Transport der verdoemden LEIDSCH DAGBLAD DONDERDAG 7 JANUARI 1965 Dagelijks vervolgverhaal Oorspronkelijke roman door WOLFGANG ALTENDORF oen de Hauptmann weer te voor- jn kwam straalde hij van zelf- tnomenheid. Alle bureaucra tie rompslomp is aan de nood- opgeofferd! Het is een harde d geweest om te kraken. Die pa Hij hief de armen in U kunt dus in uw wagons Sen. Hij bekeek opnieuw de lyf- De chef heeft mij gevraagd die mannen voor zyn raam te ikenen hadden. Ik heb hem ge lwoord, dat er met hen niet te ilten valt. Hij lachte. Maar het Slik onzeker. Ik dank u, Hauptmann. - Niet te danken, luitenant. Geef acht! commandeerde Loh- nn. De lijfwacht maakte front, ■e Hauptmann knikte welwillend, Btte en ging het stationsgebouw ir binnen. - U hebt uw opdracht voor hon- B procent vervuld, Lohmann, zei ickmesser. Nu in de wagons! We ii verder! lie chef kwam aan de deur staan i de lijfwacht inrukte. Bleckmes- j knikte hem vriendelijk toe. f a spanning wachtte Steinlein op luitenant. Wat is er nu weer 'eest, luitenant? Wij keren terug. Hier zijn de uwe transportpapieren. Ons voor- ig doel is thans Bittburg in de cl - Vaderlandse klanken, zei Stein- l tevreden. - Hoezo? - Ik kom uit de Eifel. - Hoever is het? - We zullen vijf weken nodig )ben, luitenant, wanneer we re ling houden met het tempo, dat tct heden gehad hebben en daar- komt nog de gevaarlijke tocht gs de Rijn. Daar wordt voortdu- id gebombardeerd. We zullen nog I iets bijzonders meemaken! -• Misschien kunnen we de ge- irlyke zone ontwijken. Ma Bingen naar Trier. Dat zou I mogelijkheid zijn. Steinlein ont- iwde zijn kaart. Of van Worms ir Alzey, naar Kreuznach. Hoe Tib dat eigenlijk zo ineens? Jieckmesser haalde zijn schouders - B 500 is naar de Eifel over- jlaatst. Dan moeten ze onze amen ergens anders instoppen. U denkt te eenvoudig, Steinlein, u zult het daarom nooit tot ge maal brengen. Men wilde ons zelfs andere wagons plaatsen. Onze gons komen uit deze buurt en vol- ■ïs de bepalingen van de spoor- gen behoren zij hier te blijven. ^e mensen, riep Steinlein geschrok- a. Onze lijfwacht heeft het gemaakt. Ze rangerer ons. Op v t ogenblik kwam de rangeerlocomo- f voor de drie wagons. Gauwer n ik dacht, zei Bleckmesser. (rbel reikte hem een beker hete 'ffie toe. Bleckmesser warmde zijn Aid om het metaal. Wij zullen ■Dit ons doel bereiken en weet u ,arcm niet? Steinlein keek hem igend aan. Er is geen doel l^er Men zal ons zolang heen en Jer schuiven tot de oorlog afgelo- is of dat we ergens vastzitten. Of totdat men ons een paar bom- pn op ons dak stuurt, zei Stein- Un. Bleckmesser knikte. Wij moe- op alles voorbereid zijn. Maar kunnen we onderweg een flede fles wijn te pakken krijgen. (An Oppenheim af is de omgeving beroemd voor. Of houdt u niet 3.n wijn? Vergeet de Moezel niet, i Steinlein, met zijn tong klakkend, fohm stond bij de schuifdeur. irst komt de Pfalz, zei hy. Maar zullen ons onderweg minder met de wyn dan met de goede moeder Aarde bezig moeten houden. We rij den rechtstreeks de hel in. Onderofficier Mahlmann leed erg onder zyn kwaal. De volgende och tend had hy hoge koorts. Hy lag op het ziekenbed. Daar kwam nog by dat hy moeilyk te missen was. Dr. Brohm onderzocht hem grondig. Hy moet naar een ziekenhuis, be richtte hy Bleckmesser. Ik kan de verantwoordeiykheid voor hem niet op my nemen. De eerstvolgen de gelegenheid zal wel Rastatt zyn. Helaas niets aan te veranderen, lui tenant voegde hy erby toen hij het ontstelde gezicht van Bleckmesser zag. Dan zal ik zyn groep moe ten nemen, zei Steinlein. Waarom? Mahlmann zal toch wel de een of ander in zyn groep hebben, die het overnemen kan! Een gevangene? Het zyn geen gevangenen meer. Kunt u my iemand noemen Mahl mann? Jansen, luitenant, ant woordde de onderofficier Mahlmann met schorre stem. Noteer de naam. Steinlein. Breng hem de vol gende halte by me. Hy is de oud ste van myn groep, ging Mahlmann met horten en stoten verder. Hy heeft nog de eerste wereldoorlog mee gemaakt en werd in 1918 als onder officier ontslagen De beste man van myn groep. Hy speelt het klaar, lui tenant. In orde, Mahlmann, zei Bleckmesser. In Rastatt gaat u naar het lazaret. Daar zal men u genezen en u zult het beter hebben dan wy. Aardige zusters, voegde Steinlein erby. Ook aardige dokters, bromde Brohm. Ik vind het jammer, luitenant, fluisterde Mahlmann. Ik was graag by u gebleven. Och wat! Wees bly dat u van de rommel af bent. wy hebben nog een hoop narigheid voor ons. Ik zou liever verder meegegaan zijn. Ei is ook veel pret by. Wat een gouden gemoed, merkte Steinlein op. Als men het pret noemen mag, zei Mahlmann. U mag het, zei Bleckmesser. De mannen gaan voor u door het vuur, luitenant. Nou, ga maar slapen Bleck messer legde de hand op zyn voor hoofd. U hebt u aardig opgewon den. -- Ik heb zo iets nog nooit meege maakt, luitenant, waarachtig niet. Ik v/eet, dat verscheidene mannen de plaat wilden poetsen. Maar nu denkt niemand er meer aan. Het is goed, zei Bleckmesser. Maar nu moet u gaan slapen. Mahl mann sloot de ogen. Onverant- woordelyk, dat men hem meegezon den heeft, zei Bleckmesser. Ik heb me vrywillig gemeld. Ik kon het. in die gevangenis niet langer uithouden. Daar deug ik niet voor, luitenant. Steinlein knikte begrUpend. Weldra hoorde men door het stoten der wie len heen de moeilijke ademhaling van de zieke. Bleckmesser ging op zyn brits zitten en wenkte Brohm. Heeft hy nog kans? vroeg hy fluisterend. Dat valt niet gemakkelyk te zeggen. In deze wagon heeft hy geen enkele kans meer. Als hy tydig in goede handen komt. Hoe bedoelt u dat? Met de middelen, die wy hebben kan men de zaak slechts vertragen. Zoals my bekend is zyn de Ameri kanen ons in dit opzicht een paar passen voor. Hy moet tijdig in hun handen komen, bedoel ik. (Wordt vervolgd) BEZOEKT ONZE EXPOSITIE TE WASSENAAR iLaagse caravan centrale RIJKSSTRAATWEG 179 TEL 01751-2561 Nieuwe uitgaven Nieuw Verkade's albiun „Vogelzang" door dr. Jac. P. Tliijsse In opdracht van de bekende Ver kade-fabrieken N.V. in Zaandam schreef de al evenzeer bekende dr. Jac. P. Thysse gedurende het tydvak 1906 tot 1937 de tekst voor niet min der dan achttien albums, waaraan talloos velen, die deze periode hebben meegemaakt, de aangenaamste her inneringen bewaren, wy behoeven slechts enkele namen te noemen om in dit opzicht het verleden te doen herleven: Lente, Zomer, Herfst en Winter, Blonde Duinen, Bonte Wei, Het Naardermeer, Langs de Zuider zee, Texel, onze grote rivieren enz. In 1938 leverde dr. Thysse het ma nuscript voor een nieuw album „Vo gelzang", doch de tweede wereldoor log was er de oorzaak van dat het nimmer in druk verscheen. In verband met het feit, dat het op 25 juli a.s. honderd jaar geleden zal zyn, dat dr. Thysse in Maastricht het levenslicht aanschouwde, vatte de directie van Verkade het voortreffe- lyke denkbeeld op de in 1938 voorge nomen uitgave thans te verwezen- lyken. Niet als een hervatting van de genoemde albumreeks, doch als een bydrage aan de voorgenomen Thysse- herdenking. Het is geen album geworden naar de oude styl; met losse plaatjes ver vaardigd naar aquarellen, doch een met foto's geïllustreerd boek, waar van de tekst zonder één wyziging kon worden gehandhaafd. Het is dus dit maal niet mogelyk het album te ko pen en daarna geleidelyk de plaatjes, verpakt in Verkade's artikelen, te verzamelen, doch het boek wordt via een binnenkort te publiceren spaar systeem voor het publiek verkrygbaar gesteld. Dank zy de interessante tekst, het prachtige foto-materiaal en de mo derne druktechniek is dit album een juweeltje geworden, dat een aan winst en een sieraad vormt voor ieders boekenkast. Wy willen slechts hopen, dat deze uitgave een dermate enthousiaste ontvangst ten deel valt, dat de directie van het Zaanse be- dryf op haar bovengenoemde besluit terugkomt en deze verschyning als nog wil beschouwen als een hervat ting van een door duizenden Neder landers hooggewaardeerde traditie. Priester neergeschoten De 52-jarige rooms-katholieke priester Luis Francisco Mosquera is gisteren in Bogota (Columbia) neer geschoten en ernstig gewond door twee gewapende mannen, toen hij de deur van zyn parochiewoning opende, nadat men daar had aan geklopt. De priester werd viermaal getrof fen. De schietparty vond plaats kort nadat hij een avondmis had opge dragen. De politie heeft vier patroon- hulzen aangetroffen. Kinderen, die in de omgeving speelden, hebben verklaard, dat zy twee mannen en een vrouw in een taxi bij het parochie-huis hebben zien wegryden. PANDA EN DE MEESTER - 1BALLONIST 1282. „Laat me los!'' hijgde Dikke Dick. „Ik moet in tekenen!" Maar de broertjes trokken zich niets aan van zijn protesten. „Eerst verbindenriepen zij. „Je gezondheid is meer waard dan een wedstrijd. Van een schram kun je infectie krijgen. Dus veel pleisters en zalf erop!" „Laat hem nou gaan!" riep Panda. „Het is erg mooi. dat jullie zo zorgzaam zijn. maar dit is toch wat overdreven!" „Panda!" riep de ballonnist. „Dat boe boek hier heen!" Meer kon hij er niet uitbrengen, want Ted en Ed snoerden hem de mond met verbandgaas. Maar Panda had het al begrepen. Hij snelde naar het wedstrijdboek. waar de secretaris van de ballon- nistenvereniging met zijn horloge in de hand bij stond, griste het van de tafel en bracht het naar de ballonnist. Deze slaagde erin, een arm uit de wirwar van verband en pleisters vrij te maken en een krabbel in het boek te zetten. Het was geen seconde te vroeg. „Tijd!" riep de secretaris. „De inschrijving wordt gesloten. Wie thans nog niet ingeschreven is, kan niet meer aan de wedstrijd deelnemen!" RECHTER TIE EN DE TWINTIG GOUDSTUKKEN door Robert van Gulik DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN GRAMMETJE FOK 107Natuurlijk zou het niet beleefd zijn geweest om te lachen over al die mensen, die in die ene kleine sneeuwhut woonden, en daarom begon Bram gauw over iets anders. „Wist uw zoontje niet, welk gevaar hem bij de ijsberg dreig de?" vroeg hij. „We hebben het hem dikwijls genoeg gezegd"zei de Eskimo. „Maar u weet hoe kinderen zijn ze doen juist, wat niet mag". „En hoe komt het nu, dat de ijsberg omklapt als er iemand langs vaart?" vroeg Bram nieuwsgierig. Maar dat wist de Eskimo niet. Zijn gezicht werd eensklaps angstig en hij wees over zijn schouder naar de ijsheuvels achter zich. „Het zijn de vijf boze Eskimo's die leven daar achter een hek niemand van ons is er ooit geweest „Dan zal ik er maar eens een kijkje gaan nemen", vond Bram opgewekt. „Kan iemand me even dat hek wijzen?" Het jonge Eskimootje wilde dat wel doen. Het „hek" bleek van ijspegels te zijn gemaakt. Vlug stookte Bram een vuurtje om het hek te smelten. Het Eskimojongetje keek sidderend toe. iog te Port Harcourf -net zuiger S 178 n OZO Ceylon Hector 4 te Klllybegs Octopus 4 nog te oPrt Harcourt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1965 | | pagina 13