's Ochtends vroeg is de tuin vol leven IN GANZENPAS STAP VOOR STAP ZOEKLICHT Kom er Priestley loopt uit de gevaarlijke bocht BLAUWDRUK VAN EEN HELLEND VLAK Zaterdag 22 augustus 1964 KIJKJES IN DE NATUUR De tjiftjaf fluit het eerst Het is vroeg in de morgen. Het licht, nog nauwelijks boven de horizon, aarzelt voor mijn slaapkamerraam, dat omhangen is met ranken van wild groeiende blauwe regen, die een paar van zyn slingers op onderzoek heeft gestuurd over de grens van mijn vensterbank. Daar hangen ze, dunne po liepen, onbeweeglijk. Het is heel vroeg en ongewoon stil. Er hangt een on weer in de lucht, dat in de verte dreigt als grommend geschut. In het halve duister lig ik en wacht ook af, en denk en lulser. Want in de breekbare stilte, waarin de slaap niet meer wil komen, gaan de gedachten ongehinderd uit en luisteren we met een bijzondere scherpte. door Sjouke van der Zee Er Is al vogelgeluid: de tjiftjaf, klein onopvallend groenachtig diertje, is meestal de eerste, maar nu hoor ik ook een merel. Rond en vloeiend vallen zyn fluittonen in de roerloosheid buiten het donker- Kom er ACHT-er 1. lok van vrouw rechts anders. 2. voetstap links van vrouw anders. 3. gordijnen voor zolderraam. 4. gordijn links patroontje minder. 5. sneeuwpop andere pijp. 6. maan staat anders om. 7. ring aan vinger van man in sneeuwpop. fi. vogeltje op schutting. gevooisde stem" vanuit de larix - boom, o nee, er is onraad! en nu tettert het alarm uit de miniatuur jungle van m'n tuin, waar het ge vaar is gesignaleerd, het kleine roofdier, de. kat van de overzij. Nu moet ik dan toch wel even kijken! .Wat een lucht! Een vale lood kleur, waarin een giftige tong flitst, hangt zwaar en vijandig bo ven de slapende huizen. Daar staat die reusachtige larix, zijn enorme armen in de lucht geheven in een alles omvattend gebaar van berus ting, nu het aanstormende onheil niet meer is af te wenden. Angst even onder de top vah de larix, een zingend nietigheid je temidden van de sombere broeiing van het aandrijvende onweer. Nu hoor ik mijn tortel, de kleine Turk, die al enige weken mijn dui- venvoer opeet en nog steeds geen plannen heeft, als een vrije duif de wereld in te gaan. Ik hoor hem schutteren op en in zijn voerbak: waaruit hü wel weer eerst de wit te zaadjes zal pikken. Nee. ik sta toch maar niet op, ik weet wel, hoe hij op z'n duifs uit 't fon teintje drinkt en kopknikkend rondwandelt. Een rustig diertje, een tevreden dametje, dat geen wereldschokkende dingen beleeft. een gesleep met voedsel voor de jongen, de hongerhalzen, die door de regen te lang op hun ochtend maal hebben moeten wachten. Lanterfanten Een roodborst zit op de top van een dennetje en zingt zijn triller tjes, ongelooflijk fijn en lieflijk. Er valt een druppel van een zwaar lekkende boom boven hem, boven op z'n kopje. Midden in z'n mooi ste tierelantijntje houdt de zanger plotseling op, draait met een spron getje om en als hij mij ziet staan, gaat hy er met een kort „tek-tek" vandoor. Net goed! Hij hoeft niet te zitten lanterfanten op een tijd, dat z'n wederhelft snavels te kort komt, om de altijd gapende bekjes van haar kroost te stoppen met al het lek kers, dat ze vliegensvlug e droten wegplukt en grist van de bladeren, van de vruchten In de nabUheid van het nest. Als ik weer opstap en nog omkyk, zit vadertje roodborst met een nat petje op alweer op zijn plaatsje en geeft even vroiyk zijn succesnummertje ten beste. Dan glijdt er als een glimlach een bundel zonlicht dwars door de dam pende nattigheid. Over het weiland, over de grasbermen, over het drui pende dennetje. En over het onbe kommerde zangertje. j tips voor de v ZL PUT-ar GEZONDHEID V AUU 1 "Cl m «;n bepaald werk staand of zittend 1 pwit doen.ga er dan bij zitten.Kan bet lig- lgend?Doe dat dap'Hoe meer u deze repel toepast.des te minder kans hebt u op managerziekte. Maar wordt geen luiaard.Ge- I zonde lichaamsoefening hoort er ook bij ,!su de stevige.warme maaltijd nu toch net -o goed 5 middags kunt nemen als Savonds, doe dat dan en neem s avonds genoegen rrx (een lichter maal. Dat verhindert onnodige 1nachtrust. Maar even voor het helse geweld omlaag komt, verstommen alle vo gelgeluiden. Een vlucht duiven, even grauw als de lucht, haast zich voort in wyde boog, zwenkt, keert terug. Angst zit in hun Jachtige vaart, in hun zwygende cirkelen. Alleen de duif trippelt onbekom merd rond in z'n rusthuis, pikt een graantje en verdwijnt in z'n nachthokje. Als dan eindeiyk het kwaad to meloos over ons neerdaalt en geen macht de verschrikking meer kan tegenhouden, kunnen wy niet veel meer doen dan weer afwachten en liggen luisteren. Luisteren naar de woeste regen, die met duizend stemmen zingt, die de guirlandes aan myn raam ranselt, over de tuinen raast en op de akkers het koren plat slaat, dat nog kort geleden zo veelbelo vend in bloei stond. De akkers! Maar die fazant dan, die in de hoge grasberm naast dat heeriyke weitje zat te broeden, te midden van bloeiend gras en rood glanzende zuring, hoe moet het daar nu mee? Hoe zou zo'n vogel er aan toe zyn in die baaierd van geweld, in die alles neersabelende stortbui? Of zou het dier wegdui ken, nog vaster op z'n nest, in blind vertrouwen, dat deze furie wel weer eens zal overgaan? Zo heb ik kieviten toch ook vast op hun broed zien zitten. terwyl maartse buien om het half uur een lawine van natte sneeuw over ze heen smakten! Na de bui Als ik uren later in de schoonge- regende wereld naar buiten ga, vind ik alles, zoals ik het me in de grauwe ochtenduren op de grens vain waken en dromen had voorgesteld. Over de bospaden hangt een damp, verzadigd van geuren, hoog boven het klets natte gras staat het nachtegaals kruid, dat met moeite zyn zwaar beregende witte schermen torst. De roodaangelopen trossen van de lijsterbes en de nog witgroene van de Gelderse roos, de slingers vain de hop, van de braam, de grote bereklauwbladeren, alles glanst en druipt nog na van de stortvloeden, die enkele uren te voren over de aarde zyn uitge goten. Alle plantenhoofden zyn nog ge bogen, ze hebben biykbaar nog heel wat te overdenken. De vogels niet! Die zijn het leed al lang vergeten, ze hebben er doodeenvoudig geen tyd voor. Een vogel piekert niet, hy schudt z'n veren, als de ellende voorby is, en gaat door daar, waar hij gebleven is. Van alle kanten klinken heldere stemmen en overal is een druk gevlieg en gefladder en EEN OP DE BOEKENMARKT J. B. Priestley. Droomgestalten. Sythoff, Leiden. „Kom," heeft J. B. Priestley waarschynlyk gedacht. „Ik ben een te goeder naam en faam be kend roman- en toneelschrijver. Ik heb werken op myn naam staan die nog niet vergeten zyn zoals The Good Companions, Angel Pavement, Benighted e.d. Wat het toneel betreft: Time and the Con- ways. Dangerous Corner, When we were married deze stukken mogen de mens van heden wat verouderd aandoen, ik denk dat ze toch wel belangstelling zouden trekken als zij weer werden ge speeld. Mocht men dit alles even wel vergeten hebben, dan zyn er nog altyd mijn „Postcripts" voor de B.B.C., myn essays, myn op stellen over politiek en nog veel meer. Kortom, ik ben een all round publicist en all-round schrij vers moeten alles kunnen. Ik ga een speurdersroman schrijven". Zo is dus waarschynlyk, althans neem ik aan, „The Shapes of Sleep" tot stand gekomen. Het boek is in goed Nederlands ver taald en draagt hier de titel „Droomgestalten". (Waar heb ik die titel meer gehoord? O ja, by Helma Wolf—Catz: De Droomge stalte). Als de naam van Priestley niet op de amslag stond dan zou niemand geloven dat dit hoogst onwaarschynlyke en daarby nog ingewikkelde en verwarde verhaal werkelyk uit zyn pen gekomen is. Dit verhaal zondigt letteriyk tegen alle regels waaraan een dergelijk boek moet voldoen. Ik zeg .zon digt" en dat bedoel ik ook. Natuur lijk is iedere auteur gerechtigd zyn eigen regels voor welke vorm van roman dan ook samen te stellen. Maar dan moeten die regels ook functioneel zyn en het moet dui- deiy k uit de gang van zaken biy- ken waarom de auteur met de gangbare regels gebroken heeft. Dit geldt voor de detective even zeer als voor het hoogste literaire produkt. Priestley nu is van het begin af aan van een gruweiyke conventio naliteit in dit verhaal. En dat niet alleen. Van zyn eens zo terecht geroemde kyk op en schildering van mensen, is niets terug te vin den. Er komt om zo te zeggen in het hele boek geen mens voor. Er zyn niet anders dan afgezaagde schyngestalten. Daar is de arme free lance journalist met de be kende natte regenjas. Daar is het meisje van de receptie by het reclamebureau dat hem vanwege die jas geen blik waardig keurt. Dan treedt de befaamde vriend- uit-vroegesr-dagen op die hem, Sterndale, een raar karweitje kan verschaffen. De baas van het reclamebureau is namely k een groen vel doorslag papier kwyt vol cyfer8, waar hy op vreemde ma nier in een nachtclub aan geko men is, waarvan hy niet weet wat het betekent enz. enz. Toch moet het terugkomen. Geen politie, geen Interpol, neen, die loslopende journalist moet er achterheen. Er valt vyftig pond mee te verdienen. Onze Sterndale dus op pad. De eerste man die hij hebben moet is toevallig net over reden en voorts lopen de lieden die van belang zyn hem altyd net voor de voeten. Op een allerzon derlingste manier brengt de schrij ver onze Sterndale in contact met een juffrouw op wie hij op slag verliefd wordt. Dit nu is een grote fout tegen de regelen der detective, want zoiets werkt in hoge mate verwarrend; niet alleen voor de speurder zelf maar ook voor de lezer. Een ogenblik ïykt het zelfs alsof het paar by de eerste ont moeting het bed al zal opzoeken. Maar zo onfatsoenlijk, neen, dat Kunt U de acht afwyidngen in de beide bovenstaande tekeningen vinden? De juiste oplossing vindt U elders in dit By voegsel. kan Priestley niet over zyn hart verkrygen. Inplaats van de ge neugten der erotiek, ontvangt onze speurder een fikse mep met een lege fles in een handdoek (het befaamde „blunt instrument") op zijn hoofd als hy aan het gekir van de jonge dame om de hoek van zyn eigen slaapkamerdeur ge volg geeft. Aangezien Sterndale biykbaar de gewoonte heeft zyn huisdeur open te laten staan, wordt hy gelukkig spoedig gevon den door een heer die majoor is en agent vaar de Amerikaanse ge heime dienst. Op den duur ver plaatst de handeling zich naar Duitsland alwaar allerlei figuren opduiken en weer verdwijnen, die met de gang van zaken niets of weinig te maken hebben. Ergens, tegen het eind van het verhaal herkent men toch iets van Priest ley en wel daar waar men aan een ontknoping toekomt. Dan biykt dat die groene doorslag behoort bij de experimenten van een zekere professor Voss. Op het kritieke ogenblik pleegt hy zelfmoord; heel vervelend voor iedereen. Onder tussen wordit Sterndale omgeven door zoveel spionnen en contra spionnen dat men er werkelyk het hoofd niet by kan houden. Als ik zeg dat men by die ont knoping toch iets van Prie6tley terugvindt dan is dat in het vol gende. Die professor Voss nameiyk zouden zy verspreid worden, de mensen zouden maken tot „een domme, blinde massa". Er zou een eind worden gemaakt „aan de vrije omtplooing van menseiyke wezens" en iedereen zou het „slachtoffer worden van iedere gewetenloze propaganda, commerciële sme lapperij, massa/psychose". Deze waarschuwing tegen het gevaar dat inderdaad in de hedendaagse 'gang van zaken steekt, is Priestley- iaans. Doch ook hier werkt de auteur slechts met een hoeveelheid enormiteiten. In een gesprek ho ren wy o.a. dat de vrouw „mis schien gedurende enikele eeuwen de leiding (moet) overnemen en alles wat ze van de Man nodig heeft uit reageerbuisjes halenKunst matige inseminatie dus. Er is ook nog een internationale vereniging van wat oudere, niet onbemiddelde heren, die willen voorkomen dat de wereld een mie renhoop wordt en die rioh „De Anti-mieren" noemen. Doch in het laatste hoofdstuk brengt Priestley zyn speurder weer tesamen met de flesseniwepster en dan biykt dat dat van die K.I. met zo ernstig bedoeld is. Kortom, een onzinnig verhaal; een zeer slechte speurdersroman met kitschig gefilosofeer over de hedendaagse mens. CLARA EGGINK. GROOT-DUITS LAND B'J HELT BEGIN VAN DE WERELDOORLOG Stap voor stap hebben de Westelijke mogendheden zich naar de wereldoorlog laten sle pen door Hitler-Duitsland, dat telkens met een „laatste terri toriale eis" kwam aandraven. Zich bewust van de onvoorstel bare ellende van een nieuwe oorlog liet 't westen zich steeds weer verleiden, dat ene stapje dan maar te accepteren. De ge beurtenissen van 1933 tot 1939 zyn daardoor een schoolvoor beeld geworden van een „hellend vlak", waarop men op den duur de macht over zichzelf volledig verliest. Januari: Hitier wordt Rykskan- seller. Oktober: Duitsland treedt uit Volkenbond. Juni: Hitier ruimt laatste weer stand in eigen land op door moord op Roehm en de zynen. Augustus: Hindenburg sterft, Hitier trekt alle macht aan zich. Januari: Saarland na volks stemming weer by Duitsland. Maart: Heroprichting lucht macht en herinvoering van de dienstplicht in Duitsland in stryd met „Versailles". Oktober: Italië begint veldtocht in Abessynië. 1936 Maart: Militaire herbezetting van het Rynland. Juli: Burgeroorlog in Spanje breekt uit als eerste gewapen de ontmoeting tussen fascisme en communisme. November: Anti - Komintern. - Pact Dultsland-Italië-Japan. 1937 September: Mussolini kiest de finitief party voor Hitler in diens Europese aspiraties. Februari: Hitier neemt opper bevel weermacht over. Eerste pressie op Oostenryk. Maart: Duitsland bezet Hitiers geboorteland Oostenryk. Augustus: Zware pressie op Tsj echo-Slowakye om Sude- tenland aan Duitsland af te staan. September: Drama van Mün- chen. Chamberlain verkwan selt groot deel van Tsj echo- Slow a kije aan Hitier om de vrede te redden. Dit was de „allerlaatste territoriale eis" van Hitier. Maart: Duitsland bezet tegen plechtige geloften in de res tanten van Tsjecho-Slowakye. Duitsland annexeert Memel- gebied. April: Italië overweldigt Alba nië. Augustus: Pressie op Polen voor regeling kwesties Danzig en Corridor. Duivels-pact Stalin- Hitler, dat laatstgenoemde de vrye hand geeft tegen Polen op te treden met het risico van oorlog tegen Engeland zonder oorlog op twee fronten. September: Duitsland valt Polen binnen. Engeland en Frankrijk verklaren Duitsland de oorlog. Rusland bezet oosteiyk Polen. November: Rusland valt Fin land aan. De aanval op Polen was voor Engeland en Frankrijk Juist één stap teveel. -De tweede wereld oorlog werd daardoor onvermy- deiyk. Maar het listige spel van de machtswellustige Hitier kon nog voortgezet worden, doordat in het westen nóg niet de eens gezinde verzetsgeest de overhand kreeg, die nodig was om het ge weld te keren: het stap voor ;tap werd ook in de oorlogvoe ring voortgezet. 1934 1 April: Duitsland valt Denemar ken en Noorwegen binnen. Mei: Duitsland valt Nederland, België en Luxemburg binnen om zich een weg te banen naar Frankryk. Juni: Italië valt het zieletogen- do Frankryk aan. Frankryk capituleert. Oktober: Italië verklaart Grie kenland de oorlog. Februari: Duitsland grypt in ln Noord-Afrika, waar Italië zich op zyn huid laat zitten door betrekkeiyk zwakke Engelse strydkrachten. April: Duitsland verplettert Joego-Slavië en Griekenland. Juni: Duitsland valt Rusland binnen. December: Japanse aanval op Pearl Harbour, Amerika in oorlog. Als eerste zelf niet aangevallen land na En geland en Frankrijk ln 1939 verklaart Ned. Oost-Indlë de oorlog aan Japan. Eerst van dat ogenblik af ls het uit met de afslachting door de as-mogendheden van hun tegenstanders stuk voor stuk. Op het allerlaatste moment herleeft de gedachte der collec tieve veiligheid. Het had geen jaar, geen maand, geen week later moeten zyn. Het stap voor stap in ganzen pas behoorde tot het verleden. Er zouden nog zeer zware offers gebracht moeten worden, voor dat de vyand ook stap voor stap kon worden teruggedrongen naar de algehele vernietiging en tot vryheid, recht en menseiyk- heid hersteld zouden warden Nou ja, dat hoopte men ONDER NAZI-REGIEM OP HET TOPPUNT VAN HITLERS MACHT ZEEEN EN MEREN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1964 | | pagina 8