Vele paters en studenten
werkten driekwart eeuw
aan onderaards museum
OOSTERSCHELDE WORDT
EUROPA"
„ZINKPUT VAN
l ooraanstaand bioloog
clr. K. F. Vaas vreest:
t
Alle leven sterft af
De mergelgroeve van de Caenerberg
Schaften in de ..Jezuïetenberg"
„De drinkwatervoorziening is dan natuurlijk helemaal van
de baan.
De hengelsportliefhebber haalt geen levende vis meer op.
De recreatie kunnen we wel afschrijven.
De mensen willen geen dode zee zien, die de flora en fauna
meedogenloos vernietigt".
I J
(Van onze Vlissingse correspondent)
Aan de lijst van bezwaren tegen de toekomstige Oosterscheldedam (in 1978 gereed) zijn door de
bioloog dr. K. F. Vaas enkele zorgwekkende aspecten toegevoegd. Aspecten waarin een na
tionaal drama ten grondslag kan liggen: een totale vergiftiging van het Oosterscheldebekken
na de afsluiting. Als er geen oplossing voor gevonden wordtkomt in Zeeland ..de zinkput
van Europa te liggen. De afgesloten Oosterschelde zal zich vullen met goor afvalwater van de
industrie.
„Hier in huis noemen ze me
de „bergbaas". De hoeveelste
bergbaas ik in de afgelopen 75
jaar ben? Ik zou het niet kun
nen zeggen. Maar het is leuk
werk. Ik doe het graag. Ik heb
nooit gedroomd dat ik als ge
boren Hagenaar nog eens
bergwerker zou worden in
Maastricht".
Pater A. de Wijs is net zijn 29
Jaar een jonge bergbaa». Tijdens
het vertellen staat hij getogen over
de plattegrond van de Fallenberg.
In werkelijkheid een stkdonkere
doolhof van mergelgangen, even be
zijden de bochtige weg vai Maas
tricht naar Kanne, onder le heu-
velglooiïngen die van dit ziidelyk
puntje Nederland uit over d» Bel
gische grens golven.
Pater De Wijs studeert theologie
aan het Jezuïeten Canisianum aan
de Tongersestraat in de Limbirgse
hoofdstad. In zijn vrije tijd is ieze
spraakzame Hagenaar „de bias"
van een uitgestrekte onderaadse
werkplaats in een deel van de Ctn-
nerberg, waar studenten en pators
wekelijks een stuk van hun vrije tjd
doorbrachten. Doorbrachten, waat
de wekelijkse trek naar de „Jeuït-
tenberg". zoals de volksmond dee
eeuwenoude onderaardse mergel
groeve noemt. neem?, af.
Een groot deel van de mensen ii
met Canisianum heeft naast de stu.
die werk buitenshuis gekregen. Vooi
de onderaardse berg als hobby
atelier is minder tijd beschikbaar
gekonxtn. Er worden godsdienstles
sen gegeven aan middelbare scholen
in de stad, er is druk werk met
Jeugdclubs en jongerenverenigingen.
Tot enkele jaren geleden, 1960 en
1961, gingen de paters en studenten
elke woensdag in groepen van 20
tot 25 man om er te werken. Dat
werken was dan een echte vrije
tijdsbesteding in de hoge gangen en
ruime „zalen" van de uitgestrekte
groeve.
„Woensdag", zo vertelt de berg
baas, „noemen wij de campagnedag.
Bij elk studentenhuis waar je op
een namiddag naar toe kunt gaan.
Je kimt er in de omgeving wat wan
delen of lezen op de waranda's, er
worden groepsgesprekken gehouden
of je kunt er rustig wat studeren".
Maastricht heeft een bijzondere
campagne, die op de top van een
heuvel ligt, vlak tegen de Belgisch-
Nederlandse grens aan, bü het
kleine dorpje Kanne. Vanaf het bui
tenhuis, op de top van de heuvel,
heeft men een prachttig uitzicht
over Maastricht en het Maasdal. In
de buik van de heuvel ligt tientallen
meters onder de aarde het eeuwig
donkere labyrinth van mergelgan
gen. Tot rond 1890 was hier een mer
gelgroeve. Er werden mergelblokken
In deze groeve gezaagd voor huizen
en kerkenbouw. Vroeger ook voor
vestingwerken. Men zegt dat de Ro
meinen al mergelblokken uit de
Zuidlimburgse groeven haalden.
Verdwaald
Toen de groeve werd stilgelegd
gingen de omwoners er zondags
op wandeling door deze mooie streek
wel eens nieuwsgierig kyken.
Iedereen kon er vrij naar binnen
wandelen door de schuurpoort hoge
openingen in de rotswand. Met
een kaars of stallamp ais verlich
ting zochten de bezoekers voorzich
tig de weg in de wir-war van gan
gen.
Wie in deze enorme doofhof de weg
in de eeuwige duisternis kwijt
raakt, komt er nooit meer levend
uit. Meer dan eens moesten red
dingsploegen de mergelgroeve in
om verdwaalde mannen of jonge
lui te zoeken. Sommigen werden
nooit gevonden. Van anderen
eens van drie verdwaalde paters
vond men na jaren bij toeval
de geraamtes terug.
Ook de paters van het Canissia-
num gingen net als de bewoners
uit de omgeving 75 jaar geleden
eens in die geheimzinnige spelonk
neuzen. Ze beschouwden het als een
spannende vrijetijdsbesteding. Dwa
lend achter kaars of lamp door de
gangen versierden zij de zachte
lichtgele mergel wand soms met
houtskooltekeningen of met schil
derstukken. Wat naar schatting
130 miljoen jaren geleden nog de
bodem van een binnenzee was, werd
stilaan na 1890 een hobby-atelier
voor de paters Jezuïeten en de stu
denten.
NAVO
„De onderaardse Cannerberg",
licht bergbaas De Wys toe, „be
staat uit de Bosberg en de Fallen-
berg. In de Bosberg huizen nu al
enige tijd militairen van de NAVO.
Onze ondergrondse internationale
buren hebben dit gedeelte van de
berg afgesloten en het is er „ver
boden toegang". In „onze" Fallen-
berg hebben in de afgelopen 75
jaar honderden paters en studen
ten hun teken- en beeldhouwkunst
kunnen uitleven. 'Het is dan ook
een echt onderaards museum ge
worden. Kleinkunst van amateur
schilders. -tekenaars en -beeldhou
wers met penseel of houtskoolstift,
met beitel, houweel en mergel
zaag".
Inderdaad, een mysterieus on
deraards museum. Als de suizende
carbidlamp met een jas wordt af
gedekt, is het er aardedonker en
er hangt een doodse stilte, die bij
na angstwekkend is. Over het gele
mergelzand loopt men zo zacht als
was het een tapijt. De grote stuk
ken die in dit unieke museum
staan, hebben heel wat vrije woens
dagen aan plezierige werkuren ge-
Men vindt er bijvoorbeeld een na
bootsing van het origineel van het
Alhambra. In prachtige kleuren
geschilderd en compleet met vij
ver. Er werd drie jaar week
in week-uit aan gewerkt. Een van
de metershoge en bijna straatbre-
de gangen kreeg de naam van de
Amsterdamse „Heerengracht". Niet
omdat de gang zoveel op de Hee
rengracht leek, maar omdat de
twee wanden van deze gang be
schilderd zijn met koppen van de
heren Jezuieten.
Het zijn zogenaamde schaduw-
iop-tekeningen op de vooraf glad-
geschuurde mergelwand. Door het
schijnsel van de lamp wordt de
schaduw van het hoofd op de mer
gelwand als silhouet en-profille-
geprojecteerd en met houtskool
zwart gemaakt.
Sprookjes
Een andere gang kreeg de naam
van de Krekelgang. Deze telt acht
nissen in de mergelwand. Aan elke
zijde vier. In elke nis staat een
bekend sprookje uitgebeeld, tot in
details uitgewerkt door een zekere
pater Krekel, die hier ook voor
zijn plezier werkte. Vandaar de
Krekelgang, maar ook wel Sprook
jesgang genoemd.
In de „Tsjechische hoek" schil
derden studenten uit Tsjecho-Slo-
wakije landschappen uit hun va
derland. De Javanen die in het
Canisianum studeerden dat wa
ren de mannen van het fijne
werk schilderden wajangpoppen,
landschappen uit Indonesië, maak
ten een Boeddha en een prachtige
goden tempel. Dik twee jaar werd
gekapt en gebeiteld aan een mon
sterlijk-grote mosasaurus, een
voorwereldlijke hagedis van tien
meter lengte en twee meter hoog.
Er is een apart museum van de
vondsten uit de voorhistorische
tijd, er is een „visioen van doods
beenderen", een eeuwige drup die
in een vijvertje valt, een mauso
leum ter nagedachtenis van hen
die in het concentratiekamp Da
chau het leven verloren, een ge
weldig beeld van Ramses werd in
een mergelmuur uitgekapt, levens-
,,De geweldige zoutconcen-
traties op grote diepte in het
Oosterbekken zullen na de af
sluiting nooit verzoeten", zegt
dr. Vaas. ,,Er zullen twee ver
schillende systemen ontstaan:
een laag met een zoetwater-
vegetatie en daaronder een
zoutwater-vegetatie. Een naar
gevolg hiervan is, dat in de
diep gelegen zoutwaterkommen
door de rottingsprodukten van
het zoete water, zwavelwater
stof wordt gevormd.
grote gevleugelde stieren sieren de
onderaardse ruimte.
Vochtig
Voor de schafttijd is er een
eigen keuken, vlak by de kleedka
mer met een garderobe voor over
alls in blik. De vochtigheidsgraad
in de grot is zó groot, dat de kle
ding aan een kapstok er binnen
twee weken volledig is weggerot,
In 1920 stortte een deel van de
berg ih. Met de vuurspuwende berg
„Vesuvius" en de oermens met
knots en voorwereldlijke monsters,
verdwenen tientallen werkstukken
onder een lawine van mergelblok
ken en aarde.
Wie de berg voor de eerste maal
binnengaat, volgt een tweehonderd
meter lange, bochtige, kronkelgang.
Door het „Heksenpoortje" be
treedt hy de ingewanden van de
aarde. Het „Heksenpoortje" staat
altijd open. Door de luchtstroming
in de berg heeft de tocht aan de
deur „een stem". Een stem van
een zuchtend spook. Vandaar de
Zwavelwaterstof ls een zwaar ver
gif voor mens en dier. Het zal dan
ook noodlottig worden voor de flora
en fauna in de Oosterschelde.
Planten en vissen sterven af. Alle
leven zal vernietigd worden door
het zware vergif. Er ontstaat, wat
je noemt, „dood" water. Dat bete
kent een ramp, want het Ooster
schelde bekken verandert dan in
een stinkende groene plas, waaruit
talloze muggen- en spinnenplagen
kunnen voortkomen".
Dr. Vaas Ls directeur van de
hoofdafdeling Delta onderzoek Hy-
drobiologisch Instituut in Ierseke,
van de Koninklijke Nederlandse
Academie voor Wetenschappen. 'Hij
en zijn dertig medewerkers (onder
wie acht academici» werken aan
een ecologisch onderzoek in de
Zeeuwse wateren, dat de staat
jaarlijks een half miljoen kost. We
laten hieronder dr. Vaas aan het
woord:
„Onze dienst bestudeert het dier
in zijn milieu. Hieronder verstaan
we het nagaan van de gedragingen
van de dierenwereld in de ter
plaatse aanwezige omgeving. Onze
voornaamste taak is de verande
ringen in flora en fauna in de
Zeeuwse wateren te bestuderen, als
gevolg van de uitvoering van het
Deltaplan".
Verandering
„Om een Inzicht te krijgen in de
ituatie, die zich na het afsluiten
van de Oosterschelde voordoet,
zullen we eerst een balans moeten
op maken van de huidige stand
van zaken. In de eerste plaats valt
dan op, dat de Oosterschelde van
de zeemond tot diep in het binnen
land een constant vrij hoog zout
gehalte heeft. Een tweede kenmerk
voor de Oosterschelde is de sterke
eb- en vloedstroom die er heerst.
De fauna en flora die zich thans
in deze zeearm voordoen, vertonen
dan ook een grote overeenkomst
met die aan de zeekust. Na het
afsluiten van de Delta-arm komt
hierin een ingrijpende verande
ring, die noodlottige gevolgen met
zich kan meebrengen. De sterke eb-
en vloedtroom komt geheel te ver
vallen en het zoutgehalte zou bi)
de huidige geografische situatie,
slechts zeer langzaam een geringe
daling vertonen. Het polderwater
heeft op een zo groot waterbekken
als de Oosterschelde bijna een on
merkbare invloed".
Rijn en Maas
„Een van de belangrijkste be
weegredenen (naast de veiligheid)
voor de uitvoering van het Delta
plan, is het verkrijgen van zoet
waterspaarbekkens tussen de voor
malige Zeeuwse eilanden. Om de
verzoeting van de Oosterschelde te
bewerkstelligen zal dus een belang
rijk grote waterbron van buitenaf
gebruikt moeten worden. Zoals be
kend heeft Rijkswaterstaat hier
voor twee grote Nederlandse rivie
ren op het oog, de Rijn en de
Maas".
„Naar ik aanneem zal Rijks
waterstaat wel over argumentatie
beschikken om aan te tonen, dat
deze twee rivieren inderdaad vol
doende zijn om de Oosterschelde te
verzoeten. We kunnen wel zeggen
dat dit geleidelijk zal gebeuren. Dat
wil zeggen voor een gedeelte van
de Oosterschelde, want de veertig
meter diepe kommen, die veelvul
dig in dit water voorkomen, zullen
met deze methode ten eeuwigen
dage zout blijven".
„Het zoete rivierwater stroomt
over deze kommen heen en krygt
geen kans om het zoute water op
deze grote diepte te verdrijven. Dit
om de eenvoudige reden, dat zoet
water een kleiner soortelijk ge
wicht heeft en dus boven blijft
„drijven". Er ontstaat nu de vol
gende situatie: we krijgen een zoet-
waterlaag onder he. wateropper
vlak tot maximaal 15 meter diepte.
Hierna vormt zich een overgangs
gebied van zoet naar zout water
en we kunnen wel aannemen, dat
beneden de achttien meter alle wa
ter zout blijft". 1
Bacteriën
„Deze vreemde toestand kan nog
vreemdere gevolgen met zich mee
brengen. Omdat het zoete water
lichter is dan het zoute, vindt er
van boven naar onder geen door
stroming van zuurstofrijk wa
ter meer plaats. Zo zal in de hele
Oosterschelde van 18 tot 40 meter
diep een zuurstof arm milieu ont
staan."
„In de kringloop van de natuur
betekent dit een ernstige versto
ring van het natuurlijke even
wicht: de inmiddels aan de ver
anderde condities aangepaste plan
ten en die sterven af en zakken
naar beneden. De resten komen
dan in een gebied terecht, waar
alle bacteriën kunnen voortbe
staan, die tegen een zuurstofarm
milieu bestand zijn. Deze bacteriën
zetten in een zuurstof verbruikend
proces, de rottingsprodukten om in
zwavelstof. In het door de bacte
riën nog verder verbruikte zuurstof-
arme milieu kan de zwavelwater
stof nu alleen nog maar in meer
of minder sterke concentraties in
de onderste waterlagen voorkomen.
Verder zal er nog niets gebeuren".
„Dood" water
„Anders wordt dat. wanneer door
storm of harde wind een stroming
in het water ontstaat. Het zware
vergif wordt nu ook door de boven
ste laag gemengd. In een mum van
tyd zal dan alle leven in de Ooster
schelde letterlyk vermoord worden.
Bij voortduring van deze ernstige
toestand krijgt de Oosterschelde
dan gemakkelijk een karakter van
blijvende aard, dat in de volks
mond wel met „dood" water wordt
aangeduid. Wetenschapsmensen
zeggen dan dat het biologisch rei
nigend vermogen van het water
nihil geworden is. Dat heeft ver
strekkende gevolgen: immers Eu
ropa's vuilste rivier, de Rijn (die
volgens de plannen van rijkswa
terstaat in de Oosterschelde zal
uitmonden zal er wel voor zorgen
dat het water in de kortst mogelij
ke tijd nog verder vergiftigd wordt.
Alle afvalprodukten van de Fran
se en Duitse industrie komen via
de Rijn en de Maas in de afge
sloten zeearm terecht".
„De drinkwatervoorziening is na
tuurlijk helemaal van de baan en
de hengelsportliefhebber haalt
geen levende vis meer uit het wa
ter. De recreatie kunnen we wel
afschrijven. De mensen willen geen
giftige dode zee zien. die de flora
en fauna «meedogenloos -ernietigt".
„Het voorkomen van een derge
lijke catastrofe zal Rijkswaterstaat
nog wel enige hoofdbrekens kos
ten. Men overweegt het zoute wa
ter uit de diepe kommen af te
zuigen met lange slangen die op
sterke turbinepompen aangesloten
worden. Als al het zoute water
weggezogen is, komt er echter al
weer een nieuw probleem om de
hoek kijken. Het hele gebied on
der de Zeeuwse eilanden en wate
ren wordt verbonden door auto-
tochtoon water.
Deze autotone water laag zal ear
voor zorgen, dat de diepe kom
men in de Oosterschelde weer lang
zaam zullen verzouten. Om dit te
compenseren zal er dus geregeld
behoorlijk gespuid moeten worden".
„De directie van Rijkswaterstaat
heeft ons daarom het plan in de
Oosterse helde-dam één of meer
spuikanalen op te nemen toever
trouwd".
„Modelschool"
,In tegenstelling tot dit zakelijke
betoog van bioloog dr. Vaas klin
ken de schrille noodkreten van de
voorman van de Zeeuwse visserij
de heer A. L. S. Lockefeer, (oud
burgemeester van Hulst», onder het
motto: „Geef ons geen Oosterschel-
de-dam. Het gaat om des vissers
boterham."
Ook bioloog drs. A. C. Drink-
waard, als medewerker verbonden
aan het Rijksinstituut voor Visse
rij-onderzoek in Wemeldinge, trekt
van leer tegen het afsluiten van
de Oosterschelde. In zijn labora
torium heeft hij jarenlang ge
werkt aan de zgn. oesterproef, die
nimmer werd uitgevoerd.
Drs. Drinkwaard zegt: „Wij we
ten dat, als het aan Rijkswater
staat ligt, geheel Nederland een
waterbouwkundige modelschool zal
worden en dat als men klaar la
met het Deltaplan en de Wadden
zee, men serieus de droogmaking
van de Noordzee zal gaan becij
feren. Men zal in het buitenland
wel versteld staan van al die dam
men, die toch allemaal op elkaar
lijken. Zijn enkele van die juweel
tjes niet voldoende? Wat wil men
toch met die Oosterscheldedam»
waarmee men het gestelde doel ni$f
anders dan voorbij kan schieten", j
Het „Alhambra"