r VALT BEST MEE BIJ DE LEIDSE) SCHOOLTANDARTS MET DE WELVAART NEEMT OOK HET TANDBEDERF TOE j Niet te veel snoepen j en heel goed poetsen Goed kou wen „ALLES O.K." ZEGT DE ARTS LEÏDSCH DAGBLAD ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1964 de welvaart neemt ook het dbederf toe. deze conclusie is iedereen, ook maar iets met mond- tandhygiëne te maken t, allang gekomen, jfers liegen er trouwens niet nog geen twee procent de westerse bevolking vrij van cariës en er zijn minder mensen, die hun leven hun eigen gebit ter ikking houden. Dat zelfs meeste schoolkinderen al gebit meer hebben t,[wel bijzonder betreurens- >rd Daarom is het belangrijk dat die schoolkinderen, die dan net hun blijvende gebit krijgen, naar de tandarts gaan om de toestand van hun gebit in zo goed mogelijke staat te behou den. Geregeld en goed tanden poetsen en niet te veel snoe pen voorkomen in belangrijke mate het tandbederf. Voor de bestrijding van het tandbederf dat desondanks kan optreden is een regelmatig halfjaarlijks bezoek aan de tandarts nood zakelijk. Die kinderen, die op hun zesde jaar nog nooit bij de tandarts zijn geweest voor regelmatige behandeling, zou den dus allemaal bij de school- tandarts ingeschreven moeten worden om van dit regelmatig onderhoud verzekerd te zijn. Over het algemeen kent men deze voorwaarden wel, men heeft er in ieder geval vaak van gehoord. En toch, in de praktijk komt er zo weinig van terecht. Men gelooft het alle maal wel of men stelt het half jaarlijkse bezoek aan de tand arts liever tot een andere keer uit. Gemakzucht? In de mees te gevallen wel. Het is eigenlijk een kwestie van opvoeding. Als men van jongsaf vertrouwd is met de behandelstoel dan zal men er nooit met angst in het hart op plaats behoeven te nemen. Het is hierom, dat de Stichting ter Bevordering van de School tandverzorging niet meer uit de (Leidse) gemeenschap is weg te denken. Zij bestrijdt het tandbederf onder de schooljeugd en brengt haar bij hoe het gebit onderhouden behoort te worden. Het is te hopen dat steeds meer kinde ren van de diensten van de schooltandarts gebruik zullen maken. Ouders dienen echter te weten, dat deelneming aan de schooltandverzorging uit sluitend mogelijk is, wanneer hun kinderen aan het begin van het eerste schooljaar wor den ingeschreven. Zodra een kind in de eerste klas komt krijgt het een formulier mee naar huis, dat ingevuld terug gezonden moet worden. Bijgaand artikel geeft ,.een mid dagje bij de schooltandarts" even kijken iieke is een leerlingetje van I lagere school in Zuid-West, jt andere meisjes en jongens 1 haar leeftijd is zij, onder de ie van een „oppas", naar het lverzorgingscentrum in dit van de stad gekomen. Zij daar, beziggehouden door „oppas", gewacht tot het beurt was. hi zit zij diep weggedoken in grote, witglanzende behan- itoel van de tandarts. Haar djes stevig om de armleuning pemd. Een traan drupt, sterend door het felle lamp- over haar wangetje. bor het eerst in haar jonge leven- ffordt zij door de tandarts behan- en het is te begrijpen dat kleine erg gespannen is. Wat zal er gebeuren? In één van haar kiesjes is een gaatje. Dit t uitgeboord en gevuld worden, e je mondje maar wijd open. ije", zegt de tandarts. „Je zult dat het gauw klaar is". pandeweg, gedurende de behande- ontspant zich het kind. Het was erg dan ze gedacht had. Wat j opluchting 1 dit nu de waterboor?" vraagt opgelucht. De tandarts lacht, deze vraag haar zo vaak ge- i wordt en antwoordt: „Ja Ineke koe vond je dat nou?" 'alt best mee", zegt Ineke. Even is zij klaar. Nog even goed spoe- en dan mag zij bij de tandarts- iets uitzoeken: een plak- of een knikker. Het wordt een keer per dag poets jij je ijes?" vraagt de tandarts nog. forgens na net ontbijt, 's middags iet eten en 's avonds voor het naar gaan", zegt het kleine meisje zon- aarzelen. Gelukkig weet dit kind al te goed, wat haar drie keer dag te doen staat. Verwaarloosd euwelijks is het blonde krulle- le de deur uit, of haar school- Henkie klautert op de draaistoel. Hij weet al pre- Wat hij doen moet: mond open blijven zitten. Met het ronde vergrootspiegeltje gaat de tandarts Henkies gebit nauwkeurig na. „Moet ins kijken", roept de dokter zacht jes. „Dit is nou een jongetje, dat z'n tanden niet goed poetst. Een volko men verwaarloosd gebit. U kunt het zien aan de groene verkleuring, daar vlak onder het tandvlees. Hij mag wel uitkijken, het wordt op zo'n manier steeds erger". Henkie reageert nauwelijks. Kan ie ook niet, want de dokter is al bezig met de behandeling: wel drie of vier De tandartsassistente loopt druk heen en weer. Zij heeft Henkies kaart opgezocht en de instrumenten door schone vervangen. Nu geeft zij de dokter het amalgaan (een legering van verschillende metalen waarmee een kies wordt gevuld) aan. Die is al druk aan het plomberen. Het is eigen lijk routinewerk, maar het vereist toch grote nauwkeurigheid. Na het vullen van één kies slaakt de tandarts een zucht. „Weet U, ik doe dit schooltandartsenwerk al ze ven jaar. Heb het in al die tüd maar tweemaal meegemaakt, dat een kind met een gaaf gebit van school ging". Onbegrip Terwijl kleine Henkie het overtol lige plombeersel uit zijn mond spoelt klaagt de tandarts over het onbegrip bij sommige ouders. „Teveel nog gaat men van de veronderstelling uit, dat op een melkgebit niet zo gelet hoeft te worden. Men weet dikwijls niet eens, dat een kind van zes jaar al zijn eerste blijvende kies krijgt. Juist deze kies, welke achter de laatste melkkies doorbreekt, wordt meestal verwaarloosd. Ik hoef U niet te zeg gen wat voor nare gevolgen dat voor een kind heeft". Als Henkie stil en zwijgzaam een knikker kiest krijgt hij een laatste waarschuwing mee: „Niet te veel snoepen en heel goed poetsen". Snoeplust Over de snoeplust onder de school kinderen is de tandarts niet best te spreken. „Laatst stootte ik per onge luk met m'n knie tegen de broekzak van een jongetje met een verschrik kelijk slecht gebit. Wat dacht U dat er toen te voorschijn kwam? Niets dan snoepjes! Toen ik vroeg hoe of en dan steeds het bovengebit van boven naar beneden en het onderge-1 bit van beneden naar boven, de bui tenkant van de tanden en kiezen evengoed als de binnenkant, zonder daarbij de kauwvlakken te vergeten! „Alle kinderen, die hier voor het eerst komen, krijgen een bekertje, een tandenborstel en een tube tandpasta mee naar huis. Het komt nog maar al te vaak voor, dat de hele familie het met de tandenborstel van oma doet! De kinderen moeten leren hun eigen tandenborstel te gebruiken, ziet U". De tandarts noemt dan enkele cij fers: het gemiddeld aantal vullingen per kind per jaar bedraagt op het ogenblik in Leiden twee tegen ander half in 1957. Deze cijfers steken nog vrij gunstig af bij die van Katwijk, waar het gemiddelde aantal vullin gen in één jaar is gestegen van twee komma zeven tot drie. Hieruit blijkt wel duidelijk dat het tandbederf toe neemt! 1 ie er aan kwam, zei het joch, dat ie iedere dag opnieuw zo'n voorraad van z'n moeder mee naar school kreeg. Als dat geen welvaartsverschijnsel is...." De schooltandarts vindt, dat men het gebruik van snoepgoed tussen de maaltijden tot het uiterste dient te beperken, omdat iedere snoeperij bui ten de hoofdmaaltijden een extra aanval doet op het tandweefsel en dus grotere kans op tandbederf op levert. „Tandbederf", zegt de dokter, „is het gevolg van voedselresten, welke in de groeven en tussen de tanden blijven zitten. Er ontstaat eerst een klein gaatje in het glazuur, dat zich na verloop van tijd onge merkt uitbreidt in het tandbeen. Poetsen Wat het tanden poetsen betreft, geeft de schooltandarts alle kinderen de volgende raad: poetst na elke maaltijd en vóór het naar bed gaan Als het laatste leerlingetje van deze middag, een meisje uit één van de hogere klassen, geholpen is, steekt de schooltandarts een sigaret op. Een vermoeiende en verantwoordelijke dagtaak, er op gericht de kinderen te leren om vol vertrouwen en zonder vooroordeel de tandarts te bezoeken steeds wanneer dit noodzakelijk is, zit er weer op. Percentage Iedere dag opnieuw wordt dit soci aal-medische werk op vjjf verschil lende plaatsen in de stad gedaan. Het wordt met subsidie van de ge meente, door de gezamenlijke zieken fondsen en bijdragen van particulie ren, gefinancierd en het werpt pas dón vruchten af, wanneer alle school kinderen het percentage school kinderen dat nooit naar de tandarts gaat bedraagt zeker twintig procent van de diensten van de school tandarts gebruik maken. Vrijwel alle Leidse lagere scholen dat zijn er ruim vijftig zijn bij de schooltandartsendienst aangeslo ten en ongeveer de helft van het aan tal leerlingen gaat geregeld naar één knikker of plakplaatje van de zes Leidse schooltandartsen. Het is te hopen, dat dit aantal straks bij het begin van het nieuwe school jaar, nog veel groter zal zijn! 't is zo gebeurd Voor een gezond gebit is goede voeding noodzakelijk. Brood, melk, 'lichten en rauwe groenten be' vorderen een gaaf gebit, suiker, zoete broodbeleggingen en andere zoete lekkernijen het tandbederf. Onderschat echter nooit het be lang van goed kauwen. Niet alleen wordt het gebit er door geoefend, het wordt er tevens door gereinigd. Laat de jeugd naar hartelust in appels of rauwe worteltje bijten. Geef hun liever bruinbrood dan het zachte witte. Bruinbrood heeft niet alleen een grotere voedingswaarde, maar is ook gunstiger voor het ge bit. Er moet n.l. meer op gekauwd worden, waardoor het gebit een na tuurlijke reiniging ondergaat, terwijl van wittebrood daarentegen juist veel schadelijke resten tussen de tanden en kiezen achterblijven. Zet ook eens rauwe groenten op tafel. Niet alleen komt dit het gebit ten goede, ook de gezondheid is er mee gediend! FOTO'S HOLVAST HET Is de plicht van iedere jongen". Zo zouden we dit stukje over het tandenpoetsen kunnen beginnen. Ja: een plicht! Een „dure", tegelijkertijd een .goedkope". Elke morgen en avond opnieuw dat borsteltje pakken, het poets- goed erop doen en maar aan de gang gaan op de juiste ma- jieJ op en neer! en zorgen dat er geen restje vuil te beken nen valt. Het is een zegen, dat daar op meer en meer de aan dacht wordt gevestigd. Was daar eerder op gewezen dan zouden er thans onder de ouderen heel wat minder man nen en vrouwen met mummelen de mondjes rondlopen. Ze hadden 't in hun jonge laren al verprutst, ze hadden de hele boel „blauw-blauw" gelaten en teen de gevolgen daarvan be gonnen te blijken en ze voor 't eerst naar de tandarts moesten teek deze verontrust en beden kelijk: de grondslag voor 't tand bederf was al gelegd en de kin deren zouden nog dikwijls bij hem terug moeten komen en piin moeten lijden We hebben 't zelf indertijd aan den lijve ondervonden.... NU is 't gelukkig allemaal i héél anders. De „schooltandverzorging" is op haar qui vive en wee het gebeente van de jongen en het meisje, die zich niet getrouw f aan de geregelde controle onder- werpen. Een prachtige stap in de goede -ichting is daarmee gezet. En binnenkort loopt naar f vve hopen iedereen rond met dat perfecte, stralend-witte ge- i bit, dat ons van de advertentie plaatjes waarmee reclame wordt f gemaakt voor de doeltreffendste reinigingsmiddelen, tegenlacht, L. ALLE gekheid op 'n stokje: heus jongelui, zorg dat je er vroeg bij bent! Dat je later trots kimt zijn op je tanden en kiezen, dat je niet hoeft te rillen en te trillen bij de tandarts, wiens boor, ondanks alle voorzichtigheid, toch altijd een martelwerktuig voor je kan zijn, als je niet goed hebt opge past. Vergeet nooit, dat tandenpoet sen, mits 't op de juiste manier gebeurt, je in 't leven ontzettend veel narigheid kan besparen. Je moet er natuurlijk even wat moeite voor over hebben, maar 't plezier dat je er aan beleeft, Futo F. Eiselin—Hoon is voor de toekomst niet te onderschatten. Een bezoek aan de tandarts wordt dan geen gruwel, maar een pretje als deze zegt: „Alles O. K." En daar moeten jullie allemaal op aansturen! FANTASIO. iedere dag poetsen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1964 | | pagina 11