Resounds: .Presentatie' Flying Arrows: „Voor elk publiek" Geen belangstelling w1 M Runawayskomen volgend jaar terug Jaterdag 11 december 1965 Pagina 3 Weekeindbijlage L.D. Extra Op deze pagina presen teert zich een aantal heat- groepen uit Leiden. Het is uiteraard onmogelijk om ze allemaal aan bod te la ten komen. Leiden telt be halve de hier genoemde groepen nog vele goede en nog meer minder goede beat-groepen. Om er een paar te noemen: The Real Jumping Stars, de Moen piepers en de Tarantella's, allemaal groepen, die nog helemaal aan het begin van hun loopbaan staan, maar zoals ons is ge bleken allemaal van plan zijn een flinke gooi te doen naar de populariteit. IN krap drie jaar tijd zijn in Nederland honderden beat-groepen als paddestoelen uit de grond geschoten. Geïnspireerd door Engelse jongelui met voorop de Liverpoolse Beatles wier pen Nederlandse jongens van Breskens tot Raalte en van Gulpen tot Roodeschool zich op de beat-muziek. In clublokalen, op zolders en in kelders werd verwoed geoefend op de gitaargrepen en het kenmerkende ritme van de beat, waarbij de meeste jongelui als ideaal voor ogen stond: bekend worden, roem vergaren en platen maken. Anderen deden het wat nuchterder en leefden zich in hun muziek alleen maar uit. Allemaal bij elkaar zijn zij maar nau welijks in staat om te voldoen aan de enorme vraag, welke in Nederland naar deze vorm van muziek ontstond. ER is dan ook geld te verdienen in de beat-muziek. Ook in Nederland, waar vaak voor beroepsmusici niet veel meer dan een belegde boterham is te verdienen, bleken tientallen ama- teur-beat-groepen zich een fors inkomen te verwerven met het optreden voor alle mogelijke verenigingen en instanties. Werkelijk talentvolle jongelui verdienen zelfsyheel veel geld. Namen als Rob de Nijs en de Lords, (onlangs in opspraak) Johnny Lion en de Jumping Jewels en ZZ en de Maskers bleken in staat om veiling hallen en andere grote zalen te vullen met duizenden grif betalen de tieners. Even leek het of er na deze befaamde bands geen Nederlandse jongens een belanrijke rol in het vaderlandse beat- leven zouden gaan spelen. De genoemde groepen raakten door hun succes de wilde haren en de ruwe kantjes kwijt en voor de tieners is dat niet meer je ware. Leiden kan niet uitslaan AAR met de Haagse Motions, de Eindhovense Phantoms en andere jonge groepen diende zich een nieuwe beat-generatie aan, die op het ogenblik met een forse platenverkoop be wijst, dat er schot zit in de Ne derlandse beat-muziek. "Wasted words" en "If you leave me I'll go crazy" worden hoog geno teerd in de „hit"-lijsten en dat s een plezierig verschijnsel, om dat deze nummers puur Neder lands zijn. Optimistische gelui den dus uit de Nederlandse beat-gemeenschap. Lelden brengt het er helaas wat slechter af. Hoewel er in Leiden bands zijn, die verdienstelijk spelen en die ook wel een mooie „staat van dienst" achter de rug hebben, gaan de Leidse beatliefhebbers voor goede muziek de stad uit. Op naar Den Haag, Scheveningen, Beverwijk of Amsterdam is in de weekeinden voor heel wat Leidse jongelui het devies. Het grootste compliment, dat Danny and his Flying Ar rows in de (bijna) vier jaar van hun bestaan hebben gekre gen kwam van een verwoed Bach-liefhebber, die beroeps halve bij een van hun voorstel lingen aanwezig moest zijn. „Ik verwachtte het ergste, maar ik Jullie heb gehoord, vond ik het nog muzikaal ook". Daar stre- de zes jongens, die onder de naam Danny and his Flyiiig Ar rows een respectabele staat van dienst in de Leidse Beat-wereld hebben opgebouwd, zeer bewust naar. „Wij zijn in staat om ook voor een wat ouder publiek muziek te verzorgen", vertelt Adri Leest, achttien jaar en leider van de 2roep. De Flying Arrows stemmen hun programma af op hun publiek: is dat overheersend de tienerleef tijd gepasseerd, dan klinkt de mu ziek wat zachter, dan zijn de num mers wat rustiger en dragen de jongens nette pakken. Maar als het moet, kan het ook behoorlijk rauw toegaan. Eind '63 begonnen de Flying Arrows hun loopbaan op talentenjacht in Zoeterwoude. Hoewel ze daar geen prijs in de wacht sleepten, werden er wel heel wat contacten gelegd, onder meer voor een show met Rob de Nijs en zijn Jumping Jewels in de Stads gehoorzaal, een proefopname voor een grammofoonplaatje en een contract je met het theaterbureau Joop de Knecht, voor wie zij in middels heel wat avonden in het westen van Nederland hebben ver zorgd. burger (18> en zanger Bart („Dan ny") Disselvelt (16). Organist Gigi Casu is de benja min van de band, zij het niet in leeft.yd hij is 22 maar de jongens hebben hem gezamenlijk een tweede thuis bezorgd. Want Gigi is Italiaan en hij kon aan vankelijk maar moeilijk aarden in Nederland, maar de muziek heeft hem daar aardig overheen gehol pen. Gigi Casu werkzaam in een Leidse machinefabriek is van grote betekenis voor Danny and his Flying Arrows. In Italië volg de de bedeesde Siciliaan namelijk een driejarige opleiding aan een conservatorium en zijn muzikale kennis stelt hem in staat de arran gementen voor zijn groep op uitste kende wijze te verzorgen, terwijl zijn elektronisch orgelspel een apart cachet geeft aan de zo be langrijke „sound" van de band. Danny and his Flying Arrows heb bel. het razend druk. Ze treden op het ogenblik alleen in de week einden op, „want", vertelt de heer J. Rol vader van Adri Rol „de jongens studeren bijna alle maal in de avonduren en dat is ook een van de redenen waarom ze alle aanbiedingen uit 't buitenland voorlopig afslaan". Bij die aanbie dingen varen er uit Duitsland en Indonesië. De Arrows hebben een fanclub. Er zijn bijna 300 leden en het gekke is, dat de meeste daar van uit Beverwijk en Rotterdam komen", zegt Adri Rol. In Bever- wijk wijk en Rotterdam hebben de Leidse jongens veel werk en dat verklaart deze wat vreemde toe stand. Een man die wat leeftijd be treft niet meer helemaal in de tienermuziekwereld thuishoort is de 33-jarige Leidse retou- cheur Wim Sierat. Toch is hij een van de meest markante fi guren in het Leidse beat-leven, die zich met overmatig enthou siasme inzet voor de belangen van de door hem geleide „Re- sounds". Zijn haardos doet niet onder voor die van vele tien Jaar (of meer) Jongere beat-collega's en wie hem achter de microfoon te keer ziet gaan de haren schuddend, gillend, lachend en transpirerend waant zich ln de beginperiode v^n de beat, ln de oervorm in Liverpoolse caverns. „The Re- sounds" begonnen als zoveel gi taar groepen eind 1961, geïnspireerd door het succes van Cliff Richard en zdjn Shadows. Lang hielden de Resounds die stijl niet vast zij Wim Sierat (getrouwd met een al net zo enthousiaste vrouw, die geen optreden overslaat). Talentenjacht- De voorstellingen in „De Stad Rome" volgden elkaar op met de regelmaat van een klok. Dat was zo omstreeks september 1964 en de Resounds achtten zich toen sterk genoeg om deel te nemen aan een talentenjacht, die toen ln het ka der van de viering van het 65-jarig bestaan van het Leidse Volkshuls werd georganiseerd. Daar werd prompt de eerste prijs behaald en dat leverde weer het nodige werk op. „Presentatie is erg belangrijk", vinden de Resounds, die een bij zonder goed op elkaar ingespeelde groep vormen, iets, waaraan de hechte vriendschap tussen de le den van de groep niet vreemd is. Gerard Burgerhout (21) speelt so- lo-guitaar (voor ingewijden: hij houdt van .struikelen"), Bert Lan- kester bedient de slaggitaar, maar 9? 'laatje Verder hebben de Flying Arrows als enige Leidse groep een plaatje op de markt gebracht: „Mijn Ten- ee baby/Java". „Dat is niet groot succes geworden", is het unanieme oordeel van bas-gi- 'arlst Adri Leest, solo-gitarist Adri Sol (18), slag-gitarist Piet Chau- dron (19), drummer Tonny Rijns- The Runaways behoorden enkele maanden geleden tot de beste Leidse beatgroepen, maar deze band, die in 1962 werd opgericht, heeft op het ogenblik te kampen met moeilijk heden. „Het is eigenlijk altijd een beetje tegengelopen", ver telt leider-drummer-gitarist Dick Florijn (19), die op het ogenblik echter weer vol goede moed is en stevig oefent om met zijn nieuwe Runaways in het voorjaar weer voor het publiek te kunnen optreden. In de jaren '63/'64 hadden de Runaways dank zij de Haagse zanger Dean Holly een uitstekende naam in Leiden en Den Haag. Er was volop werk, maar toen Dean de benen nam naar Duitsland, liep het een beetje mis. „We speelden toen maanden lang in „La Gaité" in Den Haag, aldus Dick Florijn, die op het ogenblik bijzonder gehandicapt is door de diensttijd van sologitarist Joop van der Zeeuw (20). Ben Seller („de witte") speelt slaggitaar, André van der Linden basgitaar en de Runaways hebben een nieuwe drummer in opleiding. Wisselingen in de samenstel ling hebben de Runaways de laatste maanden voortdurend parten gespeeld, maar in het voorjaar van 1966 is alle leed geleden en hopen Dick Florijn en zijn mannen hun (nog steeds goede) naam waar te gaan maken. i Leidse vereniging of een Leidse organisator een avond op touw zetten met goede beat-muziek, dan moeten er bands van buiten de stad komen. Er is hier sprake van een wissel werking: het publiek accepteert Leidse beat-groepen veel moei lijker onder het motto „het zal wel weer niets zijn" en voor jongens die werkelijk iets gaan presteren is er in Leiden geen arbeidsterrein. Zo kan zich het vreemde verschijnsel voordoen, dat een beat-groep als „Danny and his Flying Arrows" puur Leids een fanclub heeft, waarvan het gros van de (300) leden in Beverwijk en Rotter dam woont. Er zijn ln Lelden heel wat groepen. Hun niveau is doorgaans erbarmelijk. Slechts vijf of zes groepen handhaven zich op een redelijk niveau en zij boeken hier en daar aardige succesjes. ER is overigens voor alle groepen in Leiden goed of minder goed volop werk. Alle clubhuizen, verenigingen en studenten organisaties hebben op zijn tijd graag de heftige klanken van de Leidse beat-groepen op hun feestavonden en ook in het drietal bescheiden beat-dancings, dat Leiden kent, zijn zij veel ge ziene gasten. Die meer dan grote belangstelling voor de beat roept de vraag op of Leiden niet rijp is voor een echt beat-centrum zoals dat in Scheveningen, Amsterdam en Utrecht is opgericht. Bekende en minder bekende bands treden daar geregeld op en de „groten" laten zelfs buitenlandse groepen overkomen. Er wordt in Leiden wel met dergelijke gedachten gespeeld, maar het is als met zoveel initiatieven: er kan geen geschikte ruimte worden gevonden. De Stadsgehoorzaal is de enige zaal, die voldoende mensen kan bevatten om het optreden van dure groepen mogelijk te maken, maar deze is door het kostbare interieur niet geschikt voor wat al te enthousiaste beat-liefhebbers. Sporthallen, veilinghallen of der gelijke ruimten zijn er niet en het ziet dan ook naar uit, dat initia- ven in de richting van een Leids beat-centrum voorlopig dood zul len lopen. ER zijn plannen voor een maandelijkse grote beat-avond, te beginnen in januari (idee: Frits Hofenk), maar die zijn nog in een heel pril stadium, evenals de plannen van de Hagenaar Jacques Senf. Verder zijn in Leiden actief op dit gebied de Twenty Society, de dansleraar Tibboel (De Burcht), de „Morschpoort" en „De Kleine Burcht". bands, die de Beatle-stijl onder de knie kre gen, een genre, dat zij nog steeds graag spelen. Hun beginperiode ls een Rotogravure-periode, want ontstaan uit de personeelsvereni ging van dat bedrijf beperkte het eerste optreden zich tot eigen publiek en via allerlei feestavon den van personeelsverenigingen, het Leidse Volkshuls en andere in stellingen kregen de Resounds wat meer bekendheid. Dat resulteerde in meer werk (onder meer in Doom, Warmond en een vakantie ln Hattem), maar de grote stap ln het beat-leven was voor deze enthousiaste groep een optreden in hotel „De Stad Rome" in War mond. „Daar speelden we eigenlek voor het eerst voor een vreemd en dansend publiek", vertelt een olijke r It De Resounds tijdens a een recent optreden in de f I Leidse Stadsgehoorzaal, f omdat hij binnenkort ln dienst gaat, wordt op het ogenblik de 16-Jarige Jos Nieuwenburg in die functie ingewijd. Fred Roozendaal (19) speelt basgitaar. Jacques Mark (17) is een drummer, die als een razende te keer kan gaan. Wim Sierat zingt (evenals de andere le den van de groep) en behartigt de zakelijke belangen en Fred Bok (19) heeft zich een onmisbare po sitie als technicus verworven. Tech nisch gaaf spel, een razend en thousiasme en stug repeteren ma ken de Resounds een van de toon aangevende Leidse groepen. De Leidse dansleraar Tibboel is een man met veel ondervin ding in het Leidse amuse mentsleven. Ruim tien jaar lang organiseert hij in de weekeinden dansavonden in de Jacobazaal in Leiden. In die tien jaar heeft de heer Tibboel volop gelegenheid gehad een oordeel te vormen over de smaak van het Leidse publiek en met overtuiging geeft hij dan ook zijn mening: „Er is in Leiden geen belangstelling voor een amuse ments vorm, die ik zou willen om schrijven als „nachtleven". Bij mij moeten ze dus niet aankomen met argumenten als „er is in Leiden geen ruimte om iete te organiseren". De zaak is heel eenvoudig: gebrek aan belangstelling verhindert elke vorm van nachtleven". Deze lijn wil de heer Tibboel doortrekken in het Leidse beat-leven. Dat heeft hi) aan den lijve ondervondeni naast zdjn wekelijkse dansavond „constant zper goed bezet" organiseert hij van tijd tot tijd grotere dansevenemen- ten in de grote zaal van De Burcht. Dan laat hij bekende beat-groepen en zangers komen, en dan blUkt tel kens weer dat de belangstelling maar matig is. Deze tendens wordt ook wel ondersteund door ervarin gen als met het grote tienerfestijn in de Stadsgehoorzaal van enkele weken geleden: nauwelijks 100 tieners bevolkten toen de Stads gehoorzaal. De heer Tibboel He zich pas de laatste vier jaar met het beat-genre ging bezighouden ziet geen gouden toekomst voor de beat- muziek in het algemeen, zeker niet in Leiden. Vervolg op pagina 4

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 11