Flatbewoners klagen over ïlichtzee op Stationsplein Be stuVS Bushalte bij zebra op Rijndijk een gevaar Slapen is probleem - LEIDSCH DAGBLAD WOENSDAG 11 AUGUSTUS 1965 TWEEDE BLAD NIEUWE VERLICHTING OP LEIDSE STATIONSPLEIN IS NIET VOOR IEDEREEN EEN ONVERDEELD GENOEGEN Buitenlanders aan wie men vraagt wat hen in Nederland het meest op valt, antwoorden steevast 11a hollen, molens, klompen en andere door VVV's aangeprezen typisch Nederlandse verschijnselen „de mensen zitten 's avonds in verlichte huiskamers zonder de gordijnen te slui ten". Deze typisch Nederlandse eigenaardigheid kan door een aantal bewoners van de flats aan het Leidse Stationsplein niet meer worden botgevierd. De reden is een op het eerste gezicht nogal vreemde: het Leidse Stationsplein kreeg een nieuwe verlichting. Het Leidse Stationsplein baadt in een zee van plicht. De nieters hoge lichtmasten die vorige maand 'werden geplaatst, maken het mogelijk 0111 overal mjop dat Stationsplein 's avonds een krantje te lezen. Ma Diezelfde masten maken het ónmogelijk om zonder de gordijnen te duiten een avond gezellig door te brengen in een flat van het im posante gebouw, waarin behalve een deel van de Leidse universiteit, m flats en een aantal bedrijven zijn ondergebracht. Voor vele be woners van de eerste, tweede of derde etage van dat gebouiv is het onmogelijk om een plezierige nachtrust te genieten in een Ïüaapkamer die net als het plein baadt in een zee van licht. Want hoe plezierig die mooie, lange masten voor het verkeer ook mogen zijn: het abnormale felle schijnsel dat zij verspreiden is al isinds de ontsteking van deze moderne verlichting een bron van C ergernis voor de beivoners van de benedenste drie woonlagen van het stations flatgebouw. de straatverlichting is groot genoeg om die to doordringen met haar „slapeloze" schijnsel, tot groot ver driet van de bewoners. Dat er iets aan moet gebeuren staat voor hen vast. Gezamelijk gaan de dupeerde flat bewoners een brief schrijven aan de Dienst van Openbare Werken. De aangewezen man om by een dergelyk actie als contactman op te treden is huismeester G. van Zetten. Op de eerste, tweede en derde eta- ge - het meest gedupeerd door het hinderlijk inschijnen - bevinden zich haast een aantal drie-kamerflats ver- Schillende vier-kamerflats. De bewo ners van deze laatste categorie in Jiet bijzonder hebben veel last van fee lichtzee: in deze flats bevindt fcich één slaapkamer aan de zijde Van het Stationplein. Zelfs gordijnen kluiten helpt niet. De lichtsterkte van Oplossiiif Juist terug van een rondgang langs verschillende door het schijnsel ge plaagde flatbewoners, vertelt hij over de plannen. „Een brief opstellen, handtekeningen van de bewoners er onder en dan afwachten wat voor maatregelen er worden genomen", is zijn oordeel. Dat er maatregelen moeten worden genomen staat voor hem vast. Dat het kan ook. „Ik zit als huismeester zo dikwijls voor moei lijkheden, dat ik er van overtuigd ben, dat ook voor dit probleem een oplossing is te vinden. Ik zie bij voorbeeld het is maar een sug gestie wel iets in een soort af scherming aan de zijde van onze flats, zodanig dat, inplaats van de drie etages die nu door de lantaarns beschenen worden, alleen de bene denverdieping deze eer te beurt zou vallen. Daar zijn alleen bedrijven ge vestigd en die ondervinden daar geen last van. Op straat zou hiervan niets te merken zijn: de hoeveelheid licht d&ar blijft precies gelijk. Een ruwe schatting: een strook van circa der tig centimeter breedte zou voldoende zijn". De heer Van Zetten „huis meester is een beroep, niet zo maar een bijbaantje" vertelt over de eerste contacten die deze avond zijn gelegd met zes bewoners van flats, die last ondervinden van het schijn sel. Zy zullen de brief opstellen, waarna de heer Van Zetten voor de handtekeningen daaronder zal zorg dragen. Overigens moet zijn rol in deze kwestie vooral gezien worden als een bemiddelende, niet als een actieve of partijdige. Duur? De op kosten van het Philips Pen sioenfonds gebouwde flats zijn se dert ongeveer anderhalf jaar in ge bruik. Een belangrijk gedeelte van het gebouw aan het Stationplein is in gebruik bij de Leidse universiteit. Verschillende grote bedrijven von den winkel of showroom-ruimte oo de Zo ziet het Leidse Stations plein er op het ogenblik des avonds uit: tot in de verste hoe ken [el verlicht. (Foto L.D./Halfvaot) begane grond, terwijl de flats nu al le bewoond zijn. De eerste vleugel flats werd eind 1963 betrokken, de laatste flats (aan de zijde van het Morskwartier) in het najaar van 1964. De bewoners zijn goed te spre ken over deze flats, die in Leiden de naam hebben duur te zijn. Maar een bewoonster rekende ons voor dat het nogal meevalt. De huur bedraagt voor een drie-kamerflat f. 210 per maand. Daar is alles bij in begre pen tot de centrale verwarming toe. Onderhoud van liften, schoon houden van trappen, hallen en over lopen, gebruik koelkast en boiler: allemaal factoren die vaak afzonder lijk betaald moeten worden in ande re flatgebouwen. Daarbij komt dat de flats bijzonder centraal zyn ge legen, ruim van opzet zijn en tot in de puntjes afgewerkt. Klacht De eerste werkelijk vrij ernstige klacht is dus gekomen met het plaat sen van de lichtmasten op het Leid se Stationsplein. „Zelfs het sluiten van de gordijnen helpt nauwelijks", onthult mevrouw Van Zetten, die het ook vanzelfsprekend vindt, dat hier iets aan gedaan moet worden. Zelfs een normale zaak als naar buiten kijken levert moeilijkheden op: het felle schijnsel verblindt de ogen. I Maar huismeester Van Zetten is vol goede hoop op de afloop van de komende handtekeningenactie. Hij heeft al eerder plezierige ervaringen opgedaan in het contact met de ge meente Leiden, zoals bij zijn voor stel voor het maken van een speel tuin op de open vlakte achter de stationsflats. Een plan daarvoor van de heer Van Zetten werd in prin cipe goedgekeurd. Minder te spreken is hij over de vertraging die de bestratingen van het parkeerterrein achter het gebouw en de troittoirs aan de zyde van het Stationplein, ondervindt. Maar van dit bij regenachtig weer: modderige euvel zullen de bewo ners van de flats aan het Leidse Stationsplein spoedig verlost zijn. Licht Niet zo veel last Het is beslist niet zo, dat dlle bewoners van de flats aan het Leidse Stationsplein last hebben van de onlangs aangebrachte nieuwe straat verlichting. „Onzin", ivas zelfs de reactie van iemand, die vlak voor zijn venster op de eerste etage een lichtmast heeft. „Als je de gordijnen sluit heb je nergens last van. Zijn de gordijnen te dun, dan is een voering vaak afdoende om elke lichtoverlast te doen verdwijnen. Ja, 't is even een kleine moeite, maar proble men zijn er toch in elke nieu we woningDeze bewoner was dan ook beslist niet van plan om aan de handtekenin genactie mee te doen. Een andere bewoner merkte op, dat omstreeks elf uur 's avonds de verlichting op de helft van de normale capaci teit gaat branden. Dan wordt de hinder een stuk minder en ook hij zag geen aanleiding om aan de actie mee te doen. Brandt de huiskamerver lichting en zijn de gordijnen open, dan merk ik zelfs de straatverlichting niet", was het oordeel van een bewoner van de eerste etage. Bij open bare werken onthield men zich nog van commentaar totdat het bezwaarschrift binnen is. (Advertentie) Zoekt U een SCHOORSTEENKLOK WANDKLOK of WEKKER v. d. WATER heeft ze. De beste merken JUNGHANS. KIENZLE, HAARLEMMERSTRAAT 181 ALTIJD VOORDELIG. Onlangs zijn bij enkele zebrapaden in de Sleu telstad welsprekende lichtmasten geplaatst, die automobilisten (ook bij dag, al branden de lam pen niet) op behoorlijke afstand vertellen, dat op overstekende voetgangers gelet moet worden. Een van die aldus extra beveiligde oversteekplaatsen ligt over de Hoge Rijndijk bij de Burggravenlaan. Wanneer men aldus de belangen van de voet ganger wil behartigen, moet men de zaak echter radicaal aanpakken, en ook eenvoudiger en min der kostbare verbeteringen aanbrengen die bo vendien van verdere strekking zijn. Uit de richting Wïlhelminabrug komende be vindt zich pal voor deze voetgangersoversteek plaats een bushalte. Sinds 1 juli j.l. gelden zeer stringente bepalingen over stilstaan en een ver bod tot inhalen vóór een zebra. Die bepalingen worden thans dagelijks vele tientallen malen ge negeerd bij het betrokken zebrapad. Een bus die bij de gewraakte halte stopt belemmert het uit zicht van het overige gemotoriseerde verkeer op de oversteekplaats, en strikt juridisch is het zo, dat deze stilstaande bus niet mag worden gepas seerd. Automobilisten kunnen niet zien, of voet gangers voor de bus langs oversteken, zodat op deze ogenblikken een zeer gevaarlijke situatie bestaat. Het zou aanbeveling verdienen, de bushalte te verplaatsen naar de richting van de stad, zodat deze voorbij het zebrapad en voorbij de zijstraat direct na het zebrapad komt te liggen. Daarmede zouden alle bezwaren opgelost zijn. Verplaatsing van het zebrapad lijkt minder wenselijk, aange zien hier vele voetgangers uit de Burggravenlaan oversteken, die wellicht niet van de zebra gebruik zouden maken, wanneer deze te ver van de hoek RijndijkBurggravenlaan zou komen te liggen. Op de bijgaande foto een beeld van de gevaar lijke en ook wettelijk aanvechtbare situatie. (Foto LD/Holvast)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 3