Ierse jurist heeft
kritiek op proces
na Baarnse moord
De Oostenrijkers voelen niets
of „pop-art"
voor abstracten
WENEN houdt het in
heel veel bij het oude
STILSTAND SINDS 1914.
Fantastisch realisme
trekt grote aandacht
Opgericht 1 maart 1860
Maandag 4 januari 1965
Vierde blad no. 31456
(Van onze Weense correspondent)
ALS de Oostenrijkers eerlijk zijn, zouden ze moeten toegeven
dat voor hen de moderne kunst hoogstens bij de impressio
nisten ophoudt of beter nog omstreeks 1914. Hun voorliefde gaat
echter nog 't meest uit naar barokschilders, naar geromantiseerde
historische taferelen (b.v. de ontmoeting van Dante met Beatrice)
en vooral naar de lieftallige, burgerlijke en gezellige genrestukken
uit de Biedermeier-tijd. Kunst moet volgens de doorsnee-Oosten
rijker iets moeilijks zijn, liefst een minutieuze weergave van kleine
voorwerpen, interieurs of stillevens of ook de uitbeelding van een
tafereel dat het gevoel „verheft". Al het overdrevene, opgeschroef
de, gecompliceerde, gedwongene en onnatuurlijke is hier nog zo
vreemd zelfs na een dubbele wereldoorlog dat men er geen
raad mee weet.
Vlucht in
schijnwereld
Kunst is geen weergave van de
tijd, maar juist het tegendeel: de
vlucht naar een mooie wereld van de
schijn. Terwijl de tentoonstellingen
van de moderne vrijwel geen aftrek
vinden, loopt het storm, wanneer een
maal in het jaar de z.g. „Zondags-
schilders" hun natuurgetrouwe pa-
j neeltjes te koop aanbieden in het
S Künstlerhaus. Dit soort werk dat
tramconducteurs, kantoorbedienden
ambtenaars en andere vertegenwoor-
digers van de meest uiteenlopende
kt beroepen in him vrije tijd hebben
gemaakt, wordt zo grif gekocht dat
-1 de „echte" schilders, die alleen van
I de kunst leven, er jaloers op kunnen
worden, want er wordt flink betaald
voor een „Zonsondergang in de ber-
e. gen", een „Stervend hert" of een
„Schip in nood".
Het lükt alsof het kunstzinnige
HUI sentiment bij de Oostenrijker zozeer
door de muziek in beslag wordt ge
nomen, dat er geen plaats meer over
ga blijft voor andere takken van kunst:-
Misschien is dit bergvolk in de grond
nog zo natuurlijk en ongecompliceerd
gebleven dat het voor créaties van de
beweeglijke menselijke geest en voor
de veranderingen in onze tijd geen
echter belangstelling heeft. Abstrac-
te, non-figuratieve of „Gegenstands-
lose" schilders worden hier gewoon
genegeerd. Men discussieert er een-
ïl voudig niet over, ze bestaan niet
eienmin als de vertegenwoordigers
van Pop-art, welke richting hier geen
enkele weerklank opriep.
Achterstand
inhalen
bei
,ec De kranten kunnen hier nog zo
uitvoerig schrijven over het succes
et van deze kunstenaars in het buiten-
net land. de Oostenrijker legt deze be-
i richten naast zich neer. Een Hun-
1/ dertwasser (die eigenlijk Stowasser
jij,) heet) is wereldberoemd, hij bezit
landhuis is Normandië, een atelier
in Venetië, een apparatement bij
r Parijs en een woning in zijn geboor
testad Weenen. Over hem schreef de
buitenlandse pers uitvoerige beschou-
wingen, maar in Oostenrijk maakt
men grapjes op zijn aangenomen
naam Hundertwasser en weet men
zich geen raad met die eeuwige spi-
ralen en doolhoven die deze fantast
in telkens andere variaties herhaalt.
De enige richting die in Oostenrijk
llllll nog geen kans maakt, is die van de
„fantastische realisten die men ook
„magische realisten" kan noemen. Op
Adam driemaal"
van R. Hausner (1964)
het eerste gezicht doen zc ofwel den-
aan Hieronymus Bosch, aan
Breughel, Odilon Redon en ook wel
snze neo-realisten Dick Ket, Ra-
oul Hynckes en vooral aan Willink.
Evenals op andere terreinen moet
Oostenrijk ook hier een zekere ach
terstand inhalen. Wat elders al ge
deeltelijk tot het verleden behoort,
moet hier nog worden verwerkt. De-
fantastische realisten vormen in
derdaad de sterkste groep, die boven
dien het meest gesloten is. Zij heb
ben zich eigenlijk pas na 1950 ge
groepeerd en vinden langzamerhand
cr belangstelling van het publiek,
dat hun werk wel „vreemd" is,
.ar men kan tenminste raden „wat
ongeveer willen uitbeelden".
Succes voor
enkelingen
Tot deze groep behoren voorname
lijk Ernst Fuchas, Rudolf Hausner
W. Hutter en Anton Lehmden. Ernst
Fuchs heeft zelfs de weg gevonden
naar de kerkelijke kunst en ontwierp
een viertal opmerkelijke taferelen
voor de kerk in de Weense wijk Het-
zendorf. Hij schijnt te worden geïn
spireerd door de Vlaamse primitieven
maar zijn schilderingen zijn veel fan
tastischer, surrealistischer en ge
waagder. Maar in de uitbeelding vai
de details staat hij vrijwel op gelij
ke lijn met de primitieven en daar
om trekt hij hier de aandacht. Hij
kreeg kort geleden een grote opdracht
van een wereldconcern in Wenen. 1
Even realistisch-mystiek zijn de al
taarvleugels van H. Kies voor een go
tische altaar, waarbij men onwille
keurig aan het Isenheimer altaar
denkt De begaafdste van deze groep
is Rudolf Hausner, die zijn jongste
werk „Adam driemaal" noemde. Ook
hier overheersen in de uitwerking
het nauwkeurige van de tekening en
de magische betovering van de kleu
ren. De drie boven elkaar geplaatste
koppen van „Adam" (zelfportretten)
geven drie facetten weer van de
mens. De onderste is de peinzende
en dus de moderne mens die op zijn
hoofd het gecompliceerde symbool
van de technische-geciviliseerde we
reld draagt, de tweede is de contem
platieve mens met gesloten ogen, die
geheel tot rust Is gekomen en die
daarom geen symbool nodig heeft
In de derde kop herkent men de
spelende en lachende, onbezwaarde
mens die als een kind met de spel-
syinbolen van een bal en een spoel
is voorzien.
Van middeleeuwen
naar renaissance
W. Hutter is de schilder van luch
tige,fantastische landschappen, van
di oom-paradijzen met gestileerde
planten, maar in de felste kleuren.
Hij wordt 't gemakkelijkst begrepen
zijn ontwerpen zijn buitengewoon
geschikt voor muurdecoraties. Men
kan zijn werk zien in meerdere sa
lons van de nieuwe Festival-schouw
burg in Salzburg en in de eetzalen
van het vliegveld bij Wenen. Mys
tieker en onheilspellender zijn de
landschappen van Lehmden. Zijn
werk en dat van veel anderen wekt
de indruk alsof zich daarin opnieuw
een overgang voltrekt '/an de middel
eeuwen naar de renaissance. Zij ver
tonen sterke overeenkomst met Alt-
dorfer, Gruenewald en Bosch. Een
enkele keer ontmoet men een soort
portret dat aan de Vlaamse school
Goochelaar
van K. Korab. in 1937 geboren,
maar schilderend in de trant van
een middeleeuwer.
herinnert. K. Korab (1937 geboren)
schilderde een goochelaar met zo
veel accuratesse en met liefde voor
het detail dat men aan een Vlaamse
meester denkt. De reeds genoemde
Lehmden is bovendien een bekwaam
etser, maar hier lijkt hij niet ge-
inspireerd door Dürer, doch eerder
door Piranesi. Hij is verzot op
vallen ruïnes, vooral op het Colos
seum, het Teatro Marcello in Rome
en de resten van het Romeinse am
fitheater in Carnuntum (bij Wenen)
die hij in zijn etsen tot geheel nieuw
leven weet op te roepen.
Er zijn natuurlijk ook abstracte
schilders in Oostenrijk, maar de fan
tastische realisten trekken de
dacht en hun werk wordt zelfs ge
kocht!
VEEL WEGEN
NOG GLAD
De Wegeninformatiedienst K.N.A.C.-
A.N.WJB. heeft meegedeeld, dat In
Noord-Holand boven Amsterdam-
Haarlem, in Friesland, Groningen,
Drenthe, in de kop van Overijssel en
in Zeeland, zowel de hoofdwegen als
de secondaire wegen plaatselijk zeer
glad kunnen zijn door opvriezing.
In de overige provincies komen op
de hoofdwegen nog enkele gladde
plekken voor en zijn de binnenwegen
over het algemeen glad tot zeer glad.
Aangezien de temperatuur 's nachts
beneden het vriespunt zal blijven,
dienen de weggebruikers er rekening
mee te houden, dat die weggedeelten
die momenteel nog goed te berijden
zijn, in de loop van de avond even
eens glad kunnen worden.
ZELFS VOOR SPIJKERBROEKEN
HIER GEEN ENTHOUSIASME
(Van onze Weense correspondent)
Hoewel veel van de sfeer van het oude Wenen verloren is ge
gaan, heeft de moderne tijd toch weinig vat op de stad van Schu
bert en Strauss. Dat blijkt in de eerste plaats uit de totale afwezig
heid van het nozemprobleem. Men ziet hier wel in leren jekkers
gestoken jongelui, die hun motoren en brommers laten ronken over
de bruggen van de Donau. rond de Stephansturm en langs de vele
andere bouwwerken uit de romantische tijden, maar zij vormen
geen groepen die hele buurten terroriseren en het de politie lastiq
maken.
vae
liiiiiiiiniiiiwiiiwittiiiiiiiiniiiiHiniiiuiiininiiiiiittuiiwiii»
(Van onze
Londense correspondent).
Het proces van de Baarnse
moordzaak werd gedurende het
laatste deel bijgewoond door de
van een tolk vergezelde Ierse ad
vocaat, schrijver en journalist,
Dennis Hart uit Dublin, die een
speciale studie maakt van het
probleem van misdaad en straf.
In het bijzonder de jeugd-crimi-
naliteit.
Hij las over de zaak in de En
gelse pers en kwam tweemaal
naar ons land, waar hij in totaal
vier weken verbleef en lange ge
sprekken heeft gevoerd met de
meeste van de bij de zaak betrok
ken juristen. Hij heeft zijn be
vindingen neergelegd in een zo
juist bij Heinemann in Londen
verschenen boek, dat binnenkort
in een Nederlandse vertaling uit
komt bij de Forumboekerij in Den
Haag onder de titel: „Vier secon
den het mysterie van de
Baarnse moordzaak".
Dat „vier seconden" slaat op de
tijd, dat de strop om de keel van het
slachtoffer zat aangetrokken. Een
ongelukkige titel omdat dit serieuze
boek helemaal niet geschreven is als
een thriller en ook niet zo bedoeld. Zo
ver wij het kunnen nagaan heeft
Dennis Hart het verloop van de zaak
op enkele foutieve spellingen van na
men na hoogst nauwkeurig weerge
geven.
Daarna onderwerpt hij in de vorm
van een gesprek met een anoniem
gebleven Nederlandse collega de
rechtbankbehandeling en ook het
vonnis aan kritiek. Het doet daarbij
nogal onplezierig aan, dat Dennis
Hart in dit door hem beschreven
debat steeds zo duidelijk de overhand
houdt.
Gunstig
Zijn vergelijkingen tussen de Ne
derlandse en de Engelse rechtsme-
thode vallen overigens ten dele ten
gunste van de onze uit.
Hart staat uiterst sceptisch tegen
over rechters als beoordelaars van
de karakters van degenen, die zij te
berechten krijgen. Maar hij was zeer
onder de indruk van de sfeer in de
rechtszaal, welke veel informeler was
dan hij in Engeland is gewend, waar
zo vaak het menselijk contact tussen
rechter en verdachte in het gedrang
komt.
Hart was met name getroffen door
de conversatietoon. In deze atmosfeer
zo zei ons tijdens een gesprek, dat wjj
met hem hadden, is er veel meer dan
de waarheid aan het licht komt dan
Vier seconden
het mysterie van
Baarnse moordzaak
;n Engelse rechtzaak met het In
timiderend vertoon van een hoog
boven de rest verheven tronende, be
pruikte, in kleurige toga gestoken,
bijna anonieme rechter en de even-
bepruikte advocaten alsmede de
jury.
Geschokt
Het verheugde Hart ook, dat de
Nederlandse rechters veel meer open
staan voor 't resultaat van psychia
trisch onderzoek dan in Engeland.
Destemeer was hij geschokt door het
hem volkomen onaanvaardbaar ge
achte vonnis van de lange gevange
nisstraffen. Volgens Hart zouden de
rechters hebben vergeten, dat de da
ders op het moment van de misdaad
nog echte schooljongens, ja kinde
waren. Door hun ruim 16 maan
den voorarrest waren de jongens al
genoeg gestraft, al geeft Hart toe,
dat ze natuurlijk voorlopig uit de
maatschappij moesten verdwijnen.
Een oplossing zou volgens hem zijn
geweest hen onmiddellijk in een psy
chiatrische inrichting te hebben la
ten opnemen.
De psychiatrische behandeling,
welke volgens deskundigen beslist
noodzakelijk is, zal juist worden be
moeilijkt door de schade, die de ge
vangenisstraf de jongens zonder twij
fel zal berokkenen.
Het belang van de maatschap
pij valt in dit geval volkomen sa
men met het welzijn van deze jeug
dige daders, tegen wie de maat
schappij inderdaad moet worden be
schermd. Maar dat kan alleen door
hen zo snel mogelijk te genezen van
de psychiatrische afwijking, waar
aan zij kennelijk lijden.
Geneesmiddel
Lange gevangenisstraffen acht
Dennis Hart helemaal geen genees
middel. Juist, omdat de daders nog
jong zijn is er alle kans om spoedig
langs psychiatrische weg iets te be
reiken.
De Nederlandse rechter, die veel
meer vrijheid bezit wat de toedie
ning van de strafmaat betreft dan
de Engelse, heeft volgens Hart de
gelegenheid om van verdere gevan
genisstraf af te zien laten voorbij
gaan. Misschien was dit een reactie
op de aanvankelijke beschuldiging
van klasse-justitie.
Hart vindt het jammer, dat mr.
Pauwels de psychiater niet heeft ge
vraagd of hij onmiddellijke opneming
in een psychiatrische inrichting nodig
achtte.
Wel had de advocaat gevraagd of
hij tegen gevangenisstraf was. Een
vraag, welke de arts, die niet op de
plaats van de rechter kon gaan zit
ten natuurlijk niet kon beantwoor
den.
Schuldgevoel
Een belangrijk element in het kleu
rige verhaal was, dat de jongens,
volgens de psychiater, geen enkel
schuldgevoel zouden hebben bezeten,
toen ze de misdaad begingen. Zij
leefden volkomen geïsoleerd in de
fantasie van hun eigen kleine
ereldje. Ja, ze handelden bijna als
slaapwandelaars
De Baarnse moordzaak is dan ook
niet te vergelijken met de opzienba
rende moord op een twaalfjarige jon-
in Chicago in 1924, gepleegd door
twee studenten, Leopold en Loeb,
beide bankierszoontjes. Zij kidnap-
een willekeurige knaap en dood
den alleen om er de sensatie van te
ondergaan.
Hart vindt de Baarnse zaak veel
menselijke, begrijpelijker en ver
geef lij ker(l).
Abnormaal
Dennis Hart vraagt zich af, waar
om de psychiator dr. Van der Does-
Willebois niet als getuige werd opge
roepen, omdat het van het grootste
belang was, dat hij bij de daders
verschillende graden van verminder
de toerekenbaarheid op het moment
van de misdaad heeft kunnen vast
stellen, hetgeen voor de strafmaat
van grote betekenis zou zijn geweest.
Later werd deze theorie door andere
psychiaters overboord gegooid. Indien
het waar is, dat de Jongens niet het
minste berouw toonden, dan ligt hier
het bewijs, dat er sprake is van
abnormaliteit
Hart wijst de beschuldiging
de hand, dat hij geen medelijden
voor het slachtoffer zou bezitten,
dat hij medegevoel met de daders
toont.
Laatkomer
Toen de nozemgolf destijds Enge
land, Zweden en ook Nederland
overspoelde, vreesden vele Weners,
dat ook hun stad na verloop van
enige tijd deze bezoeking te wach-
zou staan. Ofschoon Oostenrijk
op elk gebied een laatkomer is, ziet
er nu evenwel naar uit, dat deze
angst ongegrond is geweest. Zelfs de
spijkerbroek maakt hier geen kans.
Een gevaarlijke onderwereld heeft
Wenen wel. Die concentreert zich
voornamelijk op de „Gurtel" bij het
hoofdstation en op de buurten rond
het „Prater", dat om geheel andere
redenen al zo menige Weense wal-
sencomponist tot werken heeft ge
stimuleerd. Maar de krakers, soute
neurs en gokkers moeten het voor
namelijk nog hebben van de „oude
glorie", want de Jeugdcriminaliteit
neemt in de Oostenrijkse hoofdstad
steeds meer af.
Geen nachtleven
Er zijn verschillende verklaringen
voor, dat Wenen de activiteit van
nczemgroepen bespaard is gebleven.
Nozems moeten het immers voor een
belangrijk deel hebben van het
nachtleven en dat bestaat hier, be
halve voor toeristen, bijna niet. Men
begint zijn dagtaak 's ochtends al
vroeg vele levensmiddelenzaken
gaan b.v. al om half zeven open
kruipt daarom 's avonds maar lie
ver wat vroeger onder dt wol. Daar
bij komt dat de Oostenrijkers ook
de jeugd van nature burgerlijk
zijn en dus hun best doen niet op
te vallen. Men vermijdt buitenspo
righeden in mode en haardracht en
bealle-kapsels ziet men hier dan ook
bi) hoge uitzondering.
Van een neiging de dingen snel te
willen moderniseren, merkt men bij
de Oostenrijkers weinig of niets. Na
tuurlijk is het ook hier onmogelijk
zich te blijven verzetten tegen sterke
internationale verschijnselen, maar
dikwijls wordt dat wel geprobeerd.
Wasserettes hebben tamelijk veel
succes, al worden ze over het alge
meen door buitenlanders geëxploi
teerd, maar een supermarkt ziet men
slechts zeer sporadisch en ze is dan
nog lang niet zo groot en efficiënt
als in het buitenland. De gemoede
lijke Wener wil een praatje maken
met zijn kruidenier of drogist en
hoort daar het laatste nieuws uit de
buurt.
Geen wooncultuur
Ook het ouderwetse koffiehuis
heeft zich, zij het ln beperkte mate,
staande weten te houden tegen
de wel steeds meer opdringende es
pressobars. Dat komt doordat de in
woners van de Oostenrijkse hoofd
stad hartstochtelijke krantenlezers
zijn, die graag op hun gemak bij een
kopje koffie zoveel mogelijk dag- en
weekbladen uitspellen. Zij begeven
zich, zoals de bekende kroniekschrij
ver Polgar het zegt, in gezelschap om
alleen te zijn. Thuis neemt men niet
gauw een boek of tijdschrift ter
hand, want het is er doorgaans on
beschrijflijk ongezellig. De arbeiders
en vooral ook de kleine middenstand
kennen niet de wooncultuur van de
noordelijke landen, maar huizen in
een kamer-kabinet-keuken-woning,
zoals men die in de Oosteuropese
steden vindt. Men eet in de keuken
en de woonkamer dient tevens als
slaapvertrek. Tweederde van de in
woners van Wenen leeft onder deze
omstandigheden. Men trekt naar het
koffiehuis, waar men door een in
drukwekkende ober met respect
wordt behandeld.
slecht mogelijk daglicht stelde, on
vergeeflijk.
Barbaars noemt Hart het, dat de
daders niet onmiddellijk na hun arres
tatie toegang hadden tot een advo
caat en zelfs hun ouders niet moch
ten zien. In Engeland zou zoiets
onmogelijk zijn geweest.
Boudewijn zou zelfs zijn gevlucht
om Juridische bijstand te zoeken
Volgens Hart is de ondervraging
in de rechtszaal onvoldoende geweest
en weten wij daarom veel te weinig
van de details van de moord. Het
kruisverhoor, dat Engeland kent, zou
veel doeltreffender zijn geweest.
Welke rol
Hij gaat uitvoerig in op de vraag,
welke rol Boudewijn en Henny heb
ben gespeeld. Wie van beiden, toen
de wurging waarschijnlijk door ze
nuwachtigheid of onhandigheid mis
lukt was, de bijlslagen heeft toege-
Hi) vindt Pauwels beschrijving van I bracht. Maar dat blijft ook voor
Tneo Mastwijk, die hij in
I Dennis Hart een raadsel. De auteur
vond deze zaak schokkend, maar om
een andere reden dan het publiek.
Namelijk wegens de leemten in de
behandelingeni en wegens het volgens
hem geheel onbevredigende vonnis!
Dennis Hart is een van de rechts-
heivormers, die weigeren te geloven
in de afschrikwekkende uitwerking
van gevangenisstraf op de daders
zelr of op toekomstige misdadigers.
Hij zou dergelijke zaken helemaal
niet door juristen of psychiaters, die
een andere taal dan de rechter spre
ken en door deze vaak misverstand
worden, willen zien behandeld.
Hij geeft de voorkeur aan een col
lege, bestaande uit mensen met een
geheel nieuwe opleiding inclusief
psychiatrie die niet alleen zouden
moeten vaststellen of iemand een
misdaad heeft begaan, maar ook of
er van gevangenisstraf alleen een
goed resultaat kan worden verwacht.
„Waarom mensen naar de gevan
genis sturen wanneer zij, zoals psy
chiaters en de politiek bevestigen, er
vaak als slechtere Individuen ultko-