De laatste
dagen
„Je doet eigenlijk mee voor de grap'
zvy een gnnuen van 8gaat'de bevi'igiliny?
-RUUD—i
PAAUW
NIEUWE GENERATIE
ster dag 8 mei 1965
of er was niets aan de hand. Bij
een vriendje zag ik hoe het ook
heel anders kon toegaan. Als de
sirene loeide, kroop daar het
hele gezin vliegensvlug onder de
trap (die een bombardement
meestal goed doorstond). Ik was
daarover zó verbaasd, dat ik dat
huis uit liep, naar mijn vader
ging en zei: „Nou moet je toch
eens kijken wat ze daar voor
spelletjes aan het doen zijn".
Versterkingen
Toen de oorlog in 1945 moei- bladzijde staan zy vol met neer-
zaam naar de eindstreep kroop, stortende vliegtuigen, parachutes,
was ik bijna acht jaar. Dat is gebombardeerde huizen en Rode-
een leeftijd, waarop de meeste Kruiswagens. Mijn tekenstift was
I zaken een gebeurtenissen nog geheel gevuld met krijgsverrichtin-
langs je heen gaan, zonder dat ven.
je je dat zelfs maar in de verste
verte bewust bent. Je (gedach
ten) wereldje is nog zo nauw, zo stand", de radio meldde elk ogen-
ongeordend en zonder diepte, blik hoeveel registerlon
de grond was geboord en aan de
wand hing bij ons een grote kaart
Europa, waarop mijn vader el-
Hst is de periode, waarin
j eerste levenstaferelen zich vast
11 leggen in het geheugen, dat la
til ter, gelijk een rollende sneeuw- ke dag grommend vlaggetji
bal, groter en groter zal worden, plaatste.
J Als ik in mijn herinnering
graaf naar feiten, die de oorlog
omringden, dan wellen beelden vClulX
en fragmenten op die chaotisch Jaren lato. het paa tot me
door elkaar staan; de gedachten doorgedrongen, wat een geluk het
I erover buitelen soms over elkaar voor Kn kind was wanneer hi) ln
3d heen. Om een logisch verband die da?en kon steunen op ouders
te kunnen aanbrengen, had ik njet bang waren. Of beter: die
toen immers ouder moeten zijn niet neten blijken dat zy het waren.
en wat meer dienen te weten ^et begin was ik als een wezel
wie tegen wie vocht, waar- jn ^et donker, als ik in bed lag en
geluiden
kwamen op me af. Dat ging over,
toen mijn vader mij voor het slapen
gaan mee nam naar het balkon en
de vliegtuigen liet zien die bij die
vreemde geluiden hoorden. Met een
zucht zei hij dan altijd: „Je ziet
het, die dingen vliegen heel ver van
achtjarige ie bed",
bij het bekijken Bij luchtalarm gingen mijn
van mijn tekenschriften uit die ja- ouders rustig hun gang en wij,
ren. Van de eerste tot de laatste hun kinderen, wisten niet beter
Daar de bezetter ons in die laat
ste periode een dagelijks rantsoen
voedsel toestond, waarover zelfs een
steen en been zou klagen,
diende men voor versterkingen te
zorgen die buiten de bonnen om
liepen.
Mijn vader, een kleine, magere
doch krachtige man, ondernam
daartoe talrijke zwerftochten door
de polder. Hoe hij het hem leverde
weet ik niet, maar hij kwam altijd
wel met wat thuis. Naar omstan
digheden hadden wij het daardoor
erg goed. Wij dorsten het zelfs ons
teleurgesteld te tonen als hij met
„niets meer" thuiskwam dan een
zak bruine bonen, want die belief
den wij niet. Het moet een afschu
welijke klap voor hem zijn geweest
dat te horen: hij was er de hele dag
voor in de weer geweest op een
fiets met van die ellendig harde
banden. Hoewel een zeer tempera
mentvol man, die in debatten- hef
tig kan opvlammen, zei hij meestal
zeer weinig op die kritiek.
Op een dag toog hij 's ochtends
vroeg naar Doorn, waar hij appelen
zou kunnen kopen. Het werd mid
dag. avond en hij kwam maar niet
terug. De spanning groeide lang
zaam naar een paniek toe, ook al
omdat wij een roerige familie beza
ten, waarop de Duitsers meer dan
eens met grote ijver jacht hadden
gemaakt. Wij luisterden zorgvuldig
of wij het merkwaardige hoestje
van hem, dat wij uit duizenden
konden herkennen, al hoorden in
de van elke verlichting gespeende
straat. Om de spanning te verdrij
ven voetbalde ik zo goed en zo
kwaad als dat kon in de donkere
gang en daarom kon ik ook het
eerst bij de deur zijn "toen er werd
gebeld.
Daar stond hij dan. Ik zag een
zeer vermoeid gezicht met een
perkamenten huid, waarin de
ogen door het wazige maanlicht
vreemd fonkelden. Uit een wond
boven zijn linkeroog liep ivat
bloed. Het beeld schokte onze
zelfbeheersing uit de kom. Het
zag er echter allemaal veel erger
uit dan het was. Hij had bepaal
de aansluitingen niet kunnen
krijgen en was daardoor ver
laat; de wond had hij door een
wegzwiepende tak opgelopen.
Maar dat hoorde ik pas later en
„het gezicht" was toen al on
vervreemdbaar bezit geworden
van mijn kindergeheugen.
op de grote zolder de appels in
lange rijen te leggen, zodat zij di
rect zou kunnen zien wanneer
iemand er een had weggenomen.
Mijn zuster en ik keken woest toe,
hoe zij aan ons appelenparadijs een
eind poogde te maken. Tot onze
vreugde maakte zij echter één
grote fout: ze verzuimde het aantal
gemaakte rijen te tellen. Dat stelde
ons in staat een hele rij weg te ne
men en daarna de afstand tussen
de andere wat te vergroten, zon
der dat er voor een slordig oog veel
van te merken viel. Het ging goed
tot mijn moeder illegale klokhuizen
in mijn bed aantrof. Toen werd de
zaak pas luchtdicht geregeld.
Gestolen
Het was de tweede keer, dat wij
zonder een bedrukt geweten stalen
als raven, want wij waren gelukkig
zeer slechte kinderen. De eerste
maal geschiedde dat toen mijn va
der, een zeer verwoed roker, in
sprinttempo door zijn zelf geteelde
tabak heenrookte. Met enige vrees
zagen wij het moment tegemoet,
dat hij niets meer zou hebben.
Daarom maakten wij al vlug een
begin met elke dag een gedroogd
tabaksblad uit zijn kast te ont
vreemden.
werd bepaald, had recht op een
brood en een pakje boter. Het werd
door middel van bonnen op alfabet
uitgedeeld. Het duurde dus even
voor wij (met de P) aan bod kwa-
Bij de buren, die zo gelukkig wa
ren een naam beginnend met een
A te hebben, had ik dat in mijn
ogen hoogst merkwaardige witte
brood even aangeraakt. Het had me
ongerust gemaakt. Thuisgekomen
zei ik: „Dat brood lijkt wel spons.
Het kan nooit gaar zijn, laten we
maar uitkijken". De gehele zaak
boeide me mateloos. Eindelijk wa
ren wij dan aan de beurt, 's Nachts
deed ik nauwelijks een oog dicht.
Ik stormde wel vier of vijf keer de
slaapkamer van mijn ouders binnen
met vragen als: „Hoe laat gaan we
het halen", „zullen jullie je niet
verslapen" en „waar hebben jullie
die bonnen eigenlijk".
Ontbijt
Herinnering
uit de dagen
van Nederlands
bevrijding in
1945 door
Na een poosje hadden wij al
zoveel, dat wij zo ongeveer een
eigen zaakje konden beginnen.
Op zijn verjaardag (op 20 april,
dus samen met de Führer) bleek
hij door zijn voorraad heen te
zijn. Wij hebben hem toen die
tabaksbladeren als geschenk ge
geven. Het was het goedkoopste
cadeau dat hij ooit van zijn kin
deren heeft gekregen, maar het
was op dat moment van groter
waarde dan een zak robijnen.
„Had nog maar wat meer gesto
len", zei hij.
Wittebrood
door en waarom. En verder zijn al dle onheilspellende
ij al die terugblikken altijd eer
tikje bedriegelijk: „In de mane
schijn van de herinnering is al
les anders dan het in het zon
licht van de werkelijkheid is ge
weest".
Op zolder
Hoezeer de oorlog ook bezit
van het leventje
bemerk je
De appels, die hij had meege
bracht, waren een welkome verster
king tegen onze vitaminetekorten,
Mijn zuster en ik mocht enelke keer
als wij naar school gingen een ap
pel nemen uit een zak, die in de
vestibule stond. Gezien het aantal
dat verdween, zou je zeggen dat wij
zeker tien keer per dag naar school
trokken. Mijn moeder dacht de zaak
wat meer in handen te hebben door
Even voor de bevrijding kwamen
vliegtuigen het door het Zweedse
Rode Kruis ter beschikking gestel
de witte brood afwerpen. Het was
hun toegestaan door een bezetter,
die het einde voelde naderen en
zich nu, met het oog op De Vergel
ding, van wat vriendelijker kant
wilde laten zien. Dat Zweedse wit
tebrood bracht my in grote opwin
ding. Ik wist immers niet hoe het
er uit zag en nog minder hoe het
smaakte. Te oordelen naar de
sprookjesachtige verhalen van de
ouderen moest het wel iets héél by-
zonders zijn. Ieder gezinslid, zo
Toen ik tenslotte in een on
rustige slaap tuimelde, droomde
ik hoe wij de volgende dag bij
de bakker kwamen: een man
met vier bakbeesten van hon
den, die de broden bewaakten.
Mijn moeder gaf de man vier
bonnen.
Wat wilt u daar nu eigenlijk
mee" sprak hij, terwijl de hon
den mij zeer humeurig opna
men. „Nou broden natuurlijk"
zei mijn moeder eenvoudig.
„Ach, kom nu toch mevrouw.
Dacht u nu werkelijk dat ik
mijn fijne broden weggeef voor
die rot bonnetjes? Nee, daar kan
ik echt niet aan gaan begin
nen". Toen de honden enig fors
gegrom aanhieven, werd ik wak
ker, met zweet in de handen en
een toegeknepen keel.
Die ochtend trommelde ik mijn
moeder om half acht uit bed „an
ders hebben ze ze straks niet meer".
Ik geloof niet, dat ik de grote-men-
senwereld erg vertrouwde, want ik
zou en ik moest het eigen brood en
de eigen boter in ontvangst nemen.
De man in de winkel bleek geen
honden te hebben en die wonder
lijk zachte broden gaf hij zo maar
af op die onooglijke bonnetjes.
Het ontbijt werd die ochtend
waardig door mijn vader geopend.
Wij mochten, zo zei hij, zoveel van
het brood eten als wij wilden. „Des
noods maken jullie het helemaal
soldaat". Mijn moeder achtte dit
gezond noch verstandig, maar de
discussie werd gesloten met de met
drie-tegen-één goedgekeurde motie,
dat het een dag was om onverstan
dige dingen van harte goed te keu
ren. Twee dagen heeft het brood
mijn stormlopen doorstaan, toen
was het op. Op die dag nam ik mij
voor om als we eenmaal maar
vrede hadden elke dag tenmin
ste twee broden te verorberen. Het
is er nooit van gekomen. Tot mijn
niet na te vertellen teleurstelling
heeft het later nooit meer ZO ge
smaakt.
Die vrede kwam dan korte tijd
later. Bij het voetballen in de
straat riep onze doelman in
eens: „Moet je kijken. Daar
hangt iemand een rood-wit-
blauwe vlag uit. Wat zou dat
betekenen?" De backs, de half-
spelers noch de voorhoede kon
den het hem zeggen. Pas toen
een voorbijrijdende agent zei:
„Goddank, het einde. Het werd
de hoogste tijd", werd het ons
enigszins duidelijk.
pmke van den Bosch
ti ua het hehalen
bn de vierde plaats
Sj de jongste „Miss
lolland" verkiezing
Zeer zwartharige,
hrninogige typiste
uit Leiden: „Haar
kort, haar lang,
haar zus, haar zo*'.
ELE OUDEREN EN JON-
y J GEREN zullen woensdag in
V feeststemming hebben ver
keerd al zullen de jongeren van
onder de 25 over het algemeen
de „ware geest" moeilijk hebben
kunnen vatten, omdat zij de vyf
zeer magere oorlogsjaren niet of
niet bewust hebben meegemaakt.
Willen zij zich toch enigszins
een beeld vormen van de be
dreven beestachtigheden en van
het (onbeschrijfelijke) leed dat
miljoenen mensen is aangedaan,
dan kunnen zij in de boekhan
del terecht waar stapels goede
oorlogslectuur voor handen zijn.
Een bijzonder werk is ongetwij
feld het pas verschenen boek
„Ondergang" van prof. Presser.
dat uitsluitend de jodenvervol
ging tot onderwerp heeft; één
van de gruwelijkste facetten van
de tweede wereldoorlog. Maar er
geschiedde tóén veel meer: dic
tatoriale onderwerping, naasting
van allerlei eigendommen, de
toepassing van de leuze: wie niet
horen wil, moet maar voelen,
het kweken van het „edelger-
maanse ras", en natuurlijk het
verzet. Wie daarvan wil weten,
moet nog vele andere boeken
lezen.
Daarvoor is de school vaak nog
niet de geschiktste plaats. Nog
te weinig komt de jeugd daar
over de tweede wereldoorlog te
weten; te veel „nieuwste" ge
schiedenisboekjes houden bij
1940 op.
HET IS GOED van de twee
de wereldoorlog af te we
ten. Maar we moeten ook
weer gewoon verder leven, met
de Duitsers als goede buren.
Restanten van het nazi-gif blij
ven werkzaam en waakzaamheid
blijft geboden. Toch zijn er soms
verheugende ervaringen, juist
met Duitse jongeren.
Wij denken aan drie Duitse
jongens omstreeks 20 jaar, met
wie wij vorig jaar kennis maak
ten, tijdens een vakantie ergens
in Europa. „Hitier was gek", zei
den ze. „en van het leger moeten
we niets hebben. Wat bereik Je
nu met oorlog? Dode mensen,
ontzettende verwoestingen, meer
niet. Zo denken heel veel jon
geren erover", zeiden ze. „Dat
Hitier tóen zoveel aanhang kreeg
kwam omdat hy de tijdsomstan
digheden mee had. Er was crisis,
er heerste werkloosheid. Dat kan
nu nooit meer gebeuren, geloven
wy. We hebben ook geleerd".
Hoopgevende woorden. In
Duitsland staat een nieuwe na
oorlogse generatie jongeren
klaar, om hun maatschappij te
gaan besturen. Daarmee moeten
wy leven. De communicatiemid
delen hebben de wereld kleiner
gemaakt. We komen steeds in
tensiever met buitenlanders in
contact.
Die drie Duitse Jongens en
hun oordeel over de situatie tóen
en hoe die niet meer wordt, zyn
natuurlijk niet representatief
voor de gehele Duitse jeugd.
Maar het werd dan toch ge
zegd. En dat is verheugend. Het
verleden kan niet zomaar ter
zijde geschoven worden. Dat mag
ook niet, Want het is ons óók
gegeven om er ons voordeel mee
te doen. Ma|r anderzijds mag de
herinnering aan wat voorbij is
de blik op de toekomst niet zó
beinvloeden, dat zij een rem is
voor de mogelijkheden van
nieuwe samenwerking.
Geachte mejuffrouw,
IV bent uitgekozen om op
psdag 20 april 's avonds om
pi£ uur te verschijnen in het
Iflst'no in Amsterdam. U be
korde tot de 20 uitverkorenen.
Gelieve badpak, cocktail-jurk
p schoenen met hoge hakken
pee te brengen.
Hoeveel meisjes zouden zo'n
fje niet willen ontvangen van
Nationaal comité Miss Hol-
Want dat is een soort brevet
schoonheid. Pemkevanden
J*osch (22) kamerzoekende, maar
hans hotelkamers bewonend in het
krrewiel in Leiden, kreeg zo'n
Papier en de afgelopen zaterdag
*as ze te zien tydens de officieuze
^verkiezing in de Rudi Carrell-
show. Daarna liep ze weer in bad
pak en cocktail jurk met tien andere
meisjes in Amsterdams nachtclub
Casino voor een scherts-jury.
„De jury, die voornamelijk be
staat uit textielfabrikanten, heeft
heel weinig te zeggen. Meneer Van
Meeuwen, die het Casino exploi
teert beslist uiteindelijk wie er Miss
Holland wordt. Hij heeft het veto
recht. Maar hij heeft er wel kijk
op, ten slotte zijn al enige Holland
se meisjes Miss World geworden".
Hoop
Ofschoon Femke (nummer tien
tydens de show), vierde werd, be
staat er voor haar toch nog kans
op die begérenswaardige titel, want
Miss Holland (Anja Schuit) en
twee gaan naar de Miss
Europa-verkiezing en van de num
mers 3, 4 en 5 gaat er één in no
vember naar Londen als Miss
World kandidaat. Nog alle hoop
dus voor Femkeen toch gelooft
ze zelf niet zo erg in Londen.
„Want, zegt meneer Van Meeuwen,
een Miss Holland moet blond zijn,
en een kandidaat voor de World-
verkiezing zal dan ook wel die kleur
moeten hebben", concludeert Fem
ke.
Dat vindt ze onrechtvaardig
Waarom worden dan niet alleen
blonde meisjes voor de Missverkie
zing uitgenodigd?
Overigens is free-lance fotomodel
typiste en heel af en toe als man
nequin optredende Femke heel te
vreden met haar vierde plaats. „Dat
lk aan de verkiezing heb meege
daan, was eigenlijk maar een grap
je dat was by de meeste meisjes
zo. De dochter van Jan de Troye
bijvoorbeeld dacht echt dat het
maar voor de lol was. Na de Rudi
Carrellshow trok ze zich direct te
rug, toen ze hoorde dat er werkelijk
een Miss Holland zou worden geko-
Het heeft overigens maar weinig
gescheeld, of ze was er helemaal
niet aan te pas gekomen. De deel
neemsters moesten eerst foto's naar
het Miss Holland-comité sturen en.
Femke's foto's (haar lang, haar
kort, haar zus en haar zo) waren
precies op de laatste inschrijfdag
klaar. Ze heeft ze toen zelf maar
naar Amsterdam gebracht.
Uit die foto's werden ongeveer
veertig kandidaat-missen gekozen
voor een eerste selectie in Amster
dam. Twintig knappe dames bleven
over. Daarna volgde op 20 april een
tweede selectie in de nachtclub Ca
sino: Acht meisjes vielen af en
twaalf wachtten in spanning. Wie
wordt miss?
Radio
Femke, dus niet Miss Holland,
maar wie weet Miss World, heeft
aan haar vierde plaats een draag
bare radio overgehouden. Ze kreeg
ook nog tulpen, schoonheidsmidde
len en een fles, met in het vloei
bare een ingenieus ingebouwd
draaibaar danseresje.
„Héél fijn", vond.ze de verkiezing,
met na afloop feest. Ze heeft niets
gemerkt van „gekke dingen", waar
over wel eens roddelpraatjes de
ronde doen. Femke heeft bovendien
van meisjes gehoord, die wel eens
aan andere missverkiezingen heb
ben meegedaan, dat het er ook in
het buitenland zeer ordentelijk toe
gaat. „Er gebeurt helemaal geen
gekheid", zegt ze. „Dat kan en mag
ook niet, want anders zou je je
land in diskrediet kunnen brengen.
Je bent ten slotte representatrice".
„Als je naar het buitenland wordt
uitgezonden, krijg je een chaperon
ne mee, die je overal begeleidt. En
dat is wel fijn, want vooral in
Engeland schijn je naar veel cock
tail party's te gaan".
Achttien
Voor deelneming aan de missver
kiezing moet je achttien jaar zijn.
Vereist is ook, maar het is geen wet,
dat de kandidaat-missen over een
behoorlijke ontwrikkeling beschik
ken. Want èls je eens naar Enge
land zou gaan, en je zou geen En
gels kunnen spreken begin je met
een lief gezichtje en goed figuurtje
ook niet veel. „Het is eigenlijk gek,
maar toch is met ons helemaal niet
gepraat, zelfs niet om te testen of
je een behoorlijk gesprek kunt voe
ren", zegt zeer zwartharige en
bruinogige Femke van den Bosch in
smaakvol oranje gehuld.
En tot slot: „De hele verkiezing
is erg commerciëel. Maar voor ons
natuurlijk ook. Want je houdt er
vaak contracten voor fotomodel of
voor modeshows aan over."
Wie weet.
PIET GOOSEN