JOH. ADMIRAAL regisseert lonesco's „Hunger und Durst* brak door weerstanden heen RACHS „LUKAS PASSION" kunst kalei öoscqqp Ingenieus goochelen met het absurde IN KATWIJKS NIEUWE KERK: DUSSELDORF WAS ER SNEL BIJ: Tweelingkoor heeft zich onderscheiden Opgericht 1 maart 1860 Woensdag 7 april 1965 Vijfde blad no. 31536 Romanprijsvraag Ned. Boekenclub Op verzoek van vele belangstellen den heeft de Ned. Boekenclub in Den Haag besloten, de inzendtermijn voor zjjn grote romanprijsvraag te ver lengen tot maandag 2 mei 1966. Zoals bekend, organiseert de Ned. Boekenclub deze prijsvraag ten einde enerzijds reeds .gevestigde" schrij- aan te sporen, anderzijds nieuwe schrijvers te ontdekken. Ook auteurs, die nooit eerder iets hebben gepubli ceerd, kunnen dus inzenden. De drie uitgeloofde prijzen bedra gen resp. f. 10.000. f. 5.000 en f. 2.500; daarenboven zullen de bekroonde ans op normale wijze door de Ned. Boekenclub worden uitgegeven •n dienovereenkomstig gehonoreerd. Exemplaren van het prijsvraag reglement kunnen worden aange vraagd bij het Lectoraat van de Ned. Boekenclub, Prinsevinkenpark 2, Den Haag, tel. (070) 512081. Expositie Rodolphe Bresdin in Arnhem Van vrijdag a.s. af tot 16 mei wordt in het Gemeentemuseum in Arnhem een expositie gehouden van grafiek en tekeningen van Rodolphe Bresdin (18221885). Tijdens de opening zal mr. B. Kist spreken over „De genoegens van het prentenver- zamelen" en de graficus Dirk van Gelder zal vervolgens een inleiding houden, getteld „Rodalphe Brendin, zijn grafisch werk". De Lente duurt toch at zo kort. Laat voorjaarsmoeheid Uw lentevreugde niet vergallen. Sanatogen nemen Het zenuwsterkend middel Een Judith Leyster voor Frans Halsmuseum Het Frans Halsmuseum in Haar lem heeft met steun van de Vereni ging Rembrandt voor zijn verzame ling een vrouwenportretje aange kocht van de hand van Judith Leyster, gemonogrammeerd en ge dateerd 1635, Het paneel is 54 by Al centimeter groot. Judith Leyster (plm. 1610 Haar lem 1660) was omstreeks 1630 leerlinge van Frans Hals. Totnutoe was zij in het Frans Halsmuseum slechts vertegenwoordigd met een bruikleen uit het Rijksmuseum. Het paneeltje is afkomstig uit de collectie van Albert Rothschild in Wenen. Het was het enige zich nog in de kunsthandel bevindende gesig neerde werk van de kunstenares. „Kunst en vliegwerk" in Schoonewelle In het museum Schoonewelle in Zwartsluis is gistermiddag onder de titel „Kunst en vliegwerk" een na tuurhistorische tentoonstelling ge opend. Het betreft hier een stan daardverzameling van fauna en avifauna uit het natuurgebied van Noordwest Overijssel, dat uniek is in West-Europa. De tentoonstelling is gewijd aan wijlen dr. Jacob P. Thijsse. De opening van de expositie, die het gehele jaar te bezichtigen is. geschiedde door de burgemeester van Zwartsluis, de heer J. G. Bynink, waarbij explicatie werd ge geven door de heer G. van der Heide, directeur van het museum Schokland. Het museum Schooirewelle trekt een jaarlijks groter wordend aantal bezoekers uit binnen- en buitenland. Erna Spoorenberg zingt in Holland Festival Op 2 juni zal het Concertgebouw orkest oJ.v. Bernard Haitink in het Holland Festival een concert geven in het RAI-gebouw in Amsterdam, waaraan, Erna Spoorenberg haar medewerking zal verlenen. Zij zal Mozart-aria's en een aria uit „La Traviata" van Verdi zingen. Het verdere programma omvat: vier delen uit Mendelssohns „Midzo- memachtsdroom", „Romeo en Julia" van Tsjaikowsky en de „Arlésienne suite" van Bizet. Rudolf Noerejew naar Wenen De bekende Russische danser Rudolf Noerejew, die enkele Jaren geleden bij een optreden in West- Europa besloot niet terug te keren naar de Sowjet-Unie, gaat als choreograaf werken bij de opera van Wenen. In mei van het volgend jaar zal zijn eerste werk worden opge voerd. Tot dusver was Noerejew ver bonden aan het „Royal ballet" in Londen. (Van onze correspondent) De uitgehongerde christen roept uit: „Ik geloof alleen in mijn soep", terwijl de Marxist het „Onze Vader" bidt. (Teke ning van A. Paul Weber). Opwinding over hersenspoeling Bij het zien van de voortreffelijke opvoering in Düsseldorf met Karl Maria Schley als Jean en Eva Böttcher als Eva, komt de opmerking van Ionesco in gedachten, dat deel 2 en 3 van „Hunger und Durst" door een willekeurig aantal andere kun nen worden vervangen. Alleen deel 1 is essentieel: het thema van de een zame, zichzelf zoekende mens wordt er in geëxposeerd. De beide andere delen vormen op dit thema niet de onafwendbare uitwerking Het zijn kunstige variaties op hetzelfde in wezen banale thema. Ze missen de overtuigingskracht van het onver mijdelijke en blijven het resultaat van geroutineerd vuurwerk-maken. Blijft de verbazing over de oor spronkelijke reactie van het Duitse publiek, dat zich hogelijk opwond over het hersenspoelüigs-tafereel. Het is dus, en dit ter geruststelling van al de over hun hoogtepunt ge raakte toneelschrijvers, nog steeds mogelijk te epateren met het „erge" in een wereld waarin men verwacht te dat het erge tot de waarde van kleingeld was gedegradeerd. Het erge verandert echter niets aan de in trinsieke waarde van een thema. Ook een damesroman blijft een da mesroman, of het nu een psycholo gische, een historische, een socio logische of een „open-hartige" damesroman Is. Het enige thema hierin is immers altijd dat „ze el kaar krijgen". Ook dit behoort bij „Hunger und Durst" overigens niet tot de mogelijkheden. Eugene lonesco's laatste stuk, in het Frans "La faim et le soif" itheten, maar tot nu toe alleen in West-Duitsland opgevoerd nder de titel „Hunger und Durst", heeft zich door de eerste weer ouden heen gebrokenLiepen tijdens de première en de eerste daarop volgende voorstellingen toeschouwers nog ontevreden tij mus het derde en laatste bedrijf de zaal uitnu de kunstcritici het hbacadabra van Ionesco nog eens hebben voorgekauwd, is het stuk Duitsers „in" en wordt geen onvertogen woord meer ge- Critici zaten elkaar in de haren Ionesco werd in 1912 in Roemenië lboren. Na litteraire studies aan de glversiteit in Boekarest, trok hij in 136 naar Parijs, waar hy als cri- cus ging meewerken aan de „Ca- iers du sud". Later schreef hij in t „Nouvelle revue Frangaise" en de Lettres nouvelles". Het eerste grote icces als toneelschrijver behaalde inesco in 1949 met „La cantatrice iauve". Het in 1959 voltooide „Le bmoceros" werd over de gehele jld opgevoerd. In het theater in usseldorf, waar „Hunger und Durst' Jn première beleefde, werden ook Le rhinoceros" en „Le pieton ipr" voor net eerst opgevoerd, llonesco vertelde bij de première Jn zijn laatste stuk dat de Duitsers el vlugger zjjn met de enscene- van zijn stukken dan de Fran- Rn. Terwijl het gezelschap van Jean- mis Barrault in Parijs nog steeds ar een gelegenheid zocht om „La jfjlm et le soif" ten tonele te bren- bn, hadden de Westduitse kunst- Rltlcl elkaar over het stuk al lang J breed in de haren gezeten. I De eeuwige I waarheidszoeker §»In „Hunger und Durst" is de gofdrolspeler, Jean geheten, zoals ij de meeste van lonesco's stukken, g eeuwige waarheidszoeker, de een- •ÏS iu het niet eindigende twisige- rek met de collectiviteit. Jean zoekt vergeefs zijn eigen ik en vlucht uit |in wereld die het in z\jn onbeha- jn nog behaaglijk heeft weten te en. In het eerste deel van het breekt Jean los uit wat hU als de lemming van het gezin onder- [Verdubbeling aantal bezoekers bij Kunstmaandorkest Cit Kunstmaandorkest in Amster- heeft in het seizoen 1964/1965 '1.500 bezoekers getrokken, d.i. twee- laai zoveel als in het jaar daarvoor. Jpt komend seizoen zal het aantal nncerten worden uitgebreid. Het ikest zal worden geleid door Anton lisjes. 7*e Rus Eugène SwetJanow zal van tot 25 januari als gastdirigent op- pd«n. In deze periode zullen o.m. •JSymphonie nr. 83 „La poule" van "pdn en de „Tableaux d'une expo- 2»on" van Moussorgsky worden uit- :Voerd. Behalve werken van vele buiten- Mse componisten zullen er ook (Jkele Nederlandse werken worden Ingevoerd. Welke dat zullen zijn brdt bepaald na terugkeer van pton Kersjes, die thans een rust- P" op de Canarische eilanden vindt: zijn vrouw Eva en de baby, en de oude hysterische tante die de verstikkende mufheid symboliseert die Jean angst bezorgt voor de be klemming van het verleden. In het tweede gedeelte wacht Jean in een romantisch landschap voor de pcort van het „museum der idee- en". Hfj heeft er een afspraak met de „ideale vrouw", de „vrijheid", die hem zal verlossen van alle proble men en hem de sleutel voor een beter leven zal overhandigen. Jean raakt in gesprek met de beide wachters die de poort bewaken. Jean probeert de vrouw waarop hij wacht te be schrijven, maar hij slaagt daarin niet. Tenslotte halen de wachters de schouders op en kondigen aan dat het museum gesloten wordt. Op nieuw begint Jean zijn zwerftocht. Het derde en laatste gedeelte van „Hunger und Durst" noemt Ionesco „Zwarte mis de goede herberg". Twee „broeders" ontvangen Jean in een bizar klooster met spijs en drank en stillen zijn „Hunger und Durst". Als tegenprestatie verwachten ze een uit voerige beschrijving van zijn bele venissen, waarin Jean aan de diepste •selen van zijn geest niet voorbij mag gaan. Het blijft echter bij ba naliteiten en de monniken zijn dan ook diep ontevreden. Ze tonen hem een satanisch schouwspel waarbij twee menselijke •ns ieder in een kooi tegelijker tijd een soort hersenspoeling onder gaan. De ene gevangene is Marxist (hij zou een persiflage op Bert Brecht zijn), de andere verdedigt de binding met het christelijk geloof. De uitgehongerde wezens wordt net lang een kom soep voorgehouden, tot de christen tenslotte uitroept: „Ik geloof alleen in mijn soep" en de Marxist op zijn knieën het Onze Va der bidt. Maar dan blijkt het drama alleen ter instructie van Jean te zijn opge voerd, en als de tot kletsende clowns gedegradeerde gemartelden uit hun kooi getreden zijn ontpoppen ze zich eveneens als „kloosterbroeders". Veeg uit de pan Het zou lonesco's bedoeling zijn geweest in dit tafereel de z.g. „geëngageerde litteratuur" een veeg uit de pan te geven. Jean blijft overigens onder de boze ban van de duivelse monniken. Verstrikt in de vage beloften van zijn overheersers moet hij afscheid nemen van zijn vrouw en hun inmiddels groter ge worden dochter, die in een aureool en voor een ideaal landschap achter de tralies van het klooster even te zien zijn. De laatste woorden in „Hunger und Durst" komen van Eva. Zij zegt: „Ik wacht op je zolang het nodig is. Ik wacht op je tot in de oneindigheid". Van belang bij een beoordeling van lonesco's nieuwste stuk is waarschijn lijk te weten dat de auteur de laatste jaren last van zijn lever heeft. Van zichzelf bekent hij „kribbig" en „te serieus" te worden. Zijn volgende stuk, dat op Daniel Defoe's „De pest in Londen" geinspireerd is (ook Ca mus inspireerde zich er op) wordt „het grappigste stuk dat ik ooit ge schreven heb", zoals Ionesco er zelf van zegt. Hij grondt deze bewering op de mededeling: „Ze gaan er met honderden tegelijk in dood". De toneelwereld van Ionesco is nauwelijks met een andere te verge lijken, hoogstens met die van Ar thur Adamow, de man die in zijn „La grandeet la petite manoeuvre" de hoofdrolspeler in vier tonelen achtereenvolgens berooft van al zijn ledematen. Ionesco is minder Grand Guignol dan Adamow, hij goochelt ingenieus met het absurde en ver heelt niet beinvloed te zijn door een toneelliteratuur die van Henrik Ibsen tot Kaf ka loopt. Absurd wordt, wat t niet meer dan een banaliteit leek en wat komisch aandeed, blijkt uit te groeien tot een werkelijk dra- Een Frans criticus schreef eens Ionesco: „Het begint allemaal heel natuurlijk, maar het eindigt in het fantastische, wat dan weer niet of minder blijkt te zijn dan het normale van het begin en dan duizendmaal door een loep vergroot". Admiraals Lukas Passion, die traditioneel in de stille week in de Grote Kerk van Noordwijk-Binnen plaats vindt (a.s. dinsdag voor de 22ste maal), heeft thans na jaren weer eens in de Katwijkse Nieuwe Kerk weerklonken. Waarom zo'n kostelijk koor als de vaste combinatie Halleluja (Katwijk) en Cantate Domino (Noordwijk) altijd bij haar Lukas gebleven is? Deze Passie schonk kennelijk, zowel naar binnen als naar buiten, voldoening. Deze twee koren onderscheiden zich van vele anderen doordat zij nimmer ambitie aan den dag leggen. Hun hele ziel ligt in dit onvolmaakte werk. dat juist daardoor z'n functie vervult: evangelie te prediken en het „gesjacher" met de Heiland aan de kaak te stellen door middel van een schaars overtroffen muziektechnisch dienen. Solisten EUGENE IONESCO Met de kwaliteit van het uitvoe rend koor staat of valt deze Lukas, gevolg van het groot aantal koralen, meer dan in „Johannes" en „Mat- thaeus" samen. De tenor-evangelist heeft als verteller van de bijbeltekst uiteraard een voorname rol, maar juist deze recitatieven zjjn artistiek weinig suggestief. Toch heeft Joop Kramer, die ze zong, er door zijn eenvoud, beschei- öenheid en liefdevolle zorg, veel van gemaakt. Hij trachtte nergens er méér van te maken dan er muzikaal in aanwezig is en heeft dusdoende ook nergens afgeleid van de bedoe- Iing:evangelie-mededeling te zijn. Dramatiseren, door aJi.w. de regie van de Passion in handen te nemen, waartoe Bach's Johannes zich wel leent, zou de zwakheden versterkt hebben. Kramer nam sinds verleden jaar een aanmerkelijke voorsprong naar de geestelijke toeëigening van deze partij en de klank van zijn wellui dende stem doet goed. Hij werkte zonder klavecimbalist, de organist Johan Zweers speelde fijntjes en als vakman de totale continuo. Daar hij afwisselend evangelist en Christus vertolker diende te ondersteunen, nam hij twee timbres daarvoor te Voor wie de baszanger Henk van de Brink nog niet hadden gehoord in de Christus-rol zal deze als echte ver rassing zijn voorgekomen. Zoveel so noriteit en egaliteit, zo'n vaste sta tige klankvorm en machtige zegging, zo'n taakbewustzijn komt vaak bij grotere namen niet voor. Zulk een stem staat onwrikbaar in de ruimte. Dat is een eigenschap, die van de sopraan Nelly Schulze ook viel vast te stellen. Deze stem is sterker gewor den, heeft aan vrij stromende kracht gewonnen. Over haar twee aria's mag niet gering denken, zjj zijn ge nadeloos als orkeststukken geschre- J Halleluja Katwijken Can tate Domino (Noordwijk) zon gen Bachs „Lucas Passion" on der Admiraal. (Foto LJ5./J. van Duljn, Katw. a/Z®e) Een der raadselen van deze Passi on Is de vraag, waarom de drie tenor aria's vocaal zoveel meer betekenen. Zijn de twee eerste van de Jonge Bach en is de laatste een t vene van de rijpere Bach? Jan Koot, amateur, heeft er een knappe teke ning van gegeven en het menigmaal hachelijke toontreffen kundig tot stand gebracht. De tenorale kleur een heel gezonde. Hij kweet zich ook van de kleine tenorpartijen, daar Cor de Heiden door ziekte verhinderd was om dit te doen. Voor de alt Bella Keyzer, waarlljke alt, ls ln de gecoupeerde weergave van Admiraal maar één aria beschikbaar, maar haar vertol king hiervan is steeds een volmaakte. Han Campfens, amateur en bas voor de Pilatus-figuur en andere kleine partijen, mist die vak-zekere egaliteit en routine, wat voor hem de eigen aardigheid meebrengt, gewoonlijk eer aanloop nodig te hebben om met de ontplooiende stemkracht de vocale persoonlijkheid tot gelding te bren gen. De stemkleur is fraai, zoals iedereen deze avond, en hy haalt de diepe ligging zonder toonloosheid. Admiraal: generaal Het orkest was gelegenheidsen semble, meest Haagse amateurs, jaarlijks getrouwelyk voor Admiraal zich formerend en daarna weer ont bindend. De status van amateur was niet te miskennen, maar daar werd men toch maar by tyd en wyle aan herinnerd. We beperken ons tot het ir. herinnering brengen van de stry- kersinleiding tot het tweede deel en het fagot-hobo duetteren ln de aria Den Fels hat Moses Stab geschla- gen". Admiraal is de grootste amateur ln heel dit omvangryke Passions-appa raat, een totaal onvergeiykbare fi guur, door geen leermeester recht streeks geschoold! Maar deze Admi raal dirigeert als een generaal: het geringste, door hem gewild, wordt uitgevoerd en zoals door hem gewild. De solisten, hoe bont van geaardheid ook, richten zich om zo te zeggen hypnotisch naar zyn zienwyze. Admi raal regisseert zyn Passion als een spel („Was dürfen wir weiter Zeug- niss"! of „Er hat andem geholfen" als een rondedans om de kruispaal!),, keihard waar nodig, roerend van mildheid waar de reactie dat na tuur- ïyk doet zyn, omdat hy zich alles zo reëel voorstelt. Hy denkt in ..gebeur- Expresief In de koorstemmen, koraal zowel als volkskoor of openingskoor, huist een rykdom aan expressiviteiten, van een kapitaal afdwingend. Jeugdig verend „Kreuzige", model van door zichtigheid zonder ook maar één uit springende stem, tot het zeldzaam in nige „Führe uns nicht in Versu- chung", als gregoriaans, waar de laatste rest van menselyke eigenheid werd weggewist. Meer dan directie: regie. V. Expositie in Voorscholen Van 10 tot 23 april zullen Hans van Draanen en Johan van den Berg hun werken exposeren in het atelier van Willem Schofer, Molenlaan 3, Voor schoten. De opening van deze exposi tie geschiedt 10 april, 's middags om door drs. Gerrit Brongers.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 15