legerplaats, daarbuiten, in het
dorp Budel, is men intussen on
versaagd doorgegaan met de bou-
werü in „De Root". De bouwkos
ten van de huizen alleen al be
dragen ruim vüf miljoen gulden.
Daarbij komen nog de kosten van
wegen, plantsoenen en twee scho
len: een lagere school en een
kleuterschool. De laatste is al een
vol jaar in gebruik en herbergt
voorlopig ook de twee klassen
van de lagere school. Het gebouw
is ontworpen door de Nederlandse
genie. Het was een nogal onge
wone opdracht voor een bouw
bureau dat zich doorgaans met het
ontwerpen van kazernes, bruggen
en fortificaties bezighoudt, maar
men ziet er de hand van de mili
taire ontwerpers nergens aan af:
het gebouw ademt enkel vredig
heid. Voorzitter van het schoolbe
stuur is de ondercommandant van
de Duitse troepen in Budel, oberst-
leutnant K. Müller. en schoolhoofd
een uit Duitsland overgekomen
onderwijzer, „Rektor" Redders,
die heeft beloofd dat een van de
toen bleek, dat dezelfde soldaat de
dag tevoren in een plaats in de
buurt door roekeloos rüden een
verkeersongeval had veroorzaakt.
Wat het was dat hem daarop deed
besluiten naar de spooriyn te
gaan? Een vreemde karaktertrek?
Lafheid? Of een zo ziekeiyk ontzag
voor de betekenis van een dienst
bevel dat hy de overtreding daar
van niet tegenover zün superieu
ren durfde verantwoorden?
Het zou wellicht ondoeniyk ge
weest zün een eeriyk antwoord
op deze vragen te geven wanneer
het bij dit ene geval gebleven
was. Doch dat is het niet en de
rapporten erover in het archief
van de Budelse Marechaussee zün
zo goed als identiek: een Duitse
militair veroorzaakt door grove
schuld een verkeersongeluk, weet
dat hij daarmee de grootste fout
heeft gemaakt die hy hier maar
maken kan en kiest, in plaats van
zich te melden, de spoorlijn
Slechts de namen en data ver
schillen. De laatste maanden zün
gevallen als deze niet meer voor
gekomen, hetgeen erop zou kun
nen wyzen dat men op dit punt
in Budel z'n les geleerd heeft.
eerste dingen die hy de kinderen
zal leren de „zin voor goede na
buurschap" zal zün.
Afwachtend
TVu het er, na het af- en aan-
ryden van verhuiswagens, wat
rustiger is geworden, kunnen de
bewoners van „De Root" zich
eigeniyk pas goed gaan wüden
aan een voorzichtige integratie in
het Budelse leven. In het instruc
tieboekje dat de Duitsers bü hun
aankomst naar Budel hebben doen
verschynen staat precies omschre
ven van welke grondgedachte de
militairen en hun gezinsleden
daarby moeten uitgaan. „De
Nederlanders", zo staat er, „heb
ben op grond van ervaringen in
het verleden het recht om vreem
delingen afwachtend tegemoet te
Afwachten, dat was inderdaad
precies wat de inwoners van Budel,
de Bulanders zoals zü zich noe
men, deden. Ze gedroegen zich,
vooral in het begin, tegenover de
Duitsers koel maar niet onvrien-
deiyk; nergens afwüzend, maar
ook nergens zonder meer ver-