MERKWAARDIG DUO Listige slagzet beslissend Biedsystemeii die tijd roven Breed centrum Hier rust mijn geliefdeschildpad Kom er ACHT-er Zaterdag 15 mei 1965 Pagina 4 Wekelijks bijvoegsel Uw WerelJ In de zevende ronde van de on langs geëindigde wedstrijd om het persoonlijke damkampioenschap van Nederland 1965, besliste Wim van der Sluis uit Amsterdam met wit zjjn party tegen zyn jeugdige stadgenoot Tony SUbrands, kort na de opening met een heel listige slagzet. 1. 32—28, 1&—21; 2. 31—26, 18—22; 3 .37—32, 11—16; 4. 41—37, 7—11; 5. 34—29, 20—24; 6. 29x20, 15x24; 7. 40—34, 1—7; 8. 37—31, 21—27; 9. 32X21, 16x27; 10. 46—41, 10—15; 11. 42—37, 11—16; 12. 48—42, 7—11; 13. 3721, 1621; een Roozenburg- systeem dat ni partie-Bonnord. 14. 4137, 1318 15. 45—40, 5—10; 16. 34—30, 9—13 17, 4034, 39; Zie diagram. DAMMEN 33—28, 22X33; 31x22, 17x28; 32x5. Rest zwart dus niet ander dan 1520 waarna hij snel verliest door 3025. Nu is 1823 verhinderd we gens 3329 waarna wit met 3429 komt en later 2823 laat volgen. In de vierde ronde werd Bom op listige wijze door Van Dijk ver schalkt. BOM Bridgevraag van deze week: West gever, niemand kwets baar, parenwedistrijd. Zuid heeft: 4 B 10 9 5 3 - West één schoppen noord past oost twee harten zuid drie ruiten west vier harten noord vijf klave ren oost doubleert zuid past west vijf harten allen passen. Waarmee moet zuid uitkomen? Antwoord elders op deze pagina. BRIDGE VAN DER SLUIS Wit voerde nu de volgende fraaie damcombinatie uit: 18. 2823, 18X40; 19. 33—28, 22x33; 20. 38x20, 14x34; 21. 31x22, 17x28; 22. 32x5 en zwart gaf op In plaats van 173—9; zou 4—9 niet heb ben geholpen omdat dan dezelfde combinatie zou volgen. Ook 1420 is niet goed wegens: 2823, 18x40; Hier vervolgde zwart met: 56 4944? en bood in verband met de dreiging 18—23 zijn tegenstander remise aan. Wit verraste hem nu met: 57. 27—21, 26x17; 58. 33—29, 44x22; 59. 37—31 (dreigt 31—27) 22—44; 60. 32—28, 44x22; 61.31—27, 22x31; 62. 36X27, 17—22; 63. 29—23! 18X20; 64. 27x9 en zwart gaf op. In de laatste ronde van het kort geleden geëindigde persoonlijke damkampioenschap van Den Haag kwam in de partij tussen F. N. v. d. Ende en A. J. Bom de volgende fraaie combinatie voor: In hevige tijdnood vervolgde zwart hier met 302832; Wit won nu door: 31. 27—21, 16x27; 32. 24—20, 15x24; 33. 34—39, 23x34; 34. 39x19. 13x24; 35. 33—29, 24x42; 36. 48x23, 22x33; 37. 31x2. F. Gordyn. Kom er ACHT-er 1. balletje meer in sok 2. hoedje vrouw 3. knoopje meer op mouw mid delste man 4. tasje vrouw kleiner 5. vrouw heeft vinger minder 6. sokken in hand man rechts 7. omslagen van broek man in het midden 8. das man rechts smaller. Indien u niet zó'n goede be kende bent in de wereld van de topbridgers, zullen de namen "Little Major" en Monaco" u weinig zeggen. Ik moge deze dan bij u introduceren als de laatste Engelse en Franse bied- systemen die, blijkens mijn er varingen, hoofdzakelijk ten doel heben een handjevol brid gers gelukkig te maken. De voorvechter van het Little Major-systeem is de Engelsman Terence Reese, terwijl in Frankrijk dam-, schaak- en bridge-wonder Pierre Ghestem zich op de perfec- tionerin gvan zijn Monaco-systeem heeft gestort. Onlangs heeft het Franse bridge- blad „Le Bridgeur" een uit tien spellen bestaande biedwedstrijd uit geschreven, die gelijktijdig in Lon den en Parijs plaatsvond. De be langen van de Major werden ver dedigd door Reese-Flint en Monaco werd gehanteerd door Ghestem- Delmouly. Er waren 200 punten in totaal te winnen (maximaal 20 per spel) en de Kleine Majoor moest met hangende schouders het strijd perk verlaten: de Engelsen scoor den in totaal slechts 25 punten (12y2%!), terwijl de Fransen tot de prachtige score van 142 kwamen (71%!!). De bange vraag echter, die men zich na dergelijke gebeurtenissen altijd stelt is „wat hebben derge- toekomst van het bridgespel". Na- lij ke systemen voor waarde voor de tüürlijk is het prachtig als men een methode gevonden heeft, waar mee zelfs de moeilijkste en grieze ligste kaart/verdelingen overmees terd kunnen worden. Maar stééds ziet men weer, dat deze methodes voor het bridge-plezier van de ge middelde speler volkomen onbruik baar zijn en dat zij zóveel bedenk tijd vragen om tot het gewenste doel te komen, dat men er eenvou dig niet aan denken moet wat er gebeuren gaat als „men" er toe zou overgaan ze in normale vier tallen- of parenwedstrijden te ge bruiken. Kortom: is het In overeenstem ming met de aard en de bedoeling van het bridgespel, dat de proble men ervan opgelost worden in het tempo waarmee men byv. een lastige kruiswoordpuzzel te ïyf gaat? Ziehier spel no. 2 van deze bied wedstrijd: West 4 8 4 3 H V 10 9 6 4 2 A85 - Robert Pinget. Het Verhoor. (Vertaling uit het Frans) De Tijdstroom, Lochem. Evert Zandstra. De Straat der Vrouwen. Contact. Am sterdam. Twee uitzonderlijke verschij ningen op de boekenmarkt zijn inderdaad Het Verhoor" (l'In- quisitolre) van Robert Pinget en „De Straat der Vrouwen" van Evert Zandstra. De schrijver van het eerstgenoemde heeft voor dit boek de Prix des Criti ques ontvangen. Nu zegt dat niet zoveel aangezien men in Frankrijk zoveel prijzen heeft ingesteld, dat men de indruk krijgt dat er wel dagelijks een bekroning aan de orde zal zijn. Dit neemt evenwel niet weg dat deze roman de aandacht zeer verdient. De schrijver heeft een uitzonder lijk procédé toegepast, te weten een verhoor zonder begin en eind. De vorm van het verhoor is weliswaar al vele malen toegepast in de let terkunde, doch bepaald niet op deze manier. Tot nog toe wist men wie het verhoor afnam en waartoe het diende en dat is hier niet het geval. Desondanks bereikt Pinget iets heel bijzonders. Wij moeten aannemen dat degene die het ver hoor afneemt, bekleed is met gezag in de een of andere vorm, want anders zou de ondervraagde wel weigeren te antwoorden; iets wat hij overigens herhaaldelijk pro beert te doen. De ondervraagde in kwestie is een dove huisknecht de vragen worden hem schriftelijk voorgelegd die indienst is of ge weest is op een groot landhuis er gens in de Franse provincie. Het huis wordt bewoond door „de heren". Blijkbaar is de secretaris van deze heren verdwenen en mo gelijk ik zeg mogelijk, omdat er weinig feitelijks zeker is in dit boek heeft deze ondervraging met die verdwijning te maken. Hoewel er van een intrige in de gewone zin van het woord geen sprake is en dus ook niet van een verhaal, is dit boek een in hoge mate fascinerend werk om te lezen. Tijdens het intense spel van vraag en antwoord raakt men hoe langer hoe meer betrokken bij de vele personen, bij de gebeurtenissen, bij de omgeving en vooral bij de ver schuivingen in de beelden die op den duur ontstaan. De vragen wor den met ijzeren consequentie ge steld en de antwoordgever wordt hoe langer hoe meer losgewikkeld uit zijn oorspronkelijke, zonden veel nadenken gegeven antwoorden. n wonderlijke leven terecht, an tijd tot tijd hemels - echter met Men komt in e maalstroom van waarbij men zich ve afvraagt waar men naam mee bezig is i volle belangstelling uit te 2 het antwoord op de volgende vraag. De situatie wordt steeds uitgebrei der en helderder, hoewel het beeld niets statisch heeft, integendeel, met elk antwoord verandert er iets Boeken mackt Zo wordt er steeds dieper gegra ven naar een waarheid die in we zen de authenticiteit van het men selijk leven moet zijn. Dit boek is inderdaad een stuk leven van een groep mensen waarvan ons op een gegeven ogenblik de draden in handen gegeven worden die we bij het eind ook weer los moeten la ten gewoon omdat het niet verder gaat. Het is alsof men een tijdlang in een huis vol mensen gewoond heeft en op een moment voorgoed de deur achter zich dichttrekt. Al die levens gaan door; we zijn er alleen maar niet meer bij om ver der te luisteren. „Het Verhoor" heeft zoiets fascinerends en mee slepends, dat ik op het ogenblik het gevoel heb dat ik alle „normale" romans in het vervolg vervelend zal vinden. Maar dat zal wel weer meevallen, denk ik. Zoals ik al zei, is ook ,J)e Straat der Vrouwen" een merk waardigheid en wel om zijn in houd. Evert Zandstra, bekend om zijn reisboeken, heeft een roman geschreven over de hu nebedbouwers, het volk van de trechterbeker cultuur. Dit klinkt heel geleerd, maar ik moet eer lijk bekennen dat ik, voor dat ik dit woord hier aantrof, nog nooit van een trechterbeker cul tuur gehoord had. Circa vier duizend jaar geleden schijnen de voortbrengers van deze cul tuur zich opgehouden hebben in wat wij thans Drenthe noemen bij de rivier de Hunze, in dit verhaal de Oena. Het is duidelijk, dat Evert Zandstra zich uitvoerig op de hoog te heeft gesteld van datgene wat er over dit oervolk te weten valt. Via opgravingen en het moderne onderzoek is het mogelijk zich een beeld te vormen van zulk een pri mitieve gemeenschap, waar het be treft hun huizen, hun voedsel, hun godsdient, hun ambachtelijk heid. Om echter een beeld op te roepen van levende primitieven, moet men zijn fantasie duchtig aan het werk zetten, want men kan hoogstens te rade gaan bij be schrijvingen van andere, thans nog levende primitieven. Nog moeilijker wordt het als men zijn primitieve volk een zekere psychologie mee wil geven. Wanneer men hun ge dachten, hun gevoelens, kortom hun geestelijke bezigheden moet beschrijven. Want gegevens daar over zijn vierduizend jaar geleden vervlogen met de rook van hun etensvuren. Hierbij moet men dus totaal op het eigen voorstellings vermogen bouwen. Dit heeft Zand stra dan ook uit en ter na gedaan, zozeer zelfs dat hij simpele liede ren, van eigen vinding naar ik aanneem, heeft 'ingevoegd. Voor de volledigheid van een dergelijk werk kan men dus niet anders dan be wondering hebben. Persoonlijk moet ik echter be kennen dat ik enigszins versteld heb gestaan te ontdekken dat dit volk uit het neolithische tijdperk be staan heeft uit een soort voorlo pers van degenen die aan het be gin van deze eeuw de kolonie Wal den beroemd en berucht hebben gemaakt. Natuurlijk zijn er im mense verschillen op te merken tussen dit volk van Zandstra en dat van Frederik van Eden. Al wa ren het alleen maar de hoogst eigenaardige seksuele gewoonten die die primitieve vrouwspersonen er op na schenen te houden; zowel om gewenste contacten tot stand te brengen als om zich te bescher men tegen ongewenste. Ik vrees ook dat er wel meer in deze ro man voorkomt dat, hoe ernstig ook bedoeld, humoristisch aandoet. CLARA EGGINK Viea- harten Vijf klaveren Pas Vier SA Zes harten Einde Kunt U de acht afwijkingen in de beide bovenstaande tekeningen vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit Bijvoegsel. Oost 4 H V B 5 V A 5 O H V 7 4 9 8 5 4 West gever, allen kwetsbaar. De te winnen „premies" waren: zes harten 20 punten, vier of vijf harten =10 punten. De Engelsen kwamen niet verder dan vijf harten: west één klaveren oost één schoppen west twee harten oost drie ruiten west vier ruiten oost vier harten west vijf klaveren oost vijf har ten einde. Als men weet, dat de klaverenopening een hartenkleur aangeeft, zal het biedverloop mis schien iets van zijn mysteries ver liezen, maar tooh En nu de bridge-puzzelaars uit Frankrijk. Het commentaar op hun bieden zal ik u besparen, maar het is zeker aardig van het gecompli ceerde gezwoeg kennis te nemen: West Oost Eén harten Eén schoppen Eén SA Twee klaveren Twee harten Twee schoppen Dr. Em. Lasker (18681941), we reldkampioen van mei 1894 tot mei 1921), heeft eens een aantal vrij po sitieve openingsregels gegeven, die, in hun algemeenheid, ook nu nog gelden. Eén ervan luidt: „Speel in de opening steeds één pion in het centrum, nooit meer dan twee". Een klein centrum is gemakkeiyker te vormen en te handhaven dan een brede pionnenmassa, waartegen de tegenstander zyn aanvallen kan richten. Niet de grootte van het centrum is belangryk, maar diens stoot- en verdedigingskracht. Hoe een te breed centrum tot een snelle nederlaag kan leiden, demon- i volgende partij Wosinza; Zwart: Stein (Oekraine 1959). 1. d2—d4, Pg8—f6; 2. c2c4, g7g6; 3. Pb 1—c3, Lf8— g7; 4. e2e4 (dat ls dus, volgené Lasker, reeds één te veel) 4 00; 5. e4e5? (En dit gaat in te gen Philidor's (17261795) regels de centrumpionnen hebben hun grootste kracht, indien zij op de vierde rij staan! (5Pf6e8; 6. f2f4 (nog breder wordt het centrum) d7d6 (het begin van de oprollingsactie)7. Pglf3, Pb8 d7; 8. Lfle2, c7c5! (de tweede aanval op 't witte centrum), 9. e5x streert zwart in Wit: SCHAKEN d6 (met de bedoeling het centru wat vastere vorm te geven, ma dit zal niet gelukken) Pe8xd6; d4d5, Pd7b6 (En wit zit al dan in de verdediging), 11. Ddl—1 e7—e6 (de derde en laatste mai tevens beslissende aanval op 't i versplinterde centrum), 12. Lel— e6xd5; 13. Le3xcö, Tf8—e8; zijn pogingen het te stoutmoe opgespeelde centrum te handhavi heeft wit geen tijd gekregen rochade en nu komt de konli lelijk op de tocht te staan.) Lc5xb6, a7xb6; 15. Pc3xd5, 1 b5! 16. c4xb5, Dd8a5t; 17. Kei fl, Lc8—e6; 18. Pf3—gö, Le6—d 19. A2a4, Da5d2 (de zet 18. die weliswaar Le6 terug droi maakte dit indringen van de zwb te dame mogelijk), 20. Le2— Lg7d4 (de merkwaardige figurt stand op de d-lijn is een diagn waard) Het merkwaardigste van deze biedserie was nog wel, dat onmid dellijk toen deze was geëindigd en voor hij de kaarten van zijn part ner kende, Ghestem (oost) aan kondigde: „Mijn partner heeft zeven hartens van heer vrouw, drie kleine schoppens en ruitenaas derde!" Prachtig, prachtig! Bedenktijd? Vermoedelijk zo'n kwartier k twin tig minutenalléén voor het bieden! Stel je zulke lieden voor op uw clubavondelke keer 's ochtends om drie uur thuis! H. W. FILARSKI. Antwoord op bridgevraag t Een eenvoudige opgave zuid moet met ruiten uitko men, omdat hij verwachten mag daar éérder slagen in te zullen maken dan in klave ren. West liep uit het doublet weg, zodat bij hem tenihoog- ste één, misschien zelfs geen klaveren verwacht kunnen worden. Bij ruitenuitkomst winnen OW het contract precies bij klaverenuit komst maken OW twee overslagen! Het spel kwam voor in de meesterklasse competitie NBB. Eén OW paar bood zelfs zes harten, waarna zuid de verleiding niet kon weerstaan om te doubleren enmet klave ren uit te komen. Zeven ge maakt. LADDERWEDSTRIJD Een van de bekendste begrafenis ondernemers in Londen begraaft uitsluitend huisdieren en met ver bazing merkt hij op „De rouw- dragenden komen geregeld naar het kerkhof om de graven te be zoeken. Men kan altyd vaststel len, dat de graven op het dieren- kerkhof beter worden onderhou den dan die op de meeste be graafplaatsen V' De Engelsen spotten altijd met de ingewikkelde begrafenisgebruiken in Amerika, zoals die zijn beschre ven in „the loved one" van Eve lyn Waugh en „The American way of death" van Jessica Mit- ford. Thans worden zij gecon fronteerd met een aantal eigen buitensporigheden zoals het be graven van vogeltjes en zelfs schildpadden in een „tuin der rust". Frank Petit, districtsinspecteur van de Vereniging tot bescherming van honden, is bijna een jaar ge leden met tegenzin in het begra- niswezen gegaan, toen een bejaar de weduwe maar bleef soebatten om een begrafenis van haar ge liefde schildpad, Jimmy. „Eerst vond ik 't een beetje vreemd en probeerde ik haar kwijt te raken", zegt Petit, „maar ten slotte stemde ik toe. Ik wist niet, waar ik aan begon. Ik dacht, dat we misschien één begrafenis per maand zouden krijgen, maar nu zijn er reeds 250 graven op ons kerkhof en we hebben meer dan tien begrafenissen per week. De eigenaars van tweehonderd nog levende dieren hebben reeds bij voorbaat een graf voor hun huisdieren gekocht. Het zijn hoofdzakelijk honden en katten, maar ook veel vogels en twee apen die op onze begraafplaats ter aarde zijn besteld. De laatste, die op onze wachtlijst is inge schreven, in een paard. Dat zal een heel karwei zyn, maar we zullen het wel klaarspelen". De onderneming is zo groot gewor den, dat de Vereniging voor de bescherming van honden van plan is om binnenkort een nieuwe begraafplaats met zevenduizend graven te openen. Annex een ei gen crematorium en een „tuin der rust" onder tuinachitectuur en omzoomd met rozenstruiken. Een Londense steenhouwer, die grafstenen maakt, profiteert ook van deze hoogconjunctuur. Hij heeft een brochure laten drukken met afbeeldingen van mooie graf stenen voor dieren. Het enige dat de vereniging niet levert, is een rouwdienst. „Er is naar gevraagd, maar we wimpe len die verzoeken af," zegt Pe tit. huisdier werkelijk een lid van het gezin is geworden en die niet wil len, dat hun geliefde dieren als ze dood zijn met het huisvuil in de ovens van de gemeente te rechtkomen". De kosten van een gewone begra fenis bedragen ongeveer dertig gulden. Zij dekken het stukje grond voor het graf, de graf- delving, de begrafenis en het on derhoud ,maar dat is voor bijna de helft van de begrafenissen slechts een begin. Er zijn op drachtgevers die wel 1500 gulden uitgeven. „Wij hebben in onze toonzaal dood kisten, waarvoor de mensen drie honderd gulden betalep en graf stenen, die zeshonderd gulden kosten" vertelt Petit. „Bovendien nemen sommige dierenvrienden bij bloemisten abonnementen voor geregelde leveringen." Bij de meeste begrafenissen wordt veel gehuild. „De meeste mensen willen er graag bij zijn. Als de kist wordt gesloten willen ze al lemaal zelf de eerste schep aarde op de kist werpen. Het is nooit erg opwekkend. Vaak moet ik wegleiden" aldus Petit. Wit speelt, en wint. N.B. In opgave 189 is Lc8 vanzd sprekend een zwarte loper.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 12