Begeleiding op de weg naar
Sleutelbloem: niet aan
het bloeien te krijgen
Ze staan je te woord
maar dat is ook alles'
Vervolg van pag. 1 van Uiv Wereld
Zaterdag 14 augustus 1965
Pagina 2
Wekelijks bijvoegsel Uw Werd
„Doel en beeld van het vormingswerk
zijn moeilijk duidelijk te maken"
Lessen in make
voor meisjes.
up, een gewaardeerd en zeker niet overbodig onderdeel van het vormingswerk
Jaarlijks verwisselen In Lei
den enkele honderden jongens
en meisjes beneden de achttien
jaar de schoolbank voor draai-
of toonbank kantoorstoel of
lopende band. Van de ene dag
op de andere stappen zij uit de
besloten sfeer van de school in
een milieu, dat weliswaar geen
strafregels kent maar wel vele
andere regels en dat geen re
kening houdt, kan houden met
de gevoeligheden van jonge
ren, een milieu kortom waarin
van de scholier-van-gisteren
wordt verwacht dat hij als een
volwassene reageert.
Bliksem tem po
De jongen g>f het meisje moet
zich in bliksem tem po aanpassen.
Dat lukt meestal wel voorzover het
't arbeidsproces betreft. Maar een
kind van veertien, vijftien jaar
wordt niet in een paar maanden
volwassen, ook al wordt hy als
dusdanig behandeld. Onder de
druk van het nieuwe milieu ver
ander weliswaar zijn gedrag,
maar de vorming van zijn persoon
lijkheid, nog in een pril stadium
van ontwikkeling, komt daarbij in
het gedrang. De leeftijd van 14 tot
17 jaar is een uitermate belang
rijke fase voor de persoonsvorming.
En juist in die periode valt dus
de grote en plotselinge overgang
Honderd meisjes volgen de
cursussen van de stichting De
Sleutelbloem, met haar veertien
jaar een van de oudste vor
mingsinstituten in den lande,
maar inmiddels door vele jon
gere Zonnebloemen ruimschoots
voorbijgestreefd. Van die hon
derd meisjes neemt alleen Kat
wijk er al veertig voor zijn reke
ning. Nauwelijks de helft komt
uit Leiden zelf. Nauwelijks vijf
tig werkende meisjes van 14 tot
21 jaar. „Bedroevend weinig",
zegt de directrice, mevrouw H.
R. M. Cramer, „we zouden er
toch zeker wel vijfhonderd mo
gen hebben".
Die meisjes uit Katwijk („van
een nieuw atelier, waarvan ik ze
drie Jaar geleden meteen heb be-
kregen") zijn trouwens de enigen,
die van hun baas elke week een
middag vrij krijgen om naar de
Sleutelbloem te gaan.
„Vorig jaar heb ik geprobeerd
ook Leidse bedrijven te bewegen
hun meisjes één middag in de week
te laten deelnemen aan het vor
mingswerk. Ik heb toen zestig fir
ma's aangeschreven. Het resultaat
was nihil Mevrouw Cramer
haalt haar schouder op. „Als de
een niet begint, doet de ander het
ook niet. 't Is erg moeilijk."
„Dit Jaar zijn weer zestig brie
ven de deur uit gegaan. Daar heb
ik al enkele reaties op gekregen.
Endegee6t heeft vijftig folders ge
vraagd voor verspreiding onder het
huishoudelijk personeel. Smit-Rönt
gen heeft beloofd, dat het zal pro
beren zijn meisjes een middag in
de week te sturen. Die bedrijfsleider
daar is trouwens erg enthousiast,
ook voor het Jongenswerk. Vorig
Jaar heb ik daar ook de eerste kan
toormeisjes voor de avond gehad.
Maar soms kom ik naderhand
ergens en dan merk ik, dat ze niet
eens de moeite hebben genomen om
mijn brief te lezen of de folders
op te hangen."
„In het bestuur van de Sleutel
bloem zitten ondememenrs die
meisjes in dienst hebben, maar er
nog nooit één hebben afgestaan
voor een middag vormingswerk",
onthult mevrouw Cramer bitter ge
stemd. Zjj vertelt, dat er plannen
bestaan om het bestuur van Stich
ting Vorming Werkende Jeugd Lei
den te promoveren tot centraal be
stuur van zowel (algemeen) jon
gens- als meisjeswerk.
Beperkt
MEVR. CRAMER
het u drotvlg
De Sleutelbloem heeft betere tij
den gekend. Vroeger had men een
clubhuis in een van de Boerhaa-
vezalen en waren er maar liefst
180 cursisten. „Nu hebben we he
lemaal geen eigen ruimte meer, we
zijn gewoon een afdeling van de
Huishoudschool, en daardoor zijn
de mogelijkheden wel erg beperkt
geworden."
„Toen ik er ruim twee jaar ge
leden inrolde, was de Sleutelbloem
er uitgesproken slecht aan toe. Er
waren nog maar zo'n tachtig meis
jes. Langzaam gaat het omhoog
Een snelle groei zouden we trou
wens in de gegeven situatie niet
kunnen verwerken, want de Huis
houdschool zelf krijgt ook steeds
meer leerlingen.
Los van n.o.
„Er is ons toegezegd", vervolgt
mevrouw Cramer, „dat wij volgend
jaar buiten het nijverheidson
derwijs komen. Nu zitten we nog
Koken, het hoort^er bij en 't is gezellig, maar het is zeker niet
een van de hoofdzaken bij het meisjeswerk.
met handen en voeten gebonden
aan het rooster en de leerkrachten
van het n.o. Nu kun je geen naai
les laten vervallen om een discus
sie-avond te houden. Op het ogen
blik gaat het er allemaal veel te
schools aan toe om van echt vor
mingswerk te kunnen spreken."
„Er is ook toegezegd, dat wij een
andere ruimte zouden krijgen,
waarschijnlijk samen met het jon
genswerk." Zij geeft toe jaloers te
zijn op de grote vormingscentra die
in andere steden bestaan: „Maar
ja, daar heb je het weer, daar zijn
grote bedrijven die er achter staan".
„Het is toch droevig, als Je na
gaat, dat van de 3200 bedrijven
die Leiden telt, er geen een is die
een beetje actief is met betrekking
tot het vormingswerk voor meis
jes. Het ene bedrijf kijkt naar
het andere wat typisch Lelds
kV geloof Ik - om vooral maar niet
te behoeven doen dan
Subsidie
Het is geen erg opwekkend ver
haal, dat mevrouw Cramer doet.
Soms is het zelfs verbijsterend. By
voorbeeld als zü vertelt er onlangs
achter te zijn gekomen, dat de
Sleutelbloem van de gemeente Lei
den een jaarlijks subsidie krijgt,
waarvan altyd maar een klein deel
wordt gebruikt „Toch zou ik het
geld best kunnen gebruiken. Om
materiaal voor handenarbeid te ko
pen, om een sportlokaal te huren
en een bureauruimte, want dat heb
ben we helemaal niet, of om met
de meisjes excursies te maken. En
komen we buiten het nijverheidson-
derwüs, dan hebben we e"n hele
inventaris nodig, want we hebben
niets van onszelf. Maar er werd
mjj altyd gezegd, dat ik zuinig aan
moest doen
van school naar werk. Aan zijn lot
overgelaten zal het de jeugdige
werknemer zwaar vallen in deze
nieuwe levenssituatie een eigen
houding te bepalen.
Geforceerd
De weg naar volwassenheid duurt
jaren. Met een bruuske overgang,
in de puberteit, van het op de
jeugd afgestemde schoolmilieu
naar de maatschappU van de vol
wassenen worden lange-afstands-
marsen geforceerd. De jeugdige
wordt heel vaak voor problemen
gesteld, die hij nog niet de baas
kan.
Wat de vier vormingsinstituten
nu doen, is dit: de jeugdige werk
nemer begeleiden op de weg naar
volwassenheid. Wat die pedago
gische begeleiding precies inhoudt,
is moeilijk in een paar woorden
te vertellen. Een negatieve defini
tie is sneller gevonden: vormings
werk is geen overdracht van ken
nis. „Voor mensen die niet voort
durend met ons werk te maken
hebben, is het doel en beeld er
van onduideiyk", aldus mejuf
frouw M. M. van Beek, secretares
se van de Stichting Vorming Wer
kende Jeugd.
(creatief en constructief), groeps
gesprek („ze leren discussiëren en
luisteren") en sport.
Effect
„Het effect van het vormings
werk is, dat de meisjes meer inte
resses krijgen en geleerd hebben
meer dingen zelf te doen. Juist de
hedrijfsmeisjes ontdekken vaak,
dat zij veel meer mogelijkheden
hebben dan ze dachten", vertelt
mevrouw H. R. M. Cramer, direc
trice van de Sleutelbloem. „Van de
make-up-lessen leren zij ook heel
wat, hoor, want je krijgt ze soms!
En de medische voorlichting niet
te vergeten, dat is een van de
hoofdvakken, daar beginnen
het eerste Jaar al mee."
Mej. Van Beek beklemtoont,
het wenselijk is, dat de jeugj
werknemer een vormingsinsti)
gaat bezoeken, zodra hy wordt i
genomen in het arbeidsprq
„Ideaal zou zyn, dat als
jongen of meisje ergens komt i
lieiteren, er geiyk zou worden
zegd: je kunt zoveel verdienen
je gaat op die middag naar l
vormingswerk", merkt de heer
Versnel, voorzitter van Vorü
Werkende Jeugd, glimlachend
.,Maar zover is het nog lang
Eerst moeten we dezelfde good
zien te kragen die by voorbj
de groene kaart van K. en
heeft".
Doelstelling
Uit een dossier diept zy niette
min een formulering van de doel
stelling op: de Jongeren zich
zelf en de buitenwereld te leren
kennen: inzicht te geven in nor
men, waarden en denkbeelden: de
ryping van het gevoelsleven te be
vorderen en de jeugdige zover als
mogelijk voor zichzelf zelfstandig
en open kan ontwikkelen.
„wy brengen een programma,
dat door de Jongen als zinvol wordt
ervaren en dat tevens een appèl
doet op alle mogeiyke ontwikke-
llngsfacetten van de Jongen", al
dus de heer M. J. Chr. Worrell, lei
der van het algemeen vormings
werk voor Jongens. Hoofdpunten in
dat programma zyn handenarbeid
Directrice run Leidse
Mater Amabilisschool:
„Ze staan je te woord, ze zyn cor
rect, maar dat is ook alles, je
krygt geen voet aan de grond."
Aldus karakteriseert mejuffrouw
M. J. E. Kerckhoffs, directrice
van de Mater Amabilisschool, de
„medewerking" van de Leidse be
drijven aan het vormingswerk
voor rooms-katholieke meisjes.
„Wat wy opvangen, is maar een
druppel." De school heeft oir ca
180 leerlingen: dertig die de Jon
gerencursus (14-16 Jaar) en byna
150 die de avondschool bezoeken.
Van die 180 meisjes komt slechts
veertig procent uit Leiden. Een
druppel dus, maar wel één die
aan betekenis wint,, als men weet
onder welke omstandigheden hy
uit de kraan is geperst.
In andere plaatsen is het namely k
gëbrullkeiyk, dat de werkgevers de
meisjes voor het vormingswerk
een ochtend of een middag in de
week vrij geven, het loon van die
halve dag doorbetalen en boven
dien by dragen in de cursuskosten.
Zo niet echter in Leiden. „De
meisjes de onze avondschool be
zoeken", zegt mej. Kerckhoffs na-
drukkeiyk, „komen uit eigener be
weging en in hun eigen tyd en
betalen zelf hun cursuskosten, 55
gulden per jaar." Wat de meisjes
van de jongerencursus betreft,
„die komen weliswaar 's middags,
maar die zyn meestal geen hele
dagen in betrekking, terwyi het
cursusgeld vrijwel altyd door de
ouders wordt betaald".
Het gros van de 150 avondscholieren
bestaat uit kantoormeisjes, ter-
wyl de rest in winkels of in de
huishouding werkt. „Wy zyn de
enige M.A.-school in het diocees
Rotterdam zonde? fabrieksmeis
jes." De directrice Is herhaaldelijk
diverse bedrijven af geweest om
daarin verandering te brengen,
maar „ze staan Je te woord, ze
zyn correct" enzovoort (zie aan
hef).
Mej. Kerckhoffs werkt nu vyf jaar
In Leiden. „Met plezier, ondanks
alle6. De jeugd hier is veel ope
ner dan die in het zuiden, waar
ik vandaan kom. Je weet precies,
■wat Je aan de meisjes hebt." In
die vyf Jaar is wel wat gebeurd.
„Toen ik kwam, had de school 78
Die matige groei meent mej. Kei
hoffs niet alleen op rekening j
het bedrijfsleven te moeten sob -
ven. Volgens haar heeft ook 1
deeldihedd by het vormingstf
zelf belemmerend gewerkt.
voor kort konden M. A. en 3
telbloem niet gezamenhjk fl
buiten treden. En uit ervai
weet ik, dat de bedry ven het I
leuk vinden om nu eens die
dan weer die over de vloer te 1|
gen voor een gesprek over 1
mlngswerk."
Toch heeft enkele jaren geledenl
zekere mate van samenwerl
bestaan, „maar die werd 1
eenzijdig verbroken door hetl
stuur van de Sleutelbloem. I
bestuur heeft daarna een kee
vyf geschreven met het vert
de zaak uit te praten, maar i
is nooit een reactie op gekorol
Mej. KERCKHOFFS
je krijgt geen voet
aan de grond
leerlingen. De bestuursleden zeg
gen: „het is fantastisch gegroeid",
omdat die Leiden kennen, maar
ik rind het maar matig."
Nu werken bedde instituten wea
bescheiden voet samen, zy het1
ficieus en buiten de besturen! 1
„Je hebt elkaar nodig. Hoe ri
we samen kunnen doen, d«g
beter dit is voor het vormi<
werk." Een fusie? „Daar bet
enorm voor. Daar heb ik vyf JI
geleden al over gepraat."
Niet alleen economische overweg
gen pleiten voor een dergel
samensmelting. „We hebbeni
katholiek instituut 25 30 J
testantse meisjes, christelijk gi
formeerde zelfs, met toestemnj
van de ouders. Hoewel wy ze f
naar de Sleutelbloem hebben i
wezen, wad; we in zulke geva) 1
altyd doen, wilden zy liever e
ons komen, omdat ze hier I
vriendinnen hadden. Het ge!
is. dat we discussie-avonden
den, af en toe een dominee 1
gen, met z'n allen naar een J v
testantse kerk gaan, kortom:
is een zekere openheid uit vol 1
gevloeid, waarop een fusie me s
leen maar een logisch vert
ïykt."