weei tijd UIT BELGIE Korte vleugel Moeten wij Sade verbranden? Kom er ACHT -er Zaterdag 20 maart 1965 Pagina 4 Wekelijks bijvoegsel Uw Wereld Bridgevraag van deze week: West opendde één har ten en herbood die kleur. Oost steunde harten. Op tafel (oost) blijkt te liggen harten B 10 3; oost komt aan slag en hartenboer wordt voorge speeld. Zuid heeft harten A V 6 welke harten moet zuid bespelen?? Antwoord elders op de pagina. BRIDGE De nationale Belgische paren competitie werd gewonnen door de heren Degrijse-Raeijmaec- kers. Dit sympathieke Vlaamse paar heelt een prachtige stdat van dienst: in 1961 en 1963 ein digde het als tweede, in 1962 en 1964 won het de nationale titel. tafel HB9 N 9 4 3 2 W O 99 O A V 7 A 7 3 Z A 10 7 3 2 A <0> H 9 2 H B 8 4 Niemand kwetsbaar. Biedverloop: west een klaveren noord past oost een harten zuid een schop pen west twee harten noord twee schoppen oost drie harten zuid vier schoppen west dou bleert noord past oost vijf harten zuid doubleert, allen pas- Oost speelt dus vyf harten, ge doubleerd. Zuid kwam uit met schoppenaas, die door oost met har ten zeven werd ingetroefd. In slag 2 speelde oost harten zes en zuid won met hartenaas, noord speelde harten vyf by. In slag 3 vervolgde zuid met schoppen drie, west (tafel) schoppenboer noord schoppenvrouw en oost troefde in met harten tien. In de vierde slag vervolgde oost met ruitenboer speelt u als zuid ruitenheer by of een kleine Het probleem is voor de meeste bridgers helemaal geen probleem, want zy hechten een dermate grote waarde aan de regel „honneur op honneur" dat het eenvoudig niet by hen opkomt in zo'n geval niet te dekken. Laten wy nu eens kyken naar de kaarten welke de oostspeler oor spronkelijk had: V B 10 7 6 B 10 6 5 3 V 5 2. Toen zuid ruitenboer dekte met ruitenheer, waren alle moeiiykhe- den voor oost opgelost. Ruitenaas werd op tafel genomen en troef werd nagespeeld: noord had nog harten H 8 en nam de slag met hartenheer, waaronder oosts harten boer viel. Wat noord ook naspeel de, oost kon de rest maken, daar zyn ruitens vrij waren en hy daar op in west twee klaveren kon op ruimen. Indien zuid niet ruitenheer op de boer had gespeeld, was oost kans- loost geweest. Hy kan geen tweede en derde ruitenronde vervolgen, daar noord dan introeft. Oost zou kunnen proberen een tweede maal ruiten te spelen west de vrouw en nu troef na. Maar noord wint eenvoudig met hartenheer en speelt harten acht terug; oost komt dan met zyn laatste troef aan slag en DWERGFIETS VEROVERT ENGELAND In Engeland maar ook daar buiten bestaat op het ogenblik een opvallende belangstelling voor de dwergfiets, een door Alex Moul- ton ontworpen demontabele fiets met wielen van slechts vier deci meter hoog, met keiharde banden en een opmerkelijk sterke vering. Na de gebruikelyke reserve ten aan zien van het wat vreemde model van deze Moulton-fiets is het En gelse publiek er enthousiast opge sprongen. Zelfs premier Harold Wilson heeft zich zo'n exclusief ver voermiddel aangeschaft. De fiets laat zich byzonder ge makkelijk demonteren en kan dus ook in de kofferruimte van een auto worden meegenomen. In verband met de uitvoering met één centrale framebuis kan de fiets in twee grote delen uit elkaar geschoven worden, terwyl zadel en bagagedrager door middel van een knevelsluiting los- en vastgemaakt kunnen worden. Aan de vraag naar deze dwerg- fiets kan op het ogenblik maar nauweiyks worden •voldaan. Voor binnenlands gebruik worden elke week 1.000 exemplaren afgeleverd, terwyl elke week bovendien 500 fietsen van dit model naar Amerika en Europa worden geëxporteerd. komt nimmer meer aan het maken van zyn ruitens toe. De noordspeler had in dit spel oorspronkelyk: V8654(?H85O84«f.l0 9 6. Aan de tafel waar Degryse Raeymaeckers speelden, bereikten de kampioenen een contract van vier schoppen in de NZ-lyn, ge doubleerd door west. Schynbaar gaat dat contract één down (zuid verliest één schoppen, één klaveren en twee ruitens), maar aan deze tafel kon west zyn partner nooit aan slag krijgen om ruiten te spe len, zodat zuid de tyd kreeg de klaverkleur te ontwikkelen en op de dertiende klaver by noord een ruitentje kwyt kon. H. W. FILARSKI. Uit de eerste twee ronden i landelyke eindstrijd om de gouden coca-cola-sculptuur welke vorige maand werd gespeeld en gewonnen door drs. P. Roozenburg laten wij hier twee partijgedeelten volgen welke beide betrekking hebben op het aanvallen via veld 29 van zwart. Het verschil is echter, dat zwart in de ene partij een onspeelbare korte vleugel meebrengt en in de andere niet. Hoe belangrijk het is om by een aanval over veld 29 voor wit 22 een korte vleugel te hebben welke actief kan optreden, blykt ook weer uit deze partijen. H. van Siefhout Antwoord op bridgevraag: Zuid moet harten zes spelen. Door het aas te nemen, ver raadt hy juist dat hij de vrouw ook heeft want zon der hartenvrouw zou zuid zéker klein byspelen. Zuids kans is, dat west byv. zes hartens van de heer heeft en besluit niet te snyden doch de heer te zetten en harten na, hopende dat de hartens 2 2 vallen. Als west zo speelt, maakt zuid hartenaas en vrouw toch nog! Snydt west (het goede spel) toch op har tenvrouw, dan is er niets ver loren: immers, had zuid direct hartenaas gezet dan had west later zéker gesne den op de vrouw! Kom er ACHT-er 1. veter van schoen is langer 2. zangnoot meer 3. stok van badborstel is langer 4. gordyn smaller 5. neus man in bad is langer 6. zakje op jasje man rechts is verplaatst 7. meer water gespat 8. pootje van badkuip Een selectie uit het werk van de Marquis de Sade, vooraf gegaan door een essay van Simone de Beauvoir. (Verta ling) Van Ditraar, Amster dam. Onder de bovenstaande titel heelt Simone de Beauvoir haar essay geschreven, waar uit men kan opmaken dat de schrijfster het plan heeft een lans te bre ken voor deze even verafschuw de als intrigerende achttiende- eeuwer. In zijn testament heeft De Sade verzocht „dat elk spoor van mijn graf van het aardop pervlak zal verdwijnen, net zoals naar ik hoop de herinnering aan mijzelf uit de gedachten van de mensen zal worden uitgewist. „Deze wens is wel in vervulling gegaan, zoals Simone de Beau voir opmerkt; echter heeft de verzoeker om vergetelheid niet kunnen bevroeden dat hem een eigenaardig soort onsterfelijk heid deelachtig zou worden en wel in de taal. De woorden „sa disme" en „sadistisch" zijn in ternationaal gemeengoed ge worden en zelfs een hedendaag se scholier heeft een vaag ver moeden van hun betekenis. Wat Simone de Beauvoir heeft geïnteresseerd en wat haar heeft gebracht tot haar lucide essay zyn bepaald niet de legenden van sek suele aberraties, ware en onware, en zeker ook niet de literaire waar de van de talryke geschriften van Sade. Zy zegt met nadruk dat de romans en beschouwingen qua styl en vormgeving niets byzonders zyn. Men zou van deze man „die zyn uitzonderiy kheid zo angstval lig cultiveerde" hebben verwacht dat hy zyn levenservaringen op een persoonlyker wyze zou hebben opgeschreven. Daar is echter weinig van te bespeuren. Wel doet hy po gingen om de stichteiyke verhalen van zyn tyd te parodiëren, maar dat lukt hem toch niet want, „He laas amuseert hy in de regel meer zichzelf dan ons", zegt de schryf- ster. Alleen wanneer zyn bandeloze fantasieën over hem vaardig wor den. schynt hy van tyd tot tyd de zelfironie, mengsel van trots en schaamte, tot een persooniyke ver worvenheid te kunnen maken. Zyn beschrijvingen van bacchanalen en andere wilde tafrelen wisselt hy af met byzonder vervelende be schouwingen, die maken dat het geheel valt door een soort onwaar achtigheid. Wat volgens Simone de Beauvoir het belangrijkste is in deze figuur, is het feit dat al zyn werk is een poging tot zelfrechtvaardiging. Het is een bevryding en een zelfver dediging. De Sade heeft niet alleen willen biechten by zyn medemen sen, hy heeft bovendien van de wereld absolutie willen krygen met als motief dat men maatschappe lijk kwaad met individueel kwaad moet vergelden. Boeken maukt Dit zich verontschuldigen blykt o.a. duidelyk uit het in deze bloem lezing opgenomen fragment uit „La Philosophie dans le Boudoir". Hierin toch geeft hy zyn opvattin gen betreffende de moraal en de politiek en spreekt zyn landgeno ten toe om hen te vertellen hoe zy goede republikeinen moeten zyn. Daratoe, ze zegt hy, moet men drie plichten vervullen. Ten eerste, iedere godsdienst afzweren, zich niet schamen voor zyn natuurlyke impulsen zolang de staat de dood straf en de oorlog handhaaft en ten derde complete seksuele vrij heid gunnen aan iedereen man en vrouw. De Sade vindt het staatsbe stel en de wetten het immoreelste dat hy bedenken kan en hy zegt er zeker van te zyn dat „de men sen die er zich mee tevreden stel len af en toe een meisje te gese len. minder schadelyk zijn dan een inner van de belastingen". Dit wat betreft het sadisme, zou men kun nen zeggen. Een curieuze byzonderheid in dit verband is dat Sade, na zyn elf jaar gevangenschap en zijn echtscheiding in zekere zin in ere hersteld, geen enkele functie by het gerecht wenst te vervul len indien er beschuldigden ge marteld en (of) ter doodveroor- deeld worden. Benoemd als openbare aanklager ontslaat hy by na iedere beklaagde van rechtsvervolging en zelfs op zyn schoonmoeder, die het heel bont gemaakt heeft, wil hy geen wraak nemen als hy daartoe de macht heeft. De beschuldigingen tegen Sade ingebracht zyn algemeen bekend: verkrachting verleiding, sodomie,- wreedheid en vergiftiging, en dit alles niet ten onrechte. Toch kan men er verzekerd van zyn dat De Sade pas in gevangenschap en met de pen in de hand is gekomen tot veel wildere verbeeldingen dan ooit in de realiteit mogelyk zyn ge weest. Hy heeft moeten ervaren dat de maatschappy en zyn per- soortgelykamusementen, zelfs met de hulp en medewerking van zyn wettige vrouw, niet te verzoenen waren. Het is dus te begrijpen, dat hy, als hy later opgesloten wordt in het krankzinnigengesticht van Charenton, wel opstandig is, maar ook wel tevreden omdat hij zich ongestoord kan wyden aan het opschrijven van alles wat zyn exorbitante dromen hem ingeven. Aati het slot van haar essay ver klaart Simone de Beauvoir de mo derne belangstelling voor deze fi guur als volgt: „Sades verdienste is niet alleen dat hy luid keels heeft uitgeroepen wat ieder een zich met schaamte bekent, maar dat hu zich hier niet by heeft neergelegd. Tegenover de on verschilligheid heeft hy de wreed heid gekozen. Het is ongetwijfeld daarom dat hij zoveel weerklank vindt in deze tyd, waarin het indi vidu weet dat het minder slacht offer is van de slechtheid van de mensen dan van hun goede gewe ten; door dit verbysterende op timisme aan te tasten komt men hem te hulp". Zonder twyfel heeft zy daarin geiyk, want deze reden is waar- schijniyker dan die van een even tuele belangstelling voor kwelme- thodes, iets waarmee de wereld langzamerhand overvoerd is. In elk geval heeft zy van een boos aardige mythe een mens gemaakt en dat is op zichzelf een reden tot grote belangstelling voor haar me ning. CLARA EGGINK ET m Q MJÊJÊT mjs s m O H DAMMEN wit goed 30-24 spelen. De dam door 32-28 en 27-21 is niet goed. 26. -. 20-25; 27. 48-43; 14-20. Op nu 30-24 kan zwart zich min of meer her stellen door: 29-33, 39x19; 20x29, 34x23; 18x29, 27x18; 12x14. De clou is dat zwart met zyn korte vleugel het stuk op 29 niet kan ondersteu nen. Het is zelfs zo, dat zwart al leen maar aan zijn lange vleugel kan spelen en dat is in een derge- lyke situatie niet gunstig. 28. 49-44, 29-33; op 9-14 volgt wel 30-24 en op 13-19 kan wit een heel goede dam nemen door 32-28, 29. 39x19, 13x35; 30. 38-33, 9-14; 31. 42-38, 14-19; 32. 32-28, 20-24; 33. 34-30, 25x34; 34. 40x20; 15x24; 35. 45-40, 24-30; 36. 38-32, 19-24; 37. 43-39, 24-29; 38. 33x24, 30x19; 39. 39-33, 19-24; 40. 40-34, 24-29; 41. 33x24, 22x33; 42. 32-28, 33x22; 43. 24-20 en zwart verloor. P. Roozenburg 1 2 8 4 6 Kunt U de acht afwy'kingen in de beide bovenstaande tekeningen vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit By voegsel. P. Okrogelnik Dit is de stand na 21. 41-36. Het spel ging toen: 21. 17-22; zwart had ook 17-21, 11x22 kunnen kie zen, waardoor hy veel meer speel- vryheid aan zyn korte vleugel had behouden. De Limburgse kampioen voelt na de tekstzet goed aan, waar nu zyn kansen liggen en begint met een consequente omsingeling. 22. 42-27, 11-17; 23. 47-42, 6-11; 24. 39-34, 4-10; 25. 44-39, 10-14; 26. 35-30, (dreigt 30-24) op 13-19 kan 9 if i m SOLS i P erf Stand na: 24. 31-26, 22x31; 25. 36-27, het verloop was hier: 25. -, 24-29; 26. 33x24, 19x30; 27. 35x24, 20x29; 28. 46-41, 6-11; 29. 41.-36, 9- 14; 30. 39-34, 11-17; 31. 37-31, 17-22; 32. 42-37, 13-19; 33. 27-21, 8-13; 34. 21-16, 7-11; 35. 16x7, 12x1. U ziet het, hier kan zwart met zyn korte vleugel spelen. 36. 32-27, 15-20; 37. 48-43, 20-24; 38. 37-32, 2-7 39. 43- 39, 7-12; 40. 38-33, 29x38; 41. 32x43, 22-28; 42. 40-35, 14-20; 43. 34-30, 23.29; 44. 30-25, 18-23 45. 25x14, 19x10; 46. 26-21, 13-19; 47. 39-R 29x40; 48. 45x34, 28-33; 49. 34-8IL 23-28; 50. 21-16, 24-29; 51. 30-3 29x20; 52. 27-21, 19-23; 53. 31-* 12-18; 54. 36-31, 20-25; 55. 16-11, 23-29; 56. 21-17, 29-34; 67. 33-39; 58. 31-26, 39x48; 59. 11-7 li 12; 60. 17x8, 34-39; 61. 8-2, 18-22; 62. 2-19, 28-33; 63. 19x5, 39-44; 61 5-23, 22-27; 65. 21x32, 33-38 gaf op. P. GORDIJH Maar de resultaten zijn jaar op jaar slechter De vrij laat invallende winter, met strenge nachtvorst, heeft een waardig afscheid van het visseizoen onmogelijk gemaakt. Te meer omdat dit jaar voor het eerst de snoekvisserij op 28 februari eindigde, in plaats van op 15 maart. Hier en daar, op groot water, is nog wat op voorn gevist, maar veel om het lijf had het niet. De tijd is dus nu gekomen, naar zee te gaan; naar pieren en golf brekers en naar het strand. Daarbij moet mij echter het volgende van het hart: de visserij in zee is de laatste tijd zeer slecht. Slech ter waarschijnlijk, dan ze ooit is geweest. Natuuriyk het zou vreemd zyn wanneer het anders was hebben de sportvissers naar een verklaring gezocht, naar de oorzaken en he- denen. De meningen omtrent deze zaak zyn nogal verdeeld. De een beweert, dat het de schuld is van de verregaande ver ontreiniging, waardoor het plank ton wordt vernietigd, zodat de vis geen aanleiding meer heeft onder de kant te komen, de ander wijt een en ander aan de uitzonderiy k strenge winter van 1961/'62. Waarschynlyk is de achteruit gang van de resultaten bij de sportvissery het gevolg van een aantal gecombineerde oorzaken, waarby vaststaat dat een verkeerde wyzn van vissen door het beroep wel de hoofdschuldige is. Dat is duidelyk gebleken uit een artikel van dr. R. Boddeke, die in Vissery Nieuws van februari, ont hullende verklaringen doet inzake de vernietiging op grote schaal van jonge platvis. Volgens voorzichtige ramingen, aldus dr. Boddeke, heeft de Nederlandse gamalenvissery in 1964 ruim 1 miljard stuks onder maatse schol in zodanige conditie overboord gezet, dat de overlevings kansen zeer laag moeten worden aangeslagen. Wat de schar betreft is dit aantal 400 miljoen stuks en t.a.v. de tongen, geboren in 1963 tot december '64, tenminste 155 miljoen stuks, eveneens onder de maat. Afgezien van de economische consequentie die deze uitroeiing ten gevolge heeft, laat het zich licht begrypen, wat de gevolgen zyn met betrekking tot de visstand langs onze kusten. Er is echter een verblijdend lichtpunt. Onder leiding van de RIVO (Rijksinstituut voor Visse- rijonderzoek) heeft men proeven genomen met een nieuw, speciaal geconstrueerd garnalennet, naar ontwerp van de heer J. Boersen, waarmee het mogelyk is gebleken scherp te selecteren. Dit net is zo gebouwd, dat de consumptie-garnalen in een aparte afdeling terecht komen, waarby de ondermaatse kunnen ontsnappen, terwyl in een ander deel van het net alleen de bovenmaatse pUtvis verdwynt. Nog afgezien van het feit, dat dit net het vissen op garnalen veel efficiënter zal maken, omdat o.a. het sorteren komt te vervallen, zal het er tevens voor zorgen, dat enorme getallen platvis behouden blyven. Uiteraard ligt het in de verwach tingen, dat dit nieuwe net het voorgeschreven vangtuig van de garnalenvissers zal worden, zodat zeer spoedig een verbetering van de visstand zal intreden. Is het nu zo, dat we beter maar niet naar de kust kunnen trekken om in het zoute water te gaan vis sen? Dat willen we natuuriyk niet aanraden. Al zullen de vangsten in het algemeen niet zo overvloedig worden als menige zeevisser zich dat wenst, een visje is er altyd wel te vangen. En omdat het zo is. dat dc hoeveelheid vis die men vangt nooit een maatstaf is waaraan de genoegens die men beleeft kunnen worden gemeten, zullen er duizen den, met hengels en molens, hun geluk gaan beproeven. Is de lente niet juist het gechiktste seizoen voor wat frisse lucht? Valt er iets te forceren, als men in zee vist, heeft men al vaak gevraagd. En men bedoelde daarmee: kan een en ander wor den gestimuleerd, zoals dat met de vissery in het binnenwater ook vaak het geval is. Immers, soms doet de brasem het slecht 'op diep water en met brood als aas. Verplaatst men zich dan en probeert men met maden, dan wil dat weieens zeer veel schelen. Is dat nu ook zo met de zeevis- sery? Ja en nee. Als le vis wei gert te eten, kan men met elke aassoort proberen, maar het zal niet lukken. Als de vis er niet is, blyft het net natuuriyk leeg. Maar soms is de vis er niet op de ene plaats, maar wel op de andere; links of rechts, dichterby of verder af. Daarom de praktyk bewea het meermalen liggen de kansen in het actieve vissen. Het, actieve vissen volgens dit beproefde recept: dunne lynen waarmee men zeer ver kan werpen. Hooguit twee beaasde haken en na het uitwerpen langzaam binnendraaien, zodat het aa~ zich regelmatig langs de bo dem verplaatst. Na tien worpen een eindje opschuiven een meter of vijf naar links of rechts daar de pogingen te herhalen. Dat lukt alleen wanneer men ruimte heeft en daarom adviseer dan ook het strand. Het strand dat in de lente blonder en rustiger is dan in welk ander seizoen, zodat men een lieve dag lang zich kan zyn. De blik gericht op de re horizon; zeer bevrijdend voc bewoners van het dichtstbevolkte landje ter wereld. Jan Schreiner Natie van dikkerds Groot-Brittannië dreigt een natie van dikkerds te worden. Ruim 23 miljoen mannen en vrouwen bij na de helft van de bevolking gen te veel. Het onderzoek is ingesteld door een onderneming, waarvoor dit goed nieuws is een verkooporganisatie van vermageringskaakjes. Uit de statistieken, die ontleend zyn aan een aantal medische publi- katies, blykt dat twaalf miljoen mensen regelmatig een dieet volgen, dat zy de ziekenfondsen 22 miljoen, gulden per jaar kosten aan door artsen voorgeschreven vermage-' ringsgeneesmiddelen en dat alle Britten die teveel wegen ouder zijn! dan 15 jaar daarby zijn 10.500.000 mannen en 12.750.000 vrouwen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 12