öe winö
RICHARD MASON
CïY\ Geautoriseerde vertaling
I van C. van Eiisden
,Dat is moeilijk te schatten", zei
„Vyftig, of vijfenvijftig mis
schien".
Zestig! En geen ziekte niets,
pat komt door de insuline."
„Prachtig," zei ik.
„Kijk hier eens naar."
Hij knoopte zijn hemd los en kneep
sen laagje vlees tussen zijn vingers.
Bij was een kleine, magere man met
dik haar.
„Kijk," zei hij en hij trok een van
de pijpen van zijn kaki short om
toog.
Ik keek naar zijn dijbeen.
,Geen krasje te zien!" zei hij trots.
Ik heb mezelf tweeëntwintig jaar
sng tweemaal per dag ingespoten en
een krasje zien. Elke dag op een
ndere plek dat is de truc. Weet
hoe lang ik er over doe om op
lie manier mijn hele lichaam af te
[erken?"
,Ik heb er geen idee van."
,Acht maanden. Kijk maar eens".
'Hij stak de naald in zijn been en
egon er Jiet vocht in te spuiten.
„U zult niets van die prik zien.
linds februari ben ik niet meer op
ie plek geweest. En nu kom ik er
jk niet meer tot aanstaande juni.
om", zei hij, nog steeds spuitend,
ja zitten en vertel me eens, v
wit."
.Mijn naam is Michael Quinn," zei
„Quirm?" herhaalde hij. „Nooit ie-
:and ontmoet die zo heette. Wat
int u? Ik heb geen verstand van
liformen."
,Dit is er een van de luchtmacht,'
i ik.
Mooi. Blijf lunchen, als u 't niet
g vindt met de pot mee te eten.
fer tien minuten gaan we aan ta
lk moet precies op de klok eten,
u, omdat ik suikerziekte heb.
oe bent u hier gekomen?"
„Mrs. Bostock heeft me uw adres
gegeven ze heeft u vroeger ge-
nd, in Birmingham."
„Mrs. Bostock? 'k Kan me
helemaal niet herinneren."
J,Haar meisjesnaam was Beres-
d.'"
„Aha, nu weet ik 't, Lucle Beres-
rd. Een buitengewoon charmante
me zonder een greintje moraal-
dat 's 'n ouwe vlam van me. Eet
nog altyd koude worstjes aan
ikjes? ,,'k Heb nooit een vrouw
tmoet, die daar zo'n passie voor
d als zy."
Ik weet 't niet," zei ik „Ze is een
endin van myn vader
.Natuurlijk. Ik denk nog steeds
a haar alsof ze vijfentwintig was,
ar ze moet nu vijftig zijnniet
paald een kind meer. Is je vader
een oude vlam van haar?"
,Dat weet ik niet."
,"k Zou denken van wel. En wie is
Bostock? De man van 't circus?"
Wat een gek", zei mr. Headly,
at doet je vader?"
Die was altijd in de reclame-
nche."
En dat botert zeker best?"
Och, hij kan de eindjes aan el-
knopen," zei ik.
iatuurlijk. Hij geeft je flink wat
denk ik zo?"
Is ik het nodig heb, geeft hij wel
Ja, je moet zorgen dat hij dat
je hebt geld nodig als je jong
wtt. Als je mijn leeftijd hebt, hoeft
I uet meer. 'k Leef rustig. Heb je
i jongen gezien?"
Die knaap die daarstraks hier
I»
luist, dat is 'm Jack. 'n Paria
- illeen noem je ze geen paria's. De
Verdrukte klasse". Ze gaan nu
beetje vooruit. Jack zal je wel
Heiden; hij helpt me met 't so-
werk. En daar is onze lunch.
't Kan je niet schelen, hier in 't kan
toor te eten, wel? 't Is gemakkelijker
Je moet speciaal voedsel eten als je
suiker hebt."
Na de lunch wandelde ik met hem
over de Mahatma Ghandi Road
naar het Taj Mahal Hotel.
„Vertelt u me eens iets over India,"
zei ik.
„India? Welzeker. Grootte: ander
half miljoen vierkante mijlen. Bevol
king: ongeveer vierhonderdmiljoer
Zowat vijfhonderdduizend dorpen ei
drieëntachtig belangrijke steden."
„Nee, ik bedoel geen statistieken,
zei ik.
„De Hindoes dragen tulbanden, di
Moslems een fez en de Perzen dra
geen hoofddeksels die op paardehoe
ven lyken. En ze leggen hun dodei
op de Torens van Stilte. Je kunt zi
daarginds zie, op Malabar Hill. Bin
nen een half uur verslonden doo:
aasgieren. Dat is hygiënisch, zei je.'
„Verder nog iets?" vroeg ik.
„Wil je iets weten over India?"
„Ja. Ik zal hier moeten wonen,'
zei ik.
,Je moet hier dertig jaar woner
en dan pas weet je iets van India
En nu heb ik een afspraak j<
wilt me wel verontschuldigen. Ver
dwijn en wees jong. 't Is een goec
ding om jong te zyn, weet je."
Ik lag in mijn bed met een hand
doek over mijn middel en keek naai
de fan; ik vond dat het niet altyd
een goed ding was om jong te zyn.
Ik was het zelfs niet eens; ik begon
mijn jeugd te vergeten. Vijf jaren
geleden was ik jong geweest, net als
Peter. Ik vergat altijd hoe die vijf
jaren waren omgevlogen. Het was
nodig, aan dit alles gewend te ra
ken de waarheid onder ogen te
zien, dat ik niet langer iemand was
die juist de school had verlaten en
zijn hele leven nog voor zich had.
Als de oorlog voorbij was, zou ik zo
ongeveer de middelbare leeftijd heb
ben bereikt. Het had geen zin, het
leven dan weer op te vatten waar ik
het in 1939 had afgebroken. Dit was
niet zomaar een stuk uit het leven;
het was een deel van het leven zelf
en het moest tot het einde toe wor
den geleefd.
Ik lag naar de fan te kijken. Er
as een leeg gevoel in mijn maag
het soort leegte dat me gewoonlijk
's middags of in de vroege avond
overviel: een gevoel van absolute on
beduidendheid. Als ik voor een
gloeiend houtvuur zat met een goed
boek in mijn handen, dan had ik
er nooit last van. Ik had het ook
nog nooit ondervonden als ik meen
de dat ik verliefd was, of als ik
ergens een hartstochtelijk belang in
stelde; noch had ik het ooit opge
merkt in Engeland, omdat het le
ven toen zo overvol was. Maar in
India had ik het dikwyls; het was
beslist nodig, een methode te beden
ken, hoe ik het verschijnsel moest
behandelen. Een moeilijke methode
was het niet je behoefde alleen
maar te leren drinken ol, als je die
kunst al machtig was, uit te zoeken
en met wie je het plezierigst
dronken kon worden. Het was een
onfeilbaar middel om die leegte te
vullen; het betekende ook een erken
ning, dat je verslagen was.
'oen Peter binnenkwam, zei hij:
„Waarom ben je zo down? Daar heb
je niet vaak last van je stelt
zo'n belang in de dingen. Als je door
de bazaars wandelt, ben je volkomen
gelukkig, terwijl ik niets anders kan
denken dan: „Wat een vuile, lelijke
mensen." Ik ben blij, dat ik de bana
le dingen niet kan verstaan, die ze
tegen elkaar zeggen."
(Wordt vervolgd)
Hoe is het ontstaan?
Dit woord: SOES
Een soes of soesje is een zacht
en luchtig gebak dat gevuld
wordt met room of kaassaus.
Men heeft gepoogd het woord te
verklaren uit het Franse ohou k
la crème: roomsoesje en voor
deze verklaring pleit dat men
het woord in het Nederlands der
18e eeuw placht te spellen:
ohoes. Anderen menen dat het
woord soes in verband moet
worden gebracht met werkwoor
den als soezen en suizen. Zij
vergelyken soes dan met andere
lekkernijen als de Franse vol
au vent, met iets lekkers dat
Haagse wind schijnt te heten
en dat anderen Haagse bluf noe
men en met de naam van een
luchtig gebak dat als nonneveest
wordt aangeboden en dat in het
Frans pet de nonne heet, wat
nonnewindje betekent.
PANDA EN DE DRUMDRUMS
39—83. De ontvoering van de drumdrums had deze zanger
tjes nóg grotere bekendheid gegeven. Er was dan ook een enorme
belangstelling, toen zij voor de televisie optraden.
„De zaken gaan uitstekend. Goedbloedzei meneer Edelstein
tevreden. „Dat was een prachtige publiciteitsstunt van je, jongen!
De kranten staan er nog vol van, hè? Wanneer wordt de ont
voerder veroordeeld?"
„Zijn zaak komt vanmiddag voor"antwoorde Joris. „Maar
hm ze hebben de knecht vrijgelaten en nu is de kleine Panda
de verdachte"
„Wat zou dat?" vroeg de manager. „Als er maar een verdachte
is en als hij maar flink gestraft wordt. Hoe groter de straf, hoe
meer publiciteit. Kun jij ervoor zorgen, dat hij nog een paar
jaartjes extra krijgt? Als je naar die rechtzitting gaat en nog wat
bezwarends zegt. is dat wel te versieren".
De heer Edelstein was niet de enige, die graag een zware straf
voor Panda wilde hebben. Toen Joris bij het gerechtsgebouw aan
kwam, waren daar al vele drumdrumfans verzameld, die allerlei
boze dingen over de ontvoerders van hun idolen riepen.
„Welaan", mompelde Joris peinzend. „Laat ons thans eens
zien, wat er te versieren valt. Ik heb de kunst van het manager-
schap nu voldoende afgekeken. Het wordt tijd. dat ik zelf het
heft in handen neem
RECHTER TIE EIN" 5jE)E OOOE ]BRUXIJ),, door Robert van Gulik
DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK
196. Bij de poort van het stadion stonden de Trommels op
<acht. Af en toe gaven ze even een roffel om te laten horen, hoe
'aakzaam ze wel waren. Het waren valse trommen en dat was
an hun klank wel te merken.
Die valsheid maakte hem ook erg wantrouwend. De piano ken
en ze natuurlijk al heel lang, maar toch lieten zij het instrument
let zomaar door.
„Wat-ga-je-doen. zoemedeboem?" vroeg de ene trommel en
ander hief dreigend de trommelstok hoog.
De piano speelde de eerste maten van: „Dat gaat naar Den
Bosch toe en de trommel antwoordde„Dat-ia-nlet-zo-
dom, rommedebom"
Als het aan hem had gelegen, zou de piano zonder meer door
gelaten zijn. Maar de andere trommel was niet alleen ontstemd,
maar ook roestig, en dat had hem nog kwaadaardiger gemaakt
Hij roffelde niets, maar kwam een stapje naderbij.
Het was duidelijk, dat hij wilde constateren of de piano echt of
vals was.
Als hij zou merken, dat dit niet het geval was. waren onze drie
vrienden, die in de piano zaten, al bij voorbaat verloren.
„Door-rijden", roffelde hij haastig.
Schade 2 miljoen
bij fabrieksbrand
Een gistermiddag laat in het be
drijf van de Zuid-Nederlandse me-
taalwarenfabriek Plametha in Hal
steren uitgebroken brand heeft een
schade van naar schalt mg twee mil
joen gulden aangericnt. De brand
begon in een lakcabine. Als gevolg
van de zich hierin bevindende zeer
brandbare verf nam hy in korte tijd
een grote omvang aan. Twee produk-
tiehallen, elk met een vloeropper
vlak van 2.500 vierkante meter, wer
den met de daarin opgestelde kost
bare produktiemachines door het
vuur vernield.
De brandweer van Halsteren, geas
sisteerd door de brandweer van Ber
gen op Zoom, wist de opslagplaats
voor de emballage en een kleine fa-
brieksTUimte te behouden.
Het bedryf ih tegen brand verze
kerd.