KAAS OM KAAS JAPANSE INVESTERING IN SIBERIË? Nog dit jaar een Franse satelliet Tankvaart Ablda 12 Vado te Tunie Aclla 11 v 4 rad# te Stanlow Acmati 11 y Sten low n Dublin Acteon 13 Dieddeh n Abaden Ameland 11 420 m WZW St VI De Sowjet-Unie heeft Japan ver zocht om hulp by de economische ontwikkeling van Siberië, aldus deel den kringen van een Japanse han delsdelegatie gisteren in Moskou mee. De Russische premier Koslgin had, toen hy de delegatie in het Kremlin ontving, verzocht om „con- •crete voorstellen" over de wyze waarop Japan behulpzaam zou willen zyn. Hij vertelde dat gewerkt wordt aan een grootscheeps kapitaalinves teringsprogramma voor Siberië voor het volgende vyf jarenplan, waar mee volgend jaar wordt begonnen. Er zyn in Siberië grote hoeveelheden olie, yzer, kolen, gas, metalen en hout aanwezig. Frankryk hoopt nog voor het einde van dit jaar een kleine aardsatelliet in een baan te kunnen brengen. De satelliet zal worden gelanceerd met een „Diamant"-raket vanaf de Fran se basis in Hammaguir in de Sahara. Het dagblad Le Monde meldt, dat men een satelliet of een experimen tele ruimtecapsule wil afvuren vóór de presidentsverkiezingen op 5 de cember. Het Nationale Centrum voor ruimtestudie heeft echter verklaard dat de lancering na 5 december zal plaatsvinden. Frankryk heeft reeds meermalen met succes raketten af gevuurd naar de hogere atmosfeer- lagen voor weeronderzoek. „RECHTER TIE EN HET LEVENDE LIJK" door Robert van Gulik Dagelijks vervolgverhaal jawel, we zouden wel ergens uit- OlLmen. Maar waar? We hadden ecli er geen keus, terug konden we niet. 5|n we liepen en liepen, er kwam -en eind aan die gang. Daarby J «rd hy steeds vuiler en spelonkach- w jer. Aan de muren en de vloer vj jtefden een soort kleurloos mos: in tyd tot tyd glipte er iets le- ends voor onze voeten weg. Het fis een lugubere tocht. Geloof maar it ik angsten heb uitgestaan. Myn irt klopte in myn keel. Maar we Roesten voort en liepen maar. In ïze angst begonnen we steeds har- ir te lopen. En of het nu kwam jor de opwinding van het avontuur #rkwaardig was, dat hoe harder we ■pen, hoe vreselyker myn metgezel jon te vloeken. Ik heb van myn ren wel eens meer ruwe taal ge- jord en de gewone omgangstaal van (j| l)n studiegenoten op de landbouw- 'fóool was ook niet altyd vry van Mastering, maar zoals deze man nekte, dat was werkeiyk niet te rdragen. De tunnel begoi* intus- langzaam te stygen, soms traps- taJwflze, met lange platte treden. Dat if ons weer moed en myn kame- td biykbaar nieuwe reden tot het ibreken van liederiyke taal. Ten- kte vond ik het toch myn chrls- eH ïplicht hem op deze zonde te wy- d en terwyl ik haast hem voort- 1de tikte ik hem op de schouder eei: - Denk er aan vriend, dat mis- uen ons laatste uur geslagen heeft dat we binnen enige ogenblikken nnen worden opgeroepen voor de jperste Rechter. Ben je daar wel voorbereid? U stond plotseling stil en keek met hoogopgetrokken wenk- ^uiwen aan. Ik dacht in myn nai- «II-, dat hy door myn woorden off en was, maar toen barstte hy In een schaterlach. - Kom jy uit Jezelf, of word je lluurd? viel hy uit. Zeg, waarom bben ze jou dan in de bajes ge- als jy zo'n brave Hendrik bent. o, biecht 's op. - Het was maar een raad, krab- 1de ik terug, ik wil me niet met iw zaken bemoeien. Het leek my niet de geschikte lts en gelegenheid om met dit pre individu aan het vechten te iken. Hoe is het ontstaan? Dit woord: PROBLEEM Het Griekse werkwoord pro- ballein betekent: opwerpen, Toorleggen. Daarvan is afgeleid problema, een woord dat dus letterlyk betekent: het op- feworpenen, het voorgelegde en randaar: het vraagstuk dat op- lelost moet worden, de opgave, de strijdvraag die ter discussie wordt gesteld, de kwestie, het nadsel. Het werkwoord ballein wordt ook met andere voorzetsels sa mengesteld. Diaballelndoor eenwerpen leverde diabolisch emballein: inwerpen embo- i, symballein: samenwerpen gaf symbool en paraballein: lings iets werpen, naderen is de basis van Frans parler en onze woorden parabel en parlement. Hé, doe je licht uit, riep hy plotseling. Nee, dat doe ik niet, zei ik. Ha ha!, lachte hij, ben je bang voor me? Ik zal Je heus geen kwaad doen, hoor. Doe je licht eens uit en kyk eens daarginds". Ik knipte myn lampje uit en keek Er was een zwak lichtschynsel in de verte. Wc renden weer vooruit. Helaas, onze hoop een uitgang te hebben ge vonden, bleek ydel. Het eind van dé gang had een onregelmatige vorm, alsof iets dichtgemetseld was. Voor onze voeten gaapte de opening van een riool, dat onder een helling van ongeveer 60 graden de grond inging. Het licht viel binnen door een cilin dervormige verticale schacht daar boven. Myn kameraad boog zich voorzichtig over het riool en keek omhoog in de schacht. Het is een put, zei hy. Er ligt een yzeren rooster op. O, daar kom ik wel uit, hoogstens een meter of vier vyf. Het bloed stolde me in de aderen by de gedachte, dat ik boven dat riool een acrobatische toer zou moe ten volbrengen. Myn metgezel be dacht zich geen ogenblik, klemde zich weer met voeten en rug tussen de wanden van de put en begon zich langzaam en voorzichtig omhoog te werken. Het metselwerk was van ru we steen en bood voldoende weer stand en houvast, maar de muur was nogal vochtig en glibberig. Ik volgde met ingespannen aandacht zyn be wegingen, zag hem hoger en hoger stygen tot boven in de hals, die vierkant was en iets nauwer. Als een aap greep hy zich met zyn lange armen aan het yzeren rooster vast, trok zich op in de vierkante opening, drukte zich daar nogmaals in vast wierp met een forse beweging het yzerer rooster omhoog, zodat ik dat kletterend hoorde neerkomen op de stenen en was met een sprong uit myn gezichtsveld verdwenen. Hy riep my nog niet eens een woord van af scheid toe. Ik zag hem niet weer. Maar ondertussen stond ik daar. Wat nu? Ik kon daar niet blyven en terug kon ik ook niet. Wat bleef my an ders over dan zyn voorbeeld te vol gen? Heb jy dat ook gedaan? vroeg Ethel en ze keek hem aan met een mengeling van schrik en bewonde ring. Ik moest het in elk geval wel proberen, vervolgde Reginald. Ik zet te voorzichtig myn voet op de rand van het riool. Die rand was smerig en glibberig en voor ik er op be dacht was, schoot myn voet uit. Ik greep woest om my heen, maar het was te laat. Met het hoofd omlaag gleed ik de diepte in. Ik bedacht niet anders, ging Reginald voort, of het was met me gedaan. Ik suisde omlaag door een modderige vleze rioolbuis en plonsde elndeiyk in het water. Het was niet anders dan het instinct tot zelfbe houd, dat my de adem deed inhou den om nog zo lang mogeiyk myn bestaan te rekken. Maar meteen had ik alweer de uitmonding van het riool bereikt. Het ging bliksemsnel. II' stortte in de diepte. Het water was verschrikkeiyk koud. Het leek wel ys, maar tot myn grote vreugde be merkte ik, dat het stromend water was. Ik opende de ogen en zag sche merig groen licht, zoals men dat on der water ziet. Een paar forse sla gen omhoog en ik hief het hoofd bo ven de oppervlakte van de rivier. (Wordt vervolgd) Da's brood op jonge kaas op oude kaas op brood 3585. Koelbloedig opende Joris de voordeur, waar de menigte op beukte. „Maak de stoep even vrij. heer Mo", verzocht hij. De reus gehoorzaamde. En nadat hij met enkele armzwaaien ruim baan had gemaakt, trad Joris naar voren. „Goede liedensprak hij. „De angst voor Yinx heeft u hier heen gedreven en dat is begrijpelijk: van alle demonen zijn de Yinx wel de kwaadaardigste Zelfs deze krachtfiguur, die ge naast mij ziet. is bang voor Yinx. Zoals ge zoéven hebt gemerkt, kan hij een hele menigte terugdringen, maar voor Yinx gaat hij aan de haal! Nietwaar, meneer Mo?" De reus knikte dommelig. Dit maakte indruk en er viel een beklemde stilte. ..Joris!" fluisterde Panda, hem aan de mouw trekkend. „Wat doe je nouJe zou ze kalmeren, zei je. maar in plaats daarvan maak je ze nog veel banger!" „Stil, manneke", antwoordde Joris. „Als ge wilt. dat ik u help. moet ge me mijn gang laten gaan en me niet hinderen met op- en aanmerkingen". Hij wendde zich weer tot de menigte en vervolgde: ..De Yinx liggen op de loer en slaan toe. wanneer ge het 't minst verwacht. Maar. goede lieden, wanhoop niet. Er bestaat een afdoende bescherming tegen dit gevaar Hij haalde een polis uit zijn tas. toonde deze aan de menigte en vervolgde met verheffing van stem: „NEEM EEN YINX-VERZEKER1NG!' DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN KRAMMETJE FOK 316. Het was met de beide professoren niet zo goed gegaan, sinds zij hun mummiewindselen hadden afgegooid. Vol zelfver trouwen waren zij naar de Pharao gegaan, die echter snel had ontdekt, dat de paraplu van Barrekou nog de mummie-vermom ming droeg. Overhaast hadden de beide professoren de vlucht genomen. Maar nu de argwaan van de Pharao evenwel was gewekt, moes ten zij snel een beslissing nemen. Door een wirwar van gangen haastten zij zich naar een punt. dat dicht bij de waterval was gelegen. En het was daar. dat zij Bram snel omlaag zagen komen langs de waterval. Nóg had Bram het onderste gedeelte van de stromende af daling niet bereikt, toen Barrekou zijn paraplu, die hij allang van de windsels ontdaan had. naar de benen van de dappere zeeman slingerde. „Pas op", riep Karo. „Kijk uit", krijste Tutu. Brammetje paste wel op en keek wel uit. maar het hielp hem niets. De paraplu, met meesterhand geworpen, zou hem on herroepelijk raken en er was voor Bram geen kans uit te wijken of zich ergens aan vast te houden. Beneden hem brulde het schuimende water ats een leeuw in de aanval Da's hele andere kaas Da's een sneetje Posities Nederlandse P 11 New Orleans n GelveeK "I 12 v Colombo n Djibouti 11 op 115 m O Las Palm 12 v Lacr ta Daltzijl I 13 v Tri poll tc Beyrouth r— e 13 Kaap Etpichal J"»ndii p 12 Kiel n Abo l. 12 ta Londen hrtvltr J. 11 v Antwerpen Gothenburg «•waan 12 v Malta n Beyrout "•'«•trli verm. 13 v Bordea. Gaiablanca ■•nskali, 11 op 70 m ZO Kaap ut p 12 Kiel n Keml il John 13 60 m ZW Ou.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 19