Residentie-Orkest" voor liet afscheid naar de V.S. Getuigenisscliilders leverden weinig picturale inspiratie op kunst kalei öoscqqp „WIJN EN BROOD' Uiteenlopende visies maar geen mysticisme Sobolew doet scherpe aanval op jongeren TEGEN DE „MODERNISTENBENDE" UIT STRAALMOTORENTIJDPERK Stordiau: bekwaam solist in David Johan de Meester naar Ver. Staten Verfilming verhaal van Dola de Jong een STERK STAALTJE 11.95 6 95 5.25 Opgericht 1 maart 1860 Vrijdag 5 maart 1965 Vierde blad no. 31508 (Va nze Parijse correspondent) „Wijn en brood" is dit jaar het thema geweest, dat de „schil ders die van hun tijd getuigen" ter inspiratie voor hun veertiende jaarlijkse expositie in het Musee Galiera, was aanbevolen. Men kan zeggen, dat de kleine 90 leden van dit genootschap over het algemeen wel over de kundigheden en de techniek bleken te be schikken, om ook over dat onderwerp een serie doeken te maken, waarmee een picturale show redelijk was te organiseren. Maar opzienbarende kunst hebben het brood en de wijn, waarzonder de mens niet leven kan, toch niet of nauwelijks opgeleverd. En ettelijke doeken die vermoedelijk al eerder waren ontstaan, moes ten bovendien weer met de haren bij het onderwerp worden gesleept. Een iets gevarieerder, interessante re of fundamentelere belichting van het thema, treft men eigenlijk vooral aan in de verschillende opstellen of I toelichtingen, die door bekende of I illustere schrijvers werden bijgedra- i gen om, oudergewoonte, de fraaie catalogus weer te kunnen vullen. In die stukken worden het brood en wün b.v. omschreven als „deze beide essentiële voedingsmiddelen der mensheid" en als „de zonen van de - zon en de metgezellen der mensen". En dan zijn er de nodige toespelin gen op Het Laatste Avondmaal, de J Emmaüsgangers en andere bijbelse of klassieke bronnen, die door de schilders, ter stimulering van hun J fantasie, echter vrijwel stelselmatig 1 verwaarloosd werden. die twee bestandde len in de „mystieke kern" te raken, hadden verreweg de meeste schil ders dat brood en die wijn gebruikt, als ze deze gebruikten bij wijze van decoratief hulpmiddel. En zelfs op die weg, werden dan veelal de grote voor beelden der illustere meesters ge volgd. De variaties op Manets' „Dé jeuner sur l'herbe" en op de Guin- guettes zijn inderdaad legio, waarbij zich voorts dan nog een lange rij van binnenhuisjes, maaltijden in café's of kantines voegen, die men elders ook al wel eens eerder meende te hebben gezien. Zelfs binnen het kader van een be roemd voorbeeld is, in beginsel nog ruimte voor enige oorspronkelijkheid of althans voor bijzondere picturale kwaliteiten. Maar ook aan die ver langens of condities werd hier helaas maar sporadisch voldaan. Mr. Reinink weigert erepenning Stichting Kunstenaarsverzet Onder meer uit waardering voor hetgeen mr H. J. Reinink gedurende de bezetting met gevaar voor eigen leven gepresteerd heeft ten bate van het kunstenaarsverzet, heeft de Stichting kunstenaarsverzet 1942/45 besloten hem op 20 maart een ere penning van de Stichting uit te rei ken tegelijk met o.a. aan prof mr R. P. Cleveringa. Prof. Cleveringa werd door de be zetter in hechtenis genomen nadat hij op 25 november 1940 in Leiden in het openbaar geprotesteerd had tegen het ontslag van de joodse universitaire docenten. Daar mi'. Reinink op dat moment nog optrad als waarnemend secretaris-generaal van het Departe ment van O, K en W, heeft hij de Stichting meegedeeld dat hij, met er ken telijkheid voor het eerbetoon dat men hem wenst te brengen voor zijn houding tijdens de bezetting als ge heel, meent dit eerbetoon niet te kun nen aanvaarden, zo deelt het bes turn de Stichting Kunstenaarsverzet in een communiqué mee. (Mr. Reinink is directeur-generaal voor de Kunsten en voor de internationale culturele betrekkingen bij het ministerie van O, en W). Buiten al die eet- en drinkgelagen, korenoogsten en de druivenplukkerij was er echter nog een bescheiden minderheid van doeken die althans getuigden van de wil de elementaire anekdote te doorbreken. Bernard Buffet wiens glorie hem de eer ver schafte als vaandeldrager te mogen fungeren, plaatste op zijn schilderij affiche een paar gin- en jeneverfles- sen om de wijnsmaak even te ver- Voor Le Colas leven de ma chines terwijl de mens tot robot wordt. drijven? En Carzou vulde zijn doek met antennemasten, wielen en assen en verwrongen stukken ijzer, die dus ook nog al een ver verwijderd ver band met het onderwerp onderhou den, maar in elk geval terstond zijn (grafische) stempel verraden. Evenmin aan de leiband van een letterlijke gehoorzaamheid, had de veelzijdige Michel Ciry, schilder, gra ficus, en componist zich verbonden en zijn eerbetoon aan Bernanos heeft, in de vorm van een portret van een dorpspastoor, zeker een ern stig en nobel karakterbeeld opge leverd. Eerder in de plastisch- literaire trant had Le Colas het thema opge vat. een vlak dat geometrisch is ge vuld met een groot aantal symmetri sche figuren, liggende personen met een glas wijn in de hand en een stuk brood onder het bereik- die volgens de toelichting illustreren dat in onze tijd „de machines leven en de mensen robots worden". Een spoor sociale tijdskritiek school Brenots evocatie van cocktailparty: „Fraaie en jonge die lange en gretige tanden planten in sandwiches en an dere baksels, met hier en daar een jongeling in smoking die zich aan drank te buiten gaat". Fougeron, na zo niet vóór Picasso de officiële schilder van de commu nistische partij, liet in een goud korenveld een automatische dorsma- chine voorrijden om zo eveneens in ongecompliceerd naturalistisch vaarwater te blijven. Wat meer fan tasie spendeerde Verdi aan zjjn fitu- ristisch werkstuk: een man die een ingewikkelde machinerie bestuurt waarin links de korenaren en rechts de druiventrossen verdwijnen, om, aan gene zijde, gereed voor de con sumptie, de croissanten, de stokbro den. de flessen wijn en jenever af te leveren. Een poging het collectieve regen tenportret te vernieuwen, ondernam Mac Avoy, die een tiental bekende Bordelaanse wijnfabrikanten naast en boven elkander plaatste, waarbij ieder het kasteel in handel houdt waaraan hun produkt naam en glo rie ontleende. Enkele graankorrels Onder het vele kaf van deze brood-expositie waren zo, bjj nauw keurig lezen dus toch nog wel een paar graankorrels te verzamenlen. Maar niettemin verliet men de Ga liera toch met het onbevredigende gevoel, dat men zijn honger en zijn dorst naar picturale waarden zelfs onder het motto van het brood en de wijn ook dit jaar weer ter nauwernood had kunnen stillen. ,HAV LEVENSVERZEKERINGEN - SCHIEDAM - TELEFOON (010) 26 93 04 - HAV LEVENSVERZEKERINGEN, Schrijverscongres Moskou: Op het congres van Russische schrijvers in Moskou liet de voorzitter. Leonid Sobolew. die naar verwacht wordt door de „opstandige liberale auteurs" uit zijn functie verwijderd zal worden een storm van verwijten tegen de jonge schrijvers horen. De volledige tekst van zijn rede van drie uur, die afgedrukt werd in het blad ..Literatoernaya Gazetta", leek de ervaren waarnemers toe een van de meest ongebreidelde aanvallen van het conserva tieve kamp te zijn op de „nouvelle vague". Sobolew lanceerde hevige kritiek op de meest vooraanstaande en populaire jonge schrijvers, zoals Vasily Aksyonow, Boelat Okoezjawa, Feliks Alekwjin en Anatoly Gladilin. „Taaibederving" Hij veroordeelde scherp de uitdagen de en veelbesproken verwerping door Gladilin van de idealen van de ou dere generatie en uitte de klacht, dat de nieuwe romanschrijvers de Russische taal bederven met hun verheerlijking van het „slang" van de jongere generatie en dat van de ..modemistenbende uit het straalmo torentijdperk". „Wij waren geen slaven" De teerste plek van het debat tus sen liberalen en conservatieven aan rakend, zeide Sobolew: „In sommige werken wordt jonge 95 4 AN de vooravond van het vertrek naar de Ver. Staten voor een zesweekse tournée, schonk het Residentie-Orkest in de Stadsgehoorzaal een „afscheids"-concert, dat klonk als een klok. Want zowel Strauss' „Don Juan" als Hindemiths' „Mathis der Maler" zijn „zaalvullend. Daartussendoor het hier nog onbekende altvioolconcert (1951) van de Hongaar Guyla David, gespeeld door het zo gewaardeerde orkestlid José Stordiau. Meeslepende ,Don Juan' Van de eerste fel-geladen opzwaai af, hei-kent men de typische Richard Strauss, die in deze eerste van zijn „Symfonische Dichtungen", zijn door de dichter Nikolaus Klenau geïnspi reerde „Don Juan", op 24-jarige leef tijd al onmiddellijk zijn orkestraal meesterschap deed triomferen. Hier vindt de geboorte plaats van zijn strikt persoonlijke stijl, zij het nog gebaseerd op de formele en idee- ele principes van zijn grote voorgan gers Berlioz, Liszt en Wagner. De verwantschap met Berlioz komt voor namelijk tot expressie in dat briljant fonkelende instrumentale coloriet. Het programmatische element staat hier wellicht nog niet zo op de voor grond als in de latere „Dichtungen", waaruit zich het geraffineerde natu ralisme in de détailschildering zou ontwikkelen. Hier is in hoofdzaak sprake van stemmingsachtergrond: de psychische spanningen der eroti sche hartstocht ontladen zich in be wogen drift. Als op vleugelen der in spiratie lijkt Strauss hier gedreven in een creatief openbarsten van al wat hem in zijn jeugd bewoog. Deze voort varende en snel van vrouwen wisse lende „Don Juan" geeft dan ook het orkest, door middel van verrukkelijke en tedere liefdesmelodieën als door meeslepende onstuimigheid alles wat het toekomt, tot dit opwindend leven eindigt in de meest tragisch denkbare somberheidDe schrijnende trompet is er de weerklank van Het Residentie-Orkest heeft aan dit veelverscheidene kleurenpalet, waarin weekheid contrasteert met uitbun digheid, het volle pond toebedeeld, met een bezielend en opstuwend lei der als Van Otterloo, die weet wat Strauss en in het bijzonder déze Strauss! vraagt. David viel tegen naar het lijkt aan Kodaly verwant, doch zonder diens genialiteit is j ons niet meegevallen. Daartoe is dit I sterk onder folkloristische invloeden j staande muzikanteske werk, te zeer in een en dezelfde sfeer gehouden, waar bij de velerlei herhalingen, zonder dat er iets „nieuws" tevoorschijn komt. op den duur een vermoeiende indruk maken. Wel geeft het de solist, vooral in de beide hoekdelen, alle gelegenheid zijn technisch kunnen te demonstreren en Stordiau heeft aan die eis perfect voldaan. Het is zeker geen sinecure, zo maar plotseling als solist te excelleren, maar Stordiau heeft dat al eerder, zo in concerten van Bartók en Walton, met succes gedaan. Dat succes oogstte hij ook nu: door zijn warme en volle toon, zijn bekwaam vakmanschap en zijn klaarblijkelijke muzikaliteit. Op vallend was, dat zenuwen hem geen parten speelden en hij zich absoluut geconcentreerd door de zeker niet eenvoudige partituur, zij het dat de progressiviteit daarin slechts zeer ge matigd is, heen sloeg. Een bijzonder hartelijke huldiging is hem ten deel gevallen: zowel van de zijde van het publiek als van die zijner collega's. Zeggingskracht van Hindemith Na de pauze nog eens Hindemiths' fameuze orkesttriptiek, de symfonie „Mathis der Maler", niet te verwar ren met de gelijknamige opera. Naar wij menen heeft Van Otterloo deze uit 1934 daterende compositie hier voor het eerst in 1937 gebracht. Toen reeds was onmiddellijk merkbaar, dat een meesterwerk werd gedemon streerd, ondanks de hem toestro mende verguizing der toenmalige machthebbers. idee ingeprent, dat hun vaders dom- m* slaven van de (Stalinistische) persoonverheerlijking zijn geweest en dat hun geest daar zozeer van heeft geleden, dat men aan hun woorden geen enkele betekenis kan hechten. „Daaruit komt dan de verkeerde raad voort: „Handel op uw eigen verantwoordelijkheid, naar uw eigen inzicht en alles zal prima zijn, omdat de jongeren de zonde van de ver heerlijking niet hebben gekend". Sobolew keerde zich met grote fel heid tegen deze opvatting, die, naar hij zeide „de jeugd verleidt tot een soort idee van voorbeschikt Messia nisme". Gevoel van zwakheid? De conservatieve woordvoerder wijdde het grootste gedeelte van zijn rede aan zijn aanval op de nieuwe schrijvers en hun denkbeelden, m^jtr hij sprak ook vurige woorden van lof aan het adres van jonge schrijvers, die door de oude garde in bescher ming worden genomen om hun dui delijke „partijgezindheid en nationa le instelling en hun toewijding aan opvattingen van het „socialistische realisme". Het leek er echter op, dat Sobolew een gevoel van zwakheid onder de conservatieven tegenover de sterker wordende golf van vijandigheid van de zijde der liberalen verried, toen hij verklaarde, dat hij niet wilde be pleiten de werken der jongeren te verbieden. ..Maar men kan hun geen mono polie verlenen", waarschuwde hij. OSÉ STORDIAU Hindemith, oorspronkelijk onder in vloed van Reger, „post"-romanticus, bereikte hier een volstrekt eigen over tuigende zeggingskracht, geïnspireerd door het beroemde Isenheimer altaar stuk in Colmar, het drieluik van de middeleeuwse schilder Mathias Grü- newald. Deze boeiende en suggestieve mu ziek, herhaaldelijk reeds door ons be schreven, is verdeeld in drie stukken: „Engelkonzert", „Grablegung" en „Versuchung des heiligen Antonius", culminerend in een dramatische en verscheurende climax. Alle verzoe kingen komen op weergaloze wijze tot expressie, uitlopend op het stralende, imposante „Hallelujah", voorafgegaan door het authentieke „Laude Sion Salvatorem", dat doorweven is met alle fugatische mogelijkheden, waar over het inventief vermogen van Hin demith beschikte. Men mag over deze veelomstredene denken zo men wil de pro en con tra's zijn nog altijd, hoewel steeds minder, in beroering en daarbij overwegen, dat Hindemith in zjjn stylistische ontwikkeling, welke ten slotte uitliep op een „herontdekking van de klassieke kunst", ook zijn on twijfelbare inzinkingen heeft gehad, één ding staat vast: aan de taal van deze „Mathis", waarin zijn creatieve potentie een hoogtepunt bereikte, kunnen weinigen meer ontkomen. Vooral wanneer dit werk, mengeling van realiteit en fanta sie. gevoed door een ambachte lijk kunnen van hoogste orde, vertolkt wordt door een orkest, en een dirigent, die er volkomen mee vertrouwd zijn. Een enkele inzet bij vergissing! uitge zonderd. En dit orkest is „ons aller" Residentie-Orkest, dat nu in Amerika, met Van Otterloo als „generaal", onze muzikale vlag breeduit gaat laten wapperen. Een goodwillreis vol hoogge spannen verwachtingen! H. Schrijver Willard Motley overleden De Amerikaanse schrijver Willard Motley is gisteravond in stad Mexico, overleden. Motley heeft o.m. ..Knock on any door" en „Let no man write my epi taph" geschreven. Italiaanse plastieken op Madurodain Dank zjj de medewerking van het ministerie van O. K. en W. en de gemeente 's-Gravenhage wordt in Madurodam in het kader van het Holland Festival een openluchtten- toon toonstelling gehouden van Ita liaanse klein plastieken. Op 15 juni a.s. zal de officiële ope ning worden verricht door de heer G. Agnelli, die in Italië op cultureel gebied een vooraanstaande plaats in neemt en wiens zuster gravin Rattaz- zi één der Italiaanse bestuurders Is van de „Fondation Européenne de Ia Culture". De tentoonstelling zal een 90-tal kleine sculpturen omvatten van de meest bekende Italiaanse beeldhou wers, zowel van de oudere als de jongere generatie, o.w. Manzu, Marlni, Viani, Minguzzi, Mazzagurati, Ma- scherini, Greco, Negri, Somaini, Ta vern ari, Mastroianni. Consagra en Fabbri. Koningin naar jubileumuitvoering Koningin Juliana heeft het voor nemen op vrijdag 9 april de officiële jubileumviering van de muziekschool van het Amsterdams Conservatorium bij te wonen in de Bachzaal van het Concertgebouw in Amsterdam. Dank zjj een extra subsidie van het ministerie van O. K. en W. is het Ned. Centrum van het Internationaal Theater Instituut in de gelegenheid de regisseur Johan de Meester een eervolle uitnodiging te doen aan vaarden van het „Institute for Ad vanced Studies in the Theatre Arts" in New York om daar met leerlingen van dit instituut voor hoger theater- onderwijs eri andere Amerikaanse be roepsacteurs Mariken van Nimwegcn in te studeren. Bij de instudering zal gebruik wor den gemaakt van een nieuwe verta ling van Eric Colledge, die onlangs onder de titel „Mary of Nijmeghen" en als onderdeel van het boek .Me diaeval Netherlands Religious Lite rature" in de Bibliotheca Neerlandica is verschenen. De voorstellingen in de Ver. Staten, naar verwachting 12, zullen worden geïllustreerd door mu ziek van Robert de Roos, welke mu ziek onlangs tot dit doel onder lei ding van de componist is opgenomen. Johan de Meester zal vrijdag 19 maart van Schiphol naar New York vertrekken en wordt begin mei in ons land terugverwacht. De Amerikaanse filmster Bette Da- vis heeft haar keus laten vallen op een vorig najaar in New York ver schenen en binnenkort op de Neder landse boekenmarkt te verwachten mysterieverhaal van de Nederlandse schrijfster Dola de Jong getiteld „The whirling of time" („Werveling van de tijd") in de verfilming waarvan rij de hoofdrol wil spelen, aldus meldt de „Journal Americain". Genoemd verhaal van Dola de Jong is als een van de „toppers" van het Jaar aangemerkt. De rol welke Bette Davis in de filmversie ervan zou krfjgen te vertolken zou zo on geveer van het kaliber zijn als die welke zij vervulde in .alles over Eva". Dola de Jong, mede bekend om haar jeugdromans, heeft in 1963 de Edgar Allan Poe-prijs gekregen. WITTE HEREN OVERHEMDEN BELL-O-FAST Boord en manchetten EXTRA VERSTERKT. GERUITE HEREN OVERHEMDEN GERUITE JONGENS BLOUSE OVERAL KIJKEN MAAR KOPEN BIJ Haarlemmerstraat 172 - 174 - 179 Herenstraat 9 MIDZA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 7